Organisatie | Moerdijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING OP DE UITGANGSPUNTEN VOOR HET FINANCIEEL BELEID, ALSMEDE VOOR HET FINANCIEEL BEHEER EN VOOR DE INRICHTING VAN DE FINANCIËLE ORGANISATIE VAN DE GEMEENTE MOERDIJK |
Citeertitel | Financiële verordening gemeente Moerdijk |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 212 van de Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-05-2011 | 31-12-2017 | Nieuwe regeling | 28-04-2011 Moerdijkse Bode, week 19 | Onbekend |
In deze verordening wordt verstaan onder:
Het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Moerdijk en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.
Het onderdeel van de administratie dat omvat het systematisch maken en verwerken van aantekeningen betreffende de financiële gegevens van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Moerdijk, teneinde te komen tot een goed inzicht in:
c. adminnistratieve organisatie
Het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en het in stand houden van de goede werking van de bestuurlijke en ambtelijke informatieverzorging ten behoeve van de verantwoordelijke leiding.
Het uitoefenen van bestuur over en toezicht op het beheer van middelen en het uitoefenen van rechten van de gemeente Moerdijk.
De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten worden gerealiseerd met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen, of de mate waarin met de beschikbare middelen zoveel mogelijk resultaat wordt bereikt.
De mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten van het beleid daadwerkelijk worden behaald.
g.rechtmatigheid in het kader van accountantscontrole:
Zoals beschreven in het door de raad vastgestelde programma van eisen accountantskeuze.
Hoofdstuk 1. Begroting en verantwoording
Het college biedt uiterlijk op 15 juni van het begrotingsjaar een nota aan over de hoofdlijnen van beleid en de financiële kaders voor het volgende begrotingsjaar en de drie opvolgende jaren. In deze nota worden de bevindingen betrokken uit de rapportage van de begrotingsuitvoering bedoeld in artikel 9 en de jaarstukken bedoeld in artikel 10.
Beheersing en interne controle
Het college draagt er zorg voor dat de interne controle, d.w.z. de interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheersbehandelingen, in de reguliere werkprocessen wordt geïntegreerd. Een en ander onder meer ten behoeve van het getrouwe beeld en de rechtmatigheid van de jaarrekening.
Het college draagt zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van een aantal bedrijfsonderdelen op juistheid, volledigheid en tijdigheid van de bestuurlijke informatievoorziening, de rechtmatigheid van beheershandelingen en op misbruik en oneigenlijk gebruik van de gemeentelijke regelingen. Een en ander zoals is vastgelegd in het in het tweede lid vermelde interne controleplan.
Artikel 9. Tussentijdse rapportage en informatie
Indien het college gebruik maakt van haar bevoegdheid om zelfstandig nieuwe (meerjarige) verplichtingen aan te gaan – conform het gestelde in het vijfde en zesde lid -, stelt het college de raad hiervan op de hoogte via de commissie waarin de financiële aangelegenheden behandeld worden (in eerstvolgende vergadering volgend op het betreffende collegebesluit).
Hoofdstuk 2. Financiële positie
Artikel 12. Waardering & afschrijving vaste activa
Het college stelt een notitie waarderings- en afschrijvingsbeleid op, welke ter kennisname aan de raad wordt aangeboden. De notitie betreft een nadere uitwerking van onderstaande beleidsregels ten aanzien van waardering en afschrijving vaste activa en van hetgeen hieromtrent geregeld is in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (hierna: BBV).
De materiële vaste activa met economisch nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het BBV, worden lineair afgeschreven conform de afschrijvingstermijnen zoals opgenomen in de afschrijvingstabel van de notitie waarderings- en afschrijvingsbeleid gemeente Moerdijk. Een uitzondering vormen de materiële vaste activa met economisch nut waar een tarief tegenover staat; deze activa worden bij voorkeur op annuïteitenbasis afgeschreven.
Onder activa met een meerjarig maatschappelijk nut, zoals bedoeld in artikel 35 van het BBV, worden verstaan investeringen in de openbare ruimte, zoals de aanleg, reconstructie en vervanging van wegen, waterwegen, fietspaden, voetpaden, civiele kunstwerken, verkeerslichtinstallaties, (inrichting) groen en aanleg speelplaatsen.
Aankoop en vervaardiging van activa met een meerjarig maatschappelijk nut worden onder aftrek van bijdragen van derden en bestemmingsreserves ten laste van de exploitatie gebracht. Hiervan kan bij raadsbesluit worden afgeweken. In geval van activering bij raadbesluit wordt het actief lineair afgeschreven over de verwachte levensduur van het actief of een kortere, door de raad aan te geven tijdsduur.
Tenzij de raad anders bepaalt is het rentepercentage voor de toerekening van de kapitaallasten gelijk aan de renteomslag. De omslagrente voor de rentetoerekening van de kapitaallasten wordt bepaald door het rentetotaal van de uitstaande leningen en de bij begroting vastgestelde gecalculeerde rente over het eigen vermogen en voorzieningen.
Artikel 13. Voorziening voor oninbare vorderingen
Voor openstaande vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid getroffen op basis van een beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen ouder dan drie maanden.
Artikel 15. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van producten en diensten van de gemeente Moerdijk wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd. Bij de kostentoerekening worden naast de directe kosten alleen die indirecte kosten betrokken, die rechtstreeks samenhangen met de door de gemeente verleende diensten.
Artikel 16. Financieringsfunctie
Bij het uitzetten van middelen, het verstrekken van garanties en het aangaan van financiële participaties uit hoofde van de publieke taak bedingt het college indien mogelijk zekerheden. Het college motiveert in zijn besluit het openbaar belang van dergelijke uitzettingen van middelen, verstrekkingen van garanties en financiële participaties.
Het college stelt regels op ter uitvoering van het gestelde onder het eerste tot en met derde lid en legt deze regels alsmede de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening vast in een treasurystatuut. Het college zendt het treasurystatuut ter kennisgeving aan de raad.
Artikel 17. Registratie bezittingen, activa en vermogen
Het college draagt er zorg voor, dat de registratie en de ontwikkeling van de bezittingen en het vermogen van de gemeente systematisch worden gecontroleerd, met dien verstande dat de waardepapieren, de voorraden, de uitstaande leningen, de (debiteuren-)vorderingen, de liquiditeiten, de opgenomen leningen en de (crediteuren-)schulden jaarlijks worden gecontroleerd en registergoederen en bedrijfsmiddelen tenminste eenmaal in de vier jaar.
Voor het vaststellen van de hoogte van de gemeentelijke tarieven, heffingen en prijzen door de raad verstrekt het college aan de raad per verordening de actueel geraamde hoeveelheden per door de gemeente verstrekte dienst, waarover de tarieven, heffingen en prijzen in rekening worden gebracht en per verordening het totaal van de geraamde kosten van de erin genoemde door de gemeente verstrekte diensten.
Bij de begroting en de jaarstukken doet het college in de paragraaf financiering in ieder geval verslag van:
Artikel 23. Verbonden partijen
De nota bevat voorts de kaders voor het beleid aangaande (het aangaan van nieuwe) participaties met name de condities waaronder het publiek belang is gediend met behartiging door verbonden partijen, de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de verbonden partijen en de financiële voorwaarden.
In de paragraaf grondbeleid van de begroting en de jaarstukken wordt ingegaan op de uitvoering van de nota grondbeleid, met name de belangrijkste financiële ontwikkelingen zoals verlies-/winstverwachtingen, de vermogenspositie/weerstandsvermogen, de verwerving van gronden en de te ontwikkelen en in ontwikkeling genomen projecten.
Hoofdstuk 4. Financiële organisatie en administratie
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:
Artikel 28. Financiële organisatie
Het college draagt de zorg voor en legt (in een besluit) vast: