Organisatie | Zeist |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening VROM-Starterslening |
Citeertitel | Verordening VROM-Starterslening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2008 | 02-07-2009 | Nieuwe regeling | 06-11-2007 De Nieuwsbode, 21-11-2007 | Nr. 636 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
Gemeenterekening VROM Starterslening: de rekening die de gemeente bij SVn aanhoudt en waaruit op grond van de deelnemingsovereenkomst met SVn, VROM Startersleningen kunnen worden toegekend en waarin, voor wat betreft het gemeentelijk leningdeel, rente en de aflossingen over deze leningen worden teruggestort;
Huishouden: de aanvrager dan wel de aanvrager en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner die een gezamenlijke huishouding zal dan wel zullen gaan voeren in de aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen; er kunnen niet meer dan twee personen tot het aldus gedefinieerde huishouden behoren.
Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen
Op deze verordening is de deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Zeist en de SVn van toepassing.
Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen:
van ingezetenen in de gemeente Zeist in de leeftijd van 18 tot 30 jaar die op het moment van de aanvraag minimaal één jaar zelfstandig een huurwoning bewonen of minimaal één jaar inwonend zijn of van personen in de leeftijd van 18 tot 30 jaar die gedurende de voorgaande tien jaren ten minste zes jaren ingezetenen zijn geweest van de gemeente Zeist en een huurwoning hebben bewoond of inwonend zijn geweest.
voor verbeterkosten aan een bestaande woning, mag voor de bepaling van de hoogte van de Starterslening, maximaal 5 % van de koopsom worden meegenomen tenzij een bouwkundig rapport aantoont dat extra aanpassingen noodzakelijk zijn. Voor de kosten van meerwerk (nieuwbouw) mag, voor de bepaling van de hoogte van de Starterslening, maximaal 5 % van de koop-/aannemingssom worden meegenomen.