Organisatie | Maastricht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg voor de gemeente Maastricht 2008 en de tarieventabel |
Citeertitel | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg voor de gemeente Maastricht 2008 en de tarieventabel |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | Advieskaart Legenda Waardenkaart Waardenkaart |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-12-2007 | Onbekend | 18-12-2007 Gemeentebald 2008 - C 2 | 113-2007 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
* het doen begraven en begraven houden van lijken;
* het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn;
c.eigen kindergraf:een graf, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
* het doen begraven en begraven houden van lijken van levenloos geboren kinderen, alsmede van kinderen tot 12 jaar;
* het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn van levenloos geboren kinderen, alsmede van kinderen tot 12 jaar;
d.eigen grafkelder: een betonnen of gemetselde ruimte, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
* het doen begraven en begraven houden van lijken;
* het doen bijzetten en bijgezet houden van asbusbussen met of zonder urn;
e.eigen Israëlitisch graf: een graf op het bijzondere gedeelte van de begraafplaats, uitsluitend bestemd voor een kerkelijke gemeenschap, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot :
* het doen begraven en begraven houden van lijken;
* het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn;
rechthebbende: de natuurlijke persoon of rechtspersoon, die het uitsluitend recht heeft verkregen tot het doen begraven of het doen bijzetten in een eigen graf, een eigen kindergraf, eigen grafkelder, een eigen urnengraf, een eigen urnennis, of het doen verstrooien van as op een verstrooiingsplaats;
Begrippen eigen graf en algemeen graf
Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voorzover van belang onder ‘eigen graf’ mede verstaan: eigen kindergraf, eigen grafkelder, eigen urnengraf, eigen urnennis, eigen Israëlitisch graf.
Het beheer van de begraafplaats wordt gevoerd onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan. Onder toezicht van het bestuursorgaan worden één of meer daartoe aangewezen personen belast met:
1.De onder artikel 1, lid a, genoemde begraafplaats is bestemd voor:
* het begraven en begraven houden van lijken;
* het begraven en begraven houden, bijzetten en bijgezet houden van asbussen;
* het verstrooien van as van personen.
2.Het bestuursorgaan kan nadere regels stellen omtrent de bestemming van de begraafplaats,
waarbij de regels kunnen verschillen voor de te onderscheiden vakken en rijen.
HOOFDSTUK 2 INDELING EN ADMINISTRATIE VAN DE BEGRAAFPLAATS
1.Het bestuursorgaan draagt er zorg voor dat er van de begraafplaats een gewaarmerkte plattegrondtekening wordt aangehouden waarop de indeling en de grafnummering van de begraafplaats is aangegeven.
De administratie bevat een register van alle rechthebbenden en gebruikers van de graven met hun namen en adressen. In dit register worden tevens de naam, geboortedatum en de datum van overlijden opgenomen van degene die is begraven of waarvan de as is bezorgd. Daarbij is vermeld de grafaanduiding en de dag van de begraving of bijzetting.
HOOFDSTUK 3 OPENSTELLING VAN DE BEGRAAFPLAATS
* Op alle dagen van de week in de periode:
1 april t/m 31 oktober van 08:00 – 20:00 uur
1 november t/m 31 maart van 08:00 – 16:30 uur
* Op Allerheiligen en Allerzielen van 08:00 – 16:30 uur
HOOFDSTUK 5 INDELING BEGRAAFPLAATS EN ONDERSCHEID GRAVEN
Een eigen graf wordt, indien het een nieuw graf betreft gelegen in de vakken die behoren tot de uitbreiding na 2005, in volgorde van ligging uitgegeven. Betreft het een A of B- locatie binnen de bestaande vakken kan in overleg met de beheerder een ruimte uitgezocht worden, met in acht neming van het gestelde in de legenda van de bij deze verordening behorende waardenkaart, zoals bedoeld in artikel 38.
Het bestuursorgaan behoudt zich het recht voor een eigen graf toe te wijzen anders dan voor directe begraving en aansluitend op de reeds uitgegeven graven, indien dit gezien de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is en met in acht neming van het gestelde in de legenda van de bij deze verordening behorende waardenkaart.
De onderdelen b en e zijn op dit moment nog niet beschikbaar
2.Asverstrooiing vindt plaats op het daartoe aangewezen verstrooiingsveld, vak L.
* Locatie A is gelegen langs de hoofdpaden;
* Locatie B is gelegen langs de zijpaden;
* Locatie C is gelegen in het vak.
3.Het bestuursorgaan kan afwijken in bijzondere gevallen afwijken van het bepaalde in lid 1.
Begraving of bijzetting in een eigen graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijk minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanig periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn.
Termijnen Israëlitische graven
Termijnen algemene graven (nog niet beschikbaar)
Algemene graven worden uitgegeven voor een termijn van 10 jaar. Deze termijn kan niet worden verlengd. Een stoffelijk overschot kan echter na afloop van de termijn, op schriftelijk verzoek en kosten van de gebruiker, in een nieuw eigen graf volgens de bepalingen van deze verordening worden herbegraven.
HOOFDSTUK 6 VEREISTEN VOOR BEGRAVING OF BIJZETTING
Kennisgeving begraven en asbezorging
De rechthebbende of gebruiker die wil doen begraven, een asbus wil doen bijzetten of as wil verstrooien, geeft daarvan uiterlijk 24 uur voorafgaande aan de dag waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, vóór 12.00 uur schriftelijk kennis aan de administrateur. Zaterdag geldt niet als werkdag.
Openen en sluiten van het graf
De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag.
Tot de begraving of bijzetting wordt niet overgegaan dan nadat:
alleen bij begraving van een stoffelijk overschot, het personeel van de begraafplaats de identiteit van het stoffelijk overschot heeft vastgesteld door vergelijking van het op de kist of een ander lijkomhulsel vermelde registratienummer met dat op een bijgevoegd document dat tevens de namen, overlijdens- en geboortedatum van de overledene dan wel de geslachtsnaam van de levenloosgeborene bevat.
Rechthebbenden of gebruikers leveren, gebruiken en accepteren uitsluitend lijkhoezen, die voldoen aan de in of krachtens de wet dan wel op basis van publiekrechterlijke verordeningen, privaatrechterlijke reglementen of algemene voorwaarden gestelde regels ten aanzien van de doorlaatbaarheid van vloeistoffen en gassen, mechanische eigenschappen, vorm en biologische afbreekbaarheid. Genoemde regels zijn vastgesteld in het Lijkomhulselbesluit 1998. De lijkhoezen die voldoen aan de normen van het Lijkomhulselbesluit, staan op de ‘witte lijst’ van de Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen (LOB).
Een grafrecht van een eigen graf kan worden overgedragen door overlegging aan de administrateur van een door de rechthebbende en de betrokken rechtsopvolger getekend bewijs van overdracht. Deze rechtsopvolger is de echtgenoot of geregistreerde partner of andere levenspartner, dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan vorengenoemde personen is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Na het overlijden van de rechthebbende kan het grafrecht van een graf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen 1 jaar na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan vorengenoemde personen is slechts mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het grafrecht op het eigen graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doet het bestuursorgaan schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Het eventueel op het graf aanwezige gedenkteken en/ of beplanting kan gedurende één maand voor het vervallen van een grafrecht door de rechthebbende of gebruiker van het graf worden verwijderd. Na het vervallen van het grafrecht kunnen zij geen aanspraken op deze voorwerpen doen gelden. Het op het graf aanwezige gedenkteken en de beplanting zal na het vervallen van het grafrecht door of namens het bestuursorgaan worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gedaan op schadevergoeding.
HOOFDSTUK 9 GEDENKTEKENS EN GRAFBEPLANTINGEN
Het bestuursorgaan voorziet in het algemeen onderhoud van de begraafplaats met uitzondering van de grafoppervlakken.
Onderhoud rechthebbende/ gebruiker
De rechthebbende of de gebruiker is verplicht de grafbedekking op het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Hiertoe behoort ook het onderhoud van de letters en andere figuren op het gedenkteken, indien nodig het opnieuw stellen van het gedenkteken en de zorg van de grafbeplanting. Het afval dat vrij komt bij het onderhoud dient door eenieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken gescheiden te worden gedeponeerd.
Schade als gevolg van brand, storm, vorst, wateroverlast, bliksem, ontploffing, molest, vandalisme en andere van buiten komende oorzaken, of ontstaan door het weghalen en terugplaatsen van monumenten, grafstenen, zerken of andere gedenktekens of van heesters of andere beplantingen ten behoeve van een bijzetting of opgraving, en eventuele gevolgschade voor derden, is voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker.
Een rechthebbende of gebruiker is verplicht te gedogen dat de op een graf aanwezige gedenktekens, beplanting en voorwerpen vanwege de gemeente op kosten van de gemeente tijdelijk geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd en herplaatst, indien dit voor een begraving of bijzetting in de nabijheid van het graf of om een andere reden nodig is.
HOOFDSTUK 11 GEDEELTE VOOR KERKGENOOTSCHAP
Afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven
1.Burgemeester en wethouders kunnen na overleg met het bestuur van een kerkgenootschap ten aanzien van de openstelling van het gedeelte, de indeling van graven, de onderverdeling van graven in categorieën en de eisen voor de grafbedekking op het ter beschikking van een kerkgenootschap gestelde deel van de begraafplaats nadere regels stellen die afwijken van de regels krachtens deze verordening.
Het bestuur van een kerkgenootschap kan burgemeester en wethouders schriftelijk verzoeken hem er schriftelijk van in kennis te stellen dat er onderhoud of herstel door de rechthebbende nodig is van de grafbedekking op een of meer graven op het deel van de begraafplaats dat aan een kerkgenootschap ter beschikking is gesteld.
3.Op grond van het in het tweede lid genoemde verzoek stellen burgemeester en wethouders het bestuur van een kerkgenootschap schriftelijk in kennis dat de grafbedekking van een of meer graven onderhoud en herstel behoeft. De kennisgeving laat de bevoegdheid van burgemeester en wethouders onverlet om de rechthebbende op de graven ervan in kennis te stellen dat de grafbedekking moet worden onderhouden of hersteld.
HOOFDSTUK 12 HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKING
Waardenkaart, handboek en kwaliteitscatalogus
1.Bij deze verordening hoort ‘Handboek voor beheer, gebruik en behoud;
cultuurhistorische analyse, waardenstelling en advies Monumentenhuis Limburg, datum februari 2002’, met advieskaart en een kwaliteitscatalogus welke zijn in te zien bij de beheerder.
HOOFDSTUK 14 FUNERAIRE SCHOONHEIDSCOMMISSIE
De funeraire schoonheidscommissie adviseert burgemeester en wethouders gevraagd en ongevraagd over de algemeen funeraire aspecten van de begraafplaats en meer speciaal over het monumentale karakter teneinde de continuïteit op het gebied van kwaliteit van de begraafplaats te verzorgen. Verder adviseert de commissie in alle gevallen waar zij in dit reglement daartoe bevoegd is, met inachtneming van artikel 38, lid 4.
HOOFSTUK 15 OVERIGE BEPALINGEN
Door vestiging van een grafrecht of gebruik van een grafruimte onderwerpt een rechthebbende of een gebruiker zich aan de bepalingen van deze verordening, zoals deze eventueel nader wordt gewijzigd of aangevuld.
Een exemplaar van deze verordening wordt éénmalig kosteloos op verzoek aan de belanghebbende verstrekt. Meerdere exemplaren zijn tegen betaling van leges verkrijgbaar.
In geval waarin deze verordening niet voorziet of in geval van verschil van mening over de uitleg van haar bepalingen, beslist het bestuursorgaan.
Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Maastricht in de vergadering van 18-12-2007
Het gemeentebestuur van Maastricht;
gelet op de “Verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg te Maastricht 2008”,d.d 18 december 2007;
NADERE REGELS voor de grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg te Maastricht.
In deze nadere regels wordt verstaan onder:
duurzame materialen:vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas ( gehard en veiligheidsnorm), hout, keramiek, kunststof en metaal met uitzondering van gietijzer, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weerbestendig zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen en dergelijke gewaarborgd is;
Het is niet verplicht een grafbedekking c.q. grafteken te plaatsen.
Een vergunning voor het plaatsen of vervangen van een gedenkteken dient schriftelijk bij het bestuursorgaan te worden aangevraagd, onder overlegging van een ontwerptekening, schaal 1:10 en een duidelijke omschrijving van de toe te passen materialen. De vergunning dient in drievoud door de rechthebbende op de daarvoor door de gemeente beschikbaar gestelde, verplichte formulieren bij de afdeling Burgerzaken ingeleverd te worden.
De ontwerptekening dient minstens vier weken voor het plaatsen te worden ingediend bij het bestuursorgaan. Beoordeling hiervan vindt plaats door de begraafplaatsbeheerder. Het bestuursorgaan geeft bericht wanneer de rechthebbende of gebruiker het gedenkteken mag plaatsen. Bij afwijkingen van de genoemde maten en materialen beslist het bestuursorgaan.
Alvorens de vergunning wordt verleend, worden de persoonsgegevens van de overledene en het grafnummer geverifieerd.
Materiaalgebruik (nieuwe) gedenkstenen historisch/monumentaal gedeelte
Voor de gedenkstenen binnen het historische/monumentale gedeelte ( vakken A t/m Z en AA) gelden de volgende bepalingen:
materiaalgebruik dient overeenkomstig te zijn, dat wil zeggen bij voorkeur hardsteen of graniet al dan niet in combinatie met andere natuursteensoorten. De bewerkingen van het oppervlakte moeten terughoudend zijn, dat wil zeggen niet hoog-gepolijst maar bij voorkeur gezoet waardoor het materiaal zijn eigen expressie behoudt;
Afmetingen gedenkteken eigen graf
De staande en liggende gedenktekens, de afdekplaten en de banden dienen geplaatst te worden op een betonnen funderingsplaat voorzien van een fundering van 4 stuks betonnen funderingspalen met een doorsnede van 20 cm. en met een lengte van tenminste 2.40 m tot op de vaste onderlaag. De betonnen funderingspalen in het werk storten, natte beton in de mengverhouding 3:2:1 (grind, zand, cement).
* staand gedenkteken maximale een hoogte van 2.50 m boven maaiveld en maximale breedte van 1.00 m;
* liggend gedenkteken een maximale lengte van 2.00 m en maximale breedte van 1.00 m.
5.De afmetingen van een gedenkteken op een eigen kindergraf bedragen:
* staand gedenkteken een maximale hoogte van x.xxm en maximale breedte van x.xxm;
* liggend gedenkteken een maximale lengte van x.xxm en maximale breedte van x,xxm.
6.De afmetingen van een gedenkteken op een eigen Israëlitisch graf bedragen:
* staand gedenkteken een maximale hoogte van 2.50 m en maximale breedte van 1.00 m;
* liggend gedenkteken een maximale lengte van 2.00 m en maximale breedte van 1.00 m.
7.Het bestuursorgaan kan in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere afmetingen.
Afmetingen gedenksteen eigen grafkelder
* staand gedenkteken een maximale hoogte van 2.50 m en maximale breedte van 1.00 m;
* liggend gedenkteken een maximale lengte van 2.00 m en maximale breedte van 1.00 m.
5.Het bestuursorgaan kan in uitzonderingsgevallen ontheffing verlenen voor de toepassing van andere afmetingen.
Afmetingen gedenksteen eigen urnengraf
De afmetingen van een gedenksteen op een eigen urnengraf (urnenkelder) dat is gelegen in de urnentuin; de vakken K en M, bedragen:
* een maximale hoogte van 0.60 m;
* een maximale breedte van 0.60 m;
* een maximale lengte van 0.65 m.
De gedenktekens op de urnengraven in de vakken KK t/m GG dienen geplaatst te worden binnen de aanwezige hardstenen borduren met een maximale hoogte van 0.60 m.
De hoogte wordt gerekend vanaf het maaiveld c.q vanaf de borduren.
De staande en liggende gedenktekens, de afdekplaten en de banden dienen geplaatst te worden op een betonnen funderingsplaat voorzien van een fundering van 4 stuks betonnen funderingspalen met een doorsnede van 15 cm. en met een lengte van tenminste 1.20 m tot op de vaste onderlaag. De betonnen funderingspalen in het werk storten, natte beton in de mengverhouding 3:2:1 (grind, zand, cement).
Losse bloemen, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. De potten, linten, siervazen en overige voorwerpen worden na verwijdering gedurende drie maanden ter beschikking gehouden van de rechthebbende of gebruiker indien deze daartoe van tevoren een schriftelijke ( brief, fax of e-mail) aanvraag heeft ingediend bij de beheerder.
Het vermelden van een firmanaam of enige andere reclame op een gedenkteken of onderdeel daarvan is verboden.
Het signeren van een als kunstwerk aan te merken gedenksteen of sierurn geschiedt aan de achterzijde.
Het grafnummer dient rechtsonder bovenop de voorzijde leesbaar op de grafbedekking door de steenhouwer aangebracht te worden. Minimale letterhoogte is 3cm, gegraveerd.
Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken dient tenminste 2 werkdagen van tevoren schriftelijk per fax of e-mail kenbaar gemaakt te worden aan de beheerder. In overleg met de beheerder wordt bepaald wanneer en onder welke voorwaarden de werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd. Eventuele aanwijzingen dienen stipt te worden opgevolgd.
De oppervlakte van het eigen graf, eigen kindergraf of algemeen graf kan door de rechthebbende of gebruiker van het graf worden beplant met gewassen. De beplanting mag, ook in volwassen staat, de voor de grafbedekking beschikbare oppervlakte, zoals in artikel 6 en artikel 10 is beschreven, niet overschrijden of moet door snoei binnen de gestelde proporties worden gehouden. De gewassen mogen niet hoger zijn dan 1.50 cm.
Zoals is genoemd in artikel 29 van de beheersverordening voorziet het bestuursorgaan in het algemeen onderhoud van de begraafplaats met uitzondering van de grafoppervlakken.
Onderhoud door de rechthebbende/ gebruiker
De rechthebbende of gebruiker is verplicht het gedenkteken en de betreffende beplanting op het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Onder dit onderhoud wordt verstaan: het indien nodig opnieuw stellen van het denkteken, het uitvoeren van herstellingen van de graftekenen en losse voorwerpen, het verven of vergulden van de opschriften, het aanbrengen, onderhouden en vernieuwen van losse planten en één- of meerjarige gewassen en het verwijderen van dode planten. Het afval dat vrijkomt bij het onderhoud dient door een ieder van de begraafplaats te worden meegenomen of in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd.
Indien de rechthebbende/ gebruiker nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het bestuursorgaan de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of indien nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende drie maanden na verwijdering ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
Gedenktekens die reeds bestonden ten tijde van de inwerkingtreding van deze voorschriften, dan wel gedenktekens waarvoor ten tijde van de inwerkingtreding reeds een vergunning was verleend, en die afwijken van het in deze voorschriften bepaalde, mogen geplaatst blijven, respectievelijk geplaatst worden, maar hieraan kunnen geen rechten worden ontleend voor nog aan te vragen vergunningen tot het plaatsen van een gedenkteken.
Conform het gesteld in artikel 28 van de Verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg te Maastricht kan een gedenkteken direct door de beheerder worden verwijderd. De kosten van verwijderen worden verhaald op diegene die tot plaatsing is overgegaan.
Aldus vastgesteld door het Burgemeester en Wethouders in de vergadering van 16 oktober 2007.
Nadere regels delven van graven
Het gemeentebestuur van Maastricht;
gelet op de “Verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg te Maastricht 2008”,d.d.18 december 2007;
NADERE REGELS voor het delven van graven op de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg te Maastricht.
HOOFDSTUK 2 TIJDEN EN ORDEMAATREGELEN
Artikel 6 Tijden van grafdelven
1.De tijden waarop een graf gedolven wordt zijn, behoudens door het bestuursorgaan te verlenen ontheffing:
Op werkdagen en zaterdagen gedurende het hele jaar tussen 07:00 uur en 10:00 uur.
HOOFDSTUK 3 VEREISTEN VOOR GRAFDELVEN , RUIMEN EN SCHUDDEN VAN GRAVEN
HOOFDSTUK 4 GRAFDELVEN , RUIMEN EN SCHUDDEN VAN GRAVEN
Artikel 10 Delven van een graf
1.Om ruimte te maken voor het begraven van nieuwe overledenen, kan een graf gedolven worden, zoals bedoeld in artikel 1 lid a.
Artikel 14 Openen en sluiten graf
Indien er sprake is van het schudden van het graf dient de eerste 40 cm. gescheiden ontgraven te worden, tevens dienen zoveel als mogelijk de aanwezige bottenrestanten verzameld te worden en in een door de gemeente beschikbaar gestelde hiervoor geschikte kartonnen doos onderin hetzelfde graf op een diepte van 2,40 m. herbegraven te worden. Het verzamelen van de botten dient zorgvuldig en piëteitvol te geschieden.
Artikel 15 Onvolledig verteerde resten
Omdat juridisch geen sprake meer is van lijken in de zin van de wet, is het bij het begraven zoals bedoeld in lid 4 van dit artikel, niet nodig te voldoen aan de eisen die gesteld worden aan de inrichting van een graf, zoals omschreven in artikel 5 van het Besluit op de lijkbezorging. Een deklaag van 40 cm aarde dient minimaal aangehouden te worden.
Aldus vastgesteld door Burgemeester en Wethouders in de vergadering van 16 oktober 2007.
De Secretaris,
Drs. J.D. Nauta.
De Burgemeester,
Drs. G. Leers.
Rechthebbende: In de Eerste Kamer werd bij de schriftelijke voorbereiding van de Wlb de vraag gesteld wie of wat men onder de “rechthebbende op het graf” zou moeten begrijpen. De regering antwoordde dat men in de eerste plaats hier onder dient te verstaan, degenen aan wie een uitsluitend recht in de zin van artikel 28, eerste lid, is verleend. Die persoon wordt in de administratie van de begraafplaats genoteerd als rechthebbende. (Overigens kunnen dit ook meerdere personen zijn). In principe zijn ook de rechtsopvolgers “rechthebbende op het graf. In deze verordening is de rechtsopvolging nader geregeld in artikel 25.
Met artikel 25 wordt impliciet ook voorkomen dat de rechtsopvolging zich uit gaat breiden naar een ongelimiteerd aantal bloed- en aanverwanten omdat de overschrijving van het recht op een graf slechts aan een enkelvoudige persoon is toegestaan.
Artikel 23 en de brief van 31 januari LOB
De leden van de Landelijke Organisatie Begraafplaatsen (LOB), waarvan ook de Gemeente Maastricht lid is, ontvangen, gedateerd 31 januari 2002 een uitgebreide brief. Opgeroepen wordt om per 1 mei 2002 een aantal maatregelen te treffen om schoner te begraven. De maatregelen betreffen een verbod om zinken binnenkisten toe te laten, een gebod om afbreekbare lijkhoezen te gebruiken en een oproep om geen onnodige niet verteerbare voorwerpen mee te begraven.
De landelijke pers schenkt aandacht aan de oproep van de LOB. Dagblad De Telegraaf kopt op
5 maart 2002: “Begraven worden in panty taboe”.
Op 4 april 2005 verschijnt de eerste “witte lijst lijsthoezen” van de LOB met daarop: … één lijkhoes. Op 24 april verschijnt een persbericht met de tweede “witte lijst”, daarop twee goedgekeurde lijkhoezen: die van Design & Polymers uit Capelle aan den Ijssel en de 3B-BioBodyBag van IMG uit Gassel/Grave.
De LOB wijst er haar leden met nadruk op dat zij hun beheersverordeningen en reglementen moeten aanpassen conform de voorstellen in de brief van 31 januari 2002. De bepalingen in de verordeningen of reglementen ziijn de juridische basis voor te sluiten convenanten. De gemeente Maastricht kan bij inwerking treding van dit nieuwe reglement in die zin handelen.
Voor een toelichting op artikel 9 wordt kortheidshalve naar de uitgebreide toelichting van het LOB verwezen. Als aanhangsel aan deze toelichting is in Bijlage B toegevoegd: Convenant lijkhoezen LOB.
Dit artikel biedt de mogelijkheid tot verstandig handelen als op kwetsbare plaatsen in bestaande vakken of rijen nieuwe grafplaatsen worden uitgegeven. Hier komt ook, via de waardenkaart en de funeraire schoonheidscommissie, aandacht voor het monumentale en historische karakter van de begraafplaats.
Dit is een aanscherping van de tekst van het VNG-model om het monumentale en historische karakter van de begraafplaats te kunnen behouden.
Gekozen is voor een funeraire commissie die, o.a. gebaseerd op de waardenkaart haar werkzaamheden verricht. Deze commissie zou moeten bestaan uit onafhankelijke deskundigen. Te denken valt dan bijvoorbeeld aan een lokaalhistoricus, iemand uit de kringen van de Stichting de Tongerse Hof, een funerair deskundige, iemand uit de kringen van het LOB of De Terebinth. Maar ook een steendeskundige, heraldicus, genealoog, kunst- en cultuurhistoricus, groendeskundige, kenner van Joodse grafcultuur, kenner van de islamitische begraafcultuur, enzovoorts zou goede diensten kunnen bewijzen. Ten tijde van uitbreidingen zou men wellicht behoefte aan een funerair landschapsarchitect kunnen hebben.
(Genoemd in artikel 23 van de verordening op het beheer en gebruik van begraafplaats Tongerseweg Maastricht en in de toelichting bij de verordening)
De Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen, verder te noemen: de LOB, enerzijds
en het Platform Uitvaartwezen, anderzijds,
1.Partijen binden hun leden zich te houden aan de navolgende afspraken.
2.1. Partijen hanteren als uitgangspunt dat bij een begrafenis slechts in omstandigheden dat dit voor de volksgezondheid en de arbeidsomstandigheden van personeel van partijen dringend wenselijk of noodzakelijk is, lijkhoezen worden gebruikt en geaccepteerd.
2.2. Partijen leveren, gebruiken en accepteren uitsluitend lijkhoezen die voldoen aan in of krachtens de wet dan wel op basis van publiekrechtelijke verordeningen, privaatrechtelijke reglementen of algemene voorwaarden gestelde regels ten aanzien van de doorlaatbaarheid van vloeistoffen en gassen, mechanische eigenschappen, vorm en biologische afbreekbaarheid. Op dit moment zijn die regels vastgesteld in het Lijkomhulselbesluit 1998.
2.3. Partijen zullen de rijksoverheid vragen te voorzien in een onafhankelijk en neutraal instituut, zijnde een overheidsdienst of een andere instelling, die beoordeelt en vaststelt welke merken en typen lijkhoezen voldoen aan de in het vorige lid bedoelde regels. Zolang als zodanig geen overheidsdienst of andere instelling door de rijksoverheid is aangewezen, zal de LOB dit beoordelen en vaststellen.
2.4. Partijen erkennen dat begraafplaatsen bevoegd zijn om de juiste toepassing van de in het tweede lid bedoelde regels te handhaven, te controleren en eventueel te sanctioneren, naast de reeds van toepassing zijnde regels van het strafrecht. Begraafplaatsen en crematoria zullen evenwel slechts controleren in die gevallen, waarin ernstige en gerechtvaardigde twijfel bestaat of de aanbieder van een stoffelijk overschot zich aan de afspraken van dit convenant en de in het tweede lid bedoelde regels houdt.
3.Er worden bij begrafenissen geen kisten met een zinken binnenkist aangeboden of geaccepteerd, tenzij het om een tijdelijke begrafenis in afwachting van vervoer naar het buitenland gaat.
4.1 De leden van het Platform adviseren nabestaanden om een overledene zo min mogelijk te kleden met kleding die onnodig en in een kist niet zichtbaar is (zoals schoeisel, panty's) en zo veel mogelijk in kleding van natuurlijke en ademende materialen. De wens van de overledene en die van de nabestaanden is evenwel doorslaggevend.
4.2. Overledenen mogen niet worden gekleed in rubber, latex of andere zuurstof ondoorlatende kleding en schoeisel.
4.3. Er worden geen niet-verteerbare, breekbare, glazen en harde kunststoffen voorwerpen in een kist bijgevoegd.
4.4. Indien nabestaanden de dringende wens hebben om van het vorenstaande af te wijken, pleegt een uitvaartverzorger overleg met de beheerder van de begraafplaats, die eventueel zelf met de nabestaanden contact opneemt. De beheerder is en blijft verantwoordelijk voor de materialen en voorwerpen die hij ter begraving toelaat.
5.Indien de organisaties van toeleveranciers of andere leveranciers aan partijen kunnen melden dat hun leden voor binnenlands gebruik uitsluitend nog hoezen leveren die aan de in artikel 2.2 bedoelde regels voldoen, zal door partijen een datum worden bepaald per wanneer personen die een begrafenis bij een lid van de LOB aanmelden geen bewijs van aankoop van een lijkhoes meer hoeven te overleggen, indien bij een begrafenis een hoes is gebruikt. Het feit dat een hoes is gebruikt en van welk merk, dient wel altijd te worden gemeld.
6.1. Dit convenant treedt in werking op 1 juli 2002.
6.2. Partijen verplichten zich zo spoedig mogelijk na ondertekening hun leden van de inhoud van het convenant in kennis te stellen.
6.3. Partijen zullen ook niet in het Platform Uitvaartwezen vertegenwoordigde organisaties uitnodigen om dit convenant mede te tekenen.
6.4. Het convenant heeft geen binding voor niet-leden van partijen.
Getekend te Wassenaar/Breda, 1 juli 2002
Betreft: Verordening op de heffing en invordering van rechten voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg Maastricht 2008.
-de vakken AA t/m MM en AB t/m AV
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 20 jaar, A – locatie € 1.375,00
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 20 jaar, B – locatie € 900,00
-de vakken A t/m H en J t/m V ; historisch, monumentaal gedeelte
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 20 jaar, A – locatie € 1.750,00
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 20 jaar, B – locatie € 1.350,00
-de vakken AA t/m MM en AB t/m AV
Grafrecht eigen graf ( koopgraf), periode 99 jaar, A – locatie € 6.500,00
-de vakken A t/m H en J t/m V ; historisch, monumentaal gedeelte
Grafrecht eigen graf ( koopgraf), periode 99 jaar, A – locatie € 9.500,00
-de vakken I, W, X,Y en Z; Joods gedeelte.
Grafrecht eigen graf ( Israëlitisch graf), periode onbepaalde tijd € 1.375,00
Algemeen / kosteloos graf, periode 15 jaar ( geen verlenging) € 575,00
2 e uitgifte / verlenging grafrecht.
-de vakken AA t/m MM en AB t/m AV
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 10 jaar, A – locatie € 687,50
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 10 jaar, B – locatie € 450,00
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 10 jaar, C – locatie € 250,00
-de vakken A t/m H en J t/m V ; historisch, monumentaal gedeelte
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 10 jaar, A – locatie € 875,00
Grafrecht eigen graf ( huurgraf), periode 10 jaar, B – locatie € 675,00
Aanvullend recht onderhoudskosten begraafplaats
Begraafrecht. Ma t/m vr. Za Zo en feestd.
Het tarief van ma t/m vr. geldt tot 15.00 uur, daarna +25%
Het zaterdagtarief is tot 14.00 uur, daarna + 75%
Bovenvermelde tarieven zijn exclusief grafdelfkosten.
-uurtarief voorloper/begeleider € 55,00
Opgraven van een stoffelijk overschot.
Binnen de wettelijke periode van 10 jaar € 637,50
(Uitgevoerd door extern gecertificeerd bedrijf.)
Na de wettelijke periode van 10 jaar
Ruimen/schudden van een graf met stoffelijk resten.
Verzamelen en herbegraven stoffelijke resten € 375,00
In combinatie met een nieuwe begraving € 225,00
Grafrecht eigen urnengraf ( huurgraf), periode 20 jaar,
Grafrecht eigen urnennis ( huurgraf), periode 20 jaar,
-De nissen in vak ( nog niet beschikbaar) € ------
2 e uitgifte / verlenging grafrecht:
Grafrecht eigen urnengraf ( huurgraf), periode 10 jaar,
Verlenging indien gewenst bij bijzetting:
Grafrecht per ontbrekend jaar,
-meegeven van een asbus uit bestaand urnengraf / nis € 45,00
Voor het verstrooien van de as van een overledene:
Het tarief van ma t/m vr. geldt tot 15.00 uur, daarna +25%
Het zaterdagtarief, + 50%, geldt tot 14.00 uur, daarna + 75%
Het recht voor het plaatsen van graftekens bedraagt € 77,45
Het recht voor het bruikleen van bestaande monumentale graf/gedenktekens € 375,00
Onderhouden van graftekens op eigen graven (koop en huur), tijdvak van 10 jaren € 450,00