| Overheidsorganisatie | Gemeente Noordwijk |
|---|---|
| Officiële naam regeling | Verordening commissie bezwaar-en klaagschriften |
| Citeertitel | Verordening commissie bezwaar-en klaagschriften |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 149
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 10-11-2011 | 14-12-2010 | 31-03-2014 | nieuwe regeling | 27-10-2011 Witte Weekblad, 09-11-2011 | Onbekend. |
Besluit van de raad van de gemeente Noordwijk van 27 oktober 2011 (Het Witte Weekblad van 9 november 2011)
De raad van de gemeente Noordwijk;
gelezen het voorstel van het college van 30 augustus 2011, nummer 12;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;
gezien het advies van de commissie VBO & AOR van 4 oktober 2011;
BESLUIT:
Vast te stellen de navolgende:
Verordening commissie bezwaar- en klaagschriften van de gemeente Noordwijk
In deze verordening wordt verstaan onder:
verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;
college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk;
commissie: de vaste commissie van advies belast met de advisering van de ingediende bezwaar- en klaagschriften;
vergadering: de hoorzitting(en) van de commissie met aansluitend het raadkameroverleg;
wet: de Algemene wet bestuursrecht;
huishoudelijk reglement: reglement vastgesteld door het college, waarin de procedure voor het in behandeling nemen van bezwaar- en klaagschriften en de vorm van het advies van de commissie nader is uitgewerkt.
Er is een vaste commissie ter advisering van de beslissing op gemaakte bezwaren en ingediende klaagschriften als bedoeld in artikel 1:5 respectievelijk artikel 9:4 lid 1 van de wet.
De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.
Het college is bevoegd om in voorkomende gevallen een andere adviescommissie aan te wijzen die adviseert met betrekking tot ingediende bezwaarschriften en klaagschriften.
De commissie bestaat uit een voorzitter en vijf leden.
De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.
De commissie wijst een plaatsvervangend voorzitter aan.
De voorzitter en de leden van de commissie mogen op geen enkele wijze binding hebben met het bestuur van de gemeente Noordwijk.
Naast de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter, neemt tenminste 1 lid deel aan de vergaderingen van de commissie.
1. De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.
2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.
3. De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
Artikel 5 Secretaris
1. De secretaris is een door het college aangewezen ambtenaar.
2. Het college wijst tevens één of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.
3. De secretaris is geen lid van de commissie.
Artikel 6 Procedures
De door de commissie te hanteren procedures zijn vastgelegd in het huishoudelijk reglement.
Het huishoudelijk reglement wordt vastgesteld door het college.
De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:
artikel 2:1, tweede lid;
artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;
artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;
artikel 7:4, tweede lid;
artikel 7:6, vierde lid.
Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie en werkt terug tot 14 december 2010.
Bij de inwerkingtreding van deze verordening komen de “Verordening commissie bezwaarschriften 2004” en de“Verordening klachtenbehandeling gemeente Noordwijk 2008“ te vervallen.
Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening commissie bezwaar- en klaagschriften.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 27 oktober 2011
J.P.J. Lokker, voorzitter H.C.A. Kolen, griffier
TOELICHTING OP DE VERORDENING COMMISSIE BEZWAAR- EN KLAAGSCHRIFTEN GEMEENTE NOORDWIJK
Achtergrond
Er is een vaste commissie van advies die de bestuursorganen van de gemeente Noordwijk adviseert inzake ingediende bezwaar- en klaagschriften.
In het tweede artikel van deze verordening wordt de commissie voor bezwaar- en klaagschriften
ingesteld. In het verleden was er op grond van de oude verordeningen sprake van een commissie van advies voor bezwaarschriften en werden de klaagschriften zonder externe advisering afgehandeld. In het kader van kwaliteitsverbetering en efficiency wordt ook de advisering met betrekking tot klaagschriften neergelegd bij de (voormalige) commissie bezwaarschriften.
De procedures van de commissie bezwaar- en klaagschriften worden geregeld in het huishoudelijk reglement van de commissie. Het vaststellen van de werkprocedures rondom de behandeling van bezwaren en klachten is immers een bevoegdheid van het college. Door deze procedures buiten de verordening te houden is het relatief eenvoudig om de verordening aan te passen.
Nadere onderbouwing van deze verordening wordt gegeven in de toelichting op de artikelen.
Artikelsgewijze toelichting op Verordening commissie bezwaar- en klaagschriften gemeente Noordwijk
Artikel 1 Begripsbepaling
Op de term bestuursorgaan na, zijn in dit artikel slechts die begripsbepalingen opgenomen die niet in de Awb voorkomen.
Artikel 2 Inleidende bepaling
In artikel 1:5 van de Awb is omschreven wat onder het maken van bezwaar dient te worden verstaan en in artikel 9:4 lid 1 van de Awb is neergelegd aan welke eisen een klaagschrift moet voldoen.
In het tweede lid wordt de taak van de commissie ten aanzien van ingediende bezwaarschriften en klaagschriften nader geduid. De commissie is bevoegd het betreffende bestuursorgaan te adviseren ten aanzien alle inkomende bezwaren met uitzondering van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken. Tevens is het college bevoegd om in voorkomende gevallen een andere adviescommissie aan te wijzen. Dit is in het verleden bijvoorbeeld gebeurd ten aanzien van de bezwaren die waren gericht tegen de besluiten in het traject van functiewaardering. Voor een dergelijke advisering is specifieke kennis van het ambtenarenrecht noodzakelijk.
Tevens is de commissie bevoegd het dagelijks bestuur te adviseren inzake alle binnengekomen
klaagschriften, die zich richten tegen een gedraging van de bestuursorganen. Klaagschriften die tegen de commissie zelf worden ingediend vallen niet onder deze categorie. Niettemin is de commissie wel bevoegd deze zelf te behandelen. Hier zal in het huishoudelijk reglement verder op worden ingegaan.
Artikel 3 Samenstelling van de commissie
Het eerste lid verwijst naar de adviescommissie zoals bedoeld in artikel 7:13 en 9:14 Awb. In totaal maken zes leden onderdeel uit van de commissie.
Artikel 4 Zittingsduur
De zittingsduur van de leden van de commissie lopen parallel aan de gemeenteraadscyclus.
Artikel 5 Secretaris
Hoewel in de Awb nergens over een secretaris wordt gesproken, is het gebruikelijk dat een commissie beschikt over een secretaris ter ondersteuning van de werkzaamheden. Het college heeft de bevoegdheid de secretaris te benoemen.
Artikel 6 procedures
De nadere invulling van de procedures van de commissie is een bevoegdheid die ligt bij het college. Omwille van flexibiliteit en snelheid worden deze regels opgenomen in een apart besluit, het huishoudelijk reglement. Hierin worden ook regels gesteld ten aanzien van de openbaarheid van de vergaderingen.
Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden
De in dit artikel genoemde bevoegdheden gaan over de volgende zaken:
• het eventueel opvragen van een schriftelijke machtiging van een gemachtigde;
• het stellen van een termijn om een verzuim te herstellen;
• het toezenden van stukken aan een gemachtigde;
• het ter inzage leggen van stukken voorafgaand aan de hoorzitting;
• het op de hoogte stellen van belanghebbenden wanneer deze niet in elkaars aanwezigheid worden gehoord.
Artikel 8 Inwerkingtreding en citeerartikel
Dit artikel bepaalt dat de oude verordeningen worden ingetrokken en bepaalt de wijze waarop naar deze verordening moet worden gerefereerd.