Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Den Helder

Verordening Tegenprestatie Participatiewet

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDen Helder
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Tegenprestatie Participatiewet
CiteertitelVerordening Tegenprestatie Participatiewet
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp
Externe bijlageToelichting Verordening Tegenprestatie Participatiewet

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Nieuwe regeling

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 8a, lid 1 Participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2015Nieuwe regeling

20-10-2014

Stadsnieuws 2014, 47

RB14.0118

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Tegenprestatie Participatiewet

 

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      het college: het college van burgemeester en wethouders van Den Helder;

    • b.

      de gemeenteraad: de gemeenteraad van Den Helder;

    • c.

      de wet: de Participatiewet;

    • d.

      re-integratie-instrumenten: de instrumenten die het college ter beschikking heeft voor het bieden van ondersteuning als bedoeld in artikel 7 van de wet;

    • e.

      re-integratietraject: gecombineerde inzet c.q. aaneenschakeling van re-integratie-instrumenten ten behoeve van leden van de doelgroep;

Hoofdstuk 2 De tegenprestatie naar vermogen

Artikel 2 Inhoud van een tegenprestatie

Het college kan onbeloonde maatschappelijke nuttige werkzaamheden, die additioneel van aard zijn, inzetten als tegenprestatie voor zover die werkzaamheden:

  • a.

    naar hun aard niet zijn gericht op toeleiding naar de arbeidsmarkt; en

  • b.

    niet zijn bedoeld als re-integratie instrument; en

  • c.

    worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid in de organisatie waarin ze worden verricht; en

  • d.

    niet leiden tot verdringing op de reguliere arbeidsmarkt.

Artikel 3 Het opdragen van een tegenprestatie

  • 1.

    Het college kan een belanghebbende die geen re-integratietraject volgt een tegenprestatie opleggen.

  • 2.

    Bij het opdragen van een tegenprestatie houdt het college rekening met de volgende factoren:

    • a.

      de tegenprestatie moet naar vermogen kunnen worden verricht door een belanghebbende en;

    • b.

      de persoonlijke situatie en individuele omstandigheden van een belanghebbende moeten in aanmerking worden genomen en;

    • c.

      indien een belanghebbende al maatschappelijke activiteiten of vrijwilligerswerk verricht, wordt daarmee rekening gehouden

Artikel 4 Duur en omvang van een tegenprestatie

  • 1.

    De tegenprestatie wordt opgedragen voor een maximale duur van 4 maanden.

  • 2.

    De tegenprestatie wordt opgedragen voor maximaal 16 uur per week.

  • 3.

    De tegenprestatie kan binnen een periode van twaalf maanden maximaal één keer worden opgedragen.

Artikel 5 Geen werkzaamheden voorhanden

  • 1.

    Het college draagt geen tegenprestatie op indien geen werkzaamheden voorhanden zijn die kunnen worden ingezet als tegenprestatie.

  • 2.

    Indien het college geen tegenprestatie opdraagt omdat geen werkzaamheden voorhanden zijn beoordeelt het college binnen een vooraf gestelde periode en in individuele gevallen of wel werkzaamheden voorhanden zijn die kunnen worden ingezet als tegenprestatie.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 6 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Tegenprestatie Participatiewet.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt na publicatie in werking met ingang van 1 januari 2015.

Aldus besloten in de raadsvergadering van 20 oktober 2014.

Koen Schuiling, voorzitter

mr. drs. M. Huisman, griffier