| Organisatie | Eindhoven |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Subsidieregeling Makerspaces |
| Citeertitel | |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | algemeen |
| Eigen onderwerp | |
| Externe bijlage | Aanvraagformulier Makerspaces |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 25-11-2020 | nieuwe regeling | 25-08-2020 |
Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven,
Gelet op het bepaalde in de laatst vastgestelde Algemene Subsidieverordening gemeente Eindhoven, in het bijzonder artikel 3, eerste lid, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 149 en 156 van de Gemeentewet.
en ter rechtvaardiging van eventuele staatssteun gebruikmakend van hoofdstuk 1 en artikel 53 inzake steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening, Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën van steun van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PB EU L 187);
Artikel 1Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
a. ASV: Algemene Subsidieverordening gemeente Eindhoven;
b. Makerspaces: fysieke plekken die een belangrijke systeemfunctie vervullen als aanjager van innovatie, (high tech) ontwikkeling en ontmoeting waarbij deze 3 onderdelen volop de aandacht hebben van onderwijsinstellingen, innovatiekracht van designers en aanwezigheid van op nieuwe technologie gespecialiseerde bedrijven in de regio.
c. creatieve makers: personen die beroepsmatig met het scheppen van producten en de beoefening van kunst, design en de cross over met high tech bezig zijn en als gemeenschappelijke deler ‘creativiteit’ hebben.
d. collectieve facilitaire voorzieningen: een collectieve open, binnen bepaalde artistieke en/of creatieve doelstelling opererende werkplaats, waarin ruimte, apparaten, gereedschappen en kortdurende verblijfsvoorzieningen beschikbaar zijn voor creatieve en tech in combinatie met design makers.
e. AR/VR: augmented reality en virtual reality: een interactieve ervaring van real-world omgeving.
f. duurzame investering: investering in maatregelen die de duurzaamheid (energie) bevorderen en/ of investeringen die langer beschikbaar zijn en blijven (tenminste de voor de reguliere levensduur) dus geen investeringen in tijdelijke zaken of zeer snel verouderende apparatuur.
g. Atelierbeleid: het Atelierbeleid van de gemeente Eindhoven door de gemeenteraad vastgesteld op 1 oktober 2019
h. Regiofonds Brainport: Regiofonds Brainportis een voor de uitvoering van de Regio Deal Brainport Eindhoven opgerichte entiteit die middelen toekent en uitkeert aan aanvragers van projecten uit de Regio Deal Brainport Eindhoven.
Met deze subsidieregeling wordt beoogd het bevorderen van een florerend creatief en dynamisch vestigingsklimaat in Eindhoven, door in te zetten op werkplaatsen voor creatieve makers in Eindhoven en deze beter te equiperen met passende productiefaciliteiten en presentatieplekken. Op die manier vergroot dit hun impact op het creatieve en high tech ecosysteem op die manier te vergroten. Dit sluit aan bij de doelstellingen van het Atelierbeleid dat in oktober 2019 door de gemeenteraad is vastgesteld.
Voor subsidie komen in aanmerking rechtspersonen gevestigd in Eindhoven die in Eindhoven collectieve facilitaire voorzieningen aanbieden voor creatieve makers.
Artikel 4 De te subsidiëren activiteiten
1. Voor subsidie komen in aanmerking de volgende makerspacefuncties,
a. voor film en nieuwe technologie in combinatie met kunst en design;
b. met werkplaatsen voor het gieten van metaal, grafische technieken en glas;
c. die een verbinding legt tussen design, kunst en cultuur, natuur, wetenschap en technologie;
d. met als specialisatie AR/VR;
e. fashionlab en hybride leeromgeving;
f. laboratorium voor uitwisseling van cultuur en technologie alsmede social design activiteiten;
g. werkplaats voor professionals tbv voorzieningen in het ontdek atelier voor kinderen;
h. presentatie ruimte voor high-end design (ook internationaal).
i. voor ‘kleinschalige en experimentele theater/makers en producties
voor het creëren van bedrijfsruimten/werkplaatsen en/of laboratorium/experimenteer ruimten voor high tech bedrijvigheid in combinatie met design
2. Het college verstrekt voor de functies zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel subsidie aan ten hoogste één aanvrager.
3. In aanvulling op het bepaalde in het eerste lid geldt dat binnen de genoemde functies de gesubsidieerde activiteiten gericht zijn op:
a. investeringen door kleine organisaties met een specialistische kennis die productiefaciliteiten bieden aan professionals en studenten of
b. investeringen in het werken met nieuwe materialen, toepassen van nieuwe technieken en toepassing van AR/VR stimuleren of
c. investeringen in vierkante meters en apparatuur, te investeren in ‘makerspaces’ zelf, te weten in de duurzame borging van de kennis door professionalisering van organisaties en in innovatieve experimenten.
Om in aanmerking te komen voor subsidie wordt voldaan aan de volgende vereisten:
a. de investering draagt bij aan het brede ecosysteem voor makers en de creatieve stad en
b. de investering draagt bij aan versterking en/ of vernieuwing van de organisatie zelf en
c. de investering is inhoudelijk interessant voor de organisatie zelf, gerelateerd aan de reguliere activiteiten en
d. de investering is haalbaar en uitvoerbaar heeft realiteitsgehalte en
e. de investering is duurzaam en
f. er is sprake van een co financiering van 15% bij een aanvraag tot €250.000,- en 25% bij een aanvraag van of hoger dan €250.000
Artikel 6Subsidieplafond/de verdeling van de subsidie
1. Het subsidieplafond voor het subsidiëren van activiteiten, zoals bedoeld in deze
subsidieregeling bedraagt in totaal €2.332.015,- waarbij de volgende deelplafonds zijn vastgesteld:
a. maximaal €400.000,-voor de makerspacefunctie voor film en nieuwe technologie in combinatie met kunst en design
b. maximaal €190.600,- voor de makerspacefunctie met werkplaatsen voor het gieten van metaal, grafische technieken en glas
c. maximaal €581.415,- voor de makerspacefunctie die een verbinding legt tussen design, kunst en cultuur, natuur, wetenschap en technologie
d. maximaal €280.000,- voor de makerspacefunctie met als specialisatie AR/VR
e. maximaal €150.000,- voor de makerspacefunctie fashionlab
f. maximaal €40.000,- voor de makerspacefunctie ‘Laboratorium voor uitwisseling van cultuur en technologie alsmede social design activiteiten’
g. maximaal €100.000,- voor de makerspacefunctie ‘werkplaats voor professionals tbv voorzieningen in het ontdek atelier voor kinderen’
h. maximaal €40.000,- voor de makerspacesfunctie ‘presentatie ruimte voor high-end design (ook internationaal)’
i. maximaal €400.000,- voor de makerspacefunctie voor ‘kleinschalige en experimentele theater/makers en producties’
j. maximaal €150.000-, voor de makerspacefunctie voor het creëren van bedrijfsruimten/werkplaatsen en/of laboratorium/experimenteer ruimten voor high tech bedrijvigheid in combinatie met design.
2. Aanvragen worden behandeld op basis van volgorde van binnenkomst van complete aanvragen zoals bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht.
3. In het geval het plafond van een deelplafond na beoordeling van de aanvragen niet bereikt is, kan het college besluiten alsnog het restant plafond te publiceren voor nieuwe aanvragen of deze toe te voegen aan een ander deelplafond, na advies ingewonnen te hebben bij de Stichting Cultuur Eindhoven.
1. Alvorens het college beslist op de aanvraag, vraagt het college advies aan de Stichting Cultuur Eindhoven.
2. De Stichting Cultuur Eindhoven beoordeelt de aanvragen aan de hand van de subsidievereisten zoals opgenomen in artikel 5.
Artikel 8Subsidiehoogte subsidiabele kosten
1. Subsidiabele kosten zijn kosten specifiek op de functie van de makerspace toegespitst:
a. ontwikkeling van een werkplaats/laboratorium/experimenteerruimten
b. bouw/realisatie verbetering van de werkplaats (fysiek, ruimtelijk)
c. inrichting van de werkplaats
d. extra apparatuur voor in de werkplaats
e. ondersteunende activiteiten voor het gebruik van de extra apparatuur (cursus bv)
f. verbetering van de veiligheid van de werkplaats
g. Ondersteunende voorzieningen voor verslaglegging van het creatieve proces
2. Niet subsidiabel zijn kosten verbonden aan de programma activiteiten.
Artikel 9Bij aanvraag in te dienen gegevens
1. In aanvulling op het bepaalde in de ASV dienen de volgende gegevens ingediend te worden
a. een ingevulde en getekende cofinancieringsverklaring voor de eigen bijdrage
b. Indien het gaat om een Makerspaceproject waarbij de aanvraag meer dan € 250.000 bedraagt, dan dient tevens een businessplan te worden bijgevoegd waarin een doorkijk naar de exploitatie voor de eerste vier jaar na afronding van het Makerspaceproject wordt gegeven.
2. Het college kan een formulier vaststellen ten behoeve van de aanvraag.
In afwijking van op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de aanvraagtermijn, kunnen aanvragen worden ingediend binnen vier weken na publicatie van de regeling.
1. In afwijking van het bepaalde in de ASV met betrekking tot de beslistermijn beslist het college op de aanvraag binnen 8 weken na indiening van de aanvraag.
2. Het college kan de beslistermijn met ten hoogste 4 weken verdagen.
In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de verplichtingen van de subsidieontvanger, moet de realisatie van de investeringen binnen 6 maanden na verlening van de subsidie starten.
1. In afwijking vanhet bepaalde in de ASV met betrekking tot de bevoorschotting wordt 80% van het verleend bedrag middels maandelijkse bevoorschotting uitbetaald.
2. Op verzoek van de aanvrager kan hierover een aanvullend besluit genomen worden.
Artikel 14Vaststelling subsidie
1.In aanvulling op het bepaalde in de ASV met betrekking tot de vaststelling van subsidie dient de subsidieontvanger uiterlijk binnen 13 weken na realisatie maar uiterlijk december 2025 een aanvraag tot vaststelling in tenzij vooraf toestemming is gevraagd voor een langere doorlooptijd van het project.
Artikel 16Inwerkingtreding( en duur regeling)
1. Deze subsidieregeling treedt in werking na de publicatie van deze regeling.
2. Deze subsidieregeling vervalt zodra alle aangevraagde subsidies vastgesteld zijn.