Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oude IJsselstreek

Selectieleidraad subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOude IJsselstreek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSelectieleidraad subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’
CiteertitelSelectieleidraad subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp
Externe bijlagebijlage 1 - 11 selectieleidraad Wmo

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-07-2021nieuwe regeling

02-03-2021

gmb-2021-245950

Tekst van de regeling

Intitulé

Selectieleidraad subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’

 

Gemeente Oude IJsselstreek

Postbus 42

7080 AA Gendringen

Bijlage S11: Bestuursopdracht ‘Transformatie in de kijk op zorg en hulp voor volwassenen’

 

Inhoudsopgave

Definitielijst 4

1. WAAR GAAT DEZE SUBSIDIETENDER OVER? 6

1.1 Inleiding 6

1.2 De visie: Naar het hart van de beweging 6

1.2.1 Basisbegrippen 7

1.2.2 Bestuursopdracht ‘Transformatie in de kijk op zorg en hulp voor volwassenen’ 8

1.2.3 Ambitie in samenwerking en partnerschap 8

1.2.4 Regionale samenwerking 9

1.3 Welke beweging(en) beogen we met de visie en bestuursopdracht 9

1.4 Motivering subsidietenderprocedure 11

1.5 Gesprekken met marktpartijen 11

1.6 Subsidiabele segmenten per 1 januari 2022 11

1.6.1 Subsegment 1: Ontwikkelen 13

1.6.2 Subsegment 2: Stabiliseren 13

1.6.3 Subsegment 3: Faciliteren 14

1.6.4 Wat behoort niet tot de subsidiabele (sub)segmenten 14

1.7 Hoogte subsidiebedrag en omvang van de (sub)segmenten 14

1.8 Looptijd subsidie 15

1.9 Resultaat of Prestatieafspraken 16

1.10 Nakoming niet afdwingbaar 16

2. DE SUBSIDIETENDERPROCEDURE 17

2.1 De Selectiefase 18

2.2 De Inschrijvingsfase 18

2.3 De Bouwfase 19

3. SELECTIEFASE 21

3.1 Selectiefase: eerste onderdeel 21

3.1.1 Uitsluitingsgronden 21

3.1.1.1 Uniform Europees Aanbestedingsdocument 21

3.1.1.2 Verklaring omtrent gedrag, Ultimate Benificial Owners (UBO) en jaarrekening 22

3.1.2 Geschiktheidseisen 22

3.1.2.1 Kerncompetenties 22

3.1.2.2 Afdekking beroepsrisico’s 23

3.1.2.3 Kwaliteitssystemen 23

3.1.2.4 Financiële draagkracht en integere bedrijfsvoering 23

3.1.3 Andere bijzondere voorwaarden 24

3.1.3.1 Instemmen met het programma van eisen 24

3.1.3.2 Opgave subsegmenten 24

3.2 Selectiefase: tweede onderdeel 24

3.2.1 Toelatingscriteria 25

3.2.2 Toelatingscriterium: visie op zorg 25

3.2.3 Toelatingscriterium: samenwerking binnen lokaal hulpnetwerk 26

3.2.4 Toelatingscriterium: kansen- en risicodossier 26

3.2.5 Selectiecommissie 26

3.2.6 Methode van beoordelen 27

3.2.7 Bepaling eindscore en toelating 29

3.3 Toelating 29

4. SELECTIEPROCEDURE 30

4.1 Planning 30

4.2 Inlichtingen procedure 31

4.3 Aanmelding 31

4.4 Aanmelding zelfstandig, in combinatie of met onderaanneming 32

4.4.1 Aanmelden als zelfstandige zorgaanbieder 32

4.4.2 Aanmelden als Combinatie 33

4.4.3 Gebruik maken van onderaannemers 33

4.4.3.1 Gebruik maken van onderaannemers bij aanmelding 33

4.4.3.2 Gebruik maken van onderaannemers gedurende de uitvoering van de (sub)segmenten 34

4.4.4 Eenmaal aanmelden 34

4.5 Onvoorwaardelijke en onherroepelijke Aanmelding 34

4.6 Procedure na ontvangst Aanmeldingen 34

4.7 Vergoedingen 34

4.8 Gestanddoening 35

4.9 Onjuistheden 35

4.10 Voorbehoud 35

4.11 Herstel van fouten en omissies en verduidelijking van de Aanmelding 35

4.12 Rechts- en forumkeuze 35

4.13 Vertrouwelijkheid 36

4.14 Voertaal 36

4.15 Bezwaar tegen selectiebeslissing 36

 

Bijlagen:

Bijlage S1: Visie ‘Naar het hart van de beweging’ van de gemeente Oude IJsselstreek

Bijlage S2: Subsidieregeling

Bijlage S3: Verslag gesprekken met marktpartijen

Bijlage S4: Uniform Europees Aanbestedingsdocument (UEA)

Bijlage S5: Opgaaf Referentieproject m.b.t. kerncompetenties

Bijlage S6: Programma van eisen

Bijlage S7: Invulformulier Subsegmenten

Bijlage S8: AIAG 2017

Bijlage S9: Opbouw subsidiebudget en kengetallen

Bijlage S10: Transponeringstabel huidige productcodes naar nieuwe subsegmenten

Bijlage S11: Bestuursopdracht ‘Transformatie in de kijk op zorg en hulp voor volwassenen’

 

Definitielijst

In deze subsidietenderprocedure wordt een aantal begrippen gebruikt die hieronder zijn gedefinieerd. De begripsbepalingen zoals vastgelegd in artikel 1.1.1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 zijn daarbij onverkort van toepassing.

*

 

1. Waar gaat deze subsidietender over?

1.1 Inleiding

Het sociaal domein is voor de gemeenten vanaf 2015 vanwege de decentralisaties ingrijpend veranderd. De eerste jaren stonden met name in het teken van het zo goed mogelijk overnemen en vormgeven van de overgehevelde taken. Daarnaast werd in Oude IJsselstreek gewerkt met experimenten om het sociaal domein nieuwe impulsen te geven. In 2018 veranderde dit toen bleek dat de financiën zwaar onder druk kwamen te staan. Doorgaan op de bestaande weg was geen optie meer, koud saneren was voor Oude IJsselstreek echter ook geen optie. Vanaf dat moment hebben we gekozen voor een andere aanpak vanuit de overtuiging dat we het beter én goedkoper kunnen doen.

 

Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek heeft door het opstellen van de visie “Naar het hart van de beweging” (zie bijlage S1), kenbaar gemaakt hoe wij jeugdhulp en maatschappelijk ondersteuning in onze gemeente willen vormgegeven. Om uitvoering te geven aan de visie wil de Gemeente Oude IJsselstreek een partnerschap aangaan met een beperkt aantal zorgaanbieders die de gemeentelijke visie op zorg in het sociaal domein delen. Een beperkt aantal maakt het mogelijk om meer zekerheden te bieden en een samenwerkingsrelatie op te bouwen waardoor er ruimte ontstaat om te concentreren op de kwaliteit van zorg, onderlinge samenwerking en innovatie.

 

Gemeente Oude IJsselstreek zoekt met deze subsidietender daarom partners die ambulante Jeugdhulp en/of Wmo-begeleiding aan onze inwoners willen leveren voor de nieuwe contractperiode vanaf 1 januari 2022 tot 2027 (met optie op verlenging tot 2032). Met de subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’ selecteren wij de partners die samen met ons invulling gaan geven, en verantwoordelijkheid dragen, voor maatschappelijke ondersteuning die aansluit bij de behoefte, de vraag en de leefwereld van onze inwoner. Om gezamenlijk invulling te geven aan deze ontwikkeling investeren we in de samenwerkingsrelatie met langlopende contracten. Dit geeft ruimte om samen te bouwen aan Wmo-hulp die werkt. Dit betekent ook dat in deze subsidietender niet concreet is beschreven van hoe we de Wmo-hulp in willen vullen. Wij willen daarvoor nadrukkelijk de kennis en expertise van ons toekomstige samenwerkingspartners inzetten en gebruiken. Gelijktijdig aan deze subsidietender is op TenderNed de tender ‘Specialistische Jeugdhulp in de buurt’ door gemeente Oude IJsselstreek gepubliceerd.

 

De voorliggende selectieleiddraad is een onderdeel van de subsidietender “Wmo-hulp in de buurt”. Deze leidraad is een eerste stap in ons proces. In hoofdstuk 1 leest u de visie, de doelstellingen en de inhoud van de opdracht. In hoofdstuk 2 leest u meer over de subsidietenderprocedure. Hoofdstuk 3 gaat over de Selectiefase en hoofdstuk 4 behandelt de selectieprocedure.

 

1.2 De visie: Naar het hart van de beweging

Deze subsidietender is opgesteld om de partners te selecteren die samen met de gemeente, de partner(s) voor de nieuwe domeinoverstijgende manier van werken (o.a. de toegang) en de partners in het voorliggende veld, de visie gaan realiseren. Gemeente Oude IJsselstreek beoogd daarmee de volgende doelen te behalen:

 

• Het verbeteren van de gezondheid en kwaliteit van leven van de (jeugdige) inwoners binnen de gemeente;

• Het verbeteren van de door de (jeugdige) inwoner ervaren kwaliteit van de hulp en ondersteuning;

• Het beheersen en verlagen van de kosten voor de gemeente.

 

Kernidee waarin we geloven

Het kernidee waarin we geloven is dat er ruimte nodig is voor bezieling in de hulp, zorg en ondersteuning voor hen die dat nodig hebben. Hulp en ondersteuning moet makkelijk bereikbaar zijn op een manier die past bij wat inwoners logisch vinden. Dat betekent ook dat “het systeem” met zijn procedures, regels, financiën, bureaucratie, bestuurlijke drukte, ondergeschikt is aan de menselijke kant en de wereld waarin onze inwoners leven. We houden alleen de ‘systeemzaken’ die daadwerkelijk bijdragen aan wat we nastreven in stand. We bouwen geen bureaucratische organisatie of procedures maar een waarden-gedreven samenwerking waarbij de vorm ondersteunend is aan de doelstellingen.

 

1.2.1 Basisbegrippen

Net als in de doelen hierboven staat vanuit de Wmo het perspectief op zelfstandigheid centraal:

“De inwoner leidt een zelfstandig, gelukkig en fijn leven vanuit het perspectief en de definitie van de inwoner zelf. Dit gaat over alle levensdomeinen heen”. Het gaat vooral over de keuze die de inwoner zelf heeft om daar invulling aan te geven.

In het sociaal domein werken we idealiter alleen samen met partijen die zich kunnen vinden in onze visie en daar ook naar handelen. Dit leidt tot de volgende drie basisbegrippen die centraal staan bij de aanpak:

Normaliseren;

Voorkomen;

Samenwerken/innoveren.

 

Normaliseren

Het gaat hierbij om het uitgangspunt en de houding dat problemen en kwetsbaarheid bij ontwikkelen en functioneren in de maatschappij onderdeel zijn van het dagelijks leven. Hierbij dient onnodig etiketteren en problematiseren te worden tegengegaan. Hulp moet in eerste instantie gericht zijn op het versterken van de eigen kracht en het activeren en benutten en zo nodig versterken van het eigen netwerk/de sociale omgeving. Het perspectief van de inwoner en het denken in mogelijkheden in plaats van beperkingen staat hierbij centraal.

Dat kwetsbaarheden bij het leven horen, betekent ook dat (zeer) complexe problematiek rondom ontwikkelen en functioneren in de maatschappij daarbij hoort. Normaliseren betekent in dat geval ook dat inzet van gespecialiseerde zorg soms hoort bij een fase van kwetsbaarheid.

Normaliseren gaat dan ook om het voorkomen dat lichte hulpvragen een te zwaar hulpaanbod ontvangen en zwaardere of complexere vragen niet de juiste hulp, te laat hulp of geen hulp ontvangen.

 

Voorkomen

Eén van de uitgangspunten van de Wmo is dat preventie en signalering van problemen helpt bij het voorkomen van problemen als gevolg van te laat ingrijpen. Om die reden vragen wij de partners nadrukkelijk aandacht te besteden aan preventie, bijvoorbeeld door per kern te zorgen voor (versterking van) een sociaal netwerk, ontmoetingsplekken, laagdrempelige advies- en informatievoorziening en dergelijke. Tegelijkertijd betekent dit niet dat preventie grenzeloos moet zijn en dat alle risico’s moeten worden beheerst. Voorkomen moet worden dat generieke preventie wordt ingezet voor inwoners waarbij dat niet nodig is. Ook hier is het van belang dat er een goede balans gevonden wordt tussen voorkomen, genezen en verantwoord niets doen.

 

Samenwerken/innoveren

Lichte ambulante Wmo zorg wordt (deels) aangeboden binnen het voorliggende veld. In de komende jaren werken wij aan een nieuwe domeinoverstijgende manier van werken waar de toegang tot gespecialiseerde ondersteuning een onderdeel van zal zijn. Belangrijke onderdelen van deze manier van werken is dat we de knip tussen indicatie en (lichte) hulpverlening willen weghalen en dat we ons richten op gezondheid en gedrag (reablement/herstelvermogen). Voor zwaardere of meer specialistische vormen van hulp zal gebruik gemaakt moeten worden van de specialisatie van de te selecteren partners in deze subsidietender.

Momenteel heeft de gemeente voor dergelijke “geïndiceerde hulp” meer dan honderd verschillende aanbieders gecontracteerd via een open housemodel. Alle aanbieders die voldoen aan vooraf bepaalde kwaliteitscriteria, komen in aanmerking voor een raamcontract. Het grote aantal gecontracteerde partijen belemmert de effectiviteit van zorg. Onzekerheid bij en concurrentie tussen aanbieders leidt tot korte termijn handelen, waarbij overleven en het maximaliseren van de te verlenen zorg (en daarmee de inkomsten) voor aanbieders een belangrijke rol lijkt te spelen. Samenwerken, afschalen van zorg en innoveren verdwijnen hierbij naar de achtergrond. Dit komt de kwaliteit van zorg voor de inwoners niet ten goede en leidt tot onnodig hoge kosten.

Van belang is dat er wordt gezorgd voor goede samenwerking en aansluiting op de nieuwe domeinoverstijgende manier van werken en het voorliggende veld die de lichte hulpverlening uitvoeren, en de specialistische aanbieders. Hierbij is het de wens dat geen formele indicatiestellingen meer nodig zijn voor de inzet van (een deel van de) gespecialiseerde Wmo zorg. De rol van de gemeente hierbij zal verschuiven naar meer faciliterend en ondersteunend, zonder daarbij de rol als eindverantwoordelijke partner uit het oog te verliezen.

 

1.2.2 Bestuursopdracht ‘Transformatie in de kijk op zorg en hulp voor volwassenen’

De visie op het sociaal domein is door het college vertaald in een bestuursopdracht voor de transformatie van de Wmo (zie bijlage S11). Het ontwikkelen van een nieuwe manier van werken die domeinoverstijgend is en die uitgaat van de bedoeling en de inwoner hierin centraal zet. In de bestuursopdracht zijn de volgende uitgangspunten opgenomen die ook het kader vormen voor de inkoop van Wmo-hulp en –ondersteuning:

A. Een inwoner is altijd op de juiste plek met zijn vraag;

B. We willen af van de knip tussen indicatie en zorgverlening;

C. We willen met een beperkt aantal strategische partners lange termijn afspraken maken;

D. We willen een lokale verankering met strategische partners om te komen tot een eenvoudige en eenduidige toegang over de huidige systemen heen;

E. We werken vanuit vertrouwen richting inwoners en onze strategische partner(s) waarbij er ruimte is om een vertrouwensband op te bouwen;

F. Wanneer zorg nodig is moet deze zo licht, kort en dichtbij als mogelijk worden geboden;

G. We werken revaliderend. We stimuleren en leren inwoners om het weer zelf te kunnen. Daarbij koesteren en behouden we wat inwoners nog zelf kunnen.

H. Inwoners zijn zelf verantwoordelijk en hebben dan ook het recht om hun eigen plan te maken. We stimuleren de eigen verantwoordelijkheid en de collectieve verantwoordelijkheid en laten ons daarin graag uitdagen door onze inwoners.

 

1.2.3 Ambitie in samenwerking en partnerschap

Onze ambitie is om met een beperkt aantal partners invulling te geven aan de wens om het sociaal domein verder te innoveren in Oude IJsselstreek. Wij hebben anderen met hun specifieke expertise nodig om samen te doen wat nodig is. Wij willen ons rond een gedeelde visie verbinden aan partners om samen deel uit te maken van een lokaal hulpnetwerk. Wij zoeken nadrukkelijk naar partners om slagkracht te vergroten en versnippering en bovenmatige administratieve lasten tegen te gaan. De doorgeslagen juridisering en marktwerking staat wat ons betreft de transformatie in de weg. Wij werken daarbij vanuit vertrouwen, gedeelde waarden en gedeelde visie.

We willen met onze partners gezamenlijk invulling geven aan onze visie en onze wens om te innoveren. Dit doen we door – na een zorgvuldige selectieprocedure - een bouwteam te formeren dat ruimte geeft aan opdrachtnemers/partners om hun kennis en expertise in te zetten voor het versterken van het lokale hulpnetwerk in Oude IJsselstreek. We vragen van onze geselecteerde partners om actief mee te bouwen aan een:

 

• Versterking van hulpnetwerk in Oude-IJsselstreek door samenwerking tussen en aansluiting op de nieuwe domeinoverstijgende manier van werken, partners en gemeente;

• Gezamenlijke verantwoordelijkheid voor opgaven in het sociaal domein, zowel op inhoud als op budget;

• De visie als verbindend en inspirerend element in de samenwerking;

• Vertalen van visie naar praktijk; een praktische uitwerking geven aan de visie:

o De hulpvrager en zijn context staan centraal;

o Meer ruimte voor de professional om écht te doen wat nodig is;

• Investeren in het lokaal hulpnetwerk: om te kunnen innoveren/ transformeren en samenwerken moet je elkaar kennen;

• Versterken van het voorliggend veld en doorontwikkeling algemene voorzieningen;

• Soepele overgang van 18- (Jeugdwet) naar 18+ (Wmo), van de Wmo naar de Zvw en Wlz en van Beschermd wonen naar Wmo / Wmo naar beschermd wonen en beschut wonen.

 

We beogen hiermee dat het bouwteam opereert als een web van partners, dat het oplossen van het probleem centraal stelt, waarbij ze indien nodig over hun eigen schaduw heen springen en hun eigen specialisme combineren met de specialismen van anderen om zo bij te dragen aan de oplossing. Hierdoor ontstaat er overzicht en zien partners de hulpvraag in de brede context. Het bouwteam geeft de eerste aanzet tot een definiëring, borging en toetsing van kwaliteit in de lokale Wmo (en Jeugdhulp).

 

Partnerschap in de overeenkomst

Om de beoogde samenwerking te laten slagen willen we duidelijke en duurzame afspraken met de partners in het bouwteam maken. Dit willen we niet doen door een overeenkomst bij de subsidietenderdocumenten mee te sturen die ondertekend moet worden door de partijen die gegund worden. Het opleggen van een éénzijdig opgestelde overeenkomst is niet bevorderlijk voor het vertrouwen en de dynamiek tussen de betrokken partijen. De overeenkomst moet gebaseerd zijn op de inhoudelijke visie en wat we gezamenlijk willen bereiken. Als we open praten over wat we samen willen bereiken bouwen we vertrouwen op, wat bijdraagt aan een goede relatie. Dat levert weer betere uitkomsten in de samenwerking op. Door de focus op de relatie leren we ook een eventueel verschil van inzicht samen op te lossen en niet te verzanden in een eindeloze juridische strijd die de relatie vertroebelt en waar de cliënt niet beter van wordt.

 

De methode van ‘conscious contracts’ is een manier die past bij de relatie die wij beogen. We willen een duurzame overeenkomst sluiten waarbij de focus ligt op goede samenwerking en deze overeenkomst fungeert als leidraad. Deze overeenkomst heeft niet als doel om risico’s af te dekken voor als het misgaat en vast te leggen wie dan aansprakelijk is.

De afspraken in deze overeenkomst schrijven we op in normale mensentaal, zonder juridisch jargon. We denken dat onze intenties op die manier beter tot uitdrukking komen en daarmee onze samenwerking beter inhoudelijke richting kan geven. Deze manier vraagt van ons allen een open en transparante wijze van communiceren. En een ander soort contracten: meer bewuste contracten de zogenaamde ‘conscious contracts’.

 

1.2.4 Regionale samenwerking

In het sociaal domein werken we voor de inkoop samen met Achterhoekse gemeenten (Sociaal Domein Achterhoek). Dit blijven doen voor de komende jaren met uitzondering van de segmenten ambulante ‘Specialistisch Jeugdhulp in de buurt’ en ‘Wmo-hulp in de buurt’. De reden dat we hiervoor kiezen is dat we de ambulante maatwerkvoorzieningen beter willen laten aansluiten op de hulpvragen van onze inwoners en op onze lokale manier van werken met het voorliggende veld. Daarnaast willen we met partnerschap op basis van onze visie gezamenlijke verantwoordelijkheid bewerkstelligen voor de lokale uitdagingen in het sociaal domein. De zorg die we samen met de regio aanbesteden zijn de segmenten: ‘Gezins- en woonvormen’, ‘Hoog complex weinig voorkomend met Verblijf’ en ‘Dyslexiezorg’ voor Jeugdhulp en ‘Wmo Wonen’ (Beschermd Wonen) voor Wmo. Samenwerking op regionaal niveau voor deze segmenten biedt financiële en kwaliteitsvoordelen boven het organiseren op gemeentelijk niveau.

 

1.3 Welke beweging(en) beogen we met de visie en bestuursopdracht

Zoals beschreven in onze visie willen we transformeren vanuit de inhoud, de financiële opgave is daarin niet leidend maar volgend. We kiezen ervoor om letterlijk bepaalde vormen van hulp te verschuiven, maar veronderstellen ook dat door de nieuwe aanpak op de lange termijn een (financiële) verschuiving van gespecialiseerde hulp en ondersteuning naar lichtere vormen en preventie zal ontstaan. Omdat de omvang van deze beweging zich moeilijk laat voorspellen zal de gemeente jaarlijks met de geselecteerde partners de omvang en de verschuiving van de geboden hulp (incl. de financiële consequenties) evalueren en bijstellen. Het onderstaande schema geeft weer hoe het lokale hulpnetwerk in Oude IJsselstreek er globaal uit komt te zien (figuur 1) en welke beweging we daarmee beogen.

 

Figuur 1: Globale uitwerking hulpnetwerk

 

De beweging waar we met de bestuursopdracht voor Wmo aan werken richt zich op domeinoverstijgend werken, waarmee we bedoelen dat de professional de ruimte krijgt om echt te doen wat nodig is vanuit de context waarin de hulpvraag is gesteld. De focus ligt op veerkracht, eigen regie en het aanpassingsvermogen van de inwoner en zijn omgeving zelf en niet op de ziekte of beperking. Dit wordt ook wel herstelvermogen (‘reablement’) genoemd en richt zich op het principe “inwoners helpen zichzelf en elkaar”, zodat zij beter kunnen omgaan met wat er gebeurt in hun leven. Professionals bevinden zich dichtbij inwoners in de kernen, zodat zij in staat zijn proactief te anticiperen op een hulpvraag. Zij richten zich op de meest effectieve interventie en niet waar deze interventie vanuit wordt georganiseerd (onafhankelijk van wetgeving Wlz. Wmo of Zvw, medisch/sociaal domein). De interventie richt zich op het geheel (de context) waarin de hulpvraag is gesteld en niet alleen op de hulpvraag. Mantelzorgers en inwoners zijn voor professionals gelijkwaardige gesprekspartners met een volwaardige inbreng. Door de nabijheid is de professional eerder in contact met de inwoner (en zijn/haar omgeving) en kan verergering van problemen worden voorkomen. Zo vergroten we ook de mogelijkheden van interventies en oplossingsrichtingen in het zogeheten voorliggend preventieve veld (nulde lijn).

 

In bovenstaande figuur is deze beweging weergegeven doordat de nieuwe manier van werken tussen gespecialiseerde hulp en voorliggende hulp plaatsen. De professionals hebben de autonomie om te bepalen of zij in staat zijn de benodigde ondersteuning te bieden of dat het beter is dat de inwoner wordt overgedragen aan een gespecialiseerde aanbieder. Zij maken een inhoudelijke afweging waarbij het gaat om wat de inwoner (en zijn omgeving) nodig heeft, los van duur en intensiteit van de ondersteuning.

 

1.4 Motivering subsidietenderprocedure

Gemeente Oude-IJsselstreek gaat met een subsidietender de ambulante jeugdhulp en Wmo-begeleiding organiseren. Door te subsidiëren kunnen we deze ondersteuning inzetten volgens onze visie op het sociaal domein en deze optimaal verbinden met andere ontwikkelingen die op deze visie zijn gebaseerd. Samen met de partners en de lokale toegang kunnen we een netwerk realiseren waarmee we onze inwoners kunnen voorzien van beter maatwerk zowel waar het gaat om lichte hulp en ondersteuning als om specialistische hulp en combinaties daarvan. Na juridische consultatie kwam de subsidietenderprocedure als meest passende variant naar voren, waarbij we zowel per partner afspraken kunnen maken als voor de samenwerking in het hulpnetwerk.

 

1.5 Gesprekken met marktpartijen

De gemeente Oude IJsselstreek heeft in 2019, 2020 en 2021 meerdere informatieve gesprekken gevoerd met uiteenlopende zorgaanbieders om de mogelijkheden te verkennen van een andere werkwijze voor uitvoering van de ambulante zorgsegmenten. Het gaat hierbij grote en kleine aanbieders, landelijke en/of lokaal werkend binnen de Jeugdwet, Wmo of beide domeinen en die uiteenlopende expertises aanbieden. De informatie uit de marktconsultatie hebben we verwerkt in de subsidietender. Een weergave van deze gesprekken zijn ter informatie opgenomen in het verslag in bijlage S3.

 

In de bouwteamfase vragen we aan de geselecteerde partners om het lokaal hulpnetwerk mee vorm en invulling te gaan geven. Aan de voorkant in de tenderprocedure hebben wij nog geen uitgewerkte keuzes vastgelegd, maar houden we ruimte om samen met de geselecteerde zorgpartijen tot werkbare afspraken te komen en deze te monitoren met als doel om samen beter te worden.

 

1.6 Subsidiabele segmenten per 1 januari 2022

In deze paragraaf zetten we uiteen wat de gemeente verwacht van de partners en welke subsidie we daarvoor beschikbaar stellen. In de volgende hoofdstukken lichten we de selectieprocedure toe.

Het doel van de te verlenen subsidies betreft het uitvoeren van taken uit de Wmo 2015 ten aanzien van het segment ‘Wmo-hulp in de buurt’. Deze taken zijn onderverdeeld in drie subsegmenten:

 

1. Ontwikkelen

2. Stabiliseren

3. Faciliteren

 

De eisen die de gemeente stelt met betrekking tot de uitvoering van de (sub)segmenten zijn opgenomen in bijlage 6, het programma van eisen (zie ook paragraaf 3.1.3.1).

Let op: er kunnen dus subsidieaanvragen worden ingediend voor één of meerdere percelen. Een aanvraag kan worden ingediend door zelfstandige partijen, samenwerkende partijen (combinatie) of een constructie met hoofdaanvrager en onderaannemers (zie paragraaf 4.4).

 

Opdracht en definitie

De subsidietender ‘Wmo-hulp in de buurt’ is gericht op het bieden van individuele en/of groepsgewijze ondersteuning met een lichte tot zware intensiteit. Voor de uitvoering van deze ondersteuning en behandeling is verschillende kennis en expertise nodig waar Gegadigden zich voor kunnen aanmelden.

 

Ontwikkelperspectief

In het kader van de selectie van Gegadigden wordt in de Subsidietenderprocedure onderscheid gemaakt in subsegmenten. We willen in de nieuwe inkoop het ontwikkelperspectief van de hulpvrager centraal zetten en hebben dit in drie subsegmenten vertaald. Per subsegment worden een aantal Gegadigden geselecteerd. Hierbij kijken wij ook uitdrukkelijk of wij een dekkend zorglandschap kunnen borgen, kijkend naar de verschillende doelgroepen en zorgexpertises binnen de Wmo. In de onderstaande figuur is de huidige werkwijze van de toegang weergegeven, deze zal op basis van de bestuursopdracht de komende jaren gaan veranderen.

 

 

De opdracht aan de Subsidieontvanger heeft ook betrekking op de samenwerking met de Subsidieverstrekker en andere partijen in het sociaal domein. Ook maakt de Subsidieontvanger onderdeel uit van het Bouwteam.

 

Beoogd aantal aanbieders en cliënten

We zoeken naar een goede mix van grote en kleine aanbieders met de juiste expertise die samen voldoende capaciteit kunnen bieden voor de verwachte zorgvraag. Hoe deze samenstelling er daadwerkelijke uit komt te zien is onderdeel van de subsidietenderprocedure. Daardoor kunnen we op voorhand niet exact aangeven hoeveel partners we nodig denken te hebben, maar we hanteren hierbij een bandbreedte per subsegment en voor het geheel.

Daarnaast hanteren we een minimumomvang in aantal cliënten per aanbieder per jaar, voor het totaal van alle subsegmenten waar de aanbieder op inschrijft. Dat betekent dat elke aanbieder minimaal de genoemde capaciteit vanaf 2022 jaarlijks moet bieden binnen gemeente Oude IJsselstreek. Wij willen dit omdat we deze minimale omvang wenselijk en nodig achten voor een duurzame, strategische relatie en deelname aan het bouwteam.

In onderstaand schema is het aantal beoogde aanbieders en de minimumomvang van het aantal te bedienen cliënten per zorgaanbieder per jaar vermeld:

 

Subsegment Beoogd aantal aanbieders Minimumaantal cliënten per aanbieder per jaar

minimaal maximaal

Ontwikkelen 5 25 15

Stabiliseren 5 25

Faciliteren 5 25

Totaal 10 40

 

Specifiek aandachtspunt voor kleine(re) aanbieders

Aanbieders die geïnteresseerd zijn in deze subsidietender en momenteel minder dan het minimumaantal cliënten in gemeente Oude IJsselstreek bedienen, worden nadrukkelijk niet uitgesloten van deze subsidietender. Indien zij de wens en mogelijkheid hebben om in onze gemeente per 2022 te groeien naar deze minimale omvang, kunnen zij net als grote(re) aanbieders meedingen in de selectiefase. Ook bestaat de mogelijkheid om in gezamenlijkheid met andere partijen een aanvraag in te dienen.

Hieronder worden de subsegmenten nader toegelicht.

 

1.6.1 Subsegment 1: Ontwikkelen

Volwassenen in de leeftijd vanaf 18 jaar met enkelvoudige problematiek. Dagbesteding ter bevordering van zelfstandigheid, zelfredzaamheid en re-integratie op de arbeidsmarkt met als doel (een vorm van) zelfstandigheid (=uitstroom). Huidige producten die worden ingezet zijn: begeleiding en (arbeidsmatige) dagbesteding.

 

Dit perceel is dekkend wanneer wij met deze kennis en expertise het volgende kunnen leveren:

- Alle GGZ begeleiding en ondersteuning;

- Stimuleren van behandeltrouwheid;

- Begeleiding bij het blijven volhouden van (externe) behandelingen;

- Stimuleren/begeleiden bij correct medicatiegebruik;

- Begeleiding en toezicht bij persoonlijke hygiëne;

- Mantelzorgbewaking.

 

U dient bij de aanmelding aan te geven welke van de volgende doelgroepen u ondersteuning biedt (leeftijdsaanduiding indicatief):

- (Licht) verstandelijk beperkt, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ met verslaving, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Lichamelijke beperking, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Dementie en NAH, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

 

1.6.2 Subsegment 2: Stabiliseren

Volwassenen vanaf 18 jaar die door de aard van hun beperking of vraagstukken niet kunnen deelnemen aan maatschappelijke activiteiten, gewoon of begeleid werk en/of geen gebruik kunnen maken van dagbesteding die toegankelijk is voor iedereen (vanuit het voorliggend veld). Dit kan zowel meervoudige als enkelvoudige problematiek betreffen.

 

Dit perceel is dekkend wanneer wij met deze kennis en expertise het volgende kunnen leveren:

- Verbeteren van het praktisch handelen/regievoeren en het gedrag door oefening en bijsturen/correctie in het dagelijks leven;

- Het onderhouden ervan door herhaling, bijsturen, instructie en correctie;

- Het overnemen van handelingen en regie;

- Het voorkomen van gedragsproblemen en adequaat ingrijpen als deze zich voordoen;

- Het stimuleren/begeleiding bij correct medicatiegebruik;

- Begeleiding en toezicht bij persoonlijke hygiëne;

- Mantelzorgbewaking.

 

U dient bij e aanmelding aan te geven welke van de volgende doelgroepen u ondersteuning biedt (leeftijdsaanduiding indicatief):

- (Licht) verstandelijk beperkt, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ met verslaving, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Lichamelijke beperking, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Dementie en NAH, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

 

1.6.3 Subsegment 3: Faciliteren

Alle hulp die vanuit de Wmo voor volwassenen vanaf 18 jaar georganiseerd wordt. Huidige producten die worden ingezet zijn: Hulp bij huishouden, hulpmiddelen, dagbesteding, begeleiding. Voor deze lokale subsidietender gaat het over de producten dagbesteding en begeleiding.

Uitstroom uit Faciliteren (gecontroleerde achteruitgang) is door zodanige verslechtering van de situatie dat er sprake is van overgang naar de Wlz of door het overlijden van de inwoner. Inzet vanuit dit perspectief kan ook gericht zijn op het ontlasten van de thuissituatie. Dit kan bijvoorbeeld ook kortdurende vorm van logeren in te zetten. Dit kan zowel meervoudige als enkelvoudige problematiek betreffen.

 

Dit perceel is dekkend wanneer wij met deze kennis en expertise het volgende kunnen leveren:

- Stimuleren/begeleiding bij correct medicatiegebruik;

- Indien nodig afstemming en samenwerking met leverancier zorgverzekeringswet;

- Mantelzorgbewaking;

- Begeleiding bij zelfstandig leven;

- Borgen persoonlijke hygiëne;

- Signaleren veilig wonen.

 

U dient bij de aanmelding aan te geven welke van de volgende doelgroepen u ondersteuning biedt (leeftijdsaanduiding indicatief):

- (Licht) verstandelijk beperkt, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- GGZ met verslaving, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Lichamelijke beperking, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

- Dementie en NAH, leeftijdsgroep 18-45 / 45-67 / 67 jaar en ouder

 

1.6.4 Wat behoort niet tot de subsidiabele (sub)segmenten

Tot deze opdracht behoren niet:

- Beschermd wonen en beschermd thuis

- De toeleiding tot zorg

- Huishoudelijke ondersteuning en hulpmiddelen

- Voorliggende voorzieningen

- Persoonlijke verzorging

- Respijtzorg/ logeren

- Auditieve en visuele ondersteuning

Ook vervoer valt niet onder deze subsidietender. Dit onderwerp gaan wij samen met de te contracteren Inschrijvers verder uitwerken.

 

1.7 Hoogte subsidiebedrag en omvang van de (sub)segmenten

De huidige PxQ-systematiek past niet meer onze manier van werken. Daarom stappen we over op een andere financieringssystematiek: jaarlijkse subsidiebudgetten per activiteit en per toegekende partner.

De opbouw van het jaarlijks subsidiebudget (lumpsum) per aanbieder is als volgt:

a) Zorgbudget op basis van het aantal cliënten

b) Samenwerkingsbudget voor samenwerking en innovatie

ad a. Zorgbudget op basis van het aantal cliënten

 

Het Zorgbudget wordt jaarlijks bepaald door het aantal verwachte cliënten per aanbieder en per subsegment te vermenigvuldigen met een gemiddeld subsidiebedrag per cliënt. Per aanbieder worden hierover afspraken gemaakt, waarbij uitgangspunten zoals gemiddelde doorlooptijd en intensiteit worden meegenomen in de berekening van het aantal cliënten en de lumpsum. Ook worden afspraken gemaakt over de omvang van het aantal te verwachten cliënten. Daarbij hanteren we een bandbreedte voor het aantal cliënten. Bij over- of onderschrijding van deze bandbreedte wordt de subsidie (achteraf) op basis van nacalculatie opwaarts of neerwaarts aangepast. Indien het aantal cliënten binnen de bandbreedte blijft, vindt geen aanpassing plaats.

ad b. Samenwerkingsbudget voor samenwerking en innovatie

 

Voor deelname aan het bouwteam, doorontwikkeling van de samenwerking en innovatie wordt jaarlijks per aanbieder een separaat budget beschikbaar gesteld.

In de Selectiefase spelen de financiën nog geen rol. In de daarop volgende Inschrijvingsfase wordt elke Inschrijver gevraagd om een inhoudelijk en financieel aanbod te doen. En tijdens de Inschrijvingsfase worden nadere afspraken gemaakt over de hoogte van de subsidies en de uitwerking daarvan per aanbieder. Om alvast een indicatie te geven van de totale omvang van deze tender en de verdeling over de verschillende subsegmenten, geven we hieronder een indicatief beeld. Aan deze gegevens kunnen geen rechten ontleend worden.

 

Indicatie hoogte subsidiebedragen en omvang van de subsegmenten (op jaarbasis)

WMO Verwacht aantal cliënten Totaal subsidie

Subsegment Indicatief 2022

Ontwikkelen 260 € 650.000

Stabiliseren 150 € 450.000

Faciliteren 350 € 1.400.000

Totaal *) 625 € 2.500.000 a

*) Het totaal aantal cliënten is lager dan de telling van de individuele subsegmenten, vanwege samenloop tussen subsegmenten

 

Af: budget voor onvoorzien/overgangs-cliënten en samenwerking € 250.000 b

Totaal beschikbaar (indicatief) € 2.250.000 c (=a -/- b)

Een nadere toelichting is opgenomen in bijlage S9, inclusief historische kengetallen.

 

Met name in 2022 zal sprake kunnen zijn van een overgangssituatie voor cliënten die een doorlopende indicatie hebben bij aanbieders die uiteindelijk niet geselecteerd worden in het kader van deze subsidietender. Tijdens de Inschrijvingsfase wordt dit nader in kaart gebracht, inclusief de financiële consequenties daarvan. Voorlopig is hiervoor een indicatief bedrag in mindering gebracht op de totale subsidie (zie hierboven), maar in werkelijkheid kan dit bedrag afwijken.

Daarbij merken we nu vast op dat we beogen dat het totale jaarlijkse subsidiebudget voor de diensten in deze subsidietender in de toekomst gaat dalen, als de transformatie verder gestalte krijgt. Op welke wijze, in welk tempo en in welke omvang is op dit moment echte nog niet te zeggen.

 

1.8 Looptijd subsidie

Op basis van deze Subsidietenderprocedure wordt met ingang van 1 januari 2022 aan een beperkt aantal gegadigden jaarlijks subsidie verstrekt voor de duur van vijf jaar (tijdvak 1-1-2022 tot en met 31 december 2026). Met deze periode creëren we de mogelijkheid om constructief te investeren in een lokaal hulpnetwerk dat passend is voor de zorgvraag in onze gemeente.

Voor het tijdvak 1-1-2027 t/m 31-12-2031 kunnen de Subsidieontvangers een nieuwe subsidieaanvraag indienen, zonder dat de gemeente voor dit tijdvak een nieuwe subsidietender uitvoert. De gemeente heeft de mogelijkheid om deze subsidieaanvraag per aanvrager geheel of gedeeltelijk af te wijzen. In dat geval zal de gemeente zich beraden hoe deze (sub)segmenten zullen worden georganiseerd.

 

Overgangsregeling

Voor de overgang van cliënten van niet-gecontracteerde naar gecontracteerde partners geldt de contractueel overeengekomen regeling die zijn opgenomen in de huidige open house contractering:

“Opdrachtnemers waarvan de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk is (één of meerdere Percelen) beëindigd, dragen er zorg voor dat de beëindigde zorg/ondersteuning zo spoedig en zorgvuldig mogelijk wordt overgedragen naar een andere, door Opdrachtgever gecontracteerde, zorgaanbieder. Deze spoedige en warme overdracht dient te geschieden in overleg met Opdrachtgever.”

 

1.9 Resultaat of Prestatieafspraken

Zorgaanbieders moeten periodiek aantonen dat de afgesproken resultaten in het persoonlijk plan behaald worden. Hierbij moet gedacht worden aan het behalen van gestelde doelen bij cliënten, voortgang, ontwikkeling, stabilisatie etc. Tevens zullen de zorgaanbieders de prestaties op basis van de subsidietoekenning (aantal cliënten, doorlooptijd, intensiteit) moeten aantonen. In welke vorm dit exact moet gebeuren wordt binnen een bouwteam nader bepaald. Hierbij moet gedacht worden aan verantwoording op cliëntniveau, verantwoording op organisatieniveau en verantwoording van het bouwteam als geheel.

 

1.10 Nakoming niet afdwingbaar

Voor de in dit document beschreven gesubsidieerde (sub)segmenten, zoals aangevuld in de Inschrijving van de geselecteerde partij, zal door de gemeente aan de geselecteerde partijen een subsidie worden verstrekt. Zoals hierboven beschreven en in overeenstemming met de subsidieverordening (bijlage S2) en de Algemene wet bestuursrecht is het college van burgemeester en wethouders gerechtigd de subsidie geheel of gedeeltelijk in te trekken (en terug te vorderen) indien de gesubsidieerde (sub)segmenten niet of gebrekkig worden uitgevoerd.

Tussen de gemeente en de geselecteerde partijen worden echter uitdrukkelijk géén in recht afdwingbare verplichtingen overeengekomen.

 

2. De subsidietenderprocedure

Deze subsidietender is er op gericht de selectie van Gegadigden voor het segment ‘Wmo-hulp in de buurt’ per 1 januari 2022 en deze verder te reguleren.

Gemeente Oude IJsselstreek wil een partnerschap aangaan met een beperkt aantal Gegadigden die de gemeentelijke visie op zorg in het sociaal domein delen; zoveel partners als nodig is om tot een dekkend zorglandschap te komen voor de gemeente Oude IJsselstreek. Met deze geselecteerde Gegadigden en onze partners in de toegang en het voorliggend veld geven we gezamenlijk invulling aan het lokale Hulpnetwerk.

Door het aangaan van een langdurige partnerschap van vijf jaar met een mogelijkheid tot verlenging voor nog een periode van vijf jaar creëren we de mogelijkheid om constructief te investeren in een lokaal Hulpnetwerk dat passend is voor de zorgvraag in onze gemeente.

 

Om onze toekomstige partners zorgvuldig te selecteren onderscheiden we in de subsidietender een selectiefase en een gunningsfase. Na de gunningsfase volgt de Bouwfase, waarin we met de gegunde partners vorm gaan geven aan het lokaal hulpnetwerk.

Op hoofdlijnen ziet de tenderprocedure eruit als volgt:

 

FASE 1 - SELECTIEFASE

Aanmelding door gegadigden

Beoordeling van de aanmeldingen en selectie door de gemeente Oude IJsselstreek

Afwijzing niet geselecteerde Gegadigden

----------

FASE 2 - INSCHRIJVINGSFASE

Informatiesessie voor alle geselecteerde gegadigden

Voorlopige Inschrijving door geselecteerde gegadigden

(zorginhoud, financieel, innovatie & samenwerking)

Dialoogsessies en onderhandeling met elke gegadigde

Indienen definitieve Inschrijving

Beoordeling van de inschrijvingen en subsidietoekenning door de gemeente Oude IJsselstreek

----------

FASE 3 - BOUWFASE

Formering Bouwteam met gegunde partners

(gedeelde waarden, leren & verbeteren, kaders & randvoorwaarden, data & informatie zorgkwaliteit en –kwantiteit)

Ontwikkelopdrachten

voor partners samen met gemeente en de nieuwe manier van werken o.b.v. de bestuursopdracht

 

2.1 De Selectiefase

In de Selectiefase vragen we aan Gegadigden om zich aan te melden voor de subsidietender. De focus ligt enerzijds op algemene informatie over de kwaliteit en ervaring van de zorgonderneming. Anderzijds willen we Gegadigden uitdagen om hun visie op lokale zorg en lokale samenwerking te beschrijven aan de hand van concrete voorbeelden uit de dagelijkse zorgpraktijk. De Gegadigden worden beoordeeld en krijgen punten. Met de hoogst scorende partijen willen we per (sub)segment tot een dekkend zorglandschap komen.

Het doel van de Selectiefase is het selecteren van minstens zoveel partners als nodig is om tot een dekkend zorglandschap te komen voor de gemeente Oude IJsselstreek. En die inhoudelijk, organisatorisch en financieel geschikt zijn voor het uitvoeren van de Opdracht en die de visie op het sociaal domein van Opdrachtgever volledig onderschrijven. Deelname aan de Selectiefase vindt plaats zonder vergoeding van (aanmeldings-)kosten door de gemeente.

Alle partijen die in de Selectiefase worden geselecteerd gaan door naar de Inschrijvingsfase, de tweede fase van de subsidietenderprocedure.

De Selectiefase worden nader toegelicht in hoofdstuk 3.

 

2.2 De Inschrijvingsfase

De tweede fase is de Inschrijvingsfase die leidt tot de subsidieopdracht. In deze fase van de subsidietender gaan we in dialoog met elke geselecteerde zorgpartij over zorginhoud en budget. Na de selectie ontvangen de geselecteerde zorgpartijen de Inschrijvingsleidraad en start deze fase met een informatiesessie voor alle geselecteerden. Vervolgens dienen de geselecteerde Gegadigden een voorlopige Inschrijving in. Deze Inschrijving bestaat uit een inhoudelijk zorgaanbod, aanbod innovatie & samenwerking en een financieel aanbod.

 

De beoordelingscommissie gaat in dialoog met de geselecteerde partijen op basis van de voorlopige Inschrijving en aangeleverde informatie uit de selectiefase. De inhoud van de Inschrijvingsfase, kwaliteitsaspecten waarop zal worden beoordeeld, wijze van beoordelen en weging van de verschillende kwaliteitsaspecten, is toegelicht in de Inschrijvingsleidraad.

 

Het zorgaanbod van alle partners moet leiden tot een dekkend zorglandschap in expertise en voor de hulpvragen van onze inwoners. Vragen die hierbij aan de orde komen zijn: Hoeveel zorg kan een aanbieder leveren? Wil een zorgaanbieder groeien, of juist krimpen? Is er behoefte aan specialisatie op een expertise of juist aan een breder aanbod?

 

In dialoogsessies willen we het aanbod van de individuele partners laten aansluiten op de benodigde zorgvraag van de inwoners van de gemeente. Na de dialoogsessies maken de Inschrijvers hun Inschrijving definitief, waarna de beoordelingscommissie de Inschrijvingen beoordeelt. Per subsegment wordt een rangorde van Inschrijvers opgesteld.

 

De rangorde wordt gebruikt om per subsegment te bepalen welke Inschrijvers in aanmerking komen voor toekenning van subsidie indien het aantal Inschrijvers (per subsegment) groter is dan het aantal benodigde Inschrijvers om per subsegment te komen tot een dekkend zorglandschap.

 

In de Inschrijvingsfase kunnen er dus nog Inschrijvers afvallen. Als er teveel Inschrijvers zijn voor de benodigde zorg in een subsegment, val(l)t(en) de Inschrijver(s) met de laagste scores in de beoordeling af. Ook moeten Inschrijvers een minimum score in het puntenaantal behalen krijgen om in aanmerking te kunnen komen voor toekenning van de subsidieopdracht.

 

De beoordelingscommissie brengt een advies uit aan het college welke partijen in aanmerking komen voor subsidietoekenning. Het college stelt per subsegment vast welke Inschrijvers in aanmerking komen voor subsidie en stelt per Inschrijver het subsidiebedrag vast.

 

Indien er voor één of meerdere subsegmenten onvoldoende of onvoldoende geschikte Inschrijvers zijn om tot een dekkend zorglandschap te kunnen komen, staat het de gemeente vrij om geheel naar eigen inzicht(en) acties te ondernemen en/of partijen te benaderen en desgewenst te subsidiëren om alsnog een dekkend zorglandschap voor het (de) betreffende subsegment(en) te kunnen realiseren

 

2.3 De Bouwfase

De derde fase is de Bouwfase en start na de verlenen van de subsidieopdrachten. De partners formeren samen met de gemeente een Bouwteam dat de uitvoeringsvoorwaarden van de ambulante segmenten verder uitwerkt voor een definitieve werkwijze en aan gezamenlijk inhoud geeft aan de ontwikkelopgaven. De werkwijze zal vanaf 1 januari 2022 zal worden uitgevoerd, maar is niet in beton gegoten en kan in de volgende perioden wijzigen indien daar inhoudelijk of procesmatig gezien aanleiding voor is. De ontwikkelopgaven vervullen hier een ondersteunende rol. Het werken vanuit visie en partnerschap staat centraal binnen het bouwteam en daar maken ook rekenschap & governance onderdeel van uit.

 

Voor het partnerschap en de gezamenlijke uitvoering maken we gebruik van 4 leidende principes voor sturing. Vanuit de visie werken we met ‘kernwaarden, visie en missie’ en ‘innovatie: leer- en verbeterprocessen’ en vanuit de traditionele sturing werken we met ‘kaders en randvoorwaarden: risicobeheersing’ en ‘data en informatie over prestatiemeting: zorgkwaliteit en –kwantiteit’.

 

 

De taakverdeling en werkwijze van het bouwteam worden beschreven in een bouwteamplan. De partners en de gemeente werken dit plan samen verder uit en brengen het tot uitvoering. Het proces van het bouwteam wordt begeleid door een kwartiermaker.

Alle betrokken partijen bieden in het bouwteam ondersteuning met hun (praktische) kennis en kunde.

De aanloopfase van het Bouwteam (oktober – december 2021) zien we de werkzaamheden in het Bouwteam als een investering van de partners. Vanaf de start van de nieuwe subsidieperiode op 1 januari 2022 is de deelname aan het bouwteam opgenomen in het subsidiebudget.

 

Opdracht aan het bouwteam

Enkele voorbeelden van integrale ontwikkelopdrachten die het bouwteam bovenop het gevraagde in het perceel in uitvoering brengt:

- Integraliteit tussen partners: hoe gaan ze komen tot gezamenlijke inzet en ondersteuning op maat

- Onderlinge kennisuitwisseling consultatie en advies

- Gezamenlijk ontwikkeling van integrale ondersteuning (bijv. triage aan de voorkant): Hoe organiseren we voldoende deskundigheid om de groep levenslange en levensbrede beperking te herkennen en hier een (domeinoverstijgende) indicatie/ondersteuning voor af te geven?

- Een personeelsopbouw waarbij –indien van belang- ook rekening is gehouden met zorgondersteuning aan anderstaligen en laaggeletterden.

 

We vragen de partners nadrukkelijk om ook ontwikkelopgaven aan te dragen in het bouwteam en gezamenlijk te bepalen wat daarin de prioriteit heeft.

 

3. Selectiefase

De voorliggende leidraad betreft de eerste fase van de subsidietender: de selectiefase. De selectiefase is onderverdeeld in 2 onderdelen. Die worden in dit hoofdstuk uitgewerkt.

 

3.1 Selectiefase: eerste onderdeel

In het eerste onderdeel van de Selectiefase worden de ingediende Aanmeldingen beoordeeld op uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen. Hieronder wordt vermeld welke uitsluitingsgronden gelden en aan welke geschiktheidseisen en andere bijzondere voorwaarden, de aanmelding van Gegadigde moet voldoen.

 

3.1.1 Uitsluitingsgronden

3.1.1.1 Uniform Europees Aanbestedingsdocument

Gegadigde kan voor het doen van een Aanmelding in eerste instantie volstaan met het indienen van het als bijlage S4 verstrekte Uniform Europees Aanbestedingsdocument (hierna: ‘UEA’). Het UEA is een eigen verklaring waarin de Gegadigde aangeeft of er uitsluitingsgronden op hem van toepassing zijn, of hij voldoet aan de in de Selectieleidraad gestelde geschiktheidseisen en of hij voldoet of zal voldoen aan de technische specificaties.

Het UEA moet volledig en naar waarheid worden ingevuld, zonder dat daarin voorbehouden of wijzigingen zijn aangebracht. De gemeente kan bewijsmiddelen van geselecteerde partijen opvragen. Indien de gemeente dit verzoek indient bij de betreffende Gegadigde, dan dient deze de gevraagde stukken uiterlijk tien dagen na het verzoek te overleggen.

 

LET OP: in afwijking van de terminologie uit het UEA is in de onderhavige procedure géén sprake van een aanbestedingsprocedure en is de Aanbestedingswet 2012 niet van toepassing. Het UEA verwijst echter naar uitsluitingsgronden uit de Aanbestedingswet 2012 (en de richtlijn 2014/24/EU) die op de onderhavige subsidietender van analoge toepassing zijn.

Indien één of meer van de uitsluitingsgronden op Gegadigde van toepassing zijn en/of de Gegadigde niet aan alle geschiktheidseisen en andere bijzondere voorwaarden voldoet, wordt de Gegadigde uitgesloten van deelname aan de subsidietenderprocedure. Uitsluiting van verdere deelname houdt in juridische zin in dat de Aanmelding zal worden afgewezen zonder dat deze verder inhoudelijk wordt beoordeeld.

 

Alle door de Gegadigde overlegde gegevens zijn naar waarheid ingevuld en kunnen door de Gegadigde gestand worden gedaan. De gemeente behoudt zich het recht op schadevergoeding voor in geval van onjuiste en/of onvolledige informatie en/of het niet kunnen nakomen van hetgeen door de Gegadigde is aangeboden. De Gegadigde dient aan te tonen dat zij de juiste informatie heeft verstrekt.

Gegadigde dient op de dag van Inschrijving, op de dag van eventuele toekenning en tijdens de uitvoering te voldoen aan de gestelde eisen.

 

Het ingevulde en door de rechtsgeldige vertegenwoordiger ondertekende UEA (Bijlage S4) dient te worden toegevoegd als 1e document van de Aanmelding. Op straffe van uitsluiting is het nadrukkelijk niet toegestaan om wijzigingen aan te brengen in door de gemeente in het UEA reeds ingevulde passages.

Een (kopie van een) uittreksel uit het register van de Kamer van Koophandel (niet ouder dan 6 maanden gerekend vanaf de uiterste termijn indienen Inschrijving) waarin is aangegeven wie namens de onderneming bevoegd is de Aanmelding en het UEA te ondertekenen, dient bij Aanmelding te worden bijgevoegd.

 

3.1.1.2 Verklaring omtrent gedrag, Ultimate Benificial Owners (UBO) en jaarrekening

In aanvulling op de vorige paragraaf, dient Gegadigde de volgende documenten in te dienen bij Aanmelding:

• een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG), niet ouder dan 36 maanden, van de rechtsgeldige vertegenwoordiger (zoals genoemd in paragraaf 3.1.1.1)

• een KVK Ultimate Benificial Owners (UBO)-register, tenzij Gegadigde is vrijgesteld van de UBO-registratieplicht;

• de meest recente jaarrekening, niet ouder dan over het jaar 2019 (indien sprake is van een gebroken boekjaar, dan niet ouder dan het boekjaar dat eindigt in het jaar 2019).

 

Bij het niet aanleveren van bovengenoemde informatie of als de informatie niet voldoet aan de hierboven gestelde eisen, wordt de Gegadigde uitgesloten van deelname aan de subsidietenderprocedure. Uitsluiting van verdere deelname houdt in juridische zin in dat de Aanmelding zal worden afgewezen zonder dat deze verder inhoudelijk wordt beoordeeld.

 

3.1.2 Geschiktheidseisen

Indien op de Gegadigde geen uitsluitingsgronden van toepassing zijn, wordt zijn geschiktheid beoordeeld aan de hand van de in deze paragraaf gestelde geschiktheidseisen.

Indien de Gegadigde niet aan de gestelde geschiktheidseisen voldoet, wordt de Gegadigde uitgesloten van deelname aan de subsidietenderprocedure. Uitsluiting van verdere deelname houdt in juridische zin in dat de Aanmelding zal worden afgewezen zonder dat deze verder inhoudelijk wordt beoordeeld.

Voor wat betreft de bewijsvoering rondom het voldoen aan de geschiktheidseisen is het uitgangspunt dat de Gegadigde bij zijn inschrijving kan volstaan met het bijvoegen van de UEA, tenzij uitdrukkelijk anders bepaald.

 

3.1.2.1 Kerncompetenties

De Gegadigde, of in geval van een samenwerkingsverband: de gezamenlijke Gegadigden, dient bij de Aanmelding één referentie op te geven, welke ten hoogste drie (3) jaren geleden is afgerond, gerekend vanaf de sluitingstermijn van het indienen van de Aanmelding, teneinde zijn bekwaamheid aan te tonen met betrekking tot essentiële onderdelen (kerncompetenties) van de onderhavige (sub)segmenten.

Vorenstaande houdt in dat Gegadigde voor de geformuleerde kerncompetentie maximaal één (1) referentie per kerncompetentie dient in te dienen.

 

De kerncompetenties zijn:

• K1: Aantoonbare ervaring binnen het perceel van de ambulante Wmo zorg waarvoor Gegadigde zich aanmeldt;

• K2: Aantoonbare ervaring in het samenwerken met andere aanbieders van zorg basiszorg, voorliggend veld en een gemeente (en in de ontschotting tussen Jeugdhulp, Wmo, Wlz en Zvw).

 

Door één referentieopdracht per kerncompetentie in te dienen dient Gegadigde aan te tonen dat betreffende ervaring/expertise door Gegadigde zelf of in het geval van een samenwerkingsverband: de gezamenlijke Gegadigden, is uitgevoerd/geleverd. Het is toegestaan om met één referentieopdracht aan te tonen dat aan beide kerncompetenties wordt voldaan

Gegadigde dient de informatie met betrekking tot de referentieopdrachten op basis van het als Bijlage S5 toegevoegde formulier bij de Aanmelding te verstrekken.

De informatie die de Gegadigde verstrekt dient zodanig volledig en eenduidig te zijn dat de gemeente kan vaststellen dat wordt voldaan aan de minimale eisen betreffende de ervaring/referenties. In geval van onvolledigheden en/of onduidelijkheden is de gemeente niet verplicht om de Gegadigde om aanvullende informatie te verzoeken en gerechtigd om de Aanmelding als ongeldig terzijde te leggen.

Het eenvoudigweg bevestigen dat in het referentieproject aan de gestelde eis wordt voldaan is onvoldoende.

 

3.1.2.2 Afdekking beroepsrisico’s

De Gegadigde toont aan gedurende de looptijd van de (eventuele) subsidietoekenning een adequate verzekering tegen bedrijfs- en beroepsaansprakelijkheid te hebben. Op verzoek van de gemeente dient een kopie van het polis blad of het verzekeringscertificaat te worden overgelegd. De polis moet een minimale dekking van € 1.000.000 per gebeurtenis en € 3.000.000 per jaar hebben. Als Gegadigde op andere wijze bedrijfs- en beroepsrisico’s heeft afgedekt, dient Gegadigde dit te beschrijven en aan te tonen.

Als de Gegadigde niet beschikt over de gevraagde polis kan ze volstaan met een door haar verzekeringsmaatschappij afgelegde verklaring. Daarin verklaart de verzekeraar met de Gegadigde, voorafgaande aan de start van de daadwerkelijke uitvoering van de (sub)segmenten, een adequate polis te gaan afsluiten.

 

3.1.2.3 Kwaliteitssystemen

De Gegadigde dient te beschikken over aan hem verstrekte certificaten op basis van de norm ISO 9001, HKZ of gelijkwaardig. De certificaten moeten aan de Gegadigde zijn afgegeven door een certificatie-instelling, erkend door de Raad voor Accreditatie. De certificaten moeten geldig zijn op de datum van indiening van de Aanmelding en Inschrijving en dienen betrekking te hebben op alle relevante onderdelen van de subsegmenten.

In geval van een samenwerkingsverband dient ofwel het samenwerkingsverband in het bezit te zijn van de vorenbedoelde certificaten dan wel dient elk van de Gegadigden uit het samenwerkingsverband in het bezit te zijn van certificaten op basis van de norm ISO 9001, HKZ of gelijkwaardig met dien verstande dat de certificaten gezamenlijk betrekking hebben op alle relevante onderdelen van de (sub)segmenten.

 

Indien de aanmelder zicht beroept op een certificaat op basis van een norm gelijkwaardig aan de gestelde norm, dient de gelijkwaardigheid te volgen uit een bij de Aanmelding verstrekte verklaring van de desbetreffende certificerende instelling.

Om aan te tonen dat de Gegadigde aan de minimumeisen voldoet, verstrekt hij op verzoek van de gemeente afschriften van de gevraagde certificaten, en dient hij de Eigen Verklaring, Bijlage S3 UEA, in te vullen, rechtsgeldig te ondertekenen en bij zijn Aanmelding te voegen. De gemeente kan bewijsmiddelen van geselecteerde partijen opvragen. Indien de gemeente dit verzoek indient bij de betreffende Gegadigde, dan dient deze de gevraagde stukken uiterlijk tien dagen na het verzoek te overleggen.

 

3.1.2.4 Financiële draagkracht en integere bedrijfsvoering

De gemeente wil de subsidieopdracht na de Inschrijvingsfase onderbrengen bij organisaties die:

• Financieel voldoende draagkrachtig zijn, zodat de continuïteit kan worden gegarandeerd;

• Integer handelen in lijn met de Governancecode Zorg 2017.

 

Daarnaast wil de gemeente in het kader van integer handelen nu reeds specifiek de nadruk leggen op hetgeen wordt beoogd met de (Aanpassingswet) Wet toetreding zorgaanbieders ((A)Wtza) en het wetsvoorstel Integere bedrijfsvoering zorgaanbieders (Wibz), ook al zijn die wetten nu nog niet van kracht.

De gemeente kiest ervoor deze onderwerpen (financieel voldoende draagkrachtig en integer handelen) inhoudelijk niet te behandelen tijdens de Selectiefase, maar onder te brengen in de Inschrijvingsfase, zodat hierover de dialoog gevoerd kan worden. Een verdere uitwerking hiervan wordt dan ook opgenomen in de Inschrijvingsleidraad. In de Selectiefase volstaat het indienen van een ondertekend UEA waarin Aanmelder verklaart of hij voldoet aan de gestelde geschiktheidseisen.

 

3.1.3 Andere bijzondere voorwaarden

3.1.3.1 Instemmen met het programma van eisen

Aan de Gegadigde wordt in het PvE een aantal minimumeisen gesteld door de gemeente. Deze eisen hebben betrekking op de integriteit van de organisatie, de professionaliteit en deskundigheid van de medewerkers en de uitvoering van de activiteiten.

Het Programma van Eisen (PvE) dat gedurende de looptijd van de subsidie van toepassing is, is in bijlage S6 opgenomen. Gegadigde moet hier onvoorwaardelijk mee akkoord gaan. De Gegadigde dient deze bijlage ingevuld bij de Aanmelding te voegen, zodat gecontroleerd kan worden of de Aanmelding aan deze eisen voldoet.

Indien de Gegadigde niet aan de gestelde eisen voldoet, wordt de Gegadigde uitgesloten van deelname aan de subsidietenderprocedure. Uitsluiting van verdere deelname houdt in juridische zin in dat de Aanmelding zal worden afgewezen zonder dat deze verder inhoudelijk wordt beoordeeld.

 

3.1.3.2 Opgave subsegmenten

Bij aanmelding wordt Gegadigden gevraagd door middel van het invullen en rechtsgeldig ondertekenen van bijlage S7 Invulformulier soorten hulp en ondersteuning, aan te geven welke subsegmenten (Ontwikkelen, Stabiliseren, Faciliteren) zij kunnen bieden (dit kan één of meerdere subsegmenten zijn).

Gegadigden wordt tevens per subsegment gevraagd om aan te geven welke zorgexpertise zij kunnen inzetten. Gegadigden wordt tevens gevraagd om per subsegment een inschatting te geven van het aantal cliënten, met bandbreedte voor minimum- en maximumaantal, dat gemiddeld per jaar ondersteund kan worden in het kader van deze tender vooruitkijkend naar het jaar 2022. Deze lijst wordt gebruikt om te bepalen of er (per subsegment) sprake is van een dekkend zorglandschap. Er wordt geen waardeoordeel of puntenscore gegeven aan deze opgave.

 

Gegadigden vragen we ook om op het invulformulier per subsegment aan te vinken welke zorgexpertise(s) ze kunnen inbrengen.

Daarnaast vragen we of er naast ‘Wmo-hulp in de buurt’ ook op de subsegmenten voor ‘Specialistische Jeugdhulp in de buurt’ wordt aangeboden. Aanmelding op meerdere segmenten biedt kansen voor integrale ondersteuning. Indien op meer dan één subsegmenten Jeugd en/of Wmo wordt aangemeld (en voldaan wordt aan de gestelde eisen per subsegment) kan de aanmelder bonuspunten behalen in de beoordeling.

 

3.2 Selectiefase: tweede onderdeel

Van alle partijen waarop geen uitsluitingsgrond van toepassing is en die voldoen aan de geschiktheidseisen, wordt de aanmelding in het tweede onderdeel van de Selectiefase per (sub)segment verder beoordeeld op de wijze zoals in deze paragraaf wordt vermeld.

Als er per subsegment meer Gegadigden zijn dan nodig is voor een dekkend zorglandschap, dan is verdere selectie nodig om per subsegment met een beperkter aantal partijen tot een dekkend zorgaanbod te komen. Bij een dekkend zorglandschap beschikt de gemeente over voldoende zorgexpertise en ondersteuningscapaciteit om de geïndiceerde hulpvragen te ondersteunen (afgestemd op de gemiddelde ondersteuningsvraag van onze inwoners voor het betreffende (sub)segment in de afgelopen jaren). In het tweede deel van de Selectiefase wordt dus een selectie gemaakt van de beste Gegadigden door een beoordeling op de kwalitatieve toelatingscriteria (zie par. 3.2.1). Met de hoogst scorende partijen willen we per subsegment tot een dekkend zorglandschap komen.

 

Als er naar het oordeel van de gemeente precies voldoende of te weinig Gegadigden zijn voor een subsegment, dan is verdere selectie voor dat subsegment niet nodig. In dat geval worden de aanmeldingen wel beoordeeld op de Toelatingscriteria, maar wordt er geen rangorde van Aanmeldingen opgesteld, Indien een Gegadigde voor één of meerdere Toelatingscriteria het gemiddelde rapportcijfer ‘4’ of lager krijgt van de selectiecommissie, dan wordt de Gegadigde van de verdere beoordeling uitgesloten en wordt de Aanmelding niet verder in behandeling genomen.

Indien er zich voor een subsegment onvoldoende partijen hebben aangemeld of na beoordeling overblijven voor een dekkend zorgaanbod, is de gemeente vrij om naar eigen inzicht derden uit te nodigen tot het doen van een aanbieding voor uitvoering van de Activiteiten in een (sub)segment. Met deze partij(en) zal de gemeente in onderhandeling treden met de intentie om subsidie en uitvoering van de Opdracht aan een of meer van deze derden toe te kennen.

 

3.2.1 Toelatingscriteria

De toelatingscriteria en de weging van de criteria zijn als volgt:

Toelatingscriterium Maximale score

1. Visie op zorg 40

2. Samenwerking binnen lokaal (jeugd)hulpnetwerk 30

3. Risico- en kansendossier 30

Totaal 100

 

Indien een gegadigde zich aanmeldt voor meerdere subsegmenten biedt dit kansen voor integrale ondersteuning. Indien op meer dan één subsegmenten Jeugd en/of Wmo wordt aangemeld en voldaan wordt aan de gestelde eisen per subsegment krijgt de aanmelder voor elk extra subsegment, 3, 6 of maximaal 9 bonuspunten. Deze bonuspunten (3, 6 of 9) worden toegevoegd aan de totaal puntenscore die door Aanmelder is behaald op de drie Toekenningscriteria (zie par. 3.2.6).

Hieronder volgt een toelichting per toelatingscriterium.

 

3.2.2 Toelatingscriterium: visie op zorg

In de visie van de gemeente Oude IJsselstreek staan drie basisbegrippen centraal: normaliseren, voorkomen en samenwerken/vernieuwen. Daarnaast is beschreven welke subsegmenten per 1-1-2022 subsidiabel worden gesteld en welke ambitie er is voor de ontwikkeling voor de segmenten.

 

Beschrijf in maximaal 3 pagina’s (A4 enkelzijdig, lettertype Arial 10, regelafstand 1) wat uw inhoudelijke visie is voor het bieden van kwalitatief goede Wmo-hulp en geef aan hoe u deze visie in uw huidige zorgpraktijk in uitvoering brengt. Geef daarbij minimaal antwoord op de volgende onderdelen:

• Beschrijf de zorgvisie van uw organisatie. En geef concreet aan de hand van een praktijkvoorbeeld aan hoe u de visie in de praktijk werkend krijgt en wat daarbij belangrijke elementen zijn.

• En geef aan hoe u uitvoering geeft aan de basisbegrippen normaliseren en voorkomen. En hoe u uitvoering geeft aan ‘echt doen wat nodig is’ en aansluiten bij de leefwereld en eigen doelen van de inwoners en hun netwerk.

• Hoe borgt u de kwaliteit van zorg (ruimer dan alleen het kwaliteitssysteem).

 

Indien er meer pagina’s worden ingediend dan maximaal toegestaan zal het meerdere aantal pagina’s niet meegenomen worden in de beoordeling.

 

3.2.3 Toelatingscriterium: samenwerking binnen lokaal hulpnetwerk

Vanuit de visie op het sociaal domein wil de gemeente Oude IJsselstreek een beperkt aantal partners selecteren, waarmee we de ondersteuning voor het ambulante Wmo-deel vorm gaan geven. Hierbij streven we naar samenwerking én een gedeelde verantwoordelijkheid. Het gaat hierbij om de samenwerking tussen de gegunde partners onderling én om de lokale positie die de partners innemen.

Beschrijf in maximaal 2 pagina’s (A4 enkelzijdig, lettertype Arial 10, regelafstand 1) hoe u in uw huidige uitvoeringspraktijk uitvoering geeft aan samenwerking. Betrek in uw antwoord de onderstaande onderdelen.

 

• Geef aan hoe u op de hoogte bent van en verbinding zoekt met lokale partijen in de informele zorg, het voorliggende veld, basiszorg en de toegang (kennis van de sociale kaart)

• Welke partners zijn voor u van belang bij het uitvoeren van de (sub)segmenten en hoe geeft u die samenwerking vorm?

• Welke invulling geeft u aan partnerschap?

• Geef een voorbeeld uit uw uitvoeringspraktijk van Wmo-hulp waarbij domeinoverstijgend wordt samengewerkt.

 

Indien er meer pagina’s worden ingediend dan maximaal toegestaan zal het meerdere aantal pagina’s niet meegenomen worden in de beoordeling

 

3.2.4 Toelatingscriterium: kansen- en risicodossier

Beschrijf in een risico- en kansendossier maximaal de 3 belangrijkste risico’s en de 3 belangrijkste (innovatie)kansen die u ziet ten aanzien van de Wmo-hulp binnen het lokale hulpnetwerk van de gemeente Oude IJselstreek. En prioriteer deze (innovatie)kansen en risico’s (de grootste/belangrijkste eerst);

• Geef daarbij steeds aan waarom het een risico of (innovatie)kans is;

• Kwantificeer voor ieder risico en kans de impact op tijd, kosten en tevredenheid;

• Beschrijf voor ieder risico de beheersmaatregel(en) die u zal treffen om het betreffende risico te minimaliseren.

• Beschrijf voor iedere kans de acties die u zal treffen. Geef voor iedere kans aan op welke wijze deze extra waarde toevoegt aan de omschreven (sub)segmenten.

 

Vermijd bij het invullen van uw risico- en kansendossier het volgende:

• Overdracht van risico’s terug aan Subsidieverlener;

• Algemene risico’s en kansen (niet specifiek voor onderhavige overeenkomst).

 

Het risico- en kansendossier mag niet meer dan 2 pagina’s A4 enkelzijdig, lettertype Arial 10, regelafstand 1 bedragen. Indien er meer pagina’s worden ingediend dan maximaal toegestaan zal het meerdere aantal pagina’s niet meegenomen worden in de beoordeling.

 

3.2.5 Selectiecommissie

De subsidietenderprocedure vindt plaats onder leiding van een selectiecommissie. Deze selectiecommissie bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de gemeente Oude IJsselstreek. De inkoopadviseur is voorzitter van de selectiecommissie. De selectiecommissie bestaat uit vijf stemgerechtigden. Het gaat om de volgende functionarissen:

• Programmamanager Sociaal Domein;

• Beleidsmedewerker Wmo;

• Kwaliteitsmedewerker/ Consulent Wmo;

• Contractmanager Sociaal Domein;

• Business controller / strategisch adviseur sociaal domein.

 

Het is niet toegestaan om in het kader van de procedure contact te hebben met de leden van de selectiecommissie voor informatie, uitgezonderd schriftelijk per email met de voorzitter van de selectiecommissie (tevens de contactpersoon voor deze procedure (zie paragraaf 4.2).

 

3.2.6 Methode van beoordelen

De kwaliteit van de beantwoording van de kwalitatieve toelatingscriteria wordt door de Selectiecommissie beoordeeld middels toekenning van een rapportcijfer:

• de selectiecommissie kent de kwalitatieve criteria een waardering toe in de vorm van een rapportcijfer 2, 4, 6, 8 of 10;

• de waardering wordt door elk van de leden van de selectiecommissie afzonderlijk en onafhankelijk van elkaar bepaald;

• de beoordeling van de beantwoording vindt op basis van onderling vergelijk van de aanmeldingen plaats;

• de selectiecommissie bespreekt plenair de gegeven waarderingen met elkaar waarbij argumentaties achter de gegeven beoordelingen kunnen worden uitgewisseld. Als gevolg van deze bespreking kunnen de leden van de selectiecommissie de oorspronkelijk gegeven waardering aanpassen;

• het gemiddelde van de individuele scores is de definitieve score (afgerond op 2 cijfers achter de komma);

• in de beoordeling worden de onderstaande cijfers gebruikt om het verschil in de aanmelding naar het oordeel van de selectiecommissie tot uiting te laten komen.

 

Rapport-cijfer Omschrijving Toelichting

2 Ontbreekt en/of niet overeenstemmend

De informatie ontbreekt of de ingediende informatie is inhoudelijk niet relevant en/of voldoet niet aan het criterium.

4 Matig overeenstemmend

Enkele elementen ontbreken/schieten tekort.

De wijze van invulling is niet overtuigend en/of laat openingen over.

6 Voldoende en/of geen meerwaarde

Dekt het criterium af en voldoet aan de verwachtingen.

8 Meerwaarde Dekt het criterium af, voldoet aan de verwachtingen en biedt op onderdelen meerwaarde

10 Onderscheidend en/of maximale meerwaarde

Voegt beduidend onderscheidende meerwaarde toe aan het oorspronkelijke criterium. Er is sprake van positief onderscheidend vermogen ten opzichte van overige aanmeldingen.

 

De punten voor de kwalitatieve toelatingscriteria van de Gegadigden worden percentagegewijs aan het hoogst haalbare rapportcijfer (dat is: 10) gerelateerd, middels onderstaande formule:

Behaald rapportcijfer / Hoogst haalbare rapportcijfer x maximaal aantal punten = score.

Afronding van de score vindt plaats op twee cijfers achter de komma.

Rekenvoorbeeld van een Gegadigde die zich aanmeldt voor 3 subsegmenten (6 bonuspunten

Beoordelaar T1 rapportcijfers T2 rapportcijfers T3 rapportcijfers

1 2 4 6

2 6 6 8

3 4 8 6

4 6 8 8

5 4 6 8

Totaal rapportcijfers (max=50) 22 32 36

Gemiddeld rapportcijfer (max=10) 4,4

(22/5) 6,4

(32/5) 7,2

(36/5)

Maximaal te scoren punten (max=100) T1 = 40 T2 = 30 T3 = 30

Score

(max=100) 17,6

(4,4/10x40) 19,2

(6,4/10x30) 21,6

(7,2/10x30)

Score op T1, T2 en T3 58,2

Bonuspunten (max=9) 6

Totaal score 64,4

 

Belangrijk aandachtspunt

Indien een Gegadigde voor één of meerdere toelatingscriteria het gemiddelde rapportcijfer ‘4’ of lager krijgt van de selectiecommissie, dan wordt de Gegadigde van de verdere beoordeling uitgesloten en wordt de Aanmelding niet verder in behandeling genomen. De betreffende Gegadigde komt daarmee niet in aanmerking voor deelname aan de Inschrijvingsfase en subsidietoekenning.

 

Beoordeling van criteria

Voor de beoordeling van de beantwoording van de kwalitatieve toelatingscriteria geldt in zijn algemeenheid dat antwoorden hoger gewaardeerd worden als deze:

- concreter, realistischer en duidelijker zijn en meer aansluiten bij de dagelijkse praktijk en met aansprekende voorbeelden zijn onderbouwd;

- blijk geeft van aansluiting op de gewenste realisatie van de visie en doelstellingen.

De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 1: Visie op zorg, wordt hoger gewaardeerd als deze:

- meer blijk geeft van concrete toepassing van een visie op de punten:

• Inwoner centraal: zorg zo nabij, zo kort en zo snel mogelijk aan onze inwoners bieden

• Maatwerk: ruimte voor de professional om écht te doen wat nodig is

• Normaliseren: door in gesprek te gaan met inwoners in welke mate hun hulpvraag professionele ondersteuning (vanuit de Jeugdwet) vraagt

• Voorkomen van (zwaardere) ondersteuning

• Innoveren/samenwerken: gedeelde verantwoordelijkheid voor partners, ook voor de financiële opgave in het sociaal domein en voor het slechten van barrières (ontschotten van Wmo, Wlz, Zvw)

• Actief kwaliteit weet te borgen in de uitvoeringspraktijk;

• Kernwaarden: veiligheid, moed, luistern & waarderen, integriteit, vriendelijkheid & compassie, vertrouwen, creativiteit & denken in mogelijkheden, betrokkenheid & volharding, samenwerken, sprankelen & plezier hebben.

 

De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 2: samenwerking binnen lokaal hulpnetwerk, wordt hoger gewaardeerd als deze:

- Meer blijk geeft van bekendheid met relevante netwerken/organisaties en met deze partijen samenwerkt;

- Meer blijk geeft dat de Gegadigde invulling geeft aan partnerschap en constructief deel wil uitmaken van een lokaal hulpnetwerk;

- Meer blijk geeft van wijze waarop de Gegadigde samen met anderen zorg biedt, zowel met andere specialistische zorgaanbieders, als met de toegang en het voorliggend veld, als ook met het gezin/ netwerk;

- Meer blijk geeft van innoveren/samenwerken en gedeelde verantwoordelijkheid voor partners, bijvoorbeeld om kwalitatief betere ondersteuning voor inwoners te bieden, voor de financiële opgave in het sociaal domein en voor het slechten van barrières (ontschotten van Wmo, Wlz, Zvw).

De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 3: kansen- en kansendossier, wordt hoger gewaardeerd als deze:

- Meer blijk geeft van realistische mogelijkheden om de zorgkwaliteit te verbeteren en/of de zorgkosten te verminderen.

- Meer blijk geeft van inzicht in ontwikkelkansen die realiseerbaar zijn en meer blijk geeft van inzicht in risico’s en daar oplossingen voor weet aan te dragen.

 

3.2.7 Bepaling eindscore en toelating

Nadat de scores op de kwalitatieve toelatingscriteria zijn bepaald, worden de scores getotaliseerd en volgt hieruit een rangorde van Gegadigden. De hoogst gerangschikte Gegadigden die gezamenlijk binnen het segment een ruim dekkend zorglandschap vormen voor zowel expertise als aantal cliënten, nodigen we uit voor de inschrijvingsfase.

 

3.3 Toelating

De Selectiefase van de subsidietenderprocedure eindigt met een besluit van het College tot wel of niet toelating tot de tweede fase van de subsidietenderprocedure, de Inschrijvingsfase. Alle Gegadigden worden over dat besluit geïnformeerd via een emailbericht in TenderNed aan de opgegeven contactpersoon.

Indien na toelating tot de Inschrijvingsfase blijkt dat een Gegadigde niet of niet langer voldoet aan de gestelde eisen en voorwaarden, dan wel zijn Aanmelding hier niet langer aan voldoet, vindt geen herbeoordeling plaats, maar neemt automatisch de Aanmelding die dan de beste kwaliteit heeft volgens de oorspronkelijke beoordeling, de plaats in van de (alsnog) uitgesloten Gegadigde.

 

4. Selectieprocedure

 

Vanwege de wens voor het organiseren van integrale zorg, een eenvoudiger zorglandschap en daarmee het beperken van het aantal gecontracteerde zorgaanbieders en in het licht van het beperken van administratieve lasten, heeft de gemeente gekozen om een selectiefase te houden. Op basis van uitsluitingsgronden, geschiktheidseisen en toekenningscriteria selecteren wij een beperkt aantal Gegadigden. De uitsluitingsgronden, geschiktheidseisen en toekenningscriteria zijn meer in detail uitgewerkt in hoofdstuk 3.

Deze subsidietenderprocedure met voorafgaande selectie is een tender, die via TenderNed bekend wordt gemaakt en waarbij eenieder zich als Gegadigde kan aanmelden. Na Aanmelding van de Gegadigden wordt bekeken of de aanmelding compleet zijn en of, en in hoeverre, de Aanmeldingen voldoen aan de uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen.

 

4.1 Planning

De planning van de subsidietender is als volgt:

Nr.

Activiteit

Datum

Actie

Selectiefase

 

 

1

Publicatie Selectieleidraad (op TenderNed)

 

3 maart 2021

Gemeente

2

Indienen schriftelijke vragen t.b.v. Nota van Inlichtingen

 

22 maart 2021, 10:00 uur

Gegadigde

3

Publicatie Nota van Inlichtingen selectiefase

 

26 maart 2021

Gemeente

4

Uiterste datum ontvangst van Aanmeldingen

 

8 april 2021, 10:00 uur

Gegadigde

5

Bekendmaking selectie/afwijzing (selectiebeslissing)

 

30 april 2021

Gemeente

6

Rechtsbeschermingstermijn

 

6 weken vanaf 30 april 2021

 

Inschrijvingsfase

 

 

7

Verstrekken Inschrijvingsleidraad aan geselecteerde partijen

10 mei 2021

Gemeente

8

Voorlichting aan alle geselecteerde partijen

 

17 mei 2021

Gemeente/ Gegadigden

9

Uiterste datum voor het stellen van vragen t.b.v. nota van inlichtingen

26 mei 2021, 10:00 uur

Gegadigde

10

Publicatie nota van inlichtingen Inschrijvingsfase

 

31 mei 2021

Gemeente

11

Uiterste datum ontvangst Voorlopige Inschrijvingen voor beoordeling van de Inschrijvingsfase

14 juni 2021, 10:00 uur

Gegadigde

12

Inschrijvingen beoordelen en dialoogsessies tussen geselecteerde en gemeente over Voorlopige inschrijving

(eventueel uitloopmogelijkheid)

14 juni – 1 augustus 2021

Gemeente/ Gegadigde

13

Uiterste datum voor indienen van Definitieve Inschrijving

 

1 september 2021, 10:00 uur

Gegadigde

14

Besluitvorming in college van B&W

 

28 september 2021

Gemeente

15

Bekendmaking voorgenomen subsidieopdrachten

 

1 oktober 2021

Gemeente

16

Rechtsbeschermingstermijn

 

6 weken vanaf 1 oktober 2021

 

17

Implementatie en start Bouwteamfase

 

Vanaf 1 oktober 2021

Gemeente/ Gegadigden

18

Start uitvoering dienstverlening

 

1 januari 2022

Gegadigden

 

Het genoemde tijdstip van ‘uiterste datum ontvangst van Aanmeldingen’ is een fatale termijn. Gegadigden kunnen aan de bovenstaande planning geen rechten ontlenen. De gemeente zal de grootst mogelijke zorg besteden om de planning te halen, maar behoudt zich het recht voor de planning te wijzigen.

 

4.2 Inlichtingen procedure

Nadere inlichtingen over de Selectieleidraad en de overige Subsidietenderdocumenten kunnen uitsluitend via de vragenmodule van TenderNed worden gesteld. Mondeling, per brief of per e-mail gestelde vragen worden niet beantwoord. De vragen dienen helder en eenduidig geformuleerd te zijn en een referentie te bevatten naar het onderdeel van de Subsidietenderdocumenten waarop de vraag betrekking heeft. Indien meerdere vragen gesteld worden, dient de Gegadigde één vraag per veld te uploaden.

Indien u van mening bent dat de door u gestelde vragen schade kunnen toebrengen aan de rechtmatige commerciële belangen van uw organisatie, dan kunt u de contactpersoon van de gemeente Oude IJsselstreek beargumenteerd verzoeken uw vragen niet in de Nota van Inlichtingen te beantwoorden. De gemeente mag uw verzoek weigeren. In dat geval krijgt u de keuze om uw vragen in te trekken of deze (inclusief de antwoorden) in de Nota van Inlichtingen op te laten nemen.

Naar aanleiding van de gestelde vragen wordt een Nota van Inlichtingen opgesteld die wordt gepubliceerd via TenderNed. In de Nota van Inlichtingen worden alle vragen en de antwoorden geanonimiseerd opgenomen. De Nota van Inlichtingen maakt integraal onderdeel uit van deze subsidietender.

De uiterste datum voor het stellen van vragen over de Selectieleidraad en de overige Subsidietenderdocumenten en de datum van publicatie van de Nota van Inlichtingen zijn te vinden in het dashboard van deze aankondiging op TenderNed en par 4.1. van deze Selectieleidraad.

 

Contactpersoon

De communicatie over deze subsidietenderprocedure verloopt in principe digitaal via TenderNed. In noodgevallen kunt u contact opnemen met de heer J. Roosendaal, tel.nr. 0315 292292 of aanbesteding@oude-ijsselstreek.nl.

 

4.3 Aanmelding

Om in aanmerking te komen voor deelname aan deze subsidietender dienen Gegadigden te voldoen aan de in deze Selectieleidraad gestelde eisen. Aanmeldingen kunnen uitsluitend digitaal worden ingediend via TenderNed. Geïnteresseerde partijen kunnen zich uiterlijk tot het in paragraaf 4.1 van deze Selectieleidraad bepaalde tijdstip aanmelden als Gegadigde.

De Gegadigde is zelf verantwoordelijk voor het juist, tijdig en volledig indienen van zijn of haar Aanmelding middels TenderNed. In geval van twijfel over het juist indienen van uw Aanmelding wordt geadviseerd contact op te nemen met de servicedesk van TenderNed. De gemeente adviseert Gegadigde dringend om tijdig te beginnen met het uploaden van haar Aanmelding. Indien aantoonbaar sprake is van een storing van TenderNed kan de Aanbestedende dienst Gegadigde(n) de mogelijkheid bieden de Aanmelding per e-mail in te dienen of de uiterste datum ontvangst van Aanmeldingen verlengen.

 

De Gegadigde dient bij zijn Aanmelding de navolgende documenten op te nemen:

- Aanmeldingsbrief. Deze is vormvrij en bevat minimaal de NAW-gegevens van de aanmelder, inclusief de contactgegevens van de contactpersoon. De Aanmeldingsbrief biedt ook ruimte om combinanten te noemen en gezamenlijk te laten ondertekenen.

- De Eigen Verklaring (UEA) van Gegadigde (zie Bijlage S4).

- Een (kopie van een) uittreksel uit het register van de Kamer van Koophandel waarin is aangegeven wie namens de onderneming bevoegd is de Aanmelding te ondertekenen. Deze mag niet ouder zijn dan 6 maanden gerekend vanaf de uiterste datum ontvangst van Aanmeldingen.

- Een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG), niet ouder dan 36 maanden, van de beslissingsbevoegde (zie paragraaf 3.1.1.2);

- Een KVK uittreksel UBO-register, tenzij Gegadigde is vrijgesteld van de UBO-registratieplicht (zie paragraaf 3.1.1.2);

- De meest recente jaarrekening, niet ouder dan over het jaar 2019 (indien sprake is van een gebroken boekjaar, dan niet ouder dan het boekjaar dat eindigt in het jaar 2019) (zie paragraaf 3.1.1.2);

- Het ingevulde formulier Referentieproject(en) Bijlage S5 (zie paragraaf 3.1.2.1);

- Het ingevulde formulier Programma van Eisen (PvE) - bijlage S6 (zie paragraaf 3.1.3.1);

- Het ingevulde formulier Subsegmenten - Bijlage S7 (zie paragraaf 3.1.3.2);

- De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 1 (zie paragraaf 3.2.1);

- De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 2 (zie paragraaf 3.2.2);

- De beantwoording van het kwalitatieve Toelatingscriterium 3 (zie paragraaf 3.2.3).

 

De Aanmelding dient rechtsgeldig te zijn ondertekend door degene(n) die bevoegd is de Gegadigde rechtsgeldig te vertegenwoordigen.

Gegadigden zijn verplicht de voorgeschreven formulieren te gebruiken die de gemeente Oude IJsselstreek bij deze Selectieleidraad heeft bijgevoegd. Deze formulieren mogen qua vraagstelling en voorgedrukte inhoud niet worden gewijzigd/aangepast.

Het indienen van een Aanmelding onder voorbehoud of onder voorwaarden is in geen geval toegestaan.

Ook het indienen van varianten en/of alternatieven is niet toegestaan.

Gegadigden mogen geen documentatie toevoegen waar niet om is gevraagd. Deze worden niet gelezen!

Door het indienen van een Aanmelding stemt de Gegadigde onvoorwaardelijk in met het bepaalde in deze Selectieleidraad en alle hierbij behorende stukken.

 

4.4 Aanmelding zelfstandig, in combinatie of met onderaanneming

Hieronder lichten wij toe op welke wijze u zich kunt aanmelden en op welke wijze u samenwerkingsverbanden aan kan gaan.

 

4.4.1 Aanmelden als zelfstandige zorgaanbieder

Gegadigde kan zich zelfstandig aanmelden voor één of meerdere subsegmenten.

De Gegadigde voldoet geheel zelfstandig aan de geschiktheidseisen (zie par. 3.1.2), en andere bijzondere voorwaarden (zie par. 3.1.3) en de uitsluitingsgronden (zie par. 3.1.1) zijn niet van toepassing op de Gegadigde.

Indien één of meer van de uitsluitingsgronden op Gegadigde van toepassing zijn en/of de Gegadigde niet aan alle geschiktheidseisen en andere bijzondere voorwaarden voldoet, wordt de Gegadigde uitgesloten van deelname aan de subsidietenderprocedure. Uitsluiting van verdere deelname houdt in juridische zin in dat de Aanmelding zal worden afgewezen zonder dat deze verder inhoudelijk wordt beoordeeld.

Wanneer de gemeente uiteindelijk na afronden van de gehele subsidietenderprocedure besluit om een subsidie aan Gegadigde toe te kennen, dan is Gegadigde als zelfstandige zorgaanbieder, partner van de gemeente.

 

4.4.2 Aanmelden als Combinatie

Twee of meer zorgaanbieders kunnen zich als combinatie gezamenlijk aanmelden voor één of meerdere subsegmenten. Deze combinatie geldt dan als één Aanmelding. De combinanten dienen ieder afzonderlijk alle in deze subsidietenderprocedure gevraagde informatie in het kader van geschiktheid (zie par. 3.1.2) en de andere bijzondere voorwaarden (zie par. 3.1.3) te overleggen en aan de eisen (zie par. 3.1.1) te voldoen. Een combinatie dient in de Eigen Verklaring (UEA: bijlage S4) aan te geven wie als penvoeder van de combinatie optreedt

De gemeente wijst u er op dat de leden van de combinatie gezamenlijk aansprakelijk zijn voor de uitvoering van de subsegmenten en dat elk lid van de combinatie eveneens hoofdelijk aansprakelijk is voor de uitvoering van de subsegmenten.

 

De gemeente communiceert uitsluitend met de in het UEA-formulier aangeduide penvoerder van een combinatie. Eventuele subsidie wordt verstrekt aan de penvoerder van de combinatie. De gemeente is niet verantwoordelijk voor de verdeling van de subsidie onder de afzonderlijke combinanten.

Na ontvangst van de Aanmelding is het slechts mogelijk de combinatie te wijzigen zolang de combinatie als geheel blijft voldoen aan de gestelde eisen. Door Aanmelding gaan combinanten akkoord met de rechtsgeldige vertegenwoordiging van combinanten door de penvoerder die bij Aanmelding is aangewezen.

Meld u zich aan als combinatie, dan levert de combinatie één keer de beantwoording van de kwalitatieve Toelatingscriteria 1, 2 en 3 aan ten behoeve van de beoordeling van de Toekenningscriteria (zie paragraaf 3.2).

 

4.4.3 Gebruik maken van onderaannemers

Beide vormen van aanmeldingen benoemd in paragraaf 4.4.1 en 4.4.2 kunnen gebruik maken van onderaannemers, ook wel “derden” genoemd.

 

4.4.3.1 Gebruik maken van onderaannemers bij aanmelding

In deze subsidietenderprocedure zijn geschiktheidseisen (par. 3.1.2) en toelatingscriteria gesteld welke in paragraaf 3.2.1 verder toegelicht worden. Het kan zijn dat u als zelfstandige zorgaanbieder of combinatie gebruik moet maken van een onderaannemer om te voldoen aan (één van) de eisen of om beter te scoren op de Toelatingscriteria. Als dat het geval is moet u de identiteit van deze onderaannemers direct bij Aanmelding kenbaar maken (in de Eigen Verklaring (UEA) van Gegadigde (zie Bijlage S4)). Hierbij dient u ook aan te geven welke onderaannemers voor welke (percentage van de) activiteiten worden ingezet.

U bent dan bovendien verplicht om deze onderaannemers gedurende de eventuele uitvoering van de subsegmenten daadwerkelijk in te zetten.

 

Indien Gegadigde zich aanmeldt met onderaannemer(s), dan dient alleen de hoofdaannemer het UEA-formulier in te vullen en te ondertekenen. De hoofdaannemer garandeert door de ondertekening van het UEA-formulier dat de uitsluitingsgronden niet op hemzelf en/of de onderaannemer(s) van toepassing is/zijn en deze voldoet(n) aan alle andere eisen die relevant zijn voor uitvoering van (het deel van) het subsegment waarvoor de onderaannemer wordt ingezet.

Bij inschakeling van onderaannemers is de hoofdaannemer aansprakelijk voor de uitvoering van de volledige Opdracht. Dit geldt ook voor de delen die door een onderaannemer worden uitgevoerd. Voor de inzet van een onderaannemer is vooraf schriftelijke toestemming vereist van de gemeente (door opgave in UEA-formulier). De gemeente kan toestemming weigeren. De gemeente kan eerder gegeven toestemming intrekken. De hoofdaannemer is tevens verantwoordelijk voor het tijdig doorgeven van wijziging in de samenstelling van hoofd- en onderaannemer(s) aan de gemeente (na toelating).

Als u al bij Aanmelding weet dat u wilt samenwerken met een aantal onderaannemers, maar heeft u deze onderaannemers niet nodig om beter te scoren op de toelatingscriteria of om te voldoen aan de geschiktheidseisen dan hoeft u deze onderaannemers bij aanmelding nog niet kenbaar te maken.

 

4.4.3.2 Gebruik maken van onderaannemers gedurende de uitvoering van de (sub)segmenten

Ook na toekenning van subsidie en tijdens de uitvoering van de (sub)segmenten kunt u onderaannemers toevoegen, vervangen of laten afvallen om de uitvoering van de opdracht beter te laten verlopen. Als hoofdaannemer bent u te allen tijde verantwoordelijk voor de geleverde zorg, ook voor de door de onderaannemer geleverde zorg. Indien u meer dan 5% of hoger dan € 5.000 van de zorg laat uitvoeren door onderaannemers moet u vooraf toestemming vragen aan de gemeente. De gemeente stelt deze grens, omdat we de voorkeur hebben om te werken met hoofdaannemers.

 

4.4.4 Eenmaal aanmelden

U mag maar één keer meedoen aan de subsidietenderprocedure als hoofdaanbieder of onderdeel van een combinatie. Als u zich meerdere malen aanmeldt, hetzij zelfstandig of als partner in een combinatie, zullen alle uitgebrachte Aanmeldingen van deze zorgaanbieder terzijde worden gelegd en worden uitgesloten van de subsidietenderprocedure. Wel is het mogelijk om na de Aanmelding als onderaannemer aan de hoofdaanbieder of combinatie toegevoegd te worden.

 

4.5 Onvoorwaardelijke en onherroepelijke Aanmelding

De Gegadigde doet een onvoorwaardelijke en onherroepelijke Aanmelding. Algemene voorwaarden van Gegadigde worden expliciet afgewezen en niet geaccepteerd door de Aanbestedende dienst. Als de Aanmelding van Gegadigde voorwaardelijk is of algemene voorwaarden van toepassing worden verklaard, dan zal de Aanbestedende dienst de betreffende Aanmelding ongeldig verklaren en Gegadigde uitsluiten van verdere deelname aan de subsidietenderprocedure. Bij de beoordeling of zij tot uitsluiting over gaat past de gemeente de geldende jurisprudentie op het gebied van het herstel van Aanmeldingen toe.

 

4.6 Procedure na ontvangst Aanmeldingen

Nadat de uiterste datum voor Aanmelding is verstreken en de Aanmeldingen zijn ontvangen, wordt de digitale kluis op TenderNed geopend. Om tot de (voorlopige) toelatingsbeslissing te komen worden daarna de volgende stappen uitgevoerd:

1. Opening van de Aanmeldingen.

2. Controle op de vormvereisten, volledigheid en rechtsgeldigheid.

De gemeente behoudt zich het recht voor om verduidelijkende vragen te stellen over de Aanmelding. Gegadigden dienen deze vragen binnen 3 kalenderdagen te beantwoorden. Het niet voldoen aan deze voorwaarde kan leiden tot het terzijde leggen van de Aanmelding.

3. Eerste fase van de Selectiefase: Controle van uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen.

De uitsluitingsgronden en de geschiktheidseisen zijn voorzien van een toelichting waarin elementen worden genoemd die voor de gemeente van belang zijn. Wanneer de Aanmelding of de Gegadigde niet voldoet aan de geschiktheidseisen en/of er uitsluitingsgronden van toepassing zijn, dan kan er sprake zijn van een ongeldige Aanmelding. De beoordeling daarvan is aan de gemeente. Een Gegadigde die een ongeldige Aanmelding heeft ingediend, wordt uitgesloten van verdere deelname aan deze subsidietenderprocedure.

Alle Gegadigden die voldoen aan de procedurele voorschriften en eisen, geschiktheidseisen en waarop geen uitsluitingsgronden van toepassing zijn, worden geselecteerd voor deelname aan de tweede fase van de Selectiefase.

4. Tweede fase van de Selectiefase

In de tweede fase van de Selectiefase wordt een selectie gemaakt van de beste Gegadigden door een beoordeling op de kwalitatieve toelatingscriteria.

5. Mededeling selectiebeslissing.

De gemeente dienst deelt elke Gegadigde haar voorgenomen selectie/afwijzing (selectiebeslissing) mee.

 

4.7 Vergoedingen

Voor de Selectiefase en Inschrijvingsfase geldt: de gemeente vergoedt geen kosten voor het opstellen en uitbrengen van een Aanmelding en Inschrijving, met inbegrip van eventueel te verstrekken nadere inlichtingen.

 

4.8 Gestanddoening

De Gegadigde moet zijn Aanmelding gestand doen gedurende 90 dagen na de dag waarop de Aanmeldingen uiterlijk door de gemeente moeten zijn ontvangen. Bij eventuele geschillen wordt deze termijn verlengd tot 14 dagen na uitspraak.

 

4.9 Onjuistheden

Deze Selectieleidraad is met zorg samengesteld. Indien deze Selectieleidraad volgens de Gegadigde onjuistheden en/of onduidelijkheden bevat, dan wel incompleet werd ontvangen of tegenstrijdigheden met overige subsidietenderdocumenten bevat, dient de Gegadigde dit per omgaande, doch uiterlijk 7 dagen voor de uiterste datum van Aanmelding, met opgave van reden aan de Aanbestedende dienst kenbaar te maken (door gebruik te maken van TenderNed). De gemeente verwacht hierbij een proactieve houding van Gegadigden. Als een Gegadigde niet of niet tijdig op de voorgeschreven wijze de gemeente aldus heeft geattendeerd, heeft die Gegadigde daarmee ieder recht jegens de gemeente verwerkt voor zover verband houdend met de vermeende onjuistheid of onregelmatigheid.

 

4.10 Voorbehoud

De gemeente behoudt zich het recht voor de subsidietenderprocedure tussentijds om haar moverende redenen op te schorten, in te trekken of de subsidie uiteindelijk niet of niet geheel toe te kennen. Gegadigden hebben (ook in dat geval) geen recht op enige (schade)vergoeding. Ons inziens is er in onderhavige selectieprocedure sprake van een normale inspanning en is er ook geen sprake van uitvoering van een gedeelte van de (sub)segmenten om de Aanmelding te kunnen indienen zodat een tenderkostenvergoeding bij een voortijdige intrekking van deze Aanmeldingsprocedure niet voor de hand ligt.

De gemeente Oude IJsselstreek behoudt zich tevens het recht voor om gedurende de looptijd van de subsidieregeling innovatieve en aanvullende pilots en projecten, die de doelgroepen raken van de betreffende (sub)segmenten, uit te (laten) voeren of te beëindigen waardoor mogelijk de toestroom van cliënten wordt beïnvloed.

De gemeente Oude IJsselstreek behoudt zich ook het recht voor om gedurende de looptijd van de subsidieregeling wijzigingen aan te brengen in het subsegmenten-pakket, die de doelgroep en/of organisatie van de subsegmenten raken, waardoor mogelijk de toestroom van de cliënten wordt beïnvloed.

 

4.11 Herstel van fouten en omissies en verduidelijking van de Aanmelding

Op de subsidietenderprocedure zijn de normen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Het voorgaande houdt onder andere in dat de gemeente Gegadigden bij een incomplete Aanmelding hiervan in kennis moet stellen en alsnog de gelegenheid moet geven de inschrijving aan te vullen (zie artikel 4:5 Awb).

Na ontvangst van de Aanmeldingen zal de gemeente alle inschrijvingen controleren en bezien of er sprake is van een incomplete inschrijving zoals bedoeld in artikel 4:5 Awb. Na deze controle zal de gemeente de Gegadigden, waarop dit van toepassing is, de gelegenheid geven de inschrijving binnen 3 werkdagen aan te vullen.

De gemeente wil de Gegadigden er op wijzen dat artikel 4:5 Awb enkel gaat over het aanvullen van een incomplete Aanmelding en niet is bedoeld voor het herstellen van onjuiste informatie in de Aanmelding. Ook wil de gemeente erop wijzen dat de herstelmogelijkheid alleen de knock-out criteria betreft (uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen) die, wanneer er niet aan voldaan is, leiden tot buiten behandeling stellen van de Aanmelding. Aanvulling van gegevens die leiden tot meer of minder punten worden niet geaccepteerd.

 

4.12 Rechts- en forumkeuze

Op deze subsidietenderprocedure, evenals op eventueel daaruit voortvloeiende subsidiebeschikkingen, is Nederlands recht van toepassing. Geschillen worden voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter van de Rechtbank Gelderland. Tevens zijn de Algemene Inkoopvoorwaarden Achterhoekse Gemeenten 2017 (AIAG 2017) van toepassing (zie bijlage S8).

 

4.13 Vertrouwelijkheid

Alle binnen deze subsidietenderprocedure aan belangstellenden ter beschikking gestelde en ter beschikking te stellen gegevens, alsmede de door de Gegadigden ter zake van deze subsidietenderprocedure in te dienen gegevens, dienen vertrouwelijk te worden behandeld.

 

4.14 Voertaal

Alle communicatie, waaronder ook de Aanmelding, in het kader van deze subsidietenderprocedure dient plaats te vinden in de Nederlandse taal.

 

4.15 Bezwaar tegen selectiebeslissing

De gemeente deelt elke Gegadigde haar selectiebeslissing mee (voorgenomen selectie/afwijzing). Deze mededeling bevat de relevante redenen voor de beslissing, een vermelding van de opschortende termijn en de kenmerken en voordelen van de uitgekozen Aanmelding(en).

Gegadigden kunnen binnen 6 weken na bekendmaking van de selectiebeslissing een bezwaarschrift indienen bij het college van de gemeente Oude IJsselstreek. Houdt er rekening mee dat als de subsidieaanvraag is afgewezen en de subsidie toegewezen is aan een andere Gegadigde, er ook bezwaar moet worden gemaakt tegen de toekenning van de subsidie aan de andere Gegadigde.

 

 

Kenmerk:

Zaaknummer 209834

Versie:

Definitief

Contactpersoon:

Dhr. J. Roosendaal

E-mailadres:

Aanbesteding@oude-ijsselstreek.nl

 

 

 

 

 

 


*

Begrip

Toelichting

Aanmelding

Door Gegadigde ingediende verzoek tot deelneming aan de Selectiefase voor de onderhavige Subsidietenderprocedure.

College

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek.

Dekkend zorglandschap

De gemeente beschikt over voldoende zorgexpertise en ondersteunings-capaciteit om te ondersteunen bij het oplossen van hulpvragen in het kader van de Wmo 2015.

Gegadigde

Een rechtspersoon die heeft verzocht om deel te nemen aan de Selectiefase in de Subsidietenderprocedure.

Hoofdaannemer

De Subsidieontvanger die bij de uitvoering van de Opdracht andere organisaties of personen inschakelt (niet zijnde werknemers in dienst van Subsidieontvanger).

Hulpnetwerk

Het geheel aan partijen dat op enigerlei wijze betrokken is bij (het oplossen van) een hulpvraag van inwoners die door ziekte, beperking, leeftijd of andere omstandigheden zonder ondersteuning niet (volledig) kunnen deelnemen aan de maatschappij.

Inschrijver

Een rechtspersoon die een Inschrijving uitbrengt in de Inschrijvingsfase van de Subsidietenderprocedure.

Inschrijving

De schriftelijke aanvraag om subsidie (in de Inschrijvingsfase) van de Gegadigde voor de uitvoering van de subsegmenten welke in paragraaf 1.2 van de Selectieleidraad (en de Inschrijvingsleidraad) zijn opgenomen.

Inschrijvingsfase

De tweede fase van de Subsidietenderprocedure waarin de in de Selectiefase geselecteerde Gegadigden een Inschrijving uitbrengen aan de Subsidieverlener voor subsidie voor uitvoering van de subsegmenten.

Inschrijvingsleidraad

Het document inclusief alle bijlagen waarin het College de in de Selectiefase geselecteerde Gegadigden uitnodigt tot het doen van een Inschrijving en waarin informatie is opgenomen over de tweede fase van de Subsidietenderprocedure (de Inschrijvingsfase) die relevant is voor het indienen van een Inschrijving voor het onderwerp waarop dit document betrekking heeft.

Nota van Inlichtingen

Document waar de antwoorden op vragen van belangstellenden zijn opgenomen, alsmede eventuele wijzigingen van de Selectieleidraad (resp. Inschrijvingsleidraad), inclusief bijlagen. De Nota van Inlichtingen wordt samengesteld uit de geanonimiseerde vragen die gedurende de subsidietenderprocedure worden gesteld en beantwoord. De Nota van Inlichtingen maakt integraal onderdeel uit van de subsidietenderdocumenten en prevaleert boven de Selectieleidraad (resp. Inschrijvingsleidraad).

Onderaannemer

Een organisatie of persoon die werkt in opdracht van de hoofdaannemer en aldus een deel van de Opdracht feitelijk uitvoert.

Opdracht

Het uitvoeren van één of meerdere subsidiabele Subsegmenten zoals benoemd in paragraaf 1.2 van deze Selectieleidraad

Selectiebeslissing

Het besluit van het College om een Gegadigde wel of niet uit te nodigen voor deelname aan de tweede fase van de Subsidietenderprocedure (de Inschrijvingsfase).

Selectiefase

De eerste fase van de subsidietenderprocedure waarin iedere geïnteresseerde rechtspersoon zich kan kwalificeren om mee te kunnen dingen naar subsidie voor uitvoering van de subsegmenten.

Selectieleidraad

Onderhavig document inclusief alle bijlagen waarin het College informatie heeft opgenomen over de eerste fase van de subsidietenderprocedure (de Selectiefase) die relevant is voor het indienen van een verzoek tot deelneming aan de selectieprocedure waarop dit document betrekking heeft.

Subsegmenten

De subsidiabele subsegmenten (subsegmenten) zoals benoemd in paragraaf 1.2 van deze Selectieleidraad voor segment ‘WMO-hulp in de buurt’.

Subsidieontvanger

De rechtspersoon die op basis van toekenning in de subsidietender de subsidie verstrekt krijgt voor de duur van 5 jaar met een optie tot verlenging van nogmaals 5 jaar.

Subsidietenderprocedure

De procedure zoals (samengevat) beschreven in hoofdstuk 2 van de Selectieleidraad.

Subsidietender-documenten

De Selectie- en Inschrijvingsleidraad, inclusief alle bijlagen, de Nota(‘s) van Inlichtingen en overige in het kader van de Subsidietenderprocedure relevante documenten gezamenlijk.

Subsidietariefstelling

De subsidietarieven zijn vastgelegd in de ‘Subsidieregeling ‘Jeugdhulp in de buurt’ en ‘Wmo-hulp in de buurt’ Gemeente Oude IJsselstreek 2021’ (bijlage S2)

Subsidieverlener

Het College van de gemeente Oude IJsselstreek

Toekennings- of afwijzingsbeslissingen

De besluiten op de aanvragen om subsidie (in de Inschrijvingsfase) die in het kader van deze subsidietender zijn ingediend.

Toekenningscriterium

Het criterium / de criteria op basis waarvan de inschrijving inhoudelijk wordt beoordeeld (in de Inschrijvingsfase) en de subsidie (voorlopig) wordt toegekend.

Toelatingscriterium

Het criterium / de criteria op basis waarvan de Aanmelding inhoudelijk wordt beoordeeld (in de Selectiefase) en de Gegadigde wordt toegelaten tot de Inschrijvingsfase.

Uitsluitingsgronden

De criteria die van toepassing zijn voor het vaststellen van uitsluiting van deelneming aan de Subsidietenderprocedure.

Uniform Europees Aanbestedingsdocument

De verklaring van Gegadigde waarmee hij verklaart te kunnen voldoen aan de minimaal noodzakelijke voorwaarden voor het kunnen meedingen naar de Opdracht