Uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving 2017-2018

Hoofdstuk 1 Waarom een uitvoeringsprogramma?

Dit uitvoeringsprogramma is een uitwerking van het omgevingsbeleidsplan van de gemeente Midden-Delfland. Met het uitvoeringsprogramma geven wij invulling aan de wettelijke verplichtingen van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). Het uitvoeringsprogramma geeft aan welke activiteiten de gemeente op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving in 2017 en 2018 uitvoert. Het gaat daarbij om taken die wij uitvoeren in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Drank- en horecawet en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) (voor zover daar een relatie ligt met de Wabo). De overige zaken die verband houden met de APV en Drank- en Horecawet behoren tot het domein van veiligheid en vallen buiten de scope van dit uitvoeringsprogramma. Zaken zoals bijvoorbeeld het drinken van alcohol door personen jonger dan 18, of de bestrijding “zuipschuiten” vindt u in dit programma niet terug maar in het actieprogramna veiligheid.

De Wabo-taken die zich richten op het aspect milieu worden namens de gemeente uitgevoerd door de omgevingsdienst Haaglanden (ODH). De gemeente volgt voor wat betreft de uitvoering van deze taken het door de ODH uitgebrachte ‘Werkplan Midden-Delfland’. Voor de uitvoering van het taakveld milieu verwijzen wij hiernaar.

Het college van burgemeester en wethouders geeft met dit uitvoeringsprogramma aan waar zij zich in 2017 en 2018 op het vlak van de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving van de fysieke leefomgeving op richt. Door middel van jaarverslagen gaan wij de uitvoering evalueren en de gemeenteraad informeren.

Hoofdstuk 2 Wat vinden we belangrijk?

Wij vinden het in stand houden en versterken van de leefomgeving erg belangrijk.

De gemeente Midden-Delfland draagt nu en in de toekomst door een adequate professionele en transparante wijze van vergunningverlening, toezicht en handhaving bij aan het in stand houden en versterken van Midden-Delfland als open en groen gebied voor rust, ruimte, recreatie, leefbaarheid en veiligheid.

Voor de meeste regelgeving in Nederland geldt dat toezicht en handhaving van de bepalingen van wettelijke bepalingen niet 100% kan worden afgedekt. Dat geldt ook voor de bepalingen bij of krachtens de WABO. Er moeten keuzes worden gemaakt welke bepalingen onder welke omstandigheden worden gecontroleerd en gehandhaafd.

Om te bepalen wat we belangrijk vinden om toezicht op te houden en te handhaven in Midden-Delfland, zijn de ervaringen van bouwplantoetsers, toezichthouders en handhavers in beeld gebracht. Daarnaast is een risicoanalyse gemaakt waarmee inzichtelijk is welke problemen zich kunnen voordoen, hoe ernstig deze problemen zijn en hoe groot het risico is dat deze problemen zich voordoen.

Deze ervaringen leiden tot het volgende overzicht van probleem en aandachtspunten:

Zie bijlage voor volledige programma inclusief tabellenin pdf

Tabel A

Probleemanalyse toezicht en handhaving

Het Besluit omgevingsrecht vereist dat de gemeente een probleemanalyse uitvoert. Het doel hiervan om de is om sturing te kunnen geven aan de toezicht- en handhavinginspanningen, gebaseerd op de situatie in de gemeente.

De gemeente wil haar middelen inzetten op de activiteiten met de hoogste risico’s en de grootste problemen. Hiermee wordt zo efficiënt mogelijk een hoog naleefgedrag gerealiseerd en worden eventuele nadelige effecten zoveel mogelijk beperkt.

In bijlage 1 in het omgevingsbeleidsplan is de analyse opgenomen die in 2015/2016 is gemaakt van de risico's die activiteiten op het vlak van de Wabo, de APV en de Drank- en Horecawet met zich mee kunnen brengen. Voor het uitvoeren van de risicoanalyse is gebruik gemaakt van een landelijk geaccepteerd risicomodel dat uitgaat uit van de definitie:

Risico = negatief effect x de kans dat dit effect voorkomt

In de analyse is van alle activiteiten de kans ingeschat dat er iets kan gebeuren en dat is afgezet tegen de ernst van de gevolgen daarvan (het effect). Per activiteit is op basis van ervaring van betrokken medewerkers bepaald hoe op de elementen wordt gescoord en hoe groot de kans op overtredingen is. Dit leidt vervolgens tot een onderverdeling in hoge, gemiddelde en lage prioriteiten. De hoogte van de prioriteit bepaalt de mate van intensiteit van het toezicht.

Zie bijlage voor volledige programma inclusief tabellenin pdf

Tabel B

De prioritering is niet bedoeld om een bepaalde volgorde in de handhaving aan te geven. Het is niet zo dat eerst de hoge prioriteiten worden gehandhaafd, daarna de prioriteit gemiddeld en ten slotte de prioriteit laag. De prioritering is bedoeld om de intensiteit van de handhaving aan te geven. Hoe hoger de prioriteit hoe actiever er gehandhaafd wordt. Verder zal de gemeente naar aanleiding van (niet anonieme) meldingen of handhavingsverzoeken altijd actie ondernemen. Dat geldt des te meer als het bestuursrecht ingezet wordt ter ondersteuning van een strafrechtelijk aanpak om (georganiseerde) criminaliteit te bestrijden.

Zie bijlage voor volledige programma inclusief tabellenin pdf

Tabel C

De hierboven genoemde voorbeelden waarbij wij een hoge prioriteit op het gebied van toezicht en handhaving aanhouden nemen een groot deel van onze handhavingcapaciteit in beslag.

Dit betekent echter niet dat wij geen aandacht besteden aan de categorieën waar een gemiddelde of lage intensiteit gerechtvaardigd is. Op die categorieën wordt slechts minder actief gehandhaafd, omdat daar de risico’s voor gebruikers minder groot zijn.

Hoofdstuk 3 Wat gaan we in 2017 en 2018 doen en wat is hiervoor nodig?

Gelet op de opgedane ervaring (zie tabel A) en de risico-analyse (tabel C) verrichten wij in 2017 en 2018 de volgende activiteiten:

Zie bijlage voor volledige programma inclusief tabellenin pdf

Tabel D

Hieronder geven wij per taakveld aan met welke activiteiten wij uitvoeren en welke Fte daarvoor beschikbaar is.

Zie bijlage voor volledige programma inclusief tabellenin pdf

Indien vergunningen en meldingen niet meer tijdig kunnen worden afgewikkeld, bijvoorbeeld bij piekbelastingen, huren wij externe capaciteit in. Hetzelfde geldt voor toezicht en handhaving.

De middelen voor het uitvoeren van dit uitvoeringsprogramma heeft de gemeenteraad voor het jaar 2017 al geborgd in de gemeentelijke begroting. Voor 2018 nemen wij een en ander op in de conceptbegroting voor dat jaar.

Bijlage: Uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving 2017-2018 in pdf

Uitvoeringsprogramma 2017-2018