| Organisatie | Westvoorne |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westvoorne houdende regels omtrent het stagebeleid (Stagebeleid gemeente Westvoorne) |
| Citeertitel | Stagebeleid gemeente Westvoorne |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp | |
| Externe bijlagen | Bijlage 1 Stageplan Bijlage 2 Model Stageovereenkomst |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 01-01-2020 | nieuwe regeling | 09-01-2001 |
Naast het verzoek vanuit de landelijke politiek aan organisaties om stageplaatsen aan te bieden, als ook in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen en de vergrijzing van het personeelsbestand van gemeente Westvoorne moet het actief aanbieden van stageplaatsen als kans of aangrijpingspunt worden gezien.
Er worden binnen de verschillende sectoren en teams en op allerlei niveaus al stagiaires geplaatst. Vaak vanuit de optiek dat studenten en leerlingen de mogelijkheid moet worden geboden om werkervaring op te doen. Een actief stagebeleid draagt bij aan meer (kwantiteit) en kwalitatief betere stages.
Stages hebben daarnaast een positief effect op de beeldvorming van jongeren over gemeenten en het verbetert het imago van de gemeente als werkgever. In relatie tot de arbeidsmarkt kunnen jonge mensen, die anders geen baan bij de gemeente overwegen, gemotiveerd raken om te solliciteren bij een gemeente.
Een stagiair zorgt ook voor de nodige vernieuwing/verfrissing. Met name stagiairs zijn in staat de ‘onverwachte vragen’ te stellen, waardoor de zittende medewerkers met andere ogen naar het werk kunnen gaan kijken.
De vier kernwaarden van gemeente Westvoorne (Verantwoordelijkheid, Externe gerichtheid, Reflectie en Samenwerken) lopen als rode draad door dit stagebeleid heen.
Deze stage heeft tot doel de stagiair inzicht te geven in een mogelijk toekomstige baan of werkzaamheden, dus hoe een gemeentelijke organisatie eruitziet en welke werkzaamheden worden verricht. Het betreft vaak een korte stage van een aantal dagen of weken, de zogenaamde “snuffelstage”.
De stagiair maakt nader kennis met de praktijk van het gekozen beroep of de gekozen richting en brengt de theorie in praktijk. Daarnaast worden vaardigheden geleerd die nodig zijn voor de beroepsuitoefening. Van de stagiair wordt verwacht dat hij* meewerkt en daarnaast werkt aan een (grote) stageopdracht. De stageperiode duurt ongeveer 5 maanden en het betreft vaak tweede- en derdejaars studenten.
Deze stage vindt vaak plaats in de vorm van een combinatie van leren en werken, waarbij de stagiair vier dagen werkt en een dag naar school gaat. De nadruk ligt op het werken en leren in de praktijk. Doordat de stagiair nog een dag per week naar school gaat, wordt de praktische kennis aangevuld met recente theoretische kennis.
Aan een afstudeeropdracht kan de student zelfstandig werken. Het betreft een door de organisatie geformuleerde probleemstelling die nader onderzocht moet worden. De stagiair werkt verder niet mee in het team.
HBO-ers kunnen het derde en vierde leerjaar als een duaal traject afleggen. De student komt dan voor twee jaar in dienst bij gemeente Westvoorne voor 24 tot 32 uur per week en tekent een onderwijsarbeidsovereenkomst waarin staat dat hij een werkplek heeft zolang hij ook de betreffende studie zal blijven volgen. Hij is dus student en medewerker tegelijk.
Dit is een vorm van leren binnen of buiten de school, waarbij de leerling door vrijwilligerswerk de samenleving beter leert kennen en er iets aan bijdraagt. Het houdt in dat jongeren tussen 14 en 16 jaar 30 uur vrijwilligerswerk doen tijdens hun middelbare schoolperiode. Dat is goed voor hun persoonlijke ontwikkeling en voor anderen. Als organisatie heb je de kans om jongeren in huis te halen, want wie in maatschappelijke stages investeert, investeert in de vrijwilliger van de toekomst.
2.7 Stage in het kader van reïntegratie
Mensen die wegens arbeidsongeschiktheid, werkloosheid of andere redenen zijn uitgevallen uit het arbeidsproces, hebben door het opdoen van stage-ervaring een grotere kans op terugkeer. Vaak gaat het hierbij om een meewerkstage. De duur en omvang van deze vorm van stage is per situatie verschillend.
3. Invulling van de stageplaatsen
Door zelf actief stagiairs te werven is er meer kans op een optimale match tussen stagiair en organisatie. Bovendien zal het actief werven een groter aanbod aan kandidaten tot gevolg hebben, wat de keuzemogelijkheden bij de selectie vergroot.
P&O is het centrale coördinatiepunt voor stages. Zij ondersteunen de leidinggevenden, beheren en registreren en zijn het aanspreekpunt voor alle vragen over stages.
De stageplaatsen kunnen op verschillende manieren worden ingevuld. Dit wordt door het sector- of teamhoofd samen met P&O bepaald. Welke stagevorm ook wordt gekozen, er zal altijd begeleiding moeten zijn. Dat vraagt tijd van de zittende medewerkers, tijd die in een kleine organisatie als de onze niet altijd beschikbaar is. Daarom moet bewust een keuze worden gemaakt met betrekking tot de vorm van stage die wij aanbieden. De bezetting van de stageplaatsen is ook afhankelijk van een beschikbare arbotechnisch verantwoorde werkplek en het aantal ontvangen sollicitatiebrieven voor stageplaatsen.
Het is noodzakelijk dat er een geschikte werkplek beschikbaar is voor de stagiair. Deze moet aan alle (arbo)eisen voldoen en voorzien zijn van de benodigde aansluitingen.
De stageplaats moet aan een aantal minimale kwaliteitseisen voldoen. Zo moet de praktijkervaring aansluiten op de theoretische kennis en de inhoud van de stage zal overeen moeten komen met het opleidingsniveau. De onderwijsinstelling moet de stageplaats ook goedkeuren.
Als organisatie kunnen wij, door het maximale uit de stagiair te halen, beter beoordelen of deze een potentiële kandidaat is voor toekomstige vacatures. Hierbij mogen geen verwachtingen worden gewekt richting de stagiair.
Binnen onze organisatie kunnen stageplaatsen op zowel VMBO-, MBO-, HBO- en WO-niveau ingevuld worden. Er is jaarlijks plaats voor twee duale studenten, twee leer-werktrajecten (beroepsopleidende stages) en daarnaast voor andere stagiaires voor zover begeleiding en werkplekken beschikbaar zijn.
3.4 Investeren in de ontwikkeling van een stagiair
Een stagiair moet de geleerde theorie in praktijk brengen. Indien een stageplaats hiervoor onvoldoende mogelijkheden biedt, zal de stagiair uiteindelijk teleurgesteld en zonder resultaat de stage afronden. Het afstemmen van de wensen van de stagiair en van de organisatie is dus van cruciaal belang.
Daarom is het belangrijk dat er voldoende tijd voor begeleiding is. Dit is ook vereist om een erkend stagebedrijf (wat gemeente Westvoorne is) te kunnen zijn. Voor de begeleiding van een stagiair voor vijf maanden wordt uitgegaan van gemiddeld vier uur begeleiding per week.
Om te voorkomen dat de stagiair regelmatig om werk moet vragen, dient de stageopdracht en het bijbehorende takenpakket duidelijk te worden omschreven. Afhankelijk van de soort stage moet de stagiair voldoende tijd krijgen om te werken aan zijn stageopdracht.
Het is de bedoeling de stage zo veel mogelijk planmatig te laten verlopen door het opstellen van een stageplan. Zie bijlage 1.
P&O gaat een actief wervingsbeleid voor stagiaires voeren om structureel de beschikbare stageplaatsen bezet te hebben. Op verschillende websites worden de advertenties voor de invulling van de stageplaatsen gepubliceerd en er is structureel contact met de scholen. De advertenties worden ook vroegtijdig uitgezet op de scholen.
4. Rechtspositie van de stagiair
Het doel van een stage is het opdoen van praktijkervaring. De stagiair kan wel arbeid verrichten, maar die is in de eerste plaats gericht op het verwerven van bekwaamheden en niet op economisch voordeel voor de organisatie. Een stagiair valt om die reden niet onder de cao gemeenten. Dit geldt niet voor duale stages. Zij vallen wel onder de cao gemeenten, omdat zij een tijdelijke arbeidsovereenkomst krijgen ten behoeve van een wetenschappelijke of praktische opleiding of vorming, als bedoeld in artikel 2.5 cao gemeenten. De rechten en plichten van een stagiair worden in de stageovereenkomst geregeld. Een stage is geen (arbeidsrechtelijke) dienstbetrekking. Echter in fiscaal opzicht wordt een stage beschouwd als een fictieve dienstbetrekking zodra de stagiair méér dan een onkostenvergoeding ontvangt. Een stagevergoeding geldt als beloning en dient bruto uitbetaald te worden. De werkgever moet loonheffing en premies inhouden. Iedere stagiair is verzekerd voor de Wajong en, bij een fictieve dienstbetrekking, ook voor de Ziektewet (ZW). Een stagiair is niet verzekerd voor de Werkloosheid Wet (WW) en Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA), met uitzondering van duale stagiaires.
Voordat de stagiair begint, wordt een stageovereenkomst afgesloten. Indien de onderwijsinstelling geen stageovereenkomst heeft, zorgt P&O voor deze overeenkomst. Zie bijlage 2. De overeenkomst wordt ingevuld door P&O en ondertekend door het sectorhoofd.
4.2 Verklaring omtrent het gedrag
Bij een langdurige stage is een stagiair verplicht voor het begin van de stageperiode een verklaring omtrent het gedrag te overhandigen. Deze verklaring wordt deels ingevuld door P&O en wordt aangevraagd door de stagiair bij de gemeente waar hij woont. De kosten van deze verklaring kunnen worden gedeclareerd bij de salarisadministratie.
De stagiair is verplicht zich te houden aan de huis- en gedragsregels van gemeente Westvoorne. Een geheimhoudingsbepaling is opgenomen in de stageovereenkomst.
De stagiair meldt zich ziek conform de regels van het ziekteverzuimbeleid.
In principe wordt bij ziekte de stagevergoeding gestopt, tenzij het sectorhoofd anders beslist.
Zowel de stagiair als de gemeente zijn verzekerd tegen het risico van wettelijke aansprakelijkheid. De stagiair dient zichzelf te verzekeren voor ziektekosten.
Met betrekking tot sociale verzekeringen zijn er 3 categorieën te onderscheiden.
In principe heeft elke stagiair recht op verlofdagen. Voor zover dit niet vanuit de onderwijsinstelling geregeld is, wordt (bij stages die langer duren dan 2 maanden) het verlofsaldo berekend alsof de stagiair in dienst is van gemeente Westvoorne. Verder is de Regeling variabele werktijden en tijdregistratie van toepassing.
Het is mogelijk om afspraken te maken over een flexibele invulling van de werkweek.
Bijvoorbeeld vier dagen werken in verband met een bijbaan op vrijdag of in het weekend.
De stagiair hoeft voor terugkomdagen van de onderwijsinstelling geen verlof op te nemen.
Voor het inhalen van openstaande vakken en/of examens/tentamens worden nadere afspraken gemaakt.
Indien een onderwijsinstelling een eigen richtlijn heeft voor een stagevergoeding en wanneer deze vergoeding lager is dan de vergoeding als bedoeld in artikel 5.2.1, dan wordt de stagevergoeding ingevolge de richtlijn van de onderwijsinstelling uitbetaald.
Voor zover nodig kunnen burgemeester en wethouders, in gevallen waarin dit hoofdstuk niet of niet in redelijkheid voorziet, beslissen.
Reiskosten voor woon-werkverkeer maken geen onderdeel uit van de stagevergoeding. De reiskosten worden vergoed conform de Vergoedingsregeling reiskosten woon-werkverkeer voor medewerkers van gemeente Westvoorne, voor zover de stagiair niet kan beschikken over een geldige OV-jaarkaart.
Indien de stagiair onkosten maakt die voortvloeien uit de stage, dan kunnen deze na overleg met de stagebegeleider via het daarvoor bestemde declaratieformulier worden gedeclareerd.
Toelichting model-stageovereenkomst
Toelichting begrip stageovereenkomst
Een stagiair wordt niet beschouwd als ambtenaar, maar krijgt een arbeidsovereenkomstten behoeve van wetenschappelijke of praktische opleiding of vorming als bedoeld in artikel 2.5 cao gemeenten. In de praktijk wordt deze vorm van indiensttreding alleen gebruikt bij duale stages. Kenmerk van deze vorm van indiensttreding is dat enkele hoofdstukken uit de cao gemeenten, zoals salaris, ziekte en aanspraken bij werkloosheid, niet van toepassing zijn. Ook is deze ambtenaar uitgesloten van deelneming aan het ABP, op grond van de Regeling beperking van het zijn van overheidswerknemer.
Afhankelijk van de feitelijke omstandigheden gedurende de stage kan er sprake zijn van een echt dienstverband, te weten persoonlijke arbeid, verricht binnen een gezagsverhouding en tegen beloning. Bijvoorbeeld als iemand in het kader van een stage ten behoeve van de gemeente een opdracht uitvoert of als hij volledig meewerkt in het bedrijfsproces. Met andere woorden: als zijn werk/prestatie vergelijkbaar is met hetgeen een ambtenaar doet. Ook de hoogte van de beloning speelt een rol. In een dergelijk geval zou de rechter kunnen oordelen dat er sprake is van een echt dienstverband. De gemeente moet dan kiezen voor de hierboven genoemde arbeidsovereenkomst ‘hoofdzakelijk ten behoeve van praktische of wetenschappelijk opleiding of vorming’ of voor een normale (tijdelijke) arbeidsovereenkomst. De bijbehorende rechten en plichten zijn dan in de cao gemeenten geregeld en niet in een stageovereenkomst. Soms vindt een stage plaats of loopt door na het afronden van de studie met bijvoorbeeld het doel extra ervaring op te doen. Afhankelijk van de omstandigheden kan voor een (voortgezette) stageovereenkomst worden gekozen of voor een tijdelijke arbeidsovereenkomst.
Een stage is normaal gesproken dus geen (arbeidsrechtelijke) dienstbetrekking. Echter in fiscaal opzicht wordt een stage beschouwd als een fictieve dienstbetrekking zodra de stagiair méér dan een onkostenvergoeding ontvangt. Hierop wordt onder het kopje Stagevergoeding
Bij deze model-stageovereenkomst is uitgegaan van twee partijen: gemeente en stagiair. De overeenkomst verwijst naar eventuele aanvullende afspraken die met de onderwijsinstelling worden gemaakt. Het model kan uiteraard omgevormd worden tot een drie-partijenovereenkomst waarbij de onderwijsinstelling partij is.
Toelichting doel en aard stage
Bij de artikelen betreffende doel en aard van de stage kan ook verwezen worden naar een met of door de onderwijsinstelling opgesteld stageprogramma of naar een beroepspraktijkovereen-komst.
In dit artikel wordt rekening gehouden met de dagen waarop de stagiair vrijgesteld is in verband met studieverplichtingen zoals terugkomdagen, supervisie of uitwerken verslagen.
Voor ‘jeugdige werknemers’ stelt de Arbeidstijdenwet enigszins strakkere normen met betrekking tot de arbeidstijd. Voor kantoorarbeid is dit nauwelijks relevant.
De aanwijzingen van de stagegever hebben zowel betrekking op werkinhoudelijke aanwijzingen en arbotechnische voorschriften als op de wijze waarop men zich gedraagt op de werkvloer.De Arbeidsomstandighedenwet 1998 (artikel 1 lid 2) brengt met zich mee dat de gemeente de regels op het gebied van arbeidsomstandigheden, arbeidstijden en gelijke behandeling moet naleven ten opzichte van de stagiair, op gelijke wijze als voor de medewerkers.Naleving van de arbo-normen door de stageverlener (veilige werkomgeving) en het geven van aanwijzingen is mede van belang in verband met de aansprakelijkheid voor eventuele schade die de stagiair lijdt tijdens zijn stage (zie verder de toelichting schade).
Volgens de regels van de Belastingdienst is iedereen die aan een bedrijfsschool een opleiding volgt of die als leerling van een onderwijsinstelling of die in ander verband praktisch werkzaam is om vakbekwaamheid te verwerven, in echte of fictieve dienstbetrekking. Een voorwaarde hiervoor is wel dat de leerling of stagiair een beloning ontvangt.
De werkgever moet eerst nagaan of er sprake is van een echte dienstbetrekking. Zie hiervoor de toelichting bij begrip stageovereenkomst.
Vervolgens moet de werkgever nagaan of een fictieve dienstbetrekking aan de orde is. Dat is het geval als de stagiair een beloning ontvangt. Van een beloning is sprake wanneer er meer wordt uitbetaald dan een onkostenvergoeding. Een stagevergoeding bij wijze van zakgeld geldt als beloning en heeft gevolgen voor de loonbelasting en premiebetaling.
Gevolgen van uitbetalen van een stagevergoeding (fictieve dienstbetrekking)
De vergoeding moet bruto uitbetaald worden omdat gemeente loonbelasting en premies moet afdragen
De gemeente houdt een premie in op de vergoeding voor de Zorgverzekeringswet.
De gemeente heeft geen recht op afdrachtvermindering.
De stagiair is verzekerd op grond van de Wajong. Voor de Wajong wordt geen premie afgedragen.
De stagiair is verzekerd voor de Ziektewet (artikel 4 lid 1 sub g ZW). Bij ziekte bestaat het recht op uitkering ten laste van UWV. Voor de ZW wordt geen premie betaald.
De stagiair is niet verzekerd voor de WW en WAO.
Toelichting reis- en onkostenvergoeding
Indien de stagiair niet meer ontvangt dan vergoeding van de reis- en eventueel andere (onbelast te vergoeden) onkosten is er geen sprake van inhoudingen. De stagiair is dan alleen verzekerd voor de Wajong.
Toelichting verslagen, scripties e.d.
Deze bepaling beoogt dat de (intellectuele) eigendomsrechten op hetgeen de stagiair in het kader van zijn stage voortbrengt toekomen aan de stageverlener. In geval van octrooi-aanvraag door de stageverlener zal de stagiair afstand moeten hebben gedaan van zijn rechten.
Schade toegebracht door de stagiair:
Op de stageverlener rust een risico-aansprakelijkheid voor fouten van ondergeschikten op grond van artikel 6:170 Burgerlijk Wetboek. Dat betekent dat hij aansprakelijk is, ook als de ondergeschikte aanwijzingen niet opvolgt. Gemeenten kunnen terugvallen op de aansprakelijkheidsverzekering die personenschade, zaakschade en vermogenschade dekt. Ook onderwijsinstellingen hebben in de regel een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor (stagelopende) studenten.
Schade geleden door de stagiair:
De stageverlener kan aansprakelijk gesteld worden voor door de stagiair geleden schade in de uitoefening van zijn werkzaamheden op grond van artikel 7:658 lid 4 BW. Er bestaat geen aansprakelijkheid als de stageverlener kan aantonen dat hij zich voldoende aan zijn zorgplicht heeft gehouden of als de schade voor een groot deel te wijten is aan opzet of bewuste roekeloosheid van de stagiair.
Naast de gemeente zijn ook de onderwijsinstellingen vaak verzekerd voor ongevallen van (stagelopende) studenten.
Toelichting geheimhouding en integriteit
Handelen in strijd met de geheimhoudingsplicht kan leiden tot onmiddellijke beëindiging van de stage door de stageverlener en eventueel tot andere sancties. Tegen een (ex)stagiair kan een civielrechtelijke actie gestart worden in verband met het schenden van de geheimhoudingsplicht.
In het kader van integriteit is de bepaling opgenomen om te voorkomen dat de stagiair ongeoorloofde nevenactiviteiten verricht gedurende zijn stage.
Er is geen plicht tot doorbetaling van de stagevergoeding.
Een stagiair heeft recht op een Ziektewet-uitkering van UWV.
Toelichting vakantie en verlof
Bij kortdurende stages tot bijvoorbeeld twee maanden is verlof over het algemeen niet aan de orde. Bij langer durende stages kan gekozen worden voor verlof op verzoek of voor een van te voren te bepalen redelijk aantal verlofdagen. Wat redelijk is hangt onder meer af van de duur, omvang per week, de intensiteit van de stage en van de wensen van de stagiair en stageverlener.
Toelichting aanvullende afspraken
Veel opleidingsinstituten hebben een eigen stagecontract dat aan de stageverlener wordt aangeboden.
Als het stagecontract van de onderwijsinstelling aanvullend van toepassing wordt verklaard moet uiteraard bekeken worden of de afspraken niet strijdig zijn met de stageovereenkomst van de gemeente.
Hetzelfde geldt voor de praktijkovereenkomst in het kader van de Wet educatie en beroepsonderwijs: gemeente en stagiair kunnen aanvullende afspraken maken.