Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (NH)

Verordening Wmo-adviesraad Bergen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (NH)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Wmo-adviesraad Bergen
CiteertitelVerordening Wmo-adviesraad Bergen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet maatschappelijke ondersteuning, art. 11
  2. Wet maatschappelijke ondersteuning, art. 12
  3. Gemeentewet, art. 147
  4. Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-07-200917-03-2016Nieuwe regeling

23-06-2009

Gemeentekrant, 08-07-2009

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Wmo-adviesraad Bergen

De raad van de gemeente Bergen;

gelezen het voorstel van het college van Bergen van 12 mei 2009

gezien het advies van de algemene raadscommissie van 11 juni 2009;

gelet op de artikelen 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo);

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

gelet op het bepaalde in de Inspraakverordening gemeente Bergen 2006;

Besluit;

vast te stellen de Verordening Wmo-adviesraad Bergen.

HOOFDSTUK 1 – ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 – begripsbepalingen

  • 1.1

    de gemeente : Bergen;

  • 1.2

    de raad : de raad van Bergen;

  • 1.3

    het college : het college van burgemeester en wethouders van Bergen;

  • 1.4

    Wmo : Wet maatschappelijke ondersteuning;

  • 1.5

    Wmo-adviesraad : de adviesraad bestaat uit een onafhankelijk voorzitter zonder

    stemrecht en 9 leden met stemrecht die ingezetenen van de

    gemeente zijn en de aandachtsgebieden van de Wmo ( art 1 )

    vertegenwoordigen;

  • 1.6

    Klankbordgroep : de klankbordgroep, waarin individuele burgers en

    ingezetenen deelnemen en vertegenwoordigers van cliënten, -

    en patiëntenorganisaties.

HOOFDSTUK 2 – WMO-ADVIESRAAD

Artikel 2 – Doelstelling

de doelstelling van de Wmo-adviesraad is:

1.Het zo goed mogelijk vorm en inhoud geven aan de cliënten- en burgerparticipatie, zoals

omschreven in artikel 9, 11 en 12 van de Wmo;

2.Het bijdragen aan de totstandkoming en verbetering van het gemeentelijk Wmo-beleid.

Artikel 3 – Taken

  • 3.1

    De Wmo-adviesraad heeft als taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over het brede Wmo beleid (civil society, samenhang en regie op de verschillende prestatievelden) alsmede ontwikkelingen te signaleren over alle zaken die van belang zijn voor burgers in het algemeen, cliënten en kwetsbare burgers in het bijzonder, zoals beschreven in de Wmo.

  • 3.2.

    Advisering met betrekking tot gemeentelijk personeel- en organisatiebeleid in het kader van de Wmo en over klachten en bezwaarschriften en andere zaken die betrekking hebben op individuele cliënten, behoren niet tot het werkterrein van de Wmo-adviesraad;

  • 3.3.

    De Wmo-adviesraad wordt in ieder geval advies gevraagd over:

      • a.

        het vierjaren Wmo-beleidsplan;

      • b.

        de uit het beleidsplan voortvloeiende beleidsstukken;

      • c.

        de opzet van en hoe te handelen met de uitkomsten van het jaarlijkse klanttevredenheidsonderzoek;

      • d.

        de tussentijdse evaluaties op de negen verschillende prestatievelden.

  • 3.4

    De Wmo-adviesraad vergadert minstens zes keer per jaar en bespreekt een advies tenminste éénmaal in de eigen vergadering;

  • 3.5

    De vergaderingen en de adviezen van de Wmo-adviesraad zijn openbaar;

  • 3.6

    De Wmo-adviesraad kan derden uitnodigen de vergadering bij te wonen voor het geven van toelichting en/of advies;

  • 3.7

    De negen aandachtsgebieden van de Wmo als bedoeld in artikel 3.3 lid sub d. zijn:

    • 1.

      het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten;

    • 2.

      op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden;

    • 3.

      het geven van informatie en advies en cliëntenondersteuning;

    • 4.

      het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers;

    • 5.

      het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met beperkingen of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem;

    • 6.

      het verlenen van voorzieningen mensen met een beperking gericht of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer;

    • 7.

      het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang;

    • 8.

      het bevorderen van de openbare geestelijke gezondheid, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen;

    • 9.

      het bevorderen van verslavingsbeleid.

HOOFDSTUK 3 – WERKWIJZE EN ACTVITEITENPLAN

Artikel 4 – werkwijze en activiteitenplan

  • 4.1

    Het college betrekt de Wmo-adviesraad bij de start van het

    beleidsontwikkelingstraject betreffende het beleid voor de Maatschappelijke ondersteuning;

  • 4.2

    Het college stelt de Wmo-adviesraad voor de start van het

    beleidsontwikkelingstraject in de gelegenheid voorstellen te doen voor het beleid inzake de Maatschappelijke ondersteuning;

  • 4.3

    Het college verschaft de Wmo-adviesraad informatie die nodig is ter uitvoering van het bepaalde in het eerste en tweede lid van dit artikel;

  • 4.4

    De Wmo-adviesraad kan het college gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen over het gemeentelijk Wmo-beleid (reactief en proactief);

  • 4.5

    Het college vraagt de Wmo-adviesraad in ieder geval advies over de onderwerpen zoals omschreven in artikel 3.3 en 3.7;

  • 4.6

    Indien het college om advies vraagt, brengt de Wmo-adviesraad binnen zes wekeneen schriftelijk advies uit, wanneer dit door onvoorziene omstandigheden niet mogelijk is kan deze periode met een termijn van maximaal 4 weken worden verlengd;

  • 4.7

    Het advies van de Wmo-adviesraad wordt toegevoegd aan het voorstel dat het college aan de raad aanbiedt. Wanneer het college in een voorstel aan de raad afwijkt van het advies van de Wmo-adviesraad, wordt gemotiveerd aangegeven waarom van het advies van de Wmo-adviesraad is afgeweken;

  • 4.8

    Tussen het college, vertegenwoordigd door de portefeuillehouder Wmo, en de Wmo-adviesraad vindt minimaal drie keer per jaar een structureel overleg plaats, waarvoor beide partijen punten kunnen agenderen;

  • 4.9

    Van het overleg en de afspraken met de Wmo-adviesraad doet het college schriftelijk verslag aan de Wmo-adviesraad. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de Wmo-adviesraad gegeven adviezen is of wordt gedaan;

  • 4.10

    Door het college wordt een ambtelijk secretaris aangewezen ter ondersteuning van de werkzaamheden van de Wmo-adviesraad;

  • 4.11

    De Wmo-adviesraad stelt jaarlijks een activiteitenplan en een begroting op. Het activiteitenplan en de begroting dienen voor augustus van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de begroting betrekking heeft, te worden ingediend bij het college;

  • 4.12

    De samenwerking tussen de Wmo-adviesraad en het college wordt jaarlijks in overleg met elkaar geëvalueerd.

Artikel 5 - Samenstelling en benoeming

  • 5.1

    De Wmo-adviesraad bestaat uit een evenredige vertegenwoordiging van de verschillende vertegenwoordigers die onder de aandachtsgebieden (art 1) van de Wmo vallen, of plaatsvervangers daarvan;

  • 5.2

    De Wmo-adviesraad heeft een onafhankelijke voorzitter, die:

    • a.

      geen lid is van de Wmo-adviesraad;

    • b.

      geen stemrecht heeft;

    • c.

      geen raadslid of burgercommissielid is;

    • d.

      geen lid is van een andere door het college ingestelde advies- en / of bestuurscommissie;

    • e.

      niet beroepsmatig werkzaam is voor plaatselijke instellingen/organisaties met of zonder winstoogmerk op het terrein van de Wmo;

    • f.

      geen bezoldigde of onbezoldigde arbeidsrelatie heeft met de gemeente;

    • g.

      geworven wordt via het plaatsen van een advertentie. Uit de gegadigden kiezen de leden van de Wmo-adviesraad de voorzitter.

  • 5.3

    Het college benoemt op voordracht de leden en de voorzitter van de Wmo-adviesraad voor de periode van vier jaar, behalve in de eerste zittingsperiode. Het aftreden en benoemen van nieuwe leden wordt geregeld in het huishoudelijk reglement.

  • 5.4

    De Wmo-adviesraad wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan. (stemrecht wordt geregeld in het huishoudelijk reglement).

  • 5.5

    De leden van de Wmo-adviesraad en de onafhankelijke voorzitter zijn éénmaal herbenoembaar; een tussentijdse vacature wordt zo spoedig mogelijk vervuld.

  • 5.6

    Bij de vervulling van een tussentijdse vacature volgt de opvolger het aftreedschema van zijn / haar voorganger op.

  • 5.7

    Daar waar groepen burgers niet of nauwelijks vertegenwoordigd zijn wordt gezocht naar andere vormen van vertegenwoordiging of raadpleging.

  • 5.8

    Het lidmaatschap van de Wmo-adviesraad is niet verenigbaar met:

    • a.

      het lidmaatschap van de gemeenteraad en zijn commissies;

    • b.

      het lidmaatschap van een andere door het college ingestelde advies- en / of bestuurscommissie;

    • c.

      het beroepsmatig werkzaam zijn voor plaatselijke instellingen/organisaties met winstoogmerk op het terrein van de Wmo;

    • d.

      een bezoldigde of onbezoldigde arbeidsrelatie met de gemeente.

  • 5.9

    Het lidmaatschap eindigt:

    • -

      wanneer een zittend lid op jaarbasis meer dan de helft van het aantal bijeenkomsten verzuimt;

    • -

      bij overlijden;

    • -

      bij disfunctioneren;

    • -

      na twee termijnen.

  • 5.10

    Het college kan leden uit de Wmo-adviesraad ontslaan op basis van een gemotiveerd ingediend verzoek van de Wmo-adviesraad;

  • 5.11

    De leden van de Wmo-adviesraad hebben zitting op persoonlijke titel, zij adviseren zonder last of ruggespraak. De leden zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het integraal adviseren op alle negen aandachtsgebieden van de Wmo.

Artikel 6 - Huishoudelijk reglement

De Wmo-adviesraad stelt een huishoudelijk reglement vast. Hierin wordt in ieder

geval opgenomen:

  • a.

    de regels met betrekking tot de stemprocedure;

  • b.

    de regels met betrekking tot de besluitvorming;

  • c.

    het aantal vergaderingen;

  • d.

    het rooster van aftreden;

  • e.

    de consultatie van de achterban en doelgroepen.

Artikel 7 - Taken van de voorzitter en ambtelijk secretaris van de Wmo-adviesraad

  • 7.1

    De taken van de voorzitter zijn:

    • a.

      het voorbereiden van de agenda met de ambtelijk secretaris;

    • b.

      het vaststellen van de agenda;

    • c.

      het leiden van de vergadering en het geven van spreekrecht;

    • d.

      het optreden namens de Wmo-adviesraad.

  • 7.2

    De taken van de ambtelijk secretaris zijn:

    • a.

      het voorbereiden van de agenda en het tijdig (minimaal 10 werkdagen van tevoren) versturen van de agenda en bijbehorende stukken;

    • b.

      het maken van besluitenlijsten;

    • c.

      het volgen van en rapporteren over de voortgang en afhandeling van de uitgebrachte adviezen;

    • d.

      het schrijven van het concept jaarverslag en de concept adviezen;

    • e.

      het opstellen van een jaarlijks activiteitenplan.

    • f.

      het bewaken van het budget van de Wmo-adviesraad

    • g.

      het maken van het financieel jaarverslag

Artikel 8 - Klankbordgroep
  • 8.1

    De klankbordgroep heeft een signalerende functie en ondersteunende rol naar de Wmo- adviesraad;

  • 8.2

    De klankbordgroep bestaat uit ingezetenen en vertegenwoordigers van de verschillende belangenorganisaties c.q. raden van de doelgroepen van Wmo;

  • 8.3

    De klankbordgroep wijst uit haar midden een (waarnemend voorzitter) en notulist aan.

HOOFDSTUK 4 – FACILITEITEN EN MIDDELEN

Artikel 9 - Faciliteiten en middelen

  • 9.1

    Het college stelt aan de Wmo-adviesraad zodanige middelen ter beschikking dat de raad in staat kan worden geacht om haar taken in het kader van de uitvoering van deze verordening uit te voeren. Dit budget is bestemd voor het betalen van de kosten van:

    • a.

      vacatiegelden van de leden van de Wmo-adviesraad. De hoogte van het vacatiegeld wordt bepaald door het college en bedraagt bij de start van de Wmo-adviesraad een vergoeding op grond van artikel 26 lid 1 van de verordening Rechtspositie wethouders, raads-en commissieleden 2008;

    Uit deze vergoeding dienen kosten te worden betaald zoals:

    • ·

      privé gebruik computer

    • ·

      telefoonkosten

    • ·

      persoonlijk vervoer

    • ·

      kantoormiddelen

    • b.

      kosten voor deskundigheidsbevordering van de leden en de voorzitter;

    • c.

      kosten voor aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften;

    • d.

      kosten voor inschakelen van (professionele) ondersteuning; inhoudelijk en organisatorisch;

    • e.

      kosten voor overleg met en informeren en activeren van de achterban;

    • f.

      kosten voor voorlichting en public relations;

    • g.

      kosten speciale voorzieningen in verband met handicap (ringleiding, speciale leesvormen, doventolk);

    • h.

      overige kosten na expliciete toestemming van het college.

  • 9.2

    Naast het budget voor bovengenoemde kosten, stelt het college de volgende faciliteiten in natura ter beschikking aan de Wmo-adviesraad en klankbordgroep:

    • a.

      gebruik van vergaderruimten, inclusief koffie en thee;

    • b.

      advies over pr- en communicatievraagstukken;

    • c.

      incidenteel gebruik van de gemeentelijke reproafdeling;

    • d.

      postverwerking.

  • 9.3

    De faciliteiten worden jaarlijks op basis van het activiteitenplan en de begroting van de Wmo-adviesraad toegekend.

Artikel 10 - Jaarverslag

Jaarlijks voor 1 mei maakt de Wmo-adviesraad een verslag van de

werkzaamheden en een financiële verantwoording over het afgelopen jaar.

Artikel 11 - Evaluatie

Eén jaar na de inwerkingtreding van deze verordening, wordt de Wmo-adviesraad geëvalueerd. In de evaluatie wordt in ieder geval opgenomen:

  • a.

    het functioneren van de Wmo-adviesraad;

  • b.

    het functioneren van de Klankbordgroep Wmo;

  • c.

    het functioneren van de organisatiestructuur (Wmo-adviesraad versus Klankbordgroep);

  • d.

    het functioneren van de nog bestaande adviesraden;

Artikel 12 - Slotbepalingen

  • 12.1

    In alle gevallen waarin verordening niet voorziet met betrekking tot de Wmo beslist het college in overleg met de Wmo-adviesraad;

  • 12.2

    De verordening wordt aangehaald als “ Verordening Wmo-adviesraad Bergen”.

  • 12.3

    De verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

Bergen 23 juni 2009

De raad van de gemeente Bergen,

de griffier, de voorzitter,