Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alblasserdam

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2002

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlblasserdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2002
CiteertitelVerordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2002
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 33 lid 3

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-07-200228-11-2012Onbekend

11-07-2002

Onbekend

Raad 2001/078

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2002

De raad van de gemeente Alblasserdam;

 

gelezen het voorstel van het Presidium dd. 26 juni 2002, registratienummer Raad 2002/078 naar aanleiding van het overleg in de Commissie implementatie dualisering van 24 mei 2002;

 

gelet op artikel 33, derde lid, van de Gemeentewet;

 

 

B E S L U I T :

 

vast te stellen de:

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning 2002

Paragraaf 1 Ambtelijke bijstand

Artikel 1  

 

1.

Een raadslid wendt zich tot de verantwoordelijke sectordirecteur (voor de afdeling POI het betreffende afdelingshoofd) met een verzoek om feitelijke informatie van geringe omvang. 

2.

Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand. 

3.

De informatie, bedoeld in het eerste lid wordt door de betreffende sectordirecteur of op verzoek van de sectordirecteur door een ambtenaar gegeven.

 

4.

Indien een sectordirecteur of ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist.

 

5.

De bijstand, bedoeld in het tweede lid wordt verleend door de griffier. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier kan worden verleend kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

 

Artikel 2  

 

1.

Een ambtenaar verleent op verzoek van de secretaris of een sectordirecteur ambtelijke bijstand tenzij:

a. het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de     werkzaamheden van de raad;

b. dit het belang van de gemeente kan schaden. 

2.

De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

3.

Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

 

Artikel 3  

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan het college van burgemeester en wethouders. Het college beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

Artikel 4  

 

1.

Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

 

2.

Indien overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan het college van burgemeester en wethouders. Het college beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

 

Artikel 5  

 

1.

Een raadslid kan aangeven dat een verzoek om ambtelijk bijstand of de inhoud van het gegeven advies geheim wordt gehouden.

 

2.

Indien het college of leden van het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Artikel 6  

 

1.

Vooralsnog is er geen limitering aan de verlening van ambtelijke bijstand.  

2.

De griffier bewaakt de voortgang en afdoening van de in artikel 1, vijfde lid, bedoelde ambtelijke bijstand.

3.

De griffier registreert het aantal verzoeken om ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, vijfde lid, met vermelding van de indiener.

 

Paragraaf 2 Fractieondersteuning

Artikel 7  

Vooralsnog regelen de fracties hun ondersteuning zelf extern.

Paragraaf 3 Slotbepaling

Artikel 8  

Deze verordening treedt in werking met ingang van 12 juli 2002.

Alblasserdam, 11 juli 2002

De raad voornoemd,

de adjunct-griffier,                   de voorzitter,