HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijving
De in artikel 1 van de Marktverordening gemeente Middelburg 2010 gegeven
begripsomschrijvingen zijn van overeenkomstige van toepassing op deze
nadere regels.
HOOFDSTUK 2. BEPALINGEN OVER VERGUNNINGEN
Artikel 2. Inhoud vaste standplaatsvergunning
- 1.
Een vaste standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval:
- a.
de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres
en de woonplaats van de vergunninghouder;
- b.
een duidelijke omschrijving van de toegewezen vaste
standplaats met vermelding van de afmetingen daarvan;
- c.
de kraam of andere verkoopmaterialen die de vergunninghouder
bij het innemen van de standplaats mag gebruiken;
- d.
het soort artikelen dat de vergunninghouder mag verhandelen
of de branche waartoe de vergunninghouder behoort;
- e.
de datum waarop aan de vergunninghouder voor het eerst
vergunning is verleend en zijn volgnummer op de
anciënniteitlijst;
- f.
dat de vergunninghouder zelf zorg draagt voor de inzameling
en afvoer van zijn afval en dat hij zijn standplaats schoon
oplevert;
- g.
de wijze waarop de vergunninghouder zijn elektriciteit
betrekt;
- h.
welke geluidsapparatuur op de standplaats is
toegestaan;
- i.
welke kook-, bak- en verwarmingsapparatuur zijn
toegestaan.
- 2.
Aan de vergunning wordt een middel ter identificatie gehecht.
- 3.
Naast de veiligheidsaspecten in voorschriften van een
standplaatsvergunning zijn ook de maatregelen en voorschriften van
de Handreiking “Veiligheid op de Markt” van toepassing. Het
betreffen de maatregelen en voorschriften met betrekking tot:
- -
de veiligheid van goederen, verpakking, vervoersmiddelen en
aanhangers
- -
de veiligheid van toestellen en installaties
- -
veilig gebruik van toestellen en installaties en
- -
overige maatregelen in verband met de veiligheid.
Artikel 3. Inschrijving op de anciënniteitlijst
Vergunninghouders van vaste standplaatsen worden ingeschreven op een
doorlopend genummerde lijst met vermelding van en in volgorde van de
datum waarop aan hen voor het eerst een vaste standplaats is toegewezen.
Bij deze inschrijving wordt tevens vermeld de soort artikelen die de
vergunninghouder mag verhandelen of de branche waartoe hij behoort.
Artikel 4. Inschrijving op de wachtlijst
- 1.
Het college schrijft de aanvrager op zijn verzoek in op de
wachtlijst, indien hij voldoet aan de in artikel 10 van de
Marktverordening gemeente Middelburg 2010 gestelde vereisten, maar
aan hem geen vaste standplaats kan worden toegewezen, wegens het
ontbreken van plaatsingsruimte of wegens het bereiken van het
maximaal aantal toe te wijzen standplaatsen in de gevoerde
branche.
- 2.
Het college vermeldt bij de inschrijving in ieder geval:
- a.
de naam en voornamen, de geboortedatum en -plaats, het adres
en de woonplaats van de aanvrager;
- b.
de datum waarop de aanvraag door hem is ontvangen;
- c.
de soort artikelen die de aanvrager wil verhandelen of de
branche waartoe hij behoort;
- d.
de kraam of andere verkoopmaterialen die de aanvrager wil
gebruiken.
- 3.
Het college verstrekt de aanvrager een schriftelijk bewijs van
inschrijving.
- 4.
De inschrijving op de wachtlijst blijft gehandhaafd, indien deze
door de ingeschrevene jaarlijks voor 1 januari schriftelijk wordt
verlengd.
Artikel 5. Doorhalen van inschrijving op wachtlijst
De inschrijving op de wachtlijst wordt doorgehaald:
- a.
indien de ingeschrevene zijn inschrijving niet jaarlijks voor 1
januari heeft verlengd;
- b.
op schriftelijk verzoek van de ingeschrevene;
- c.
bij overlijden van de ingeschrevene;
- d.
wanneer aan de ingeschrevene een vergunning voor een vaste
standplaats is verleend, tenzij hij deze op grond van bijzondere
omstandigheden niet aanvaardt;
- e.
indien niet meer aan de vereisten van artikel 10
Marktverordening gemeente Middelburg 2010 wordt voldaan.
Artikel 6. Volgorde toewijzing vaste standplaatsen
Indien voor de toewijzing van een beschikbare vaste standplaats meer
aanvragers in aanmerking komen, wordt de standplaats achtereenvolgens
toegewezen aan:
- a.
de vergunninghouder van een vaste standplaats die aan het
college schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven van
standplaats te willen veranderen, in volgorde van plaatsing op
de anciënniteitlijst;
- b.
degene die zich op de wachtlijst heeft laten inschrijven.
Waarbij eerst wordt gekozen voor de branche die het meest
gewenst is (minimaal aanwezig is ten aanzien van de gewenste
aantallen zoals in de branchelijst worden genoemd).
Daarna is bepalend de volgorde van inschrijving op de wachtlijst.
Artikel 7. Overschrijving vaste standplaatsvergunning
- 1.
In geval van overlijden, of blijvende arbeidsongeschiktheid van de
vergunninghouder(ster), of ingeval van bedrijfsbeëindiging kan de
vaste standplaatsvergunning worden overgeschreven op de
echtgeno(o)t(te), de geregistreerde partner of een andere
achterblijvende persoon met wie hij duurzaam samenwoonde.
- 2.
Indien de vergunning niet kan worden overgeschreven op grond van het
eerste lid, kan een (klein)kind of een medewerk(st)er van de
vergunninghouder de vergunning voor de vaste standplaats krijgen
indien hij ten minste drie jaar in loondienst van het marktbedrijf
van de vergunninghouder heeft gewerkt of gedurende eenzelfde periode
als mede-eigenaar in dit bedrijf heeft gefunctioneerd en zich heeft
laten inschrijven op de wachtlijst.
- 3.
Een aanvraag tot overschrijving wordt ingediend binnen twee maanden
na het overlijden van de vergunninghouder of nadat de blijvende
arbeidsongeschiktheid is vastgesteld.
- 4.
Het college is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken van
het bepaalde in dit artikel.
Artikel 8 Toewijzing dagplaats
- 1.
Toewijzing van een dagplaats geschiedt door afgifte van een
vergunning door de marktmeester op het moment dat de standplaats
niet als vaste standplaats wordt ingenomen.
- 2.
De dagplaats wordt toegewezen overeenkomstig de plaats op de
wachtlijst van de gegadigden die zich daarvoor op de dag zelf een
half uur (8.30 uur) vóór de aanvang van de markt aanmelden bij de
marktmeester.
Artikel 9 Toewijzing standwerkersplaats
De marktmeester wijst een standwerkersplaats toe door middel van
loting.
Hoofdstuk 3 BEPALINGEN OVER HET GEBRUIK VAN DE STANDPLAATS
Artikel 10 Persoonlijk innemen standplaats; bijstand
- 1.
De vergunninghouder neemt de standplaats die hem is toegewezen
persoonlijk in.
Hij mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik
geven.
- 2.
De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen bijstaan.
Artikel 11 Aantal keren innemen standplaats
De vergunninghouder van een vaste standplaats is gehouden zijn
standplaats wekelijks in te nemen.
Artikel 12 Afwezigheid wegens vakantie of bijzondere omstandigheden
- 1.
De vergunninghouder van een vaste standplaats die wegens vakantie of
bijzondere omstandigheden verhinderd is zijn vaste standplaats in te
nemen, deelt dit aan de marktmeester mede. Bij vakantie geeft de
vergunninghouder aan hoe lang zijn afwezigheid duurt, doch maximaal
zes weken op een jaar, waarvan maximaal drie weken
aaneensluitend.
- 2.
De mededeling wordt tijdig voor de desbetreffende marktdag
gedaan.
Plotselinge verhindering wordt mondeling of telefonisch aan de
marktmeester gemeld.
- 3.
Bij langdurige afwezigheid wegens ziekte gedurende meer dan 4 weken
(achtereenvolgens) overlegt de vergunninghouder als bewijs van
ziekte iedere drie maanden een geneeskundige verklaring aan het
college, tenzij het college hiervan vrijstelling verleent met een
maximum van twee jaar.
Artikel 13 Ontheffing en vervanging
- 1.
In geval van vakantie of bijzondere omstandigheden kan het college
op aanvraag van de vergunninghouder van een vaste standplaats hem
tijdelijk ontheffing verlenen van de verplichting uit artikel
11.
- 2.
Het college kan op aanvraag van de vergunninghouder hem vergunning
verlenen zich op zijn standplaats te laten vervangen door een met
name genoemde persoon.
- 3.
In de gevallen, zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel,
alsmede bedoeld in artikel 11 of 12 kan het college de houder van
een vaste standplaats toestemming verlenen zich te laten vervangen
voor een maximaal periode van 2 jaar.
Artikel 14 Legitimatie en identiteit vergunninghouder
- 1.
Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen,
dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de
vergunninghouder is.
- 2.
De vergunninghouder dient bij zijn standplaats duidelijk zichtbaar
zijn naam en eventuele bedrijfsnaam aan te geven.
Artikel 15 Tijdstip innemen standplaats/aan- en afvoer goederen
- 1.
Het is verboden voor vergunninghouders op het marktterrein meer dan
drie uur voor aanvang en meer dan anderhalf uur na afloop van de
markt met een voertuig, goederen of anderszins ruimte in te nemen of
goederen aan of af te voeren.
- 2.
De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats van aanvangstijd
tot de sluitingstijd van de markt te blijven innemen. Het college
kan hiervan ontheffing verlenen.
- 3.
Indien de vergunninghouder zijn vaste standplaats niet uiterlijk een
half uur na aanvang van de markt heeft ingenomen, wordt de
desbetreffende standplaats voor die dag als dagplaats aangemerkt,
tenzij de marktmeester de standplaats op tijdig verzoek van de
vergunninghouder voor hem beschikbaar houdt.
- 4.
Het is verboden voor vergunninghouders na aanvang van de markt nog
met rij- en voertuigen of andere middelen, niet zijnde verkoopwagens
op het marktterrein aanwezig te zijn. Tenzij de marktmeester daar in
bijzondere omstandigheden per geval toestemming voor heeft
gegeven.
Artikel 16 Dagplaatsen
De vaste plaats, welke niet is ingenomen een half uur na de aanvangstijd
genoemd in artikel 21 wordt voor de verdere duur van de marktdag
aangemerkt als dagplaats, tenzij de marktmeester de standplaats op
tijdig verzoek van de vergunninghouder voor hem beschikbaar houdt.
Artikel 17
- 1.
Dagplaatsen waaronder ook standwerkersplaatsen worden begrepen,
worden per marktdag door de marktmeester toegewezen.
- 2.
Degene aan wie een dagplaats wordt toegewezen dient zijn voertuig
uiterlijk een uur na aanvang van de markt van het marktterrein te
hebben verwijderd.
- 3.
Het college is bevoegd nadere regels vast te stellen met betrekking
tot de toegang van voertuigen op de Markt en het innemen van een
dagplaats en of een standwerkersplaats.
Hoofdstuk 4 OVERIGE MAATREGELEN VAN ORDE
Artikel 18
Als de standplaatshouder geen grondplaats is toegewezen en hij ook geen
toestemming heeft gekregen om een verkoopwagen te plaatsen moet hij
gebruik maken van de kraam die door de door het college aangewezen
kramenverhuurder ter beschikking wordt gesteld.
Artikel 19
Het college kan, indien hun dit in het belang van de orde of de
volksgezondheid op de markt noodzakelijk voorkomt, de handel in bepaalde
artikelen gedurende een bepaalde termijn verbieden.
Artikel 20
Het is verboden op een markt zonder toestemming van het college voor de
verlichting van een standplaats gebruik te maken van andere dan
elektrische verlichting alsmede elektriciteit te betrekken van een ander
dan degene, die door het college voor het leveren van elektriciteit is
aangewezen, dan wel hierin zelf te voorzien.
Artikel 21
- 1.
De warenmarkt in Middelburg vangt aan om 09.00 uur en eindigt om
16.00 uur, uitgezonderd in de maanden juni, juli en augustus waarin
zij eindigt om 16.30 uur.
- 2.
De zaterdagmarkt vangt aan om 07.30 uur en eindigt om 16.00
uur.
- 3.
De warenmarkt in Arnemuiden vangt aan op 12.00 en eindigt om 17.00
uur.
- 4.
De warenmarkt in Nieuw- en Sint Joosland vangt aan om 09.00 uur en
eindigt om 12.00 uur.
- 5.
Het college kan op grond van bijzondere omstandigheden andere tijden
van toepassing verklaren.
Artikel 22
Het is de standplaatshouder en zijn plaatsvervanger op een markt
verboden:
- a.
zich behoudens toestemming van de marktmeester langer dan dertig
minuten van zijn uitstalling te verwijderen. Gedurende deze tijd
mag hij zijn standplaats niet onbeheerd achterlaten;
- b.
zijn kraam of andere verkoopinrichting tijdens een markt af te
breken of te verplaatsen;
- c.
de doorgang in de wandelpaden op en langs een marktterrein op
enigerlei wijze te hinderen of te belemmeren.
Artikel 23
De standplaatshouder dan wel zijn plaatsvervanger is verplicht:
- a.
er zorg voor te dragen, dat zijn standplaats en de zich daarop
bevindende verkoopinrichting, zulks ter beoordeling van het
college steeds een goed verzorgd aanzien biedt;
- b.
tijdens een markt zijn afval, verpakkingsmaterialen e.d. zelf in
te zamelen;
- c.
alvorens hij een marktterrein verlaat, zijn standplaats en de
onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te leveren en zelf zorg
te dragen voor afvoer van afval afkomstig van de exploitatie van
zijn standplaats.
Artikel 24
- 1.
Het is verboden tijdens een markt op het marktterrein gebruik te
maken van luidsprekers, versterkers en andere middelen ter
versterking van het geluid.
- 2.
Het college kan in bijzondere gevallen van de in het eerste lid
gestelde verbod ontheffing verlenen, onder door hen te stellen
voorwaarden.
Artikel 25
- 1.
Het is de standplaatshouder of zijn plaatsvervanger verboden op een
markt verwarmingstoestellen en/of bak- en kookinstallaties te
gebruiken.
- 2.
Het college kan van het in het eerste lid gestelde verbod ontheffing
verlenen onder door hen te stellen voorschriften.
Artikel 26
De standplaatshouder of zijn plaatsvervanger, die het is toegestaan op
zijn standplaats geringe eet- en drinkwaren voor consumptie gereed te
maken, dient aan de voorzijde van zijn verkoopinrichting een tweetal
bakken of soortgelijke voorwerpen aanwezig te hebben, waarin
etensresten, verpakkingsmateriaal en ander afval kunnen worden
gedeponeerd. Hij moet voor de tijdige lediging van de bakken
zorgdragen.
Artikel 27
Het is verboden op een marktterrein tijdens de duur van een markt
met goederen of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden,
daaronder begrepen het aanbieden van reclame en/of
propagandamateriaal.
- 2.
Van het bepaalde in het eerste lid kan door het college ontheffing
worden verleend, voor zover betreft de verkoop van alcoholvrije
dranken en geringe eet- en drinkwaren ten behoeve van de
standplaatshouders.
Artikel 28 Overgangsbepalingen
Toewijzingen, vergunningen en ontheffingen hoe ook genaamd verleend op
grond van de Verordening Marktwezen Middelburg en de daarop gebaseerde
nadere regeling blijven indien en voor zover het gebod of verbod waarop
die toewijzing, vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat in
dit reglement en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of
ingetrokken na de inwerkingtreding van dit reglement van kracht.
Hoofdstuk 5 SLOTBEPALINGEN
Artikel 29 Intrekken oude regeling
De “nadere regels” gebaseerd op de Verordening Marktwezen gemeente
Middelburg als bedoeld in artikel 17 van de Marktverordening Middelburg
2010, worden ingetrokken.
Artikel 30 Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op de 8e dag na die waarop zij is
bekendgemaakt.
Artikel 31 Citeertitel
Dit reglement wordt aangehaald als: Marktreglement gemeente Middelburg
2010.