Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
De Ronde Venen

Beleidsnota Hooiberghutten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDe Ronde Venen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsnota Hooiberghutten
CiteertitelBeleidsnota Hooiberghutten
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp
Externe bijlageBijlage - Beleidsnota Hooiberghutten

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht, art. 4:81
  2. Wet op de Ruimtelijke Ordening, art. 19, lid 2
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-12-200603-01-2011Nieuwe regeling

30-11-2006

De Ronde Vener, 13-12-2006

0156/06

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsnota Hooiberghutten

 

Beleidskader

De provincie Utrecht heeft in het Streekplan 2005 – 2015 voor het gebied van De Utrechtse Venen met name ingezet op verbreding van agrarische bedrijven. Dit initiatief voor hooiberghutten bij agrarische bedrijven past daar helemaal in. Ook het toegankelijk maken van het landelijk gebied, de kleinschaligheid per locatie en de versterking van de stad-land relatie passen in het streekplan.

De handleiding bestemmingsplannen (februari 2006) biedt ook deze ruimte voor kleinschalige verblijfsrecreatie als neventak bij agrarische bedrijven (verbrede landbouw) en bij vrijkomende agrarische bedrijven. Verblijfsrecreatie in de vorm van kamperen vindt plaats op of aansluitend aan het bouwperceel.

In “Platteland in ontwikkeling, visie en activiteitenprogramma plattelandsontwikkeling Utrecht 2006 – 2009” (juni 2006) zet de provincie Utrecht onder meer in op productontwikkeling en kwaliteitsverbetering van het plattelandstoerisme, op nieuw ondernemerschap, het creëren van meer mogelijkheden voor recreatief (mede)gebruik van natuur en platteland en op het vergroten van naamsbekendheid van het gebied. Op al deze aspecten kan dit initiatief een rol van betekenis spelen.

In de gemeente De Ronde Venen is recent het bestemmingsplan Buitengebied vastgesteld. In dit bestemmingsplan wordt ruimte gegeven aan verbredingsactiviteiten bij agrarische bedrijven. Binnen de bestemming “Agrarische bedrijfsdoeleinden” is het na vrijstelling mogelijk om bijvoorbeeld logies en ontbijt aan te bieden binnen de bestaande bedrijfsbebouwing. Ook een minicamping (maximaal 15 kampeerplaatsen) behoort tot de mogelijkheden op het bouwvlak of binnen een strook van 50 meter rond het bouwvlak.

De hooiberghutten kunnen niet binnen de opgenomen flexibiliteitsbepalingen worden gerealiseerd, maar zijn wel volledig in lijn met het beleid dat in het bestemmingsplan is neergelegd.

In de gemeente Woerden is de Nota van Uitgangspunten voor het landelijk gebied in 2003 door de raad vastgesteld. In 2004 is dit uitgewerkt in de beleidsregel juridische regeling percelen voor het landelijk gebied, waarin over kleinschalige campings (incl. trekkershutten) het volgende is aangegeven:

  • o

    Kleinschalig kamperen conform de Wet Openluchtrecreatie kan bij zowel agrarische bedrijven als bij andere bestemmingen worden toegestaan en wordt niet als stankgevoelig aangemerkt. Via een vrijstelling zal kleinschalig kamperen bij agrarische en vrijkomende agrarische bedrijven mogelijk zijn op of aansluitend aan het bouwperceel.

  • o

    Recreatief nachtverblijf op een kleinschalige camping is alleen toegestaan in het zomerseizoen (15 maart – 31 oktober), waarbij het kampeermiddel in de winter niet aanwezig of niet bewoonbaar (bijv. trekkershut) is. Verder worden bij een kleinschalige camping eisen gesteld aan de landschappelijke inpassing van het terrein. Het maximaal aantal toegestane kampeermiddelen op een kleinschalige camping bedraagt 15. (Dit wordt recent ook door het kabinet voorgesteld als norm, als gevolg van het geleidelijk afschaffen van de Wor).

In het najaar van 2006 zal het voorontwerp bestemmingsplan in de inspraak worden gebracht, waarin een vrijstelling is opgenomen voor kleinschalig kamperen (incl. trekkershutten). Omdat in het landelijk gebied van de gemeente Woerden het aanbod van logiesverblijven voor kortdurende logies nog erg klein is, wordt dit initiatief van harte ondersteund.

Ruimtelijke aspecten

De hooiberghutten zijn een speciale soort van trekkershut, namelijk in de vorm van een hooi/kapberg met 4 palen op de hoeken. Deze vorm sluit goed aan bij de bebouwing op agrarische erven. De hooiberghut heeft een breedtemaat van 4,5 m, diepte van 3,5 m met daarbij een kleine overkapping van 1 m, zodat de kap van de hooiberghut ruim 4,5 m in het vierkant is. De hoogte van de hooiberghut is bijna 4 m en de palen zijn een halve meter hoger. In de hooiberghut bevinden zich 2 stapelbedden, een tafel met 4 stoelen, inventaris in een kastje, jerrycan voor water, waterkoker en een chemisch toilet. Er worden maximaal 3 hooiberghutten toegestaan bij agrarische of vrijkomende agrarische bedrijven, om dit een kleinschalige vorm van recreatief nachtverblijf te laten zijn.

Vanuit landschappelijk oogpunt moeten de hooiberghutten aansluitend aan het erf binnen het bouwperceel of direct aansluitend buiten het bouwperceel staan op een afstand van maximaal 50 m van de grens van het bouwperceel. Door de ligging op of nabij (niet verder dan 50 m) van het bouwperceel zal de openheid en het karakteristieke verkavelingspatroon niet onevenredig worden aangetast. De afstand tot een bestaand gebouw binnen het bouwperceel mag niet meer bedragen dan 75 m, omdat er een relatie moet zijn met de bestaande bebouwing en ook de sanitaire voorzieningen in de bestaande bebouwing moeten komen. Deze afstand is gebaseerd op de situatie dat er soms opslag van ruwvoer (sleufsilo, kuilplaat) tussen de hooiberghutten en de bestaande bebouwing kan liggen.

De hooiberghutten kunnen onderdeel uitmaken van een kleinschalige camping, waarbij nu nog maximaal 15 kampeermiddelen in de periode van 15 maart tot 1 november zijn toegestaan. Tot deze kampeermiddelen worden ook te bouwen trekkershutten van maximaal 25 m2 gerekend. Dit maximumaantal van 15 komt voort uit de Wet op de Openluchtrecreatie. Wanneer deze wet op 1 januari 2008 wordt ingetrokken kunnen mogelijk per gemeente andere aantallen aan de orde zijn.

De omliggende agrarische bedrijven mogen niet onevenredig in hun bedrijfsvoering belemmerd worden. Dit zal worden afgewogen bij de milieuaspecten. Door een centraal boekingssysteem bij de ANV en door de meerjarige overeenkomst is gewaarborgd dat er sprake is van alleen recreatief nachtverblijf.

 

Milieuaspecten

Wet Milieubeheer. De hooiberghut is onder de huidige wetgeving (na in werking treden van de Wgv) geen gevoelig object in een milieuvergunningsituatie bij omliggende agrarische bedrijven. Vallen de agrarische bedrijven, gelegen om een hooiberghut onder de werking van het Besluit landbouw dan moet de hooiberghut wel als geurgevoelig beoordeeld worden. Om geen onnodige knelpuntsituatie te creëren dient de grens van het bouwperceel van omliggende melkveehouderijen, vallend onder de werking van het Besluit landbouw, tot de hooiberghut minimaal 50 meter te zijn (zie bijlage 2).

Bodem. Voor een hooiberghut is altijd een reguliere bouwvergunning nodig. Bovendien is een Hooiberghut een bouwwerk met een verblijfsfunctie voor mensen en raakt het bouwwerk de grond. Er zal dus een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd moeten worden. Een uitgebreid bodemonderzoek, zoals bij de bouw van een woning aan de orde is, is niet nodig bij het plaatsen van een hooiberghut. Het onderzoek kan simpel gehouden worden, op voorwaarde dat vast is komen te staan dat er sprake is van een onverdachte locatie (zie bijlage 2).

Geluid en Lucht. De aspecten geluid- en luchtkwaliteit zijn niet van toepassing, gezien de kleinschalige activiteit (niet meer dan 3 hooiberghutten per locatie) en korte verblijfsduur van de gasten. Door arrangementen aan te bieden wordt met name per fiets, wandelend of varend door het gebied getrokken van hooiberghut naar hooiberghut en neemt het aantal verkeersbewegingen niet noemenswaard toe. De verkeersgerelateerde luchtkwaliteit is zodoende niet relevant. Bovendien is een hooiberghut geen geluidsgevoelige bestemming in de zin van de Wet milieubeheer.

Externe veiligheid. Een toets aan de regelgeving op het gebied van externe veiligheid kan aan de orde zijn, wanneer zich op of in de omgeving van het betrokken agrarische bedrijf veiligheidsrisico’s voordoen (zie bijlage 2). Dit is aan de orde bij:

  • o

    Bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi);

  • o

    Bedrijven die op grond van overige milieuwetgeving afstandsnormen voor veiligheid bezitten, zoals het Vuurwerkbesluit of het Besluit voorzieningen en installaties milieubeheer (bijv. propaantanks);

  • o

    Het vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor en water (routes in de omgeving);

  • o

    Het vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen.

Flora en fauna. Er zijn geen gevolgen voor de flora- en fauna en voor de archeologie, want de bodem wordt niet geroerd en de activiteit is dermate kleinschalig dat de aanwezige flora en fauna op en nabij het bouwperceel daar geen gevolgen van ondervindt.

Waterhuishouding. Het verhard oppervlak neemt met ca. 25 m2 per hooiberghut toe. Dit is een dermate klein oppervlak en het regenwater van de daken van de hutten wordt afgevoerd in de bodem, zodat er geen gevolgen zijn voor de waterhuishouding.

Conclusies

Het beleid van provincie en gemeenten voor de Utrechtse Venen richt zich op het bieden van ruimte voor plattelandsontwikkeling en het stimuleren van ondernemerschap en innovatie. Het initiatief van de agrarische natuurvereniging voor de realisatie van een netwerk van hooiberghutten past naadloos binnen deze doelstellingen. Het voegt iets nieuws toe aan wat het gebied nu al te bieden heeft en biedt, door het mogelijk maken van meerdaagse arrangementen, ook de kans om de verschillende voorzieningen in het gebied met elkaar te verbinden. De rol die de agrarische natuurvereniging (en daarmee de agrarische ondernemers) daarin speelt wordt zeer gewaardeerd.

Het concept van de hooiberghutten is niet gebaat bij wildgroei en moet natuurlijk ook rekening houden met zijn omgeving. Vandaar dat aan bouwplannen de volgende algemene voorwaarden worden gesteld:

  • -

    Hooiberghutten worden in De Ronde Venen slechts toegelaten als verbredingsactiviteit bij reële agrarische bedrijven. In de gemeente Woerden worden minicampings en hooiberghutten ook toegelaten op voormalige agrarische bedrijfspercelen.

  • -

    Er zijn niet meer dan 3 hooiberghutten per agrarisch bedrijf toegestaan.

  • -

    De maatvoering van een hooiberghut bedraagt maximaal 5 m x 5 m x 5 m.

  • -

    Vanuit landschappelijk oogpunt mogen de hooiberghutten niet verder dan 50 m vanaf het bouwperceel opgericht worden. Bij realisatie buiten het bouwperceel mag geen onevenredige schade ontstaan aan aanwezige landschappelijke en natuurwaarden.

  • -

    Sanitaire voorzieningen dienen binnen de bestaande (bedrijfs)bebouwing te worden gerealiseerd. In verband hiermee mogen de hooiberghutten niet verder dan 75 m vanaf een bestaand gebouw binnen het bouwperceel worden gerealiseerd.

  • -

    Omdat omringende agrarische bedrijven niet onevenredig belemmerd mogen worden gezien de toekomstige milieuwetgeving, zal er minimaal 50 m afstand moeten worden aangehouden tot de bouwperceelsgrens van het naburig agrarisch bedrijf dat onder de werking van het Besluit landbouw valt;

  • -

    Voor een hooiberghut is altijd een reguliere bouwvergunning nodig. Bovendien is een hooiberghut een bouwwerk met een verblijfsfunctie voor mensen en raakt het bouwwerk de grond. Dit maakt dat er conform artikel 8, lid 3 en 4 sprake is van een bouwwerk waarvoor een bodemonderzoek noodzakelijk is. Er zal dus een (simpel) verkennend bodemonderzoek uitgevoerd moeten worden, waardoor vast komt te staan dat er sprake is van een onverdachte locatie;

  • -

    De aspecten geluid- en luchtkwaliteit als gevolg van verkeer zijn niet van toepassing, gezien de kleinschalige activiteit, korte verblijfsduur van de gasten en de geringe verkeersaantrekkende werking;

  • -

    Externe veiligheid speelt op meerdere vlakken een rol. Zodoende dienen de in de bijlage genoemde verschillende afstandscriteria in acht genomen te worden. Indien aan één of meerdere van de afstanden niet wordt voldaan, wordt vrijstelling alleen verleend na gericht én positief advies over externe veiligheid;

  • -

    Op een kleinschalige camping zijn ook hooiberghutten toegestaan, maar tellen ze mee als kampeermiddel.

  • -

    Hooiberghutten dienen slechts voor recreatief nachtverblijf; permanente bewoning is niet toegestaan.

  • -

    Vanuit het oogpunt van onder meer brandveiligheid dienen de hooiberghutten te voldoen aan bouwbesluit en bouwverordening, moeten ze worden voorzien van een rookmelder conform NEN 2555 en moet er op het bedrijf een draagbaar blustoestel aanwezig zijn van minimaal 6 kg / liter geschikt voor A/B/C branden. Het blustoestel moet zijn geplaatst in een weerbestendige behuizing, vorstbestendig en goed zichtbaar binnen 30 meter van de hooiberghutten.