Organisatie | Boxmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Werkleeraanbod Wet investeren in jongeren |
Citeertitel | Verordening Werkleeraanbod Wet investeren in jongeren |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet investeren in jongeren, artikel 12, lid 1a
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-01-2010 | 01-10-2009 | Nieuwe regeling | 10-12-2009 Boxmeers weekblad, 13 januari 2010 | 20522; -1.844.51 |
De Raad van de gemeente Boxmeer;
gezien het advies van de Adviescommissie sociale zaken d.d. 26 oktober 2009;
gelezen het voorstel van burgemeester en Wethouders d.d. 27 oktober 2009;
gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 12, eerste lid, onderdeel a van de Wet investeren in jongeren;
overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen aangaande de inhoud van het werkleeraanbod in het kader van de Wet investeren in jongeren;
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:a. de wet: de Wet investeren in jongeren; b. algemeen geaccepteerde arbeid: alle arbeid, niet zijnde arbeid in het kader van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), die algemeen maatschappelijk aanvaard is en niet indruist tegen de openbare orde of goede zeden; c. startkwalificatie: een diploma van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdelen b tot en met e, van de Wet educatie en beroepsonderwijs of een diploma hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 7 onderscheidenlijk 8 van de Wet op het voortgezet onderwijs; d. College: het College van burgemeester en wethouders.
Hoofdstuk 2 Beleid en financiën
Het College stemt het werkleeraanbod af op de omstandigheden, krachten en bekwaamheden van de jongere, wiens recht op een werkleeraanbod is vastgesteld. Bij de invulling van het werkleeraanbod onderzoekt het College de mogelijkheden en omstandigheden van de jongere. Zij beziet daarbij tevens in hoeverre de wensen van de jongere bij de invulling van het werkleeraanbod kunnen worden betrokken.
Het College biedt jongeren die recht hebben op een werkleeraanbod en naar het oordeel van het College direct inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt in beginsel algemeen geaccepteerde arbeid of ondersteuning bij de arbeidsinschakeling aan.
De ondersteuning dient bij te dragen tot een duurzame terugkeer naar de reguliere arbeidsmarkt en kan onder meer bestaan uit de volgende activiteiten:a. het aanbieden van scholing welke gericht dient te zijn op het behalen van een startkwalificatie arbeidsmarkt en/of gericht dient te zijn op uitstroom naar de reguliere arbeidsmarkt;b. het aanbieden van de mogelijkheid tot werken met behoud van uitkering door middel van stageplaatsen of leerwerkplaatsen voor een periode van maximaal 3 maanden, welke éénmalig met maximaal 3 maanden kan worden verlengd. Alvorens tot verlenging overgegaan kan worden dient op basis van een evaluatie de noodzaak hiervan vastgesteld te zijn; c. het aanbieden van een gesubsidieerde arbeidsplaats, waarbij de te verstrekken loonkostensubsidie maximaal voor 6 maanden wordt toegekend; met de mogelijkheid van een éénmalige verlenging van maximaal 6 maanden. Alvorens tot verlenging overgegaan kan worden dient op basis van een evaluatie denoodzaak hiervan vastgesteld te zijn. De hoogte van de loonkostensubsidie bedraagt 50% van de netto loonkosten. Indien de omstandigheden van de belanghebbende daartoe aanleiding geven kan de loonkostensubsidie verhoogd worden. De subsidie kan echter nooit meer bedragen dan 100% van de uitkeringslasten. d. het aanbieden van sociale activering;e. het aanbieden van overige vergoedingen die kunnen bijdragen aan de arbeidsinschakeling dan wel aan een terugkeer naar de reguliere arbeidsmarkt en die niet door de werkgever worden vergoed (waaronder kinderopvang en reiskosten);f. het bieden van nazorg: activiteiten die er op gericht zijn uitstroom te continueren ten einde hier een duurzaam karakter aan te geven;g. het aanbieden van activiteiten in het kader van schuldhulpverlening indien de schulden een belemmering vormen voor de arbeidsinschakeling;h. het aanbieden van een detacheringsbaan gedurende een periode van maximaal 6 maanden, als onderdeel van een traject gericht op inschakeling met als doelstelling het opdoen van vaardigheden die nodig zijn om betaalde arbeid te verrichten. De periode van 6 maanden kan éénmalig met maximaal 6 maanden verlengd worden. Alvorens tot verlenging overgegaan kan worden dient op basis van een evaluatie de noodzaak hiervan vastgesteld te zijn.
Artikel 6 Inzet van de voorzieningen
Het doel van de inzet van voorzieningen is het bevorderen van duurzame arbeidsparticipatie van jongeren door het opdoen van werkervaring, het aanleren van vaardigheden en kennis, het opdoen van werkritme, maatschappelijke participatie dan wel op andere wijze vergroten van persoonlijke en maatschappelijke zelfredzaamheid.
Het College vult de voorziening bedoeld in het eerste lid voor de jongere die niet beschikt over een startkwalificatie in met scholing of opleiding die de toegang tot de arbeidsmarkt bevordert, tenzij naar het oordeel van het College een dergelijke scholing of opleiding de krachten of bekwaamheden van de jongere te boven gaat of onvoldoende bijdraagt aan vergroting van de kans op arbeidsinschakeling van de jongere.
Artikel 7 Combinatie arbeid en zorg
Onverminderd artikel 17, vierde lid, van de wet, betrekt het College bij de invulling van het werkleeraanbod de beschikbaarheid van passende kinderopvang, het belang van voldoende scholing en de belastbaarheid van de jongere.
Onverminderd artikel 17, tweede lid, van de wet, stemt het College het werkleeraanbod af op de medische beperkingen van de jongere en draagt zorg voor passende voorzieningen ter ondersteuning bij de arbeidsinschakeling.
Artikel 9 Verplichtingen van de jongere
Een jongere die gebruik maakt van een voorziening is gehouden te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wet, de Wet structuur uitvoering werk en inkomen, deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het College aan de aangebodenvoorziening heeft verbonden.
Artikel 10 Intrekking werkleeraanbod
Het College kan het werkleeraanbod intrekken of herzien, indien wijziging optreedt in de omstandigheden, krachten of bekwaamheden van de jongere dan wel indien de jongere niet voldoet aan een of meer op hem rustende verplichtingen als bedoeld in hoofdstuk 5van de wet en hem dit te verwijten valt.