Organisatie | Haren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2011 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Belastingverordeningen 2019 |
Geen
Gemeentewet, art. 228a
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 01-01-2021 | Wijzigingsverordening | 29-10-2018 | Raadsvoorstel 39 2018 | |
01-01-2018 | 01-01-2019 | 06-11-2017 | Raadsvoorstel 49 2017 | ||
01-01-2017 | 01-01-2018 | Wijzigingsverordening - wijziging tarief per 1 januari 2017 | 07-11-2016 | Raadsvoorstel 54 2016 | |
01-01-2016 | 01-01-2017 | Wijzigingsverordening - wijziging tarief per 1 januari 2016 | 05-11-2015 | Raadsvergadering 5 november 2015 | |
25-11-2014 | 01-01-2016 | Wijzigingsverordening - wijziging tarief per 1 januari 2015 | 06-11-2014 | Raadsvoorstel 59 2014 | |
20-12-2013 | 01-01-2015 | Wijzigingsverordening - wijziging tarief per 1 januari 2014 | 16-12-2013 Harener Weekblad, 19-12-2013 | Raadsvoorstel 54 2013 | |
28-12-2012 | 31-12-2013 | wijziging tarief per 1 januari 2013 | 17-12-2012 Harener Weekblad, 14-02-2013 | 13 november 2012 | |
10-12-2010 | Nieuwe regeling | 29-11-2010 Harener Weekblad, 02-12-2010 | 26 oktober 2010 |
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht
Met betrekking tot het eigenarendeel wordt, ingeval het perceel een onroerende zaak is, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het belastingjaar als zodanig in de kadastrale registratie is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, worden de belastingen geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Het gebruikersdeel wordt geheven naar het aantal kubieke meters water dat vanuit het perceel wordt afgevoerd, voor zover dit uitgaat boven de 1000 kubieke meters water dat in één jaar vanuit een perceel wordt afgevoerd. In geval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de drempelhoeveelheid van 1000 kubieke meters door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
Ingeval gebruik wordt gemaakt van een pompinstallatie moet die pompinstallatie zijn voorzien van een:
a. watermeter, waarvan de hoeveelheid opgepompt water kan worden afgelezen, of
b. bedrijfsurenteller, waarvan het aantal uren dat een pompinstallatie met vaste capaciteit in bedrijf is geweest kan worden afgelezen.
De eerste volzin is niet van toepassing indien vaststelling van de hoeveelheid opgepompt water geschiedt op grond van enige andere wettelijke bepaling.
Voor zover de voor de berekening van het recht als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, in aanmerking te nemen hoeveelheid water niet door middel van de gemeentelijke riolering is afgevoerd, wordt voor de berekening van de aanslag de hoeveelheid water verminderd met de aantoonbaar op andere wijze afgevoerde hoeveelheid. De hoeveelheid water die niet direct of indirect door middel van de gemeentelijke riolering is afgevoerd, wordt door de ambtenaar als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet, vastgesteld.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel van de belastingen in de loop van het belastingjaar aanvangt, is het gebruikersdeel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel van de belastingen in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde gebruikersdeel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de overige termijnen telkens 1 maand later.
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen, indien er gebruik wordt gemaakt van automatische incasso, worden betaald in tien gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening op de heffing en invordering van rioolrechten 2010’ vastgesteld bij raadsbesluit van 30 november 2009 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Haren van 29 november 2010.
De raad voornoemd,
mr. P.A. Lambeck,
griffier
mr. M. Boumans MPM,
voorzitter
Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing 2011.
De volgende artikelen zijn gewijzigd of toegevoegd.
Gewijzigd artikel 6. Belastingtarieven in overeenstemming gebracht met het voorstel van het college van burgemeester en wethouders.
Toegevoegd artikel 10, lid 3. Belastingaanslagen met een totale aanslagbedrag groter dan
€ 10.000,00 moeten in het kader van de ombuigingen binnen één maand worden betaald.