Organisatie | Alblasserdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de behandeling van bezwaarschriften en klachten gemeente Alblasserdam |
Citeertitel | Verordening op de behandeling van bezwaarschriften en klachten gemeente Alblasserdam |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2008 | 01-04-2016 | Onbekend | 26-03-2008 De Klaroen, 2008-04-09 | Raad 2008/015 |
De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Alblasserdam;
Ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;
Gezien het feit dat Sociale Zaken per 1 januari 2007 is overgegaan naar de Sociale Dienst Drechtsteden (SDD) en dat het secretariaat van de bezwaarschriften per 1 april 2008 overgaat naar het Servicecentrum Drechtsteden (SCD);
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 februari 2008, registratienummer Raad 2008/015, m.b.t. de nieuwe “Verordening op de behandeling van bezwaarschriften en klachten gemeente Alblasserdam”;
Gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;
I – Met ingang van de datum waarop de hierna onder II te noemen verordening in werking treedt in te trekken, de “Verordening op de behandeling van bezwaarschriften en klachten gemeente Alblasserdam” d.d. 18 december 2003
II – Vast te stellen, de navolgende: Verordening op de behandeling van bezwaarschriften en klachten gemeente Alblasserdam.
In deze verordening wordt verstaan onder:
Bezwaarschrift: een bezwaarschrift dat op grond van enige wettelijke regeling bij een gemeentelijk bestuursorgaan kan worden ingediend, met uitzondering van besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen en/of de Wet waardering onroerende zaken en besluiten op grond van artikel 125 van de Ambtenarenwet;
Titel II Behandeling van bezwaarschriften en klachten
Artikel 2 Instelling commissie
Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaarschriften welke op grond van enige wettelijke regeling bij de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester kunnen worden ingediend, alsmede ter voorbereiding van de afdoening van klachten welke bij enig orgaan van de gemeente zijn ingediend.
De functie van secretaris van de commissie wordt bekleed door een door burgemeester en wethouders aan te wijzen ambtenaar. Burgemeester en wethouders wijzen tevens één of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.
Afdeling 2 Procedure behandeling bezwaarschriften
Artikel 8 Ingediend bezwaarschrift
Het bestuursorgaan stelt het bezwaarschrift met de daarbij behorende enveloppe en voorzien van de daarbij eventueel door de indiener(s) overgelegde stukken onverwijld in handen van de secretaris van de commissie. Het bestuursorgaan voegt daarbij tevens schriftelijk haar initiële zienswijze op het bezwaarschrift, alsmede het volledige originele dossier dat aan het bestreden besluit ten grondslag ligt.
De kamervoorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissiekamer bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en dezen zo nodig uitnodigen daartoe in de zitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van burgemeester en wethouders vereist, tenzij het deskundigen betreft waarvan burgemeester en wethouders zich bij de voorbereiding van het bestreden besluit plegen te bedienen.
Artikel 10 Uitoefening bevoegdheden Awb
De bevoegdheden, welke op grond van de artikelen 2:1, tweede lid, 7:6, vierde lid van de Algemene wet bestuursrecht bij het bestuursorgaan berusten, wordt ter uitvoering van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissiekamer.
De indiener(s), het verwerend orgaan en eventuele overige belanghebbenden worden tijdens een hoorzitting in de gelegenheid gesteld zich in persoon of bij gemachtigde door de commissiekamer te doen horen.
Artikel 14 Niet‑deelneming aan de behandeling
De voorzitter of de leden van de commissiekamer nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daardoor hun onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Indien de commissiekamer dit nodig oordeelt, verlaten zij de zitting.
Artikel 16 Schriftelijke verslaglegging
Het verslag, als bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht, vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid. Het houdt een korte vermelding in van al hetgeen over en weer is gezegd en van al hetgeen voor het overige ter zitting is voorgevallen. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk niet openbaar was of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding. Het verwijst naar de ter zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.
Indien na afloop van de zitting als bedoeld in artikel 11, doch voordat het
advies wordt opgesteld, een nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter van de commissiekamer uit eigen beweging of op verlangen van de commissiekamer dit onderzoek doen uitvoeren. Verkregen informatie of adviezen worden in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan, de indiener en eventuele belanghebbenden toegezonden.
De leden van de commissiekamer, het verwerend orgaan, de indiener en de eventuele belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie of adviezen de voorzitter van de commissiekamer verzoeken een nieuwe hoorzitting te beleggen. De commissiekamer beslist omtrent een dergelijk verzoek.
Artikel 19 Uitbrengen van het advies
Het schriftelijk uitgebrachte advies wordt, vergezeld van het in artikel 16 bedoelde verslag en eventueel door de commissiekamer ontvangen informatie of adviezen als bedoeld in artikel 17, eerste lid, tijdig doch uiterlijk twee weken voor de afloop van de (eventueel) wettelijk voorgeschreven termijn, voor het nemen van een beslissing over het bezwaarschrift door het bestuursorgaan, aan het bestuursorgaan uitgebracht.
Indien naar het oordeel van de secretaris van de commissie de termijn, die eventueel in de wettelijke regeling betreffende de afhandeling van het bezwaarschrift is gesteld, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies door de commissiekamer en het nemen van een beslissing door het bestuursorgaan, verzoekt hij het bestuursorgaan binnen de termijn als in het eerste lid bedoeld, de beslissing te verdagen.
Afdeling 3 Procedure behandeling klachten
Artikel 20 Toepasselijkheid afdeling 9.3 Awb
Bij de behandeling van klachten wordt toepassing gegeven aan het bepaalde in afdeling 9.3 van de Algemene wet bestuursrecht.
Artikel 21 Behandeling eerst na onderzoek onmiddellijke afdoening
De Kamer Klachtbehandeling neemt een klacht eerst in behandeling, nadat gedurende drie weken in goed overleg tussen indiener en de daartoe bij afzonderlijke regeling aangewezen personen en/of (vertegenwoordigers van) bestuursorganen is onderzocht of de klacht reeds voorshands naar tevredenheid van indiener kan worden afgedaan en men daarin niet is geslaagd, dan wel men tot de bevinding is gekomen dat de klacht zich daartoe niet leent.
Artikel 22 Overeenkomstige toepassing Titel II, Afdeling 2
Op de procedure ter behandeling van klachten is het bepaalde in afdeling 2 van de onderhavige titel zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing, voor zover daarvan in het navolgende niet wordt afgeweken.
Artikel 23 Uitoefening bevoegdheden Awb
De bevoegdheid, welke op grond van artikel 2:1, tweede lid van de Algemene wet bestuursrecht bij het bestuursorgaan berust, worden ter uitvoering van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de Kamer Klachtbehandeling.
Artikel 24 Oproeping leden kamer Klachtbehandeling
Onverminderd het bepaalde in artikel 13, worden voor vergaderingen van de Kamer Klachtbehandeling uit de kring der commissieleden zoveel mogelijk die leden opgeroepen, welke uit hoofde van hun sectorale deskundigheid en ervaring geacht kunnen worden zoveel mogelijk aan te sluiten bij het onderwerp waarop de te behandelen klacht betrekking heeft.
In het door de Kamer Klachtbehandeling aan het bestuursorgaan uit te brengen advies worden de resultaten aangegeven van het onderzoek ten aanzien van de feiten en/of omstandigheden rond de gedraging waarop de klacht betrekking heeft, alsmede in welke mate de klacht naar het oordeel van de Kamer Klachtbehandeling gegrond geacht kan worden.