| Organisatie | Katwijk |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Subsidieregeling Maatschappelijke agenda 2023 |
| Citeertitel | Subsidieregeling Maatschappelijke Agenda 2023 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp | |
| Externe bijlagen | Bijlage 1a Bijlage 1b Bijlage 1c Bijlage 1d Bijlage 2 Bijlage 3a Bijlage 3b Bijlage 4 |
Deze regeling eindigt van rechtswege op 31 december 2022.
Algemene subsidieverordening gemeente Katwijk 2018
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 03-06-2022 | nieuwe regeling | 31-05-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders (verder: college) stelt deze subsidieregeling vast op basis van artikel 2 van de Algemene subsidieverordening gemeente Katwijk 2018 (verder: de Verordening).
Gedefinieerde termen hebben in enkelvoud en meervoud overeenkomstige betekenis. De definities zoals vastgelegd in:
zijn onverkort van toepassing. Bij conflicterende definities zijn definities uit een hoger op de voorgaande lijst genoemde wet leidend.
1. Activiteiten die in aanmerking komen voor subsidie
Het college heeft met de Maatschappelijke Agenda de te subsidiëren activiteiten binnen het sociaal domein ondergebracht in de volgende vijf ‘hoofdopgaven’:
Opgave 2: Opgroeien & Ontwikkelen
Opgave 3: Zorg en ondersteuning
Deze vijf hoofdopgaven zijn onder te verdelen in meerdere beleidsopgaven.
Met de subsidieregeling MAG2021 heeft het college verschillende meerjarige beleidsopgaven gesubsidieerd, waarvan enkele nog lopen. Met de subsidieregeling MAG2022 heeft het college eenjarige subsidies verleend waarin een verlengingsmogelijkheid is opgenomen.
De meerjarige beleidsopgaven behoeven nu niet opnieuw beschikt te worden en het college heeft ervoor gekozen om de eenjarige beleidsopgaven met een verlengingsmogelijkheid te verlengen. Voor het jaar 2023 kan ten aanzien van de volgende beleidsopgaven een subsidieaanvraag worden gedaan:
Deze beleidsopgaven staan in de bijlagen (bijlagen 1a, b, c en d) verder uitgeschreven.
Een subsidie voor de hiervoor genoemde beleidsopgaven wordt aangevraagd voor het kalenderjaar 2023. Het college heeft de bevoegdheid om de subsidierelatie eenmalig met maximaal 1 jaar te verlengen, voor zover de subsidie-ontvangende partij hiermee instemt. Het college geeft hiertoe een verlengingbeschikking af aan de betreffende partij. Een nieuwe aanvraag is in dat geval niet nodig. Verantwoording zal in voorkomend geval gebeuren na afloop van de tweede termijn. Hierover zal de betreffende partij in de verlengingsbeschikking worden geïnformeerd.
2. Aanvragers die in aanmerking komen voor subsidie
Van aanvragers die aan de volgende uitsluitingscriteria voldoen, weigert het college de aanvraag (artikel 8 lid 3 sub n Verordening):
In bijlage 2 is het in te vullen Model Eigen Verklaring opgenomen.
Van aanvragers voor een subsidie waarvan het bedrag hoger is dan EUR 100.000,00 die niet voldoen aan de volgende geschiktheidseisen, weigert het college de aanvraag (artikel 8 lid 3 sub n Verordening):
Van Aanvragers die niet akkoord gaan met een of meerdere van de volgende uitvoeringsvoorwaarden, weigert het college de aanvraag (artikel 8 lid 3 sub n Verordening):
De subsidieaanvrager geeft in het plan van aanpak bij zijn aanvraag aan op welke manier hij voorgaande binnen de eigen organisatie oppakt en hoe hij de samenwerking opzoekt met andere partijen om eenzaamheid tegen te gaan. Er zijn meerdere mogelijkheden: preventie, signaleren, activiteiten en bespreekbaar maken, of een combinatie daarvan.
De subsidieaanvrager borgt het onderwerp sociale acceptatie bij het uitvoeren van de activiteiten. Het college verstaat onder sociale acceptatie dat Iedereen in Katwijk zichzelf moet kunnen zijn en kunnen meedoen in de maatschappij, ongeacht achtergrond, godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, geaardheid en burgerlijke staat.
Het college stelt voor de vier beleidsopgaven een subsidieplafond vast op zowel het totaal te besteden bedrag per beleidsopgave als het aantal aanbieders per beleidsopgave (artikel 4 Verordening):
4a. Sociale veiligheid en gezondheid |
Aanvragers mogen per (deel)opdracht slechts een (1) aanvraag indienen. Indien een aanvrager onverhoopt toch meerdere aanvragen per opdracht indient, zal slechts de eerst ingediende aanvraag worden beoordeeld.
De genoemde subsidieplafonds zijn exclusief een eventuele cao-indexering op de loonkosten verbonden aan de uit te voeren activiteiten. In het plan van aanpak dient door aanvrager – indien van toepassing – duidelijk aangegeven te worden welke cao-indexering van toepassing is en welk bedrag aan cao-indexering de gemeente kan verwachten. De aanvrager dient dit aangevraagde bedrag nader te onderbouwen.
Het algemeen geldende, gewogen loon- & prijscompensatie voor subsidies in de Kaderbrief 2023 bedraagt 5,78%. Indien de gemeenteraad instemt met dit voorstel, zullen de bedragen van de subsidieplafonds 2023 worden aangepast. De exacte verdeling over de budgetplafonds (naar rato of gedetailleerde uitsplitsing per opdracht) zal bij het opstellen van de begroting 2023 worden verwerkt in de budgetplafonds van de MAG opdrachten.
Indien de gemeenteraad niet instemt met dit voorstel, zal de reguliere stelpost voor cao-compensatie (conform 2022) worden ingezet voor de looncompensatie.
Zoals uit de tabel blijkt is er niet alleen een plafondbedrag, maar ook een aantallenplafond. Met een aantallenplafond wordt weergegeven aan hoeveel partijen maximaal subsidie kan worden verleend, los van de vraag of het subsidieplafond is bereikt. Als het aantal aanvragen het aantallenplafond overstijgt, maar niet het gesloten plafondbedrag, dan kan het college besluiten aanvragen tot aan het gesloten plafondbedrag te honoreren. Als de waarde van de aanvragen het gesloten plafondbedrag overstijgt, dan weigert het college echter aanvragen die dit bedrag overstijgen ook als daarmee niet het maximale aantal aanvragen is te honoreren binnen het aantallenplafond.
De genoemde plafonds worden vastgesteld onder voorbehoud van de vaststelling van de begroting door de gemeenteraad.
4. Wijze van verdelen van de subsidie
Het college verdeelt de subsidie door middel van een ‘vergelijkende toets’ of ‘subsidietender’ waarbij het per beleidsopgave ingediende aanvragen beoordeelt en rangschikt. De wijze waarop het college aanvragen beoordeelt en rangschikt is opgenomen in hoofdstuk 6.
De ‘subsidietender’ vertoont grote overeenkomsten met een aanbestedingsprocedure. Omdat de gemeente echter subsidiebeschikkingen afgeeft en niet een zogenaamde overheidsopdracht plaatst, is op deze subsidietender de Aanbestedingswet 2012 niet van toepassing en het college verklaart deze ook niet van toepassing.
Alle documenten dienen rechtsgeldig te worden ondertekend. Dat betekent dat de ondertekening dient te gebeuren door iemand die daartoe blijkens het KvK is gemachtigd.
Het college stelt voor het indienen van aanvragen een e-aanvraagformulier vast. Dit formulier is digitaal (online) te vinden op www.katwijk.nl
In afwijking van artikel 5 Verordening voegt de subsidie-aanvrager bij zijn aanvraag (het formulier) een plan van aanpak toe.
Onder een plan van aanpak wordt verstaan een document waarin wordt aangegeven op welke opdracht wordt ingeschreven, welke activiteiten worden georganiseerd en op welke wijze de activiteiten bijdragen aan de doelstellingen van de MAG. In het plan van aanpak moeten in ieder geval zijn opgenomen de punten waarop wordt beoordeeld volgens de beoordelingsleidraad en het format beoordelingsformulier (bijlage 4)
Bij aanvragen tot en met EUR 5.000,- is het maximaal toegestane aantal pagina’s van het plan van aanpak 5 pagina’s A4, exclusief voorblad, inhoudsopgave en afbeeldingen. Voor aanvragen boven de EUR 5.000,- is het maximaal toegestane aantal pagina’s 20 pagina’s A4, exclusief voorblad, inhoudsopgave en afbeeldingen.
Het plan van aanpak wordt opgesteld in het lettertype Arial 10 pts. Indien uw plan van aanpak meer pagina’s bevat dan toegestaan, worden de extra pagina’s terzijde gelegd en niet beoordeeld. Ook andere bijlagen dan gevraagd worden niet betrokken bij de beoordeling.
De financiële kant van de aanvraag wordt niet opgenomen in het plan van aanpak, maar dient aanvrager op te nemen in het vastgestelde format dekkingsplan (bijlage 3). Tevens dient de aanvrager een totale begroting van de organisatie aan te leveren en de balans uit de jaarrekening 2021 (of de volledige jaarrekening 2021).
Indien van toepassing maakt aanvrager daarnaast in het door het college voorgeschreven dekkingsplan duidelijk welke cao-effect van toepassing is op de uit te voeren activiteiten; aanvrager geeft per opdracht aan hoe hoog de salarissom is en welk bedrag aan cao-indexering de gemeente kan verwachten.
De aanvrager vult op www.katwijk.nl het e-formulier in en voegt een plan van aanpak toe. Daarnaast overlegt de aanvrager de volgende gegevens:
Indien wettelijk verplicht, een KvK-uittreksel uit het Handelsregister. Indien aanvrager dit bij een subsidieaanvraag op grond van de subsidieregeling Maatschappelijke Agenda 2022 heeft overlegd, mag aanvrager hetzelfde uittreksel bij de aanvraag voegen, tenzij in de tussenliggende periode een wijziging in de bestuurssamenstelling heeft plaatsgevonden.
Wanneer de subsidieaanvraag het bedrag van EUR 50.000,- overstijgt, overlegt de aanvrager tevens:
Een aanvrager die een subsidie aanvraagt waarvan het bedrag (bij één of meerdere aanvragen die totaal) hoger is dan EUR 100.000,00 legt daarnaast de volgende gegevens over:
Een kopie van een geldige verzekeringspolis beroeps- en bedrijfsaansprakelijkheids verzekering die gebruikelijk is in de branche. Het standaard verzekerd bedrag is EUR 2.500.000,00 per kalenderjaar met minimale dekking per gebeurtenis van EUR 1.000.000,00. De aanvrager is daarmee verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid voor risico’s die voortvloeien uit de uitoefening van zijn taken.
Wanneer de aanvrager een onderneming is, overlegt hij in aanvulling op bovenstaande tevens:
Een verklaring als bedoeld in de de-minimisverordening (de-minimisverklaring).1
Onder een onderneming moet worden verstaan iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, die een economische activiteit uitoefent.
In geval van een gemaakt bezwaar tegen een besluit op de aanvraag tot subsidieverlening bestaat de mogelijkheid dat het college de verplichting heeft de voor de beoordeling van de aanvragen relevante stukken van alle aanvragers in een opdracht ter inzage te leggen. In dat geval zal het college per document bepalen of er sprake is van informatie die niet ter kennis van derden mag komen.
De aanvrager kan de gevraagde documenten met het e-aanvraagformulier uploaden via www.katwijk.nl. Het college weigert aanvragen die worden ontvangen op een andere manier dan via het formulier.
Voor het aanvragen van subsidie gelden de volgende, van de ASV 2018 afwijkende, termijnen. Aanvragers moeten aanvragen volledig indienen en tussen 3 juni 2022, 00:01 en 7 augustus 2022, 23.59 uur. Aanvragen die niet volledig zijn of die niet op tijd zijn ingediend, worden door het college geweigerd.
Ook voor lopende subsidies die (nog) niet ondergebracht zijn in de beleidsopgaven van de maatschappelijke agenda, geldt de indieningstermijn van uiterlijk 7 augustus 2022 (in plaats van 1 mei).
Indien na alle aanvragen te hebben beoordeeld en hierop een besluit te hebben blijkt dat middelen resteren en het gesloten plafondbedrag per beleidsopgave, zoals opgenomen in hoofdstuk 3 niet is bereikt, komen deze middelen beschikbaar voor nieuwe aanvragen of kan het college besluiten het overgebleven gedrag te verschuiven naar een andere beleidsopgave. Dit zal worden bekend gemaakt op www.katwijk.nl. Deze aanvragen zullen op volgorde van binnenkomst worden behandeld en beoordeeld naar de voorwaarden en vereisten die in de subsidieregeling zijn neergelegd, totdat het gesloten plafondbedrag per beleidsopgave is bereikt.
6. Wijze waarop het college aanvragen beoordeelt
Aanvragen worden beoordeeld volgens de beoordelingsleidraad die als bijlage 4 is toegevoegd. In die leidraad is onder andere opgenomen hoe het beoordelingsproces eruit ziet, hoe de beoordelingscommissie te werk moet gaan en welk tijdspad wordt bewandeld.
Naast de beoordelingsleidraad is er ook een beoordelingsformulier. In dit formulier is aangegeven op welke onderdelen partijen punten kunnen verdienen en hoe de puntenverdeling eruit ziet.
Beide documenten zijn geschreven voor zowel de beoordelingscommissie als de subsidieaanvrager. Hiermee en in samenhang met deze subsidieregeling weet de subsidieaanvrager vooraf wat hij in zijn plan van aanpak moet zetten, op welke wijze zijn aanvraag wordt beoordeeld en hoe de subsidieverdeling er na de beoordeling uitziet.
In totaal kan de subsidieaanvrager met zijn aanvraag maximaal 100 punten behalen. Alle aanvragen die een voldoende scoren (en 61 punten of meer hebben) dienen op volgorde van behaald aantal punten te worden toegewezen, voor zover het subsidieplafond en het aantallenplafond dit toelaten. Het zelfde geldt voor de categorie Matig, met 46 tot 60 punten, met dien verstande dat het college gemotiveerd kan besluiten de aanvraag af te wijzen ook al zijn er voldoende punten behaald en het subsidieplafond nog niet is bereikt.
Alle aanvragen met 45 punten of minder zijn onvoldoende en zullen dan ook worden geweigerd.
Na rangschikking conform de beoordelingsleidraad, wordt bekeken hoe de aanvragen zich verhouden tot het gestelde subsidieplafond.
Als aanvragen gelijk eindigen in de rangschikking en daarmee het plafond overstijgen dan voert de beoordelingscommissie onder toezicht van de Team Inkoop een loting uit om het aantal te honoreren aanvragen terug te brengen tot een aantal binnen het plafond.2
Wanneer een aanvraag conform rangschikking in aanmerking komt voor subsidie, maar daarmee het gesloten plafond zou worden overschreden, kan het college met de betreffende partij in gesprek gaan over een aanpassing van het plan van aanpak met inachtneming van de overgebleven subsidiegelden tot het plafond is bereikt. Wanneer gelet op het resterende bedrag een gesprek niet zinvol lijkt of een gesprek niet leidt tot aanpassing van het plan, is het college bevoegd een opeenvolgende aanvrager op de ranglijst subsidie te verlenen, voor zover daarmee het plafond niet wordt overschreden. Aanpassing van het plan van aanpak mag slechts voor zover het plan van aanpak daarmee niet wezenlijk wijzigt en ook niet zou leiden tot een andere puntentoekenning. De wijziging wordt schriftelijk vastgelegd.
Het college kan in zijn besluitvorming op de gedane aanvragen alleen gemotiveerd van het advies van de beoordelingscommissie afwijken. Het college is voornemens medio september te besluiten op de aanvragen.
In de beschikking op aanvraag zal het college de volgende punten benoemen:
Het college zal geen voornemen tot besluit aan partijen doen toekomen alvorens een besluit te nemen. In een subsidietender hebben alle partijen dezelfde kans. Aanvragers in de gelegenheid stellen de aanvraag op onderdelen te verbeteren zou in strijd zijn met dit uitgangspunt. Wel kan het college, na kennis te hebben genomen van alle aanvragen, verduidelijkingsvragen stellen aan aanvragers. Deze verduidelijkingsvragen mogen niet leiden tot een wezenlijk andere inschrijving en hebben slechts als doel het college op onderdelen meer helderheid te verschaffen. De verduidelijkingsvragen zullen kort na de beoordeling per e-mail worden gesteld aan aanvrager op het door hem opgegeven adres, waarna aanvrager 5 werkdagen de tijd heeft om hier eveneens per e-mail op te reageren.
7. Verantwoording en wijze waarop het college de subsidie uitbetaalt
Het college verleent een subsidie via een beschikking op de aanvraag. In deze beschikking bepaalt het college of het een voorschot uitbetaalt. In de deze beschikking kan het college ook aanvullende voorwaarden opnemen over de verantwoording. Verder is in deze beschikking opgenomen wanneer de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling indient.
Subsidies met een waarde lager dan EUR 5.000,00 worden door het college direct vastgesteld. Wel wordt van de subsidieontvanger verwacht dat hij overeenkomstig hoofdstuk 8 van deze regeling met de accounthouder een ‘tellen en vertellen-gesprek’ voert.
Naast de in artikel 10, 12, 13 en 14 Verordening en (mogelijk) in de subsidiebeschikking opgenomen verantwoordingsverplichtingen, geldt het volgende. Alle subsidieontvangers hebben periodiek een ‘tellen en vertellen’ gesprek met de accounthouder van de gemeente om de voortgang en effecten te bespreken.
Als de verleende subsidie EUR 5.000,00 of lager is:
Als de verleende subsidie tussen de EUR 5.000,00 en EUR 25.000,00:
Halfjaargesprek (dus 2 x per jaar) over o.a. de algehele voortgang, tussentijdse resultaten, eventuele knelpunten.
Als de verleende subsidie hoger is dan EUR 25.000,00:
Binnen 4 weken na elk kwartaal rapporteren;
Evaluatiegesprekken op uitvoerend, management en bestuurlijk niveau;
Eén keer per jaar klanttevredenheidsonderzoek en stakeholdersbijeenkomst om effecten en werkwijze te evalueren.
In de beschikking tot subsidieverlening geeft het college aan welke documenten een subsidieontvanger ter voorbereiding op het accountgesprek aanlevert. Ook kan de accounthouder nadien nog aanvullende stukken opvragen, voor zover hij dit nodig acht.
Wanneer de subsidieontvanger niet aan deze verplichtingen voldoet, kan de verleende subsidie tussentijds worden gewijzigd of ingetrokken of met de subsidievaststelling lager worden vastgesteld.
Het college zal twee spreekuren organiseren. Tijdens deze spreekuren kunnen geïnteresseerden het college vragen stellen over de inhoud en procedure van deze subsidietender. De tijden van de spreekuren worden via de nieuwsbrief gecommuniceerd en via www.katwijk.nl.
Vragen kunnen ook gesteld worden via het e-mailadres: subsidies@katwijk.nl
Het college publiceert de vragen & antwoorden op de website www. katwijk.nl.
Combinatievorming en onderaannemerschap
De situatie kan zich voordoen dat een aanvrager niet zelfstandig de te subsidiëren activiteiten kan of wil uitvoeren. Het college beoordeelt een combinatie van twee of meer aanvragers die een aanvraag indienen als één aanvrager. De combinatie dient daarom een zogenaamde penvoerder te hebben die door de andere leden van de combinatie onherroepelijk en onvoorwaardelijk is gemachtigd hen te vertegenwoordigen. Het vormen van een combinatie ná het ontvangen van een verlenings- of vaststellingsbeschikking is alleen mogelijk met schriftelijke goedkeuring van het college. Wanneer aanvragers als combinatie een aanvraag indienen, dienen alle leden van de combinatie afzonderlijk een eigen verklaring (UEA) (bijlage 2) over te leggen.
Een hoofdaannemer kan een aanvraag indienen met onderaannemers. Als een aanvrager een aanvraag indient als hoofdaannemer dient deze de onderaannemers bekend te maken op zijn eigen verklaring (UEA) (bijlage 2). Het inzetten van onderaannemers ná het ontvangen van een verlenings- of vaststellingsbeschikking is alleen mogelijk met schriftelijke goedkeuring van het college. Wanneer een hoofdaannemer een aanvraag indient met onderaannemers, dient de hoofdaannemer alle gevraagde documenten en bewijsstukken aan te kunnen leveren zoals beschreven in deze subsidieregeling. Het college kan onderaannemers weigeren.
Van hoofdaannemerschap en combinatievorming kan slechts dan sprake zijn, wanneer dit ook als zodanig in het plan van aanpak is benoemd en alle partijen op juiste wijze de eigen verklaring (UEA) (bijlage 2) hebben ingevuld.
Het college kan gemotiveerd de vorm van hoofdaannemerschap en combinatievorming weigeren.
Deze subsidieregeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Maatschappelijke Agenda 2023. De subsidieregeling treedt in werking op de dag na bekendmaking en eindigt van rechtswege op 31 december 2022, waarbij geldt dat de subsidieregeling blijft gelden voor de subsidies die op grond van deze regels zijn verstrekt.
Bijlage 1 (a t/m d): Opdrachten
Bijlage 2: Eigen Verklaring (UEA)
Bijlage 3: Toelichting op de financiële onderbouwing subsidieaanvraag MAG 2023 + format dekkingsplan
Bijlage 4: Beoordelingsleidraad + format beoordelingsformulier
Bijlage 1a Opdracht Ondersteuning en versterking vrijwilligers 2023
We willen dat iedereen in Katwijk - voor zover dat mogelijk is - mee kan doen in de samenleving. Daarom willen we dat de gemeente, inwoners, ondernemers, maatschappelijke partners en instellingen voor elkaar klaarstaan en de handen ineenslaan. In de Maatschappelijke Agenda (MAG) heeft de gemeente Katwijk beschreven wát er precies nodig is aan zorg, werk, meedoen, opgroeien en ontwikkelen.
Met de Maatschappelijke Agenda (MAG) werken we op een nieuwe manier: eerst stellen we doelen, vervolgens kijken we naar de resultaten. Aan de hand van die resultaten passen we de activiteiten aan. Ook een belangrijk punt: samenwerken. Organisaties, verenigingen, ondernemers en burgers nemen zelf de regie en bedenken oplossingen. Zo zorgen we er samen voor dat iedereen mee kan doen. | ||
De opdracht Ondersteuning en versterking van vrijwilligers valt onder twee hoofdopgaven: Zorg & Ondersteuning en Meedoen. Opgave Zorg & Ondersteuning - Inwoners van Katwijk zijn gezond en hebben een gezonde levensstijl Inwoners die hulp nodig hebben en deze hulp ontvangen, ervaren een hoge kwaliteit van leven en hebben regie over hun leven. Veel mensen kunnen deze ondersteuning en hulp zelf regelen, maar dat geldt niet voor iedereen. We willen dat iedereen de ondersteuning kan vinden die hij nodig heeft. We werken met één toegang, waarbij we aan het begin van elk traject de vraag goed verhelderen. De bewoner stelt een bepaald doel en daar wordt de hulp op aangepast. De hulp is zo licht als mogelijk en zo zwaar als nodig. De hulpvragen verschillen per persoon, vandaar dat er niet altijd zware en professionele hulp hoeft te worden ingeschakeld. Er is een eigen netwerk (familie, vrienden, buren), maar ook mantelzorgers en vrijwilligers maken het mogelijk dat mensen in hun eigen omgeving ondersteund kunnen worden. Opgave Meedoen - Inwoners van Katwijk nemen deel en dragen bij aan de maatschappij Meedoen heeft verschillende kanten. We willen graag dat mensen basisvaardigheden (o.a. lezen, schrijven) beheersen, werk hebben, genoeg inkomen hebben en zichzelf ontwikkelen door mee te doen aan activiteiten in de vrije tijd. Meedoen gaat ook over hoe we met elkaar omgaan en dat we er met elkaar voor zorgen dat iedereen kan blíjven meedoen. We willen dat Katwijk openstaat voor al haar inwoners en dat iedereen zich geaccepteerd voelt. | ||
In deze opdracht streven we ernaar dat alle inwoners een bijdrage leveren aan de samenleving. Door voor elkaar te zorgen en door mee te doen aan de Katwijkse samenleving. We willen dat (kwetsbare) inwoners en verenigingen hun eigen kracht en zelfredzaamheid versterken. Vrijwilligerswerk versterkt vaardigheden, bovendien wordt ermee een sociaal netwerk opgebouwd, waardoor we eenzaamheid tegengaan. Het ondersteunen en versterken van vrijwilligers geeft gewaardeerde en vitale vrijwilligers. Vrijwilligers die hun werk op de juiste manier kunnen uitvoeren. Iemand die op zijn plek zit, tot bloei komt en gewaardeerd wordt, blijft zich inzetten. Zo draagt vrijwilligerswerk een steentje bij aan het welzijn van de Katwijkse inwoners. | ||
De gemeente Katwijk heeft een rijk verenigingsleven. Duizenden inwoners zijn vrijwillig actief bij verschillende organisaties, zoals kerken, sportverenigingen en maatschappelijke organisaties. De vrijwilligers zetten zich met heel hun hart in voor de Katwijkse gemeenschap. Zij leveren een flinke bijdrage aan het welzijn van onze Katwijkse inwoners. | ||
Op het gebied van vrijwilligerswerk staan we binnen de gemeente Katwijk voor een paar uitdagingen. Dat komt door de volgende ontwikkelingen:
Deze ontwikkelingen maken het lastiger om enthousiaste en vitale vrijwilligers binnen de gemeente Katwijk te vinden en te houden. Verschillende organisaties hebben laten weten dat ze zich zorgen maken over het feit dat er niet genoeg vrijwilligers binnen de vereniging zijn om de boel draaiende te houden en de vrijwilligerstaken uit te voeren. Deze zorg hangt samen met de trend dat, vooral jonge, vrijwilligers zich niet meer voor lange tijd binden aan één organisatie. Ze maken nu eerder een keuze voor een bepaald type vrijwilligerswerk - dat ze bij meer organisaties kunnen doen. Het komt dus steeds vaker voor dat vrijwilligers zich voor eenmalige klussen of een korte periode op projectbasis willen inzetten. Dit betekent echt een uitdaging voor organisaties die eraan gewend zijn dat vrijwilligers zich voor een lange periode toewijden en inzetten. Door al deze ontwikkelingen zien we ook een beweging dat verenigingen/organisaties ervoor kiezen om professionele krachten in te zetten en geen gebruik meer maken van de inzet van de vrijwilliger (dit noemen we ook wel de zogenoemde verdringing van de vrijwilliger). Dit betekent dat de vrijwillige inzet minder wordt en dit vinden wij géén goede ontwikkeling. Doordat de samenleving complexer wordt verwachten we dat de kwetsbare inwoners steeds kwetsbaarder worden en dat deze inwoners daarom ook meer begeleiding en ondersteuning nodig hebben om in de samenleving mee te kunnen doen. Activering en/of vrijwilligerswerk kan voor deze inwoners een uitkomst zijn om zich te helpen te ontwikkelen en kleine stappen te zetten richting zelfredzaamheid. De begeleiding en ondersteuning van deze inwoners vraagt om meer specifieke kennis en inzicht van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. In 2021 is er gestart met de maatschappelijke diensttijd (MDT) voor jongeren tussen de 14 en 27 jaar op vrijwillige basis. Voor deze jongeren zijn Doe plekken bij (vrijwilligers)organisatie nodig, wat een uitdaging op zich is. Deze Doe plekken zijn over het algemeen niet de meest beschikbare plekken binnen het vrijwilligerswerk. Begeleiding van de jongeren wordt door jeugd- &jongerenwerk verzorgd. Het accent van deze opdracht zal in de komende jaren echter steeds meer komen te liggen op de doorontwikkeling van het expertisecentrum. Waardoor het ondersteunen en versterken van (jonge) vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties goed afgebakend is en het matchen van vraag en aanbod gefaciliteerd wordt. | ||
Vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties zijn ontzettend belangrijk, ze vormen een belangrijke aanvulling op professionele organisaties en instanties. Daarom is het belangrijk dat zij goed worden ondersteund, zodat ze het werk vol energie, met veel plezier en op de juiste manier kunnen blijven doen. Ondersteuning betekent níet dat hun werk wordt overgenomen. Het gaat er om dat vrijwilligersorganisaties en vrijwilligers, waaronder jongeren, in hun kracht worden gezet en zelf de uitvoerende taken oppakken. De opdracht bestaat uit twee verschillende deelopdrachten:
Deze deelopdracht bestaat uit het ondersteunen en versterken van (jonge) vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties (opdracht A), waarbij er ook een aanpak is voor de ondersteuning en versterking van kwetsbare inwoners als vrijwilliger (opdracht B).
Met het oog op de toekomst is het een uitdaging om over voldoende vitale vrijwilligers in de gemeente Katwijk te blijven beschikken. Daarom willen we graag een zichtbaar en laagdrempelig ondersteuningspunt/ expertisecentrum speciaal voor vrijwilligers en -organisaties. Een ondersteuningspunt dat hen toerust, zonder taken over te nemen. Dit punt ondersteunt alle potentiële vrijwilligers, (minder zelfredzame) vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties bij het organiseren, vinden en/of uitvoeren van de vrijwilligerstaken. In deze opdracht gaat het heel concreet om het promoten, adviseren en informeren van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties. We willen dat het voor vrijwilligers en organisaties helder is waar en bij wie zij terecht kunnen voor advies, informatie of ondersteuning. Ook denken wij bij het ondersteunen en versterken van vrijwilligers aan het aanbieden of faciliteren van trainingen (bijvoorbeeld Niet-Pluis training, eenzaamheidstraining, signaleren van huiselijk geweld), intervisie, workshops en cursussen. Het ondersteuningspunt biedt vrijwilligers de mogelijkheid om zichzelf te ontwikkelen, door middel van opleidingsmogelijkheden. Ook is er oog voor de overbelasting en het overvraagd zijn van de vrijwilliger. De (individuele) waardering van de vrijwilligers wordt uitgevoerd en past bij de behoeften van de vrijwilligers en organisaties. Naast het informeren en adviseren gaat het in deze deelopdracht om het bemiddelen tussen vraag en aanbod van (jonge) vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Door zicht te hebben op de behoeften, interesses en mogelijkheden van de vrijwilliger en de vraag van de vrijwilligersorganisaties worden vraag en aanbod gematcht. Dit kan een langdurige samenwerking zijn, maar juist ook een eenmalige kortstondige match. Denk hierbij aan korte projecten, Doe plekken voor jongeren activiteiten en acties, zoals de inzet bij NL Doet, helpen bij een festival of op Burendag. De inschrijver weet dus of er een match is gerealiseerd (warme overdracht), het aantal bemiddelingen en de tevredenheid van de vrijwilligers en de vrijwilligersorganisaties. Ook al er geen match is gerealiseerd of als er tussentijds afscheid van elkaar wordt genomen is er contact met de vrijwilliger en vrijwilligersorganisatie, zodat de juiste nazorg wordt geleverd. We zien graag in de inschrijving terug hoe deze match kan worden gerealiseerd, een digitaal platform moet onderdeel zijn van de beschrijving. Een voorwaarde in de opdracht is dat de inschrijver op de hoogte is van de sociale kaart van de gemeente Katwijk, de link weet te leggen tussen de verschillende organisaties en in goed contact staat met het wijkteam. Door deze link met het wijkteam worden zowel de vrijwilliger, de inwoner als de vrijwilligersorganisatie op tijd geholpen als blijkt dat de vrijwilliger de taken niet meer (helemaal) kan uitvoeren. De inschrijver heeft dus een totaaloverzicht, waardoor hulpvragen en aanbod samenkomen. Nogmaals: het gaat in deze opdracht dus heel duidelijk om het bieden van ondersteuning en níet om het overnemen van de taken.
Het ondersteunen en versterken van vrijwilligers betekent ook dat er aanbod is om de kwetsbare inwoner te ondersteunen en te versterken. Iedereen moet mee kunnen doen, ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, laag inkomen, laagopgeleiden, anderstaligen, ouderen en mensen met een beperking. Kwetsbare inwoners worden gestimuleerd om zich maatschappelijk in te zetten voor de samenleving. Het doen van activerende werkzaamheden en vrijwilligerswerk kan ertoe leiden dat zij de mogelijkheid krijgen om hun eigen kracht te ontdekken en te versterken. Het naar vermogen mee doen leidt tot een gevoel van waardering en meerwaarde. Het ondersteuningspunt stelt de kwetsbare inwoner centraal en zorgt voor een passende match. Samen met de inwoner en, indien aanwezig, de professional wordt er gekeken naar de mogelijkheden en de interesses van de vrijwilliger. Wat voor type werkzaamheden kunnen er gedaan worden? Gaat het om activerende werkzaamheden? Of om meer vrijwilligerswerk? Is er een individueel- of groepstraject mogelijk? Is er extra begeleiding nodig? Kan vrijwilligerswerk een opstap zijn naar betaalde arbeid? Het ondersteuningspunt zorgt voor een vast aanspreekpunt en heeft regelmatig contact met de vrijwilliger en organisatie, er is zicht op de onmogelijkheden en mogelijke ontwikkelingen van de vrijwilliger. Het nauwe contact met de vrijwilliger en de vrijwilligersorganisatie is bij deze groep ontzettend belangrijk. Wanneer blijkt dat de vrijwilliger een stapje kan maken zorgt het ondersteuningspunt, samen met de samenwerkingspartners, voor een passende vervolgplek. Het is ook mogelijk dat de vrijwilliger langdurig dezelfde werkzaamheden doet, omdat dit het meest passend is. De ontwikkeling is voor elke vrijwilliger verschillend. Het werken met kwetsbare vrijwilligers op een plek vraagt om de juiste ondersteuning bij de vrijwilliger en (vrijwilligers)organisaties. Het ondersteuningspunt geeft informatie en advies en gaat in gesprek met de vrijwilligers en de vrijwilligersorganisatie over wat er van hen wordt verwacht. Het ondersteuningspunt biedt trainingen en intervisie aan, zodat verenigingen weten hoe ze kwetsbare vrijwilligers (structureel) kunnen begeleiden. De inschrijver heeft zicht op de doelgroep en heeft een duidelijk beeld hoe kwetsbare vrijwilligers ondersteund en begeleid kunnen worden. Ook weet de inschrijver hoe de sociale kaart van de gemeente Katwijk eruit ziet en hoe de verbinding tussen organisaties tot stand komt. Van belang in deze opdracht is de samenwerking en afstemming met verschillende maatschappelijke organisaties, de gemeente en Provalu. De opdracht houdt dus in dat het ondersteuningspunt ook een aanpak heeft om kwetsbare vrijwilligers en (vrijwilligers)organisaties te ondersteunen en versterken. Met als doel dat vrijwilligers door de activerende werkzaamheden en het vrijwilligerswerk onderdeel zijn van de maatschappij en zich naar vermogen kunnen ontwikkelen.
Maatschappelijke Diensttijd (Project Talent) In 2021 is er gestart met de maatschappelijke diensttijd (MDT) in Katwijk (in onze regio wordt het project ook wel ‘Project Talent’ genoemd). In de MDT staan jongeren centraal en worden zij ondersteund bij het organiseren, vinden en/of uitvoeren van de maatschappelijke diensttijd. Ook worden jongeren die dreigen buiten de samenleving te geraken, getraind en gemotiveerd om een positieve bijdrage te leveren aan de samenleving. De begeleiding van de jongeren wordt verzorgd door het jeugd- en jongerenwerk. In 2023 wordt voor het MDT een nieuw ZonMw traject opgestart voor de komende 3 jaar. Het “Project Talent” gaat een nieuwe fase in waarin de focus komt te liggen op het matchen van de jongeren met een geschikte Doe Plek. De MDT bestaat uit korte of lange projecten (minimaal 80 uur in maximaal 6 maanden). De omschrijving van de maatschappelijke diensttijd luidt: “MDT is geen werk op grond van een arbeidsovereenkomst, geen (maatschappelijke) stage en geen vrijwilligerswerk, maar bevat wel elementen hiervan. MDT onderscheidt zich door de combinatie van maatschappelijke impact én talentontwikkeling. Terwijl werk, stage en vrijwilligerswerk gericht zijn op één van deze twee, productieve arbeid of kennismaking met vrijwilligerswerk. Het uitvoeren van de maatschappelijke diensttijd is dus niet verbonden aan het volgen van een opleiding”. De inschrijver heeft een duidelijk beeld van hoe de MDT wordt doorontwikkeld de komende jaren. Een duidelijk plan van aanpak hoe de werving en begeleiding van jongeren eruit ziet en hoe samenwerking tussen organisaties tot stand komt en succesvol is. Om tot een succesvolle maatschappelijke diensttijd te komen is het van belangrijk om jongeren in het hele proces centraal te stellen. De volgende elementen zijn voor de inschrijver van belang:
De inschrijver beschrijft bij zijn inschrijving hoe aan bovengenoemde elementen wordt voldaan. | ||
Alle vrijwilligers, toekomstige vrijwilligers, vrijwilligersorganisaties, jongeren, scholen, jeugd- en jongerenwerk, verenigingen, ondernemers, organisaties en bedrijven. | ||
Met het uitvoeren van deze opdrachten bereiken we het volgende:
Specifiek voor minder zelfredzame inwoners en talent ontwikkeling
| ||
Vanaf 2023 is de begeleiding van jongeren die aan het MDT traject (talentontwikkeling) meedoen belegd bij Jeugd en Jongerenwerk. Wel wordt er vanuit vrijwilligersondersteuning gewerkt aan het bewerkstelligen van Doe plekken voor jongeren bij vrijwilligersorganisaties zodat jongeren kunnen meedoen aan de maatschappij en zich kunnen ontwikkelen. In de 2e helft van 2022 wordt een beleidskader re-integratie opgesteld waarin ook de uitgangspunten voor participatietrajecten worden geborgd. Ter overbrugging blijft de lijn voor deze MAG opdracht in 2023 gelijk. | ||
Wij verwachten dat opdrachtnemer in het plan van aanpak beschrijft 'hoe' het project en/of de activiteiten bijdragen aan de beoogde maatschappelijke effecten. Ook wordt in dat plan van aanpak beschreven aan welke doelen, zoals deze zijn beschreven in het Databoek Maatschappelijke Agenda 2021-2023 een bijdrage wordt geleverd. Gedurende de looptijd van het plan van aanpak gaan wij hierover in gesprek met de opdrachtnemer. Het databoek is in februari 2022 geactualiseerd en is te vinden op www.detoekomstvankatwijk.nl , specifiek hier: Voortgangsrapportage_MAG_-_versie_college_1_maart_2022__2814929___4.0_.Pdf (detoekomstvankatwijk.nl) | ||
Op het beoordelingsformulier in de beoordelingsleidraad staan de criteria waarop uw aanvraag wordt beoordeeld en hoeveel punten u hiervoor kunt krijgen. | ||
26% van de inwoners verricht vrijwilligerswerk in een wijk in Katwijk in 2020. In 2016 was dit 30% en ook de norm voor 2023 staat op 30%. | ||
Vrijwilligerswerk is een opdracht voor de gehele samenleving. Verenigingsondersteuning in het kader van stimulering van sport en bewegen en arbeidsmatige dagbesteding vallen buiten deze opdracht. In 2022 is er door de oorlog in de Oekraïne inzet en coördinatie van vrijwilligers bij de opvang van deze specifieke groep vluchtelingen. Deze coördinatie en inzet van vrijwilligers vallen niet binnen deze opdracht. | ||
Diverse wetgeving qua doelgroep bepaald, zie Regels voor vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties | Vrijwilligerswerk | Rijksoverheid.nl | ||
€ 207.071. De financiering voor onderdeel 2 (maatschappelijke diensttijd) maakt geen onderdeel uit van dit bedrag. Voor dit onderdeel zullen separaat afspraken worden gemaakt. | ||
Bijlage 1b Opdracht Ontmoeting in de wijk 2023 (professionele partij)
We willen dat iedereen in Katwijk - voor zover dat mogelijk is - mee kan doen in de samenleving. Daarom willen we dat de gemeente, inwoners, ondernemers, maatschappelijke partners en instellingen voor elkaar klaarstaan en de handen ineenslaan. In de Maatschappelijke Agenda (MAG) heeft de gemeente Katwijk beschreven wát er precies nodig is aan zorg, werk, meedoen, opgroeien en ontwikkelen.
Met de Maatschappelijke Agenda (MAG) werken we op een nieuwe manier: eerst stellen we doelen, vervolgens kijken we naar de resultaten. Aan de hand van die resultaten passen we de activiteiten aan. Ook een belangrijk punt: samenwerken. Organisaties, verenigingen, ondernemers en burgers nemen zelf de regie en bedenken oplossingen. Zo zorgen we er samen voor dat iedereen mee kan doen. Hiervoor is het nodig dat gemeente, inwoners, ondernemers en maatschappelijke partners voor elkaar klaar staan. | |
Opgave Meedoen - Inwoners van Katwijk nemen deel en dragen bij aan de maatschappij Meedoen heeft verschillende kanten. We willen graag dat mensen basisvaardigheden (o.a. lezen, schrijven) beheersen, werk hebben, genoeg inkomen hebben en zichzelf ontwikkelen door mee te doen aan activiteiten in de vrije tijd. Meedoen gaat ook over hoe we met elkaar omgaan en dat we er met elkaar voor zorgen dat iedereen kan blíjven meedoen. We willen dat Katwijk openstaat voor al haar inwoners en dat iedereen zich geaccepteerd voelt. | |
Katwijk streeft naar een sociaal leefklimaat waar bewoners zelfredzaam zijn, zich kunnen ontplooien en waar men zich inzet voor hun omgeving. De sociale gemeenschappen binnen de verschillende kernen vormen een sterke basis waarop de Katwijkse samenleving is gebouwd Meedoen aan de samenleving betekent ook dat we streven naar een samenleving waarin mensen zich niet eenzaam hoeven te voelen, zich niet buitengesloten voelen vanwege fysieke of psycho-sociale factoren en waar iedereen trots is op wie hij/zij is of wil zijn. Ontmoeting en contact met anderen is hierbij de sleutel. Initiatieven die in de samenleving ontstaan om ervoor te zorgen dat iedereen mee kan doen, worden van harte gestimuleerd en ondersteund. Het is belangrijk dat de behoefte aan ontmoeting vanuit de vraag in de wijk vormgegeven wordt. | |
Katwijk kent veel ontmoetings(mogelijkheden) en (vrijwilligers) organisaties (sport, zorg en welzijn) die verschillende vormen van ontmoeting organiseren in de verschillende wijken. In de Hoornes is het thema ontmoeting in de wijk de afgelopen periode duurzaam tot leven gebracht; er is een Hoornesgroep (community) ontstaan die de door de wijk aangegeven wenselijke initiatieven ondersteunt en uitvoert. | |
Het is de bedoeling dat de komende jaren ontmoeten in de wijk ook in de andere wijken duurzaam tot leven gebracht wordt. Dit met gebruikmaking van de methode communitybuilding. Hierbij worden nadrukkelijk rondom thema’s steungroepen gebouwd (community’s). Binnen de steungroepen zijn diverse partners en inwoners met elkaar verbonden. | |
Een voor meerdere doelgroepen passend aanbod aan ontmoetingsmogelijkheden afgestemd op de vraag in de verschillende wijken. Van de opdrachtnemer wordt verwacht dat deze de verbinder, facilitator en aanjager is van ontmoeting in de wijk; een spin in het web tussen inwoners, maatschappelijk voorveld en gemeentelijke toegang. De partijen die ontmoeting bieden zijn van elkaar op de hoogte , werken samen (bv door een –gedeeltelijk- gezamenlijk programmering ) en kunnen de wijkbewoners wijzen op andere mogelijkheden die er in de wijk zijn. De opdrachtnemer geeft aan hoe het wijkgerichte werk vorm krijgt en wordt uitgevoerd. Het is van belang dat in alle dorpskernen voldoende aanbod is, dat kan bijvoorbeeld zijn dat iedere dorpskern een huis van de wijk heeft of dat er dusdanig wordt samengewerkt met andere organisaties in de wijk dat ontmoeting vanzelfsprekend is. Het is van belang dat de opdrachtnemer wijkgericht werkt: dat wil zeggen dat ze hun inzet per wijk inrichten en dus ook per wijk hun inzet aanpassen op de lokale behoeftes en problemen, daarbij gebruik makend van data op wijkniveau. Ook is het van belang dat de opdrachtnemer per wijk samenwerkt met relevante partners, zoals Dunavie, wijkverenigingen, jeugd – en jongerenverenigingen, ouderenbonden etc. Daar waar activiteiten voor bepaalde groepen niet tot stand komt vanuit de vrijwilligersorganisaties, springt de opdrachtnemer in en zorgt voor aanbod voor deze groepen. De opdrachtnemer zorgt er voor dat er geen dubbel aanbod is met vrijwilligersorganisaties. Zij ondersteunt wel de vrijwilligersorganisaties. Mensen met een beperking en/of sociaal psychische problematiek /GGZ achtergrond kunnen net als andere wijkbewoners en met andere wijkbewoners terecht bij de ontmoetingsmogelijkheden in de wijk. De toegang (wijkteam) heeft een signalerende functie en kan vanuit deze signalerende functie (eenzaamheid, etc) inwoners verwijzen naar de mogelijkheden in de wijk en/of aangeven dat er vanuit hun klanten behoefte is aan “nieuwe vormen” van ontmoeting. Dit geldt overigens voor alle wijkwerkers. | |
Inwoners van Katwijk in het algemeen; kwetsbare inwoners in het bijzonder. | |
| |
De behoefte/vraag naar ontmoeting in de wijk verschilt en zal dus ook per wijk verschillend ingevuld worden. Zoals gezegd is het van belang dat de opdrachtnemer wijkgericht (samen)werkt en per wijk maatwerk levert. | |
Wij verwachten dat opdrachtnemer in het plan van aanpak beschrijft 'hoe' het project en/of de activiteiten bijdragen aan de beoogde maatschappelijke effecten. Ook wordt in dat plan van aanpak beschreven aan welke doelen, zoals deze zijn beschreven in het Databoek Maatschappelijke Agenda 2021-2023 een bijdrage wordt geleverd. Gedurende de looptijd van het plan van aanpak gaan wij hierover in gesprek met de opdrachtnemer. Het databoek is in februari 2022 geactualiseerd en is te vinden op www.detoekomstvankatwijk.nl , specifiek hier: Voortgangsrapportage_MAG_-_versie_college_1_maart_2022__2814929___4.0_.Pdf(detoekomstvankatwijk.nl) | |
Op het beoordelingsformulier in de beoordelingsleidraad staan de criteria waarop uw aanvraag wordt beoordeeld en hoeveel punten u hiervoor kunt krijgen. | |
Bijlage 1c Opdracht Mantelzorgondersteuning 2023
We willen dat iedereen in Katwijk - voor zover dat mogelijk is - mee kan doen in de samenleving. Daarom willen we dat de gemeente, inwoners, ondernemers, maatschappelijke partners en instellingen voor elkaar klaarstaan en de handen ineenslaan. In de Maatschappelijke Agenda (MAG) heeft de gemeente Katwijk beschreven wát er precies nodig is aan zorg, werk, meedoen, opgroeien en ontwikkelen.
Met de Maatschappelijke Agenda (MAG) werken we op een nieuwe manier: eerst stellen we doelen, vervolgens kijken we naar de resultaten. Aan de hand van die resultaten passen we de activiteiten aan. Ook een belangrijk punt: samenwerken. Organisaties, verenigingen, ondernemers en burgers nemen zelf de regie en bedenken oplossingen. Zo zorgen we er samen voor dat iedereen mee kan doen. | |
Opgave Zorg & Ondersteuning - Inwoners van Katwijk zijn gezond en hebben een gezonde levensstijl Inwoners die hulp nodig hebben en deze hulp ontvangen, ervaren een hoge kwaliteit van leven en hebben regie over hun leven. Veel mensen kunnen deze ondersteuning en hulp zelf regelen, maar dat geldt niet voor iedereen. We willen dat iedereen de ondersteuning kan vinden die hij nodig heeft. We werken met één toegang, waarbij we aan het begin van elk traject de vraag goed verhelderen. De bewoner stelt een bepaald doel en daar wordt de hulp op aangepast. De hulp is zo licht als mogelijk en zo zwaar als nodig. De hulpvragen verschillen per persoon, vandaar dat er niet altijd zware en professionele hulp hoeft te worden ingeschakeld. Er is een eigen netwerk (familie, vrienden, buren), maar ook mantelzorgers en vrijwilligers maken het mogelijk dat mensen in hun eigen omgeving ondersteund kunnen worden. Opgave Opgroeien en ontwikkelen - In Katwijk krijgen kinderen en jongeren optimale kansen Kinderen en jongeren moeten optimale kansen krijgen om hun talenten te ontwikkelen, waardoor zij, nu en later, hun steentje kunnen bijdragen en meedoen aan de maatschappij. Een passende opleiding is hierbij erg belangrijk, ook om hun talenten te kunnen ontwikkelen. | |
Het doel van deze opdracht is om de overbelasting van mantelzorgers te voorkomen en verminderen. Daarnaast wordt met de opdracht gestreefd naar de verminderen van eenzaamheid, zowel onder volwassen en jonge mantelzorgers. | |
In Katwijk zijn 1535 geregistreerde mantelzorgers van 21 jaar en ouder, dit is rond de 10% van de daadwerkelijke aantallen mantelzorgers binnen de gemeente. Daarnaast zijn er 99 geregistreerde jonge mantelzorgers in beeld, de leeftijden variëren tussen de 8 en 21 jaar. Voor zowel volwassen mantelzorgers als jonge mantelzorgers is er een aanbod van hulp en ondersteuning. Deze hulp bestaat o.a. uit het geven van informatie die bij de specifieke situatie past, ondersteuning, advies en/of begeleiding. Denk hierbij aan geschikte cursussen gericht op preventie, trainingen en het op tijd doorverwijzen naar meer professionele hulp en ondersteuning. Daarnaast is er de mogelijkheid om elkaar te ontmoeten om informatie en ervaringen met elkaar te delen, denk hierbij aan bijvoorbeeld het Alzheimer café en lotgenotenbijeenkomsten. Verder wordt er jaarlijks een landelijke week van de Mantelzorg georganiseerd waar Katwijkse organisaties lokaal invulling aan geeft. Jonge mantelzorgers hebben andere hulp nodig, zij hebben een eigen specifiek gericht ondersteunend aanbod. In overleg met de jonge mantelzorgers is er een aanbod vastgesteld. | |
(Kwetsbare) mensen wonen langer thuis, ook als ze ouder zijn en hulp nodig hebben. Dit komt onder andere door de vergrijzing en meer zorg buiten het ziekenhuis of de zorginstelling. Mensen worden sneller naar huis gestuurd, en minder snel vanuit huis naar een zorginstelling. Daarbij wordt er meer beroep gedaan op zorg en ondersteuning, zowel van mensen in de buurt als professionals. Mantelzorg, een goede buur zijn en het hebben van een (sociaal) netwerk worden steeds belangrijker. Terwijl de verwachting is dat het aantal mantelzorgers in de toekomst juist zal gaan afnemen door die vergrijzing en het langer thuiswonen (extramuralisering). Deze zaken hebben als mogelijk gevolg dat de druk en overbelasting voor de mantelzorgers zal gaan toenemen. Veel mantelzorgers werken. Zij zijn op zoek naar een manier om werk en zorg meer in balans te krijgen. Hier ligt ook voor werkgevers een taak, zij hebben goede informatie nodig om zich op de toekomst voor te bereiden zodat hun werknemers hun zorgtaken kunnen combineren met hun werk. Kortom: de druk op de mantelzorgers verlichten, is een maatschappelijke taak waar iedereen in Nederland voor staat. Regionale samenwerking kost tijd waarbij rekening gehouden moet worden met capaciteit van regionale partijen. Het prioriteren en faseren van de diverse onderdelen van mantelzorgondersteuning is hierbij noodzakelijk. De opdracht met betrekking toch mantelzorgondersteuning is dan ook één die continu in ontwikkeling is. | |
Om mantelzorgondersteuning toegankelijker te maken voor iedereen die te maken krijgt met mantelzorgtaken is de gemeente in 2022 gestart met het traject “Toegankelijkheid van mantelzorg verbeteren” en wordt er gewerkt aan inclusieve mantelzorg. Dit in samenwerking met Movisie en het ministerie van VWS. De opdrachtnemer werkt samen met de gemeente aan de uitvoering van dit traject. | |
| |
Jonge mantelzorgers ondersteunen vergt een andere werkwijze en aanpak dan volwassen mantelzorgers. Voor jonge mantelzorgers spelen school en sport een belangrijke rol om te kunnen ontspannen. School kan faciliterend zijn in bijvoorbeeld het bieden van een rustige plek voor huiswerk. Meer bewustwording en erkenning van jonge mantelzorgers draagt bij aan een leven in balans voor deze jongeren. | |
Wij verwachten dat opdrachtnemer in het plan van aanpak beschrijft 'hoe' het project en/of de activiteiten bijdragen aan de beoogde maatschappelijke effecten. Ook wordt in dat plan van aanpak beschreven aan welke doelen, zoals deze zijn beschreven in het Databoek Maatschappelijke Agenda 2021-2023 een bijdrage wordt geleverd. Gedurende de looptijd van het plan van aanpak gaan wij hierover in gesprek met de opdrachtnemer. Het databoek is in februari 2022 geactualiseerd en is te vinden op www.detoekomstvankatwijk.nl, specifiek hier: Voortgangsrapportage_MAG_-_versie_college_1_maart_2022__2814929___4.0_.Pdf (detoekomstvankatwijk.nl) Voor mantelzorg is dit concreet de volgende doelstelling: Overbelasting van mantelzorgers wordt voorkomen of verminderd. De indicator die daarbij hoort is: % volwassen mantelzorgers dat aangeeft zich door die zorg 'tamelijk zwaar belast', 'zeer zwaar belast' of 'overbelast' te voelen. | |
Op het beoordelingsformulier in de beoordelingsleidraad staan de criteria waarop uw aanvraag wordt beoordeeld en hoeveel punten u hiervoor kunt krijgen. | |
In 2016 heeft 13,8 % van de mantelzorgers aangegeven dat zij zich overbelast voelen. In 2020 was dit 13%. Doel voor 2023 is om dit percentage niet verder te laten stijgen dan tot 16% . | |
Respijtzorg (vervangende zorg door professionals) en (planbaar) kortdurend verblijf zijn geen onderdeel binnen deze opdracht. Deze onderwerpen vallen onder de Wmo en worden ook regionaal doorontwikkeld. De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van de wettelijke taken omtrent respijtzorg. | |
CBS, Movisie, Mezzo, VWS programma Langer thuis/ Zorg en Ondersteuning thuis, Wmo 2015, Wlz en de Jeugdwet | |
Professioneel aanbod: één opdrachtnemer, met eventueel onderaannemer(s) | |
Bijlage 1d Opdracht Preventieopgaven 2023
We willen dat iedereen in Katwijk - voor zover dat mogelijk is - mee kan doen in de samenleving. Daarom willen we dat de gemeente, inwoners, ondernemers, maatschappelijke partners en instellingen voor elkaar klaarstaan en de handen ineenslaan. In de Maatschappelijke Agenda (MAG) heeft de gemeente Katwijk beschreven wát er precies nodig is aan zorg, werk, meedoen, opgroeien en ontwikkelen.
Met de Maatschappelijke Agenda (MAG) werken we op een nieuwe manier: eerst stellen we doelen, vervolgens kijken we naar de resultaten. Aan de hand van die resultaten passen we de activiteiten aan. Ook een belangrijk punt: samenwerken. Organisaties, verenigingen, ondernemers en burgers nemen zelf de regie en bedenken oplossingen. Zo zorgen we er samen voor dat iedereen mee kan doen. | |
Het doel is om de eigen kracht en zelfredzaamheid, de onderlinge zelfredzaamheid, de gezondheid/vitaliteit en de sociale veiligheid van onze inwoners te versterken. Deze opdracht vraagt om een ander antwoord dan het huidige aanbod kan bieden. We willen hier zodanig invulling aan geven, dat de beweging van zorg naar welzijn wordt bevorderd. In ons ideale maatschappelijk voorveld werken maatschappelijke partners (zowel professionals als vrijwilligers) en onze toegang zoveel mogelijk met elkaar samen. De inzet van deze opdracht is gericht op:
Deze opdracht omvat specifieke elementen uit de volgende opdrachten:
| |
In Katwijk bestaat nog een sterke mate van onderlinge steun en hulp. Gemeenschappen zoals de kerk, nabuurschap en verenigingsleven waar mensen elkaar ontmoeten en steunen zijn nog volop aanwezig. Toch zijn familie, vrienden, buren, kennissen en vrijwilligers tegenwoordig minder betrokken bij elkaar waardoor persoonlijke zorg, ondersteuning en naastenhulp minder vanzelfsprekend is geworden. Het belang van het blijven stimuleren en versterken van sociale netwerken en steunstructuren is een belangrijke schakel in het preventielandschap. Wij zetten de basisvoorzieningen (maatschappelijk voorveld) in op het creëren van een positieve ondersteuning en het versterken van de eigen kracht van onze minder zelfredzame en kwetsbare inwoners. Hiermee houden zij meer regie over hun eigen leven, wordt escalatie van problemen en/of sociaal isolement voorkomen en wordt hun eigenwaarde en maatschappelijke positie gestimuleerd. Katwijk zet deze richting in, in nauwe afstemming met lokale partners en de inwoners zelf. Gekeken wordt hoe bestaande initiatieven versterkt en uitgebreid kunnen worden, en hoe nieuwe initiatieven kunnen ontstaan of ontwikkeld kunnen worden. | |
Het creëren van een duurzaam preventielandschap begint met het stimuleren van de beweging van zorg naar welzijn. We werken toe naar een goed toegerust maatschappelijk voorveld, waarbij de focus ligt op universele en selectieve preventie, ondersteuning en/of coaching vanuit het eigen netwerk en zo nodig geïndiceerde preventie. We willen hiermee zwaardere zorg voorkomen. Alleen als het echt niet anders kan zetten we vormen van zorg gerelateerde preventie in. Inhoudelijk spelen een aantal ontwikkelingen een rol in relatie tot deze opdracht:
| |
Deze opdracht is het vervolg op de derde tranche MAG 2021. Voor 2022 is deze verlengd, voor 2023 wordt deze opnieuw uitgezet. Het gaat om de volgende deelopdrachten:
Per deelopdracht is een apart budgetplafond beschikbaar, zie het kopje Kaders. Het doel van deze opdracht is:
De essentie van deze opdracht is samen te vatten in drie thema’s: normaliseren, meedoen en eigen kracht.
Dit is verder uitgewerkt in een concrete uitvraag, per thema en per type preventie, met als doel toe te werken naar een goed dekkend landschap in het maatschappelijke voorveld. Dit is in bijlage 1 terug te vinden. | |
| |
Dit is een brede opdracht gericht op diverse, soms zeer specifieke doelgroepen. Deze staan benoemd in de bijlage. Van aanvragers verwachten we dat zij een op specifieke doelgroepen gerichte, innovatieve aanpak aanbieden. | |
Wij verwachten dat aanvragers in het plan van aanpak beschrijft 'hoe' het project en/of de activiteiten bijdragen aan de beoogde maatschappelijke effecten. Ook wordt in het plan van aanpak beschreven aan welke doelen, zoals deze zijn beschreven in het Databoek Maatschappelijke Agenda 2021-2023 een bijdrage wordt geleverd. Gedurende de uitvoering van het plan van aanpak bespreken we dit in de accountgesprekken. Doelen en indicatoren zijn te vinden in het databoek. Dit is februari 2022 geactualiseerd en is te vinden op www.detoekomstvankatwijk.nl, specifiek hier: Voortgangsrapportage_MAG_-_versie_college_1_maart_2022__2814929___4.0_.Pdf (detoekomstvankatwijk.nl) | |
Op het beoordelingsformulier in de beoordelingsleidraad staan de criteria waarop uw aanvraag wordt beoordeeld en hoeveel punten u hiervoor kunt krijgen. | |
Voor de huidige situatie kunt u zich oriënteren op het eerder genoemde databoek. Indien aanvrager zelf beschikt over feiten en cijfers stellen we het op prijs als deze in de aanvraag worden genoemd. | |
Deze opdracht gaat over preventie en niét over zorg zoals geïndiceerde zorg vanuit de Jeugdwet, Wmo, Zvw en Wlz. De opdracht gaat alleen over universele, selectieve en geïndiceerde preventie, niét over zorg gerelateerde preventie. | |
| |
Bijlage 2: Eigen verklaring subsidieregeling Maatschappelijke Agenda 2023
Er bestaat een standaard Uniform Europees Aanbestedingsdocument dat op internet gepubliceerd is door het ministerie van Economische Zaken en Klimaat3 . Door subsidieaanvragers deze in te laten vullen, krijgt de gemeente een beeld van de financiële situatie, de bekwaamheid en de geschiktheid van de aanvrager.
Dat standaardformulier is bij vorige de subsidietender voor veel van onze subsidieaanvragers lastig gebleken om te lezen en in te vullen. Het college heeft er daarom voor gekozen een vereenvoudigde versie te maken. Waar in de subsidieregeling wordt gesproken over het UEA of de Eigen Verklaring, wordt daarmee deze vereenvoudigde versie bedoeld.
Het college behoudt het recht voor om meer informatie bij de subsidieaanvrager op te vragen als een hier beantwoorde vraag daar aanleiding toe geeft. Dit gebeurt dan onder verwijzing naar het reguliere uitgebreide UEA, waarin aanvrager deze vraag ingevuld zou moeten hebben.
Contactpersoon (of -personen):
Neemt de organisatie samen met anderen deel aan de subsidietender4 ?
Vermeld, indien van toepassing, naam/namen en adres/adressen van de persoon/personen die gemachtigd is/zijn om de organisatie bij deze subsidieaanvraag te vertegenwoordigen.
Dit is alleen nodig als de organisatie niet is ingeschreven in het KVK Handelsregister óf wanneer dit wel het geval is, maar er wordt afgeweken van de vertegenwoordigingsbevoegdheid zoals aangegeven in het KVK Handelsregister.
Is de aanvrager zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de aanvrager of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, om een van de hierna genoemde redenen veroordeeld bij onherroepelijk vonnis, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is5 :
Heeft de organisatie, voor zover hij weet, zijn verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal of arbeidsrecht geschonden6 ?
Is op de organisatie een van de volgende situaties van toepassing:
Hij verkeert in een andere, vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van nationale wet- of regelgeving7 , of
Geef de redenen waarom de organisatie desondanks in staat is om de opdracht uit te voeren, gelet op de toepasselijke nationale voorschriften en maatregelen betreffende de voortzetting van de activiteiten in deze situaties8
Heeft de organisatie zich schuldig gemaakt aan ernstige beroepsfouten9?
Is de organisatie zich bewust van enig belangenconflict10 als gevolg van zijn deelneming aan de subsidietender?
Is het de organisatie overkomen dat een eerdere subsidiebeschikking, overheidsopdracht, een eerdere opdracht van een aanbestedende entiteit of een eerdere concessieovereenkomst heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties?
Kan de organisatie bevestigen dat hij niet heeft getracht het besluitvormingsproces van de gemeente onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige voordelen in de subsidietender kan bezorgen, of om verwijtbaar misleidende informatie te verstrekken die een belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting, selectie of gunning?
Ondergetekende(n) verklaart/verklaren formeel dat de door hem/haar/hen hiervoor verstrekte informatie accuraat en correct is en dat hij/zij zich volledig bewust is/zijn van de consequenties van het afleggen van een valse verklaring.
Ondergetekende(n) verklaart/verklaren formeel desgevraagd en onverwijld de hiervoor bedoelde certificaten en andere vormen van bewijsstukken te kunnen overleggen, tenzij de gemeente de betrokken ondersteunende documenten rechtstreeks kan verkrijgen door raadpleging in een lidstaat van een gratis toegankelijke nationale databank.
Ondergetekende(n) stemt/stemmen er formeel mee in dat de gemeente toegang krijgt tot stukken tot staving van de informatie die is verstrekt in dit document met het oog op de onderhavige procedure.
Bijlage 3a Toelichting financiële onderbouwing subsidieaanvraag MAG 2023
Toelichting financiële onderbouwing subsidieaanvraag MAG 2023
Uw organisatie kan in 2022 subsidie aanvragen voor activiteiten rondom de Maatschappelijke Agenda (MAG) 2023. De gemeente Katwijk stelt daarbij eisen aan de aanvraag en regels over uw eigen vermogen en reserves. De regels bepalen dat de algemene reserve (onderdeel van het eigen vermogen) maximaal 10% van de totale exploitatieomvang mag zijn. Om dit te controleren is een berekening opgesteld, die verderop in deze financiële onderbouwing wordt toegelicht. Heeft u vragen over het aanleveren van de gevraagde informatie, neemt u dan gerust contact op met uw accounthouder.
1.Dekkingsplan activiteiten MAG 2023
De gemeente vraagt inzicht te geven in de kosten van de activiteiten waarvoor u subsidie aanvraagt. Daarvoor maakt u gebruik van het meegestuurde format voor een dekkingsplan. In dit plan vult u in welke kosten uw organisatie heeft om activiteiten binnen de MAG uit te voeren. Ook staat in het dekkingsplan hoeveel subsidie u van de gemeente vraagt. U geeft daarnaast aan welke andere inkomsten uw organisatie heeft of verwacht voor het uitvoeren van de activiteiten. Het dekkingsplan richt zich in het bijzonder op de activiteiten waarvoor uw organisatie subsidie aanvraagt en moet sluitend zijn. Dat betekent dat het totaal van de verwachte kosten gelijk is aan het totaal van de verwachte inkomsten.
Na afloop van de subsidieperiode verwacht de gemeente een financiële verantwoording van u. Hiermee verantwoordt uw organisatie waar de subsidie aan is besteed. Wij vragen u het format van het dekkingsplan in te vullen in de huidige opzet. De velden die voor uw organisatie niet van toepassing zijn, kunt u leeg laten.
Naast het gevraagde subsidiebedrag kan uw organisatie andere inkomsten hebben. U kunt daarbij denken aan sponsoring, giften, andere subsidies of een eigen bijdrage van deelnemers. Soms zijn er nog ‘overige’ inkomsten, zoals omzet uit de verkoop van publicaties of eten en drinken. Van de bedragen voor ‘overige subsidies’ en ‘overige inkomsten’ moet een specificatie worden geven.
Wij vragen gerichte informatie over de belangrijke kostenposten. We vragen alleen kosten op te geven die echt noodzakelijk zijn voor de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd.
Personeelskosten: met een onderscheid in welke kosten bedoeld zijn voor het echte werk (uitvoerend personeel) en welke kosten voor de aansturing en ondersteuning (de personele overhead). Om de kosten te kunnen beoordelen vragen we ter onderbouwing het aantal fte’s en de basis voor de beloning/het gemiddeld uurtarief (de cao en de inschaling van de mensen).
Activiteitenkosten11 : dit zijn alle kosten die direct nodig zijn voor de uitvoering van de activiteiten. Als de activiteiten niet doorgaan zijn deze (variabele) kosten er ook niet. Denk hierbij aan scholing en training (bijvoorbeeld van vrijwilligers), onkosten en attenties, zaalhuur en aanschaf of huur van materialen.
Organisatiekosten: dit zijn alle kosten die niet onder personele kosten, huisvestingskosten en activiteitenkosten vallen. Dit zijn alle algemene vaste kosten, die een organisatie heeft, zoals kantoorkosten, administratiekosten, (juridisch) advieskosten, accountantskosten en verzekeringen. Om de noodzaak te kunnen beoordelen moet er van deze kosten ook een specificatie worden geven.
Naast het dekkingsplan, moet er ook een totale begroting van uw organisatie als bijlage worden meegestuurd. Deze complete begroting is nodig om de totale exploitatieomvang van uw organisatie te bepalen. Als de begroting op de datum van aanvraag nog niet definitief is, dan vragen wij u de meest recente conceptbegroting in te dienen.
3.Stand van eigen vermogen en reserves
Bij de beoordeling van uw subsidieaanvraag wordt gekeken naar de stand van de reserves en het eigen vermogen. In het bijzonder is de algemene reserve van uw organisatie op het moment van de aanvraag van belang. Een uitgebreide toelichting op de stand van reserves en eigen vermogen staat in de subsidieregeling reserves en eigen vermogen gemeente Katwijk. Deze beleidsregels bepalen dat de maximaal toegestane algemene reserve 10% van de totale exploitatieomvang van uw organisatie is. Heeft uw organisatie een algemene reserve die hoger is dan 10% van de totale exploitatiekosten? Dan bestaat het risico dat de subsidie (gedeeltelijk) niet wordt toegekend of achteraf wordt teruggevorderd. Heeft uw organisatie vanwege relaties met andere gemeenten/organisaties een verklaarbare reden voor een hogere algemene reserve dan 10%? Dan vragen wij u dit toe te lichten, of ervoor te kiezen om hiervoor specifieke bestemmingsreserves te vormen. U dient een bestemmingsreserve binnen vijf jaar na de vorming te besteden. Anders vloeit deze bestemmingsreserve automatisch terug naar de algemene reserve.
Om de stand van de reserves en het eigen vermogen te berekenen, levert u de balans uit de jaarrekening 2021 aan. De balans uit de jaarrekening 2021 heeft betrekking op uw hele financiële boekhouding. Dit in tegenstelling tot het dekkingsplan, die alleen betrekking heeft op de activiteiten waarvoor u subsidie aanvraagt. U kunt bij dit onderdeel volstaan met het toesturen van de jaarrekening 2021 van uw organisatie. U mag er ook voor kiezen om onderstaand format voor de balans in te vullen.
Ter illustratie vindt u hieronder een ingevulde balans. De getallen zijn fictief.
Hieronder staat een fictief voorbeeld van de toets op de maximale algemene reserve van uw organisatie. Constateert u dat, na het invullen van onderstaande tabel, het door uw organisatie aangevraagde subsidiebedrag te hoog is? Dan kan het te verlenen subsidiebedrag uiteindelijk lager worden vastgesteld dan het oorspronkelijk aangevraagde subsidiebedrag.
De gemeente Katwijk ziet in dat er gevallen zijn waarbij de algemene reserve van de subsidieaanvrager hoger is dan 10%, maar dat de uitkering van de (volledige) subsidie toch nodig is om de activiteiten uit te kunnen voeren. In bepaalde gevallen kan het college van B&W afwijken van de beleidsregels, bijvoorbeeld in de volgende gevallen:
Voor de uitbetaling van een verleende subsidie worden de volgende betaaltermijnen gehanteerd:
Bijlage 3b Format dekkingsplan subsidieaanvraag MAG 2023
Algemene gegevens en overzicht
Onderstaande tabellen worden automatisch ingevuld na het invullen het tabblad 'dekkingsplan'.
Het is belangrijk dat u de noodzaak van de subsidie aantoont. Subsidies van de gemeente zijn namelijk bedoeld om alleen activiteiten te steunen die zonder de subsidie niet kunnen plaatsvinden. Dit staat in de Algemene Subsidie Verordening (ASV) van de gemeente Katwijk.
U toont deze noodzaak aan door dit dekkingsplan mee te sturen met uw subsidieaanvraag. In dit dekkingsplan staat welke kosten u heeft om de activiteiten uit te voeren. Ook staat er in welk subsidiebedrag u nodig heeft en welke andere inkomsten u heeft of verwacht voor de activiteiten.
Het dekkingsplan moet sluitend zijn. Dat betekent dat het totaal van de verwachte kosten gelijk moet zijn aan het totaal van de verwachte inkomsten.
Na afloop van de subsidieperiode stuurt u een financiële verantwoording. In die verantwoording laat u het resultaat van de posten in het dekkingsplan zien.
In het tabblad 'dekkingsplan' vult u voor iedere gesubsidieerde activiteit in ieder geval cel 10 t/m 14 en cel 18 t/m 22 in. Als deze kosten en baten verder uitgesplitst zijn in uw begroting, dan vult u dit in per gesubsidieerde activiteit vanaf cel 29 en verder. Als u meer dan vier gesubsidieerde activiteiten uitvoert, dan kunt u extra kolommen toevoegen.
Naast het gevraagde subsidiebedrag kunt u andere inkomsten hebben zoals sponsoring, giften, andere subsidies of een eigen bijdrage van de deelnemers. Soms zijn er nog ‘overige’ inkomsten, zoals omzet uit de verkoop van publicaties of eten en drinken.
Van de bedragen voor ‘overige subsidies’ (cel 28 t/m 30) en ‘overige inkomsten’ (cel 34 t/m 36) moet u een specificatie geven.
Wij willen geen detailinformatie hebben, maar gerichte informatie over de belangrijke kostenposten. De begroting van de lasten moet reëel zijn. Geef alleen kosten op die echt noodzakelijk zijn voor de activiteiten.
Personeelskosten: Maak onderscheid in welke kosten bedoeld zijn voor het echte werk (uitvoerend personeel) en welke kosten voor de aansturing en ondersteuning (de personele overhead). Om de kosten te kunnen beoordelen vragen we ter onderbouwing het aantal fte’s en de basis voor de beloning/het gemiddeld uurtarief (de cao en de inschaling van de mensen).
Activiteitenkosten: Dit zijn alle kosten die direct nodig zijn voor de uitvoering van de activiteiten. Als de activiteiten niet doorgaan hebt u deze (variabele) kosten ook niet. Denk hierbij aan zaalhuur, inhuur van mensen en materialen. Als de kosten lastig toe te rekenen zijn aan de diverse activiteiten, dan kunt u dat toelichten en in het format deze kosten in één kolom weergeven , in plaats van per actvititeit.
Organisatiekosten: Dit zijn alle kosten die niet onder personele kosten, huisvestingskosten en activiteitenkosten vallen. Dit zijn alle algemene vaste kosten, die een organisatie heeft, zoals kantoorkosten, administratiekosten, (juridisch) advieskosten, accountantskosten en verzekeringen. Om de noodzaak te kunnen beoordelen moet u van deze kosten ook een specificatie geven.
Format dekkingsplan subsidieaanvraag MAG 2023
Mogelijk valt uw organisatie onder een CAO. Als dit het geval is, kunt u de betreffende CAO in de cel hierboven invullen.
Bijlage 4 Beoordelingsleidraad en -formulier subsidieaanvragen MAG 2023
Beoordelingsleidraad voor de subsidieaanvragen Maatschappelijke Agenda 2023
Op 3 juni jongstleden is de subsidieregeling Maatschappelijke Agenda 2022 gepubliceerd. Verenigingen en organisaties kunnen een subsidieaanvraag indienen tussen 3 juni, 0.01 uur en 7 augustus 2022, 23.59 uur.
In het bronbestand ‘MAG-deelnemers 2023’ houdt de subsidiecoördinator bij hoeveel aanvragen er in totaal zijn ontvangen. Aanvragen die niet volledig zijn of die niet op tijd zijn ingediend, weigert het college.
De subsidiecoördinator doet na ontvangst van een e-aanvraagformulier via www.katwijk.nl een check of de aanvraag compleet is. Dit houdt in dat alle bijlagen zijn aangeleverd, formats volledig zijn ingevuld en waar nodig rechtsgeldig ondertekend en de bewijsstukken geldig zijn.
Als er gegevens ontbreken, mailt de subsidiecoördinator de aanvrager. De aanvrager kan stukken sowieso aanvullen gedurende de inschrijvingsperiode. Na de sluiting hiervan op 7 augustus 2022 geldt een redelijke hersteltermijn op grond van de Awb, waarbij we uitgaan van tien werkdagen.
De beoordelingscommissie bestaat per (deel)opdracht uit 2 inhoudelijk betrokken beleidsmedewerkers van het cluster Beleid Sociale Leefomgeving van de gemeente Katwijk. Zij beoordelen gezamenlijk alle aanvragen onder voorzitterschap van team Inkoop (die niet mee beoordeelt).
Elk lid rondt uiterlijk 26 augustus 2022 de individuele beoordeling van de aanvragen af voor de betreffende (deel)opdracht.
Als een aanvrager niet aan één van de genoemde uitsluitingscriteria of geschiktheidseisen uit de subsidieregeling MAG 2023 (hoofdstuk 2) voldoet dan sluit de beoordelingscommissie een aanvraag op voorhand uit. Als er weigeringsgronden uit de ASV Katwijk 2018 (artikel 8, lid 3) 12 van toepassing zijn, dan sluit de beoordelingscommissie een aanvraag op voorhand (deels) uit.
Leden van de beoordelingscommissie beoordelen vervolgens zonder overleg met elkaar de aanvraag voor zover die niet volledig is uitgesloten 13 . Zij beoordelen het plan van aanpak en de overige aangeleverde documenten aan de hand van het beoordelingsformulier (zie bijlage) en vullen hun bevindingen in. Om tot een goede onderbouwing van de criteria te komen motiveert elke beoordelaar de onderdelen die hij/zij terugvindt op dit beoordelingsformulier. Dit moet professioneel/zakelijk en met oog voor de partner worden gedaan, een toelichting moet toegevoegde waarde hebben. De beoordelaar geeft vervolgens een individuele score aan elk onderdeel. Eventuele vragen worden genoteerd.
Deze cyclus herhaalt zich tot de beoordelaar alle aanvragen binnen de betreffende opdracht heeft gescoord.
Als de leden van de beoordelingscommissie hun individuele oordelen hebben afgerond, komen zij op 29 en 30 augustus bij elkaar om tot een gezamenlijk eindoordeel te komen. Collega’s van Team Inkoop, Financiën en Juridische Zaken zijn beschikbaar voor consultatie.
De beoordelaars delen de individuele beoordelingsformulieren per aanvraag met elkaar. Op basis van consensus komen zij vervolgens tot een gezamenlijk oordeel. Indien er voldoende informatie aanwezig is komen zij vervolgens tot een gemotiveerde eindscore per onderdeel. Het eindoordeel is daarmee dus niet automatisch het gemiddelde van de twee scores van de individuele beoordelaars. De beoordelingscommissie formuleert de motivatie per onderdeel zorgvuldig en voorkomt staccato woorden.
Voor zover niet voldoende informatie aanwezig is om tot een gemotiveerde eindscore te komen kan de beoordelingscommissie verduidelijkingsvragen aan een subsidieaanvrager stellen. Deze vragen mogen niet leiden tot een wezenlijk andere inschrijving en hebben slechts als doel de beoordelingscommissie op onderdelen meer helderheid te verschaffen. De verduidelijkingsvragen zullen kort na de beoordeling per e-mail worden gesteld aan subsidieaanvrager op het door hem opgegeven adres, waarna aanvrager 5 werkdagen de tijd heeft om hier eveneens per e-mail op te reageren. Na ontvangst van een reactie komt de beoordelingscommissie tot een gemotiveerde eindscore zoals hier boven genoemd.
De beoordelingscommissie maakt gebruik van de onderstaande tabel om tot een eindoordeel te komen:
* voor zover het subsidieplafond dit toelaat
Hierna rangschikt de beoordelingscommissie de aanvragen op basis van het totaal behaalde aantal punten van hoog naar laag. Subsidieaanvragen die op voorhand volledig zijn uitgesloten, staan onderaan de rankschikking zonder puntentoekenning.
Als de plafonds zijn bereikt neemt de beoordelingscommissie de bepalingen in hoofdstuk 3 subsidieplafond en hoofdstuk 6 wijze waarop het college de aanvraag beoordeelt in acht. Hierbij consulteert de beoordelingscommissie een collega van Inkoop, Financiën en/of Juridische Zaken (welke expertise nodig is, is afhankelijk van de specifieke situatie).
Team Inkoop toetst per (deel)opdracht de eindbeoordelingsformulieren van alle aanvragen en de eindranking.
De beoordelingscommissies adviseren aan de hand van de eindranking aan het clusterhoofd Beleid Sociale Leefomgeving van de gemeente Katwijk. Het clusterhoofd is namens het college bevoegd conform dit advies te besluiten. Als tussenstap wordt het advies van de beoordelingscommissies in het Portefeuillehouders Overleg MAG medio september toegelicht. Gemotiveerd afwijken blijft mogelijk, maar vraagt om een collegebesluit.
De accounthouders van de verschillende (deel)opdrachten zullen in de week vóór de verzending van beschikkingen een toelichting op het besluit geven aan aanvragers die een afwijzingsbeschikking ontvangen.
Format (individueel) beoordelingsformulier subsidieaanvraag MAG 2023
Een de-minimisverklaring is te downloaden op De-minimis (overheidssteun onder € 200.000) - Europa decentraal. Op die webpagina is eveneens meer informatie te vinden over wat een de-minimisverklaring is en waarom deze nodig is voor een onderneming die subsidie aanvraagt.
Deze informatie hoeft niet te worden verstrekt indien de uitsluiting van ondernemers in een van de onder a) tot en met f) genoemde gevallen krachtens het toepasselijke nationale recht verplicht is zonder enige mogelijkheid tot afwijking wanneer de ondernemer desondanks in staat is de opdracht uit te voeren.