Algemeen Mandaathoofdstuk BenW 2011

1. De Eenheidsmanagers wordt mandaat verleend, voorzover betrekking hebbend op het taak-gebied van hun eigen dienst aangaande de bevoegdheden van burgemeester en wethouders ter zake van:

1.1.1

Het redigeren en verzenden van brieven, die uitsluitend mededelingen, inlichtingen of feitelijke informatie bevatten.

1.1.2

Het verzenden van ontvangstbevestigingen en tussenberichten.

1.1.3

Aanschrijvingen tot het indienen van aanvragen om vergunningen, ontheffingen, e.d.

1.1.4

Het aanvragen van offertes.

1.2.1

Hoofdstuk 2, de artikelen 2:1, 2:2 en 2:3 (rechtsverkeer met burgers).

1.2.2

Hoofdstuk 3, de artikelen 3:6, 3:7, 3:10 tot en met 3:15 (voorbereidingsprocedure).

1.2.3

Hoofdstuk 4, de artikelen 4:4, 4:5, 4:6, 4:7, 4:8, 4:11, 4:14, 4:15, 4:18 en 4:20 (bijzondere bepalingen over besluiten).

1.2.4

Hoofdstuk 4, Titel 4.4 (bestuurlijke geldschulden).

1.2.5

Hoofdstuk 7, Afdeling 7:2, m.u.v. artikel 7:10.

1.2.6

Hoofdstuk 9 (afhandeling van klachten).

1.3.1

Het uitoefenen van een last onder bestuursdwang, het opleggen van een dwangsom inclusief invordering en het opleggen van een bestuurlijke boetes (artikel 125 Gemeentewet en titel 5.3 en 5.4 van de Algemene wet bestuursrecht).

1.3.2

Het verrichten van privaatrechterlijke rechtshandelingen voorzover betrekking hebbend op besluiten tot bindend advies, arbitrage, mediation en het geven van zienswijzen (artikel 160 Gemeentewet).

1.3.3

Het afdoen van aansprakelijkstelling van de gemeente, voorzover deze niet gedekt wordt door een verzekeraar.

1.3.4

Het aansprakelijk stellen van een natuurlijk of rechtspersoon door de gemeente.

1.3.5

Het namens de gemeente, het college of de raad besluiten rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij de raad, voor zover het de raad aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist (artikel 160, lid 1, onder f Gemeentewet).

1.3.6

Het voorbereiden en uitvoeren van beslissingen van de raad, tenzij bij of krachtens de wet de burgemeester hiermee is belast (artikel 160, lid 1, onder b Gemeentewet).

1.4.1

Alle besluitbevoegdheden, zoals bedoeld in artikel 45 van de Wet bescherming persoonsgegevens.

1.4.2

Het doen van een melding.

1.5.1

Artikel 30, lid 1, Archiefbescheiden die niet naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats zijn overgebracht:

1.5.1.1

Archiefwet 1995, artikel 7 (vervangen door reproducties).

1.5.1.2

Archiefwet 1995, artikel 15, lid 1 (stellen of weigeren van beperkingen aan de openbaarheid van archiefbescheiden).

1.5.1.3

Archiefbesluit 1995, artikel 8 (opmaken van een verklaring van vernietiging, vervanging of vervreemding).

1.5.1.4

Archiefbesluit 1995, artikel 9 (opmaken van een verklaring van overbrenging).

1.6.1

Het verdagen van de beslissing op het verzoek (artikel 6, lid 2,).

1.6.2

Het meedelen van het toepassen van artikel 4:8 van de Algemene Wet bestuursrecht (artikel 6, lid 3,).

1.6.3

Het meedelen van het einde van de opschorting van de beslistermijn (artikel 6, lid 4,).

II Te bepalen dat de onder 1 genoemde mandataris bevoegd is de aan hem/haar toegekende bevoegdheden door te mandateren (ondermandaat).

III Dit besluit kan worden aangehaald als algemeen mandaathoofdstuk Burgemeester en Wethouders.

IV Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de publicatie van dit besluit.

Vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders van Zwartewaterland in de vergadering van 1 maart 2011.

Het college van burgemeester en wethouders

de secretaris, de burgemeester,

mr. D. Leentjes ing. E.J.Bilder

Onder mandaat verstaat de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb): de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (artikel 10:1 Awb). Onder besluit wordt verstaan: beslissingen inhoudende publiekrechtelijke rechtshandelingen (artikel 1:3 Awb).

De mandaatregeling en de ondermandaatregeling hebben alleen betrekking op het werkterrein van de in de mandaatregeling genoemde werkvelden.

De mandaat en ondermandaat verlening heeft geen betrekking op:

beleidsvoorstellen, besluiten van algemene strekking, vaststellen en /of aanpassing beleidsnota’s / financiële besluiten / verordeningen. Tevens zijn bezwaar- en beroepzaken niet binnen mandaat meegenomen.

Het mandaat en ondermandaat hebben daardoor betrekking op:

de afhandeling van bestuursrechterlijke procedures op de in de mandaatregeling aangegeven werkvelden.