Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Deelgemeente Amsterdam - Zuid

Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede de regels voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van het stadsdeel Oud-Zuid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieDeelgemeente Amsterdam - Zuid
Officiële naam regelingVerordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede de regels voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van het stadsdeel Oud-Zuid
CiteertitelFinanciële verordening van het Stadsdeel Oud-Zuid
Vastgesteld doordeelraad
Onderwerp
Eigen onderwerpFinanciën

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Op grond van artikel 12 van de Bijzondere verordening op de stadsdeelherinrichting 2010 geldt de Financiële verordening van het stadsdeel Oud-Zuid per 1 mei 2010 voor stadsdeel Zuid.

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Stadsdeel Oud-Zuid: Stadsdeelkrant, jaargang 7, nr. 18, 5 mei 2009 Stadsdeel Zuid: Amsterdams stadsblad, jaargang 88, nummer 20, editie 5, 19 mei 2010

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 212

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Regeling budgetbeheer stadsdeel Zuid

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-201019-03-2014nieuwe regeling

22-04-2009

Stadsdeel Oud-Zuid: Stadsdeelkrant, jaargang 7, nr. 18, 5 mei 2009 Stadsdeel Zuid: Amsterdams stadsblad, jaargang 88, nummer 20, editie 5, 19 mei 2010

-

Tekst van de regeling

Artikelen versie 19 mei 2009

1. Inleidende bepalingen

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van het stadsdeel Oud-Zuid en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.

  • b.

    Rechtmatigheid: Ontvangsten en bestedingen vinden plaats in overeenstemming met de geldende wet - en regelgeving, waaronder stadsdeel verordeningen, besluiten van het Dagelijks Bestuur en stadsdeelraad

  • c.

    Doelmatigheid: De mate waarin de afgesproken prestaties worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

  • d.

    Doeltreffendheid: De mate waarin de beoogde effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.

2. Begroting en verantwoording

Artikel 2. Programma-indeling
  • 1. De stadsdeelraad stelt bij aanvang van een nieuwe raadsperiode een programma-indeling voor de komende raadsperiode vast.

  • 2. De stadsdeelraad stelt per programma vast de beoogde maatschappelijke effecten en de vertaling daarvan in indicatoren;

Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
  • 1. Bij de begroting wordt een overzicht gegeven van de productenraming ingedeeld naar programma’s en bij het jaarverslag wordt een overzicht gegeven van de productenrealisatie ingedeeld naar programma’s.

  • 2. Bij de uiteenzetting van de financiële positie van de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven en wordt van de lopende investeringen het geautoriseerde investeringskrediet en de raming van de uitputting van het krediet in het lopende boekjaar weergegeven.

Artikel 4. Autorisatie begroting en begrotingswijzigingen.
  • 1. De stadsdeelraad autoriseert met het vaststellen van de begroting de totale lasten en de totale baten per programma en het overzicht algemene dekkingsmiddelen.

  • 2. Indien het Dagelijks Bestuur voorziet dat een geautoriseerd budget dreigt te worden overschreden, wordt dit door het college in de eerstvolgende raadsvergadering aan de raad gemeld. Het Dagelijks Bestuur voegt hierbij een voorstel voor wijziging van het budget of een voorstel voor bijstelling van het beleid.

  • 3. Het Dagelijks Bestuur informeert in ieder geval vooraf de stadsdeelraad en neemt pas een besluit, nadat de stadsdeelraad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen aan het Dagelijks Bestuur te kunnen uiten voor zover het betreft niet bij de begroting vastgestelde budgetten betreffende :

    • Investeringen groter dan € 50.000 aangezien deze in principe geactiveerd moeten worden;

    • Het verstrekken van leningen, waarborgen en garanties;

    • Nieuwe meerjarige verplichtingen.

  • 4. Het totaalbedrag aan verleende garanties en waarborgen worden bij de uiteenzetting van de financiële positie expliciet vermeld.

Artikel 5. Tussentijdse rapportage
  • 1. Het Dagelijks Bestuur biedt voor het zomerreces van het begrotingsjaar de Kadernota aan met daarin opgenomen:

    • een overzicht van de bestuurlijk relevante ontwikkelingen;

    • een afwijkingenrapportage over de beleidsrealisatie in het lopende jaar;

    • de voorgestelde wijzingen van de lopende begroting op programmaniveau;

    • de financiële kaders voor het komende begrotingsjaar en de drie daarop volgende jaren.

  • 2. Het Dagelijks Bestuur biedt in de maand december de Technische eindnota aan teneinde het voorkomen van onnodige toelichtingen van over- en onderschrijdingen bij de jaarrekening.

3. Financieel beleid

Artikel 6. Waardering & afschrijving vaste activa
  • 1. De materiele activa met economisch nut  worden overeenkomstig hun economische levensduur lineair afgeschreven. Activa met een aanschafwaarde van minder dan € 50.000 worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Gronden en terreinen worden altijd geactiveerd

  • 2. Activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden onder aftrek van bijdragen van derden en bestemmingsreserves ten laste van de exploitatie gebracht. Hiervan kan bij stadsdeelraadsbesluit worden afgeweken. In geval van activering bij stadsdeelraadsbesluit wordt het actief lineair afgeschreven in een door de stadsdeelraad aan te geven tijdsduur.

Artikel 7. Kostprijsberekening

Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van het stadsdeel wordt het systeem van kostentoerekening gehanteerd waartoe de stadsdelen in 2008 hebben besloten.

Artikel 8. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen.

Het Dagelijks Bestuur doet de stadsdeelraad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de tarieven, heffingen en prijzen.

Artikel 9a. Weerstandsvermogen

Het dagelijks Bestuur zal eens in de vier jaar in de begroting of in een kaderstellende nota aandacht besteden aan de systematiek en uitgangspunten van de berekening van het weerstandsvermogen. Daarnaast actualiseert het Dagelijks Bestuur jaarlijks in de paragraaf weerstandsvermogen bij de begroting en de jaarstukken de verplichte onderdelen op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en geeft daarenboven inzicht in:

  • a.

    de solvabiliteit;

  • b.

    de netto schuld per inwoner.

Artikel 9b. Bedrijfsvoering

In de paragraaf bedrijfsvoering bij de begroting en de jaarstukken neemt het Dagelijks Bestuur naast de verplichte onderdelen op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval op:

  • a.

    de kwaliteit van de dienstverlening van de stadsdeelorganisatie aan de inwoners van het stadsdeel;

  • b.

    de omvang, opbouw en ontwikkeling van het personeelsbestand en de loonkosten;

  • c.

    de kosten van inhuur derden, onderverdeeld naar advies en interim management;

  • d.

    de huisvestingskosten;

  • e.

    de automatiseringskosten;

  • f.

    de budgetteen voor de raad, de griffie de rekenkamer c.q. commissie met de rekenkamerfunctie en de accountant;

en plaatst deze ter vergelijking in een meerjarig perspectief.

Artikel 9c. Subsidies

In de paragraaf subsidies, of in een bijlage bij de begroting en de jaarstukken geeft het college in ieder geval een overzicht van de subsidies aan instellingen en ondernemingen.

4. Financieel beheer en interne controle

Artikel 10. Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij dienstbaar is voor:

  • a.

    het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in het stadsdeel als geheel;

  • b.

    het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen, schulden en contracten;

  • c.

    het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties;

  • d.

    het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de stadsdeelproductie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het stadsdeel beleid;

  • e.

    het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving;

  • f.

    de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.

Artikel 11. Interne controle

Het Dagelijks Bestuur zorgt ten behoeve van het getrouwe beleid van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatievoorziening, en de rechtmatigheid van de beheersbehandelingen. Bij afwijkingen neemt het Dagelijks Bestuur maatregelen tot herstel.

Artikel 12. Misbruik en oneigenlijk gebruik

Het college zorgt voor en legt vast de regels voor het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van gemeentelijke regelingen en eigendommen.

5. Financiële organisatie

Artikel 13. Financiële organisatie
  • 1. Het Dagelijks Bestuur zorgt voor en legt vast:

    • a.

      een eenduidige inrichting van de stadsdeelorganisatie;

    • b.

      een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;

    • c.

      de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

    • d.

      de kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van de lasten en baten aan de producten van de productenraming en de productrealisatie.

Artikel 14. Inwerkingtreding
  • 1. Deze verordening treedt in werking twee weken na publicatie.

Artikel 15. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald onder de naam “Financiële verordening van het stadsdeel Oud-Zuid”.