Organisatie | Borsele |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Monumentenverordening |
Citeertitel | Monumentenverordening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
De datum van inwerkingtreding is bij benadering vermeld, omdat de datum van bekendmaking onbekend is.
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2006 | 01-05-2017 | nieuwe regeling | 01-06-2006 onbekend | raadsstukken, 01-06-2006 |
De raad van de gemeente Borsele
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 9 mei 2006,
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en de artikelen 12, 14 en 15 van deMonumentenwet 1988,
overwegende dat het gewenst is de Monumentenverordening gemeente Borsele,vastgesteld op 1 december 1999, te vervangen door een nieuwe verordening die aangepastis aan de thans geldende Monumentenwet 1988 en die tevens aansluit bij voornoemde nota;
besluit vast te stellen de Monumentenverordening, luidende als volgt:
Deze verordening verstaat onder:a. monument:1. een vóór tenminste vijftig jaar vervaardigde zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;2. terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak als bedoeld onder 1;b. gemeentelijk monument: onroerend monument, dat overeenkomstig de bepalingen van deze verordening als beschermd gemeentelijk monument is aangewezen; gemeentelijke monumentenlijst: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als gemeentelijk monument aangewezen zaken;c. beschermd rijksmonument: onroerend monument, dat is ingeschreven in de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers;d. commissie: de door het college ingestelde Welstandsmonumentencommissie met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de verordening en het monumentenbeleid;e. bouwhistorisch onderzoek: in schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de bouwgeschiedenis en de bouwhistorische kwaliteit van een monument.f. het college; het college van burgemeester en wethouders van Borsele.
Artikel 2 Het gebruik van het monument
Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.
Artikel 5 Mededeling aanwijzingsbesluit
De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan en aan de ingeschreven hypothecaire schuldeisers.
Artikel 6 Registratie op de gemeentelijke monumentenlijst
Het college registreert het gemeentelijke monument op de gemeentelijke monumentenlijst.De gemeentelijke monumentenlijst bevat de plaatselijke aanduiding, de datum van de aanwijzing, de kadastrale aanduiding, de tenaamstelling en een beschrijving van het gemeentelijke monument.
Artikel 7 Wijzigen van de aanwijzing
Het college kan de aanwijzing ambtshalve of op aanvraag van een belanghebbende wijzigen.Artikel 3, tweede tot en met vierde lid, alsmede artikel 4 zijn van overeenkomstige toepassing op het wijzigingsbesluit.Indien de wijziging naar het oordeel van het college van ondergeschikte betekenis is, blijft overeenkomstige toepassing van artikel 3, tweede tot en met vierde lid, alsmede artikel 4, eerste lid, achterwege.De inhoud en de datum van de wijziging worden op de gemeentelijke monumentenlijst aangetekend.
Artikel 8 Intrekken van de aanwijzing
Indien het college de aanwijzing intrekt, zijn artikel 3, tweede lid, en artikel 4 van overeenkomstige toepassing.De aanwijzing wordt geacht ingetrokken te zijn, indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3 van de Monumentenwet 1988.De intrekking wordt op de gemeentelijke monumentenlijst aangetekend.
Het is verboden zonder vergunning van het college of in strijd met bij zodanige vergunninggestelde voorschriften:a. een gemeentelijk monument af te breken, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;b. een gemeentelijk monument te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een dusdanige wijze, dat het wordt ontsierd of in gevaar gebracht.
Artikel 12 Intrekken van de vergunning
De vergunning kan door het college worden ingetrokken indien:a. blijkt dat de vergunning ten gevolge van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;b. blijkt dat de vergunninghouder de voorschriften als bedoeld in artikel 10 niet naleeft;c. de omstandigheden aan de kant van de vergunninghouder zich zodanig hebben gewijzigd, dat het belang van het monument zwaarder dient te wegen;d. niet binnen twee jaar van de vergunning gebruik wordt gemaakt.
Artikel 13 Vergunning voor beschermd rijksmonument
De commissie adviseert schriftelijk over de aanvraag binnen acht weken na de datum van verzending van het afschrift.
Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende ten gevolge van:a. de weigering van het college een vergunning als bedoeld in artikel 10 te verlenen;b. voorschriften door het college verbonden aan een vergunning als bedoeld in artikel 10;schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoortte blijven, kent het college hem op zijn aanvraag een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe.
Hij, die handelt in strijd met de artikelen 9 en 10 van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de dor het college aan te stellen toezichthouders.