Organisatie | Purmerend |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003 |
Citeertitel | Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | Openbare orde |
Artikel 32 is gewijzigd vóór inwerkingtreding van de regeling en wel bij besluit van 18-12-2003 (voorstelnr 03-101). Bekendmaking middels Gemeenteblad 2003,51.
1. Uitvoeringsbesluiten Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003
2. Uitvoeringsbesluit Algemene plaatselijke verordening Purmerend 2003
3. Inrichtingseisen prostitutiebedrijven Purmerend 2000
4. Gezondheids- en veiligheidseisen prostitutiebedrijven Purmerend 2000
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-06-2020 | artikel 29 en artt. 51b t/m 51i | 28-05-2020 | 1503916 | ||
11-02-2020 | 13-06-2020 | artt. 1, 29, 35e, 35f | 30-01-2020 | 1496803 | |
16-11-2019 | 11-02-2020 | Artikel 35d: Verbod lachgas | 31-10-2019 | 1475316 | |
10-07-2018 | 16-11-2019 | Nieuw artikel 35c, openlijk drugsgebruik | 28-06-2018 | 1408449 | |
17-11-2017 | 10-07-2018 | nieuw artikel 29a | 02-11-2017 | 1392577 | |
14-07-2017 | 17-11-2017 | Artt. 74 t/m 79a | 22-12-2016 | 1315193 | |
12-01-2017 | 14-07-2017 | Artt. 73 en 73a | 22-12-2016 | 1315193 | |
10-12-2016 | 12-01-2017 | Art. 66, lid 4 | 24-11-2016 | 1328375 | |
14-10-2016 | 12-01-2017 | Art. 14 lid 5 | 29-09-2016 | 1297408 | |
14-10-2016 | 10-12-2016 | Artt. 3 en 51a | 29-09-2016 | 1318233 | |
09-01-2016 | 14-10-2016 | Artt. 28a, 36a en 36b, 65, 82 | 17-12-2015 | 1182112 | |
14-02-2014 | 09-01-2016 | Art. 13 | 30-01-2014 Gemeenteblad 7469 | 1108975 | |
06-12-2013 | 14-02-2014 | Artt. 12, 111, 112, 113 | 28-11-2013 Gemeenteblad 2013, 52 | 1095993 | |
06-12-2013 | 06-12-2013 | Art. 23 (ordeverstoring) | 28-11-2013 Gemeenteblad 2013, 51 | 1085194 | |
11-10-2013 | 06-12-2013 | Art. 111 (vechtsportevenementen) | 26-09-2013 Gemeenteblad 2013, 32 | 1074959 | |
11-10-2013 | 11-10-2013 | Art. 39 (gevaarlijke honden) | 26-09-2013 Gemeenteblad 2013, 31 | 1091362 | |
05-07-2013 | 11-10-2013 | Art. 35b (verboden aanwezigheid op openbare plaatsen) | 27-06-2013 Gemeenteblad 2013, 25 | 1076300 | |
09-05-2013 | 05-07-2013 | Art. 51a (locaties voor cameratoezicht) | 25-04-2013 Gemeenteblad 2013, 17 | 1065643 | |
26-04-2013 | 09-05-2013 | Artt. 13, 14 en 15 | 31-01-2013 Gemeenteblad 2013, 15 | 1044917 | |
12-04-2013 | 26-04-2013 | wijziging art. 5. Vervallen Hoofdstuk 2, paragraaf 1. Toevoegen Hoofdstuk 5, Afdeling 7A Horecabedrijven. | 28-03-2013 Gemeenteblad 2013, 13 | 1061443 | |
15-10-2012 | 12-04-2013 | wijziging artt. 13, 15, 25, 32, 37, 66, 82, 83, 86, 87, 88, 90a, 91, 93, 94, 99 | 27-09-2012 Gemeenteblad 2012, 39 | 1048426 | |
09-07-2012 | 15-10-2012 | toegevoegd artt. 8a, 33, 35a, 36a, verwijderd artt. 101-108 | 28-06-2012 Gemeenteblad 2012, 27 en 28 | 1033923 en 642272 | |
02-01-2012 | 09-07-2012 | art. 12 | 22-12-2011 Gemeenteblad 2011, 68 | 637892 | |
01-01-2012 | 02-01-2012 | artt. 24, 28b, 54, 112 | 24-11-2011 Gemeenteblad 2011, 60 | 628763 | |
14-11-2011 | 01-01-2012 | art. 81 | 27-10-2011 Gemeenteblad 2011, 44 | 632536 | |
17-10-2011 | 14-11-2011 | artt. 13, 48, 77 en 116 | 29-09-2011 Gemeenteblad 2011, 38 | 624522 | |
13-06-2011 | 17-10-2011 | art. 23, art. 25 | 26-05-2011 Gemeenteblad 2011, 24 | 11-43 | |
01-11-2010 | 13-06-2011 | art. 28 | 21-10-2010 Gemeenteblad 2010, 46 | 10-63 |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan onder:
Artikel 5 Intrekking, schorsing of wijziging van vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing kan worden gewijzigd, geschorst of ingetrokken:
Voor zover sprake is van termijnen in uren, bepaald door terugrekening van een tijdstip of gebeurtenis, en deze eindigen op een vrijdag na 12.00 uur, een zaterdag, een zondag of een algemeen erkende feestdag, worden de termijnen geacht te eindigen om 12.00 uur op de voorgelegen dag, die geen zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.
AFDELING 1 Orde en veiligheid op de weg
Paragraaf 1 Bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 8 Samenscholing en ongeregeldheden
Een ieder die op of aan de weg aanwezig is bij enig voorval, waardoor er wanordelijkheden ontstaan of dreigen te ontstaan of bij een tot toeloop van publiek aanleiding gevende gebeurtenis, waardoor er wanordelijkheden ontstaan of dreigen te ontstaan dan wel zich bevindt in of aanwezig is bij een samenscholing, is verplicht op een daartoe strekkend bevel van een opsporingsambtenaar zijn weg te vervolgen of zich in de door hem aangewezen richting te verwijderen.
Artikel 8a Verblijfsontzegging
Het is degene aan wie door de burgemeester, in het belang van de openbare orde, een verblijfsontzegging is bekendgemaakt, verboden zich te bevinden op of aan de door de burgemeester in die verblijfsontzegging aangewezen wegen of plaatsen, gedurende de uren daarbij genoemd. Dit verbod geldt gedurende een in de verblijfsontzegging genoemde periode van ten hoogste twaalf (12) weken.
Paragraaf 2 Betogingen, samenkomsten en vergaderingen
Artikel 9 Kennisgeving betogingen, samenkomsten en vergaderingen op openbare plaatsen
Degene die het voornemen heeft op een openbare plaats een betoging, een samenkomst tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging of een vergadering te houden, moet daarvan voor de openbare aankondiging ervan en ten minste 48 uur voordat deze gehouden zal worden, schriftelijk kennis geven aan de burgemeester, met inachtneming van hetgeen in artikel 11 hierover is bepaald.
De burgemeester kan in bijzondere omstandigheden de in artikel 9, eerste lid, genoemde termijn van 48 uur verkorten en een mondelinge kennisgeving in behandeling nemen.
Paragraaf 4 Bruikbaarheid van de weg
Artikel 13 Voorwerpen of stoffen op, in, boven of over de weg
Het in het tweede lid bepaalde is niet van toepassing op:
de voorwerpen of stoffen, die noodzakelijkerwijze kortstondig op de weg gebracht worden in verband met laden of lossen ervan en mits degene die de werkzaamheden verricht of doet verrichten ervoor zorgt, dat onmiddellijk na het beëindigen daarvan, in elk geval voor zonsondergang, de voorwerpen of stoffen van de weg verwijderd zijn en de weg daarvan gereinigd is;
Het in het tweede lid bedoelde verbod is niet van toepassing op niet in de binnenstad gelegen gebieden voor zover er minimaal 10 werkdagen voor de aanvang van het plaatsen en/of aanbrengen van de voorwerpen, schriftelijk mededeling over is gedaan aan het college voor zover het betreft:
Het is verboden op, aan, over of boven de weg voorwerpen of stoffen waarop gedachten en gevoelens worden geopenbaard te plaatsen, aan te brengen, te doen aanbrengen of te hebben, indien deze door hun omvang of vormgeving, constructie of plaats van bevestiging schade toebrengen aan de weg, gevaar opleveren voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg.
Artikel 14 (Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg
Paragraaf 5 Veiligheid van de weg
Het is verboden zich zonder toestemming van de in het eerste lid bedoelde rechthebbende, met een winkelwagen op de weg te bevinden buiten de onmiddellijke omgeving van het bedrijf als bedoeld in het eerste lid, dan wel, indien het bedrijf gelegen is in een winkelcentrum, buiten de onmiddellijke omgeving van dat centrum.
Als onmiddellijke omgeving van het bedrijf of winkelcentrum wordt aangemerkt de weg of het weggedeelte, grenzende aan dat bedrijf of winkelcentrum en tevens een aan die weg of dat weggedeelte aansluitende parkeerplaats, zoals aangegeven op de bijlagen.
De rechthebbende als bedoeld in het eerste lid die winkelwagens ter beschikking stelt van het publiek, is verplicht er voor te zorgen dat in ieder geval de wagens, die zich in, dan wel binnen een straal van 200 meter van de onmiddellijke omgeving bevinden, na het winkelsluitingstijdstip niet onbeheerd op of langs de weg achterblijven.
Artikel 18 Hinderlijke beplanting of voorwerp
Het is verboden beplanting of een voorwerp aan te brengen of te hebben op zodanige wijze dat aan het wegverkeer het vrije uitzicht wordt belemmerd of daaraan op andere wijze hinder of gevaar oplevert.
Artikel 19 Openen straatkolken e.d.
Het is aan degene die daartoe niet bevoegd is verboden een straatkolk, rioolput, brandkraan of enigerlei andere afsluiting die behoort tot een openbare nutsvoorziening, te openen, onzichtbaar te maken of af te dekken.
Artikel 21 Voorzieningen voor verkeer en verlichting e.d.
De rechthebbende op een bouwwerk is verplicht toe te laten dat op of aan dat bouwwerk, vanwege en overeenkomstig de aanwijzingen van het college, voorwerpen, borden of voorzieningen ten behoeve van het openbaar verkeer, de openbare verlichting, de openbare orde en veiligheid, de stadsverwarming of de brandweer worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
Artikel 22 Verwijdering e.d. voorzieningen voor verkeer en verlichting e.d.
Het is aan degene die daartoe niet bevoegd is verboden een bord of een andere voorziening ten behoeve van het openbaar verkeer, de openbare verlichting, de openbare orde en veiligheid, de stadsverwarming of de brandweer te verwijderen, te wijzigen, te beschadigen, de werking ervan te beletten of te belemmeren.
AFDELING 2 Toezicht op openbare inrichtingen
Paragraaf 3 Toezicht op grow-, smart- en headshops
Artikel 28a Begripsomschrijvingen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
inrichting: een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin bedrijfsmatig, in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was of anders dan om niet, handelingen en werkzaamheden worden verricht die verband houden met dan wel inherent zijn aan het exploiteren van hetgeen in het maatschappelijk verkeer wordt aangeduid als smart- of headshop;
Onverminderd de bepalingen van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur wordt de vergunning geweigerd indien:
De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, veiligheid, zedelijkheid of gezondheid, of in geval van bijzondere omstandigheden, te zijner beoordeling, voor één of meer inrichtingen, tijdelijk andere dan de krachtens de Winkeltijdenwet geldende openingstijden vaststellen of al dan niet tijdelijke sluiting bevelen.
Onverminderd het bepaalde in artikel 28F en in artikel 13b van de Opiumwet sluit de burgemeester een inrichting al dan niet voor een bepaalde termijn indien de exploitant niet beschikt over een geldige exploitatievergunning.
Artikel 28h Aanwezigheid in gesloten inrichting
Het is verboden gedurende de tijd dat een inrichting ingevolge artikel 28F eerste lid, of krachtens een op grond van artikel 28F tweede lid dan wel artikel 28G genomen besluit voor bezoekers gesloten dient te zijn, een inrichting voor bezoekers geopend te hebben of daarin een of meer bezoekers toe te laten of te laten verblijven, of zich als bezoeker daarin te bevinden.
AFDELING 3 Maatregelen tegen overlast en baldadigheid
Artikel 29a Woonoverlast als bedoeld in artikel 151d Gemeentewet
Degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, of tegen betaling in gebruik geeft aan een persoon die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen is ingeschreven, draagt er zorg voor dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige en herhaaldelijke hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt.
Artikel 32 Vervoer inbrekerswerktuigen en geprepareerde tassen
Het is verboden op de weg of openbaar water te vervoeren of bij zich te hebben: lopers, valse sleutels, touwladders, lantaarns of enig ander gereedschap, voorwerp of middel, dat ertoe kan dienen zich onrechtmatig de toegang tot een gebouw of erf te verschaffen, onrechtmatig sluitingen te openen of te verbreken, diefstal door middel van braak te vergemakkelijken of het maken van sporen te voorkomen.
Artikel 35 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten
Het is verboden zich zonder redelijk doel of op een voor anderen hinderlijke wijze op te houden in of op een voor het publiek toegankelijk portaal, telefooncel, wachtlokaal voor een openbaar vervoermiddel, parkeergarage, rijwielstalling of een andere soortgelijke, voor het publiek toegankelijke ruimte, dan wel deze te verontreinigen dan wel te bezigen voor een ander doel dan waarvoor de desbetreffende ruimte is bestemd.
Artikel 35c Openlijk drugsgebruik
Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw middelen als bedoeld in de artikelen 2 of 3 van de Opiumwet of daarop gelijkende waar te gebruiken, toe te dienen, dan wel voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen voorhanden te hebben.
Het is verboden op of aan de weg, op een andere openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw of terrein op welke manier dan ook lachgas kennelijk bedoeld als drug te gebruiken, te bezitten en te verkopen als daardoor hinder ontstaat voor personen of de openbare orde en veiligheid in gevaar komt of het milieu belast wordt.
1. Het is verboden op openbare plaatsen of in voor het publiek opstaande gebouwen en daarbij behorende erven zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken zijn van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege
een werkzaamheid of doel in strijd met de openbare orde.
2. Het verbod geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.
Artikel 35f Sluiting van een voor publiek openstaand gebouw of erf
1. De burgemeester kan ter bescherming van de openbare orde en/of het woon- en leefklimaat, de sluiting bevelen van een voor publiek toegankelijk gebouw of een daarbij behorend erf als daar:
a. Zich binnen de inrichting gedragingen hebben voorgedaan zoals omschreven in artikel 36 van de Wet op de Kansspelen;
b. Door misdrijf verkregen zaken voorhanden, bewaard of verborgen zijn dan wel zijn verworven of overgedragen;
c. Wapens als bedoeld in artikel 2 van de Wet wapens en munitie aanwezig zijn waarvoor geen ontheffing, vergunning of verlof is verleend; of
d. Zich andere feiten of omstandigheden hebben voorgedaan die de vrees wettigen dat het geopend blijven van het gebouw, de inrichting of de ruimte ernstig gevaar oplevert voor de openbare orde en/of het woon- en leefklimaat.
2. Het in het eerste lid bepaalde geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door artikel 13b van de Opiumwet.
Artikel 36a Overlast van fiets of bromfiets op markt en kermisterrein e.d.
Het is verboden zich te bevinden met een fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel of deze te parkeren op de door het college of de burgemeester aangewezen uren en plaatsen waar een markt, kermis, uitvoering, bijeenkomst of plechtigheid gehouden wordt die publiek trekt, mits dit verbod kenbaar is gemaakt aan de bezoekers van het terrein.
Artikel 36b Parkeren van fiets of bromfiets
Het is verboden een fiets, bromfiets of vergelijkbaar vervoermiddel te parkeren als daardoor:
In het eerste lid wordt verstaan onder:
muilkorf: een muilkorf vervaardigd van stevige kunststof, of van stevig leer, of van beide stoffen, die door middel van een stevige leren riem rond de hals zodanig is aangebacht dat verwijdering zonder toedoen van de mens niet mogelijk is en die zodanig is ingericht dat de drager geen mens of dier kan bijten, dat de afgesloten ruimte binnen de korf een geringe opening van de bek toelaat en dat geen scherpe delen binnen de korf aanwezig zijn;
Artikel 40 (Geluid)hinder door dieren
Degene die de zorg heeft voor een dier, moet voorkomen dat dit voor een omwonende of overigens voor de omgeving (geluid)hinder veroorzaakt.
Artikel 41 Het houden van hinderlijke of schadelijke dieren
Het is verboden op een krachtens het eerste lid aangewezen plaats een daarbij aangeduid dier of daarbij aangeduide dieren aanwezig te hebben, dan wel aanwezig te hebben anders dan met inachtneming van de door het college gestelde regels, dan wel aanwezig te hebben in een groter aantal dan door het college is aangegeven.
Artikel 41a (Geluid)hinder door motorboten
Het is verboden in de wateren in beheer bij de gemeente te varen met een grotere snelheid dan 6 km per uur met een motorboot, waaronder ook begrepen worden vaartuigen met een buitenboordmotor en jetski's.
Artikel 42 Overige geluidhinder
Het verbod geldt niet, voor zover artikel 36, de op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften, de Wet geluidhinder, de Wegenverkeerswet 1994, de Zondagswet, het Wetboek van Strafrecht, de Luchtvaartwet, het Reglement verkeerstekens en verkeersregels 1994 of het Vuurwerkbesluit Wet gevaarlijke stoffen van toepassing zijn.
AFDELING 4 Bepalingen ter bestrijding van heling van zaken
Artikel 45 Voorschriften als bedoeld in artikel 437ter, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
De handelaar of een voor hem handelend persoon is verplicht:
wanneer hij overeenkomstig het bepaalde in artikel 437ter,tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de burgemeester of de door deze aangewezen ambtenaar er schriftelijk van in kennis stelt dat hij van het opkopen een beroep of gewoonte maakt, daarbij tevens schriftelijk opgave te doen van zijn woonadres en van het volledig adres van elke lokaliteit door hem ten behoeve van zijn onderneming in gebruik genomen;
de onder a. bedoelde functionaris onder aanbieding van zijn register(s) onverwijld doch in ieder geval binnen drie dagen, schriftelijk in kennis te stellen van een verandering van zijn woonadres, zomede van het adres of de adressen van een bij hem ten behoeve van zijn onderneming in gebruik zijnde lokaliteit;
Artikel 46 Vervreemding van door opkoop verkregen zaken
Het is de handelaar of een voor hem handelend persoon verboden enige door opkoop verkregen zaak gedurende de eerste drie dagen dat deze onder hem berust, over te dragen of daarin enige wijziging aan te brengen tenzij deze wijziging van geen invloed is op de herkenbaarheid van de zaak.
Artikel 47 Begripsomschrijving
In deze afdeling wordt verstaan onder consumentenvuurwerk: Consumentenvuurwerk waarop het Besluit van 22 januari 2002, houdende nieuwe regels met betrekking tot consumenten- en professioneel vuurwerk (Vuurwerkbesluit) van toepassing is.
Artikel 50 Drugshandel op straat
Onverminderd het bepaalde in de Opiumwet is het verboden op of aan de weg post te vatten of zich daar heen en weer te bewegen en zich op of aan wegen in of op een voertuig te bevinden of daarmee heen en weer of rond te rijden, met het kennelijke doel om middelen als bedoeld in artikel 2 en 3 van de Opiumwet, of daarop gelijkende waar, al dan niet tegen betaling af te leveren, aan te bieden of te verwerven, daarbij behulpzaam te zijn of daarin te bemiddelen.
AFDELING 7 Preventief fouilleren
Artikel 51 Veiligheidsrisicogebieden
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151b Gemeentewet bij verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbijbehorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied.
AFDELING 9 Tegengaan onveilig, niet leefbaar en malafide ondernemersklimaat.
Artikel 51c Aanwijzing gebouwen, straten, gebieden of bedrijfsmatige activiteiten
De burgemeester kan gebouwen, straten, gebieden, bedrijfsmatige activiteiten of een combinatie daarvan aanwijzen wanneer in of rondom dat gebouw, die straat, dat gebied of ten gevolge van die bedrijfsmatige activiteit de leefbaarheid, de openbare orde of veiligheid onder druk staat of aannemelijk is dat deze onder druk kan komen te staan of indien er signalen zijn van ondermijnende acitviteiten.
Onverminderd het bepaalde in artikel 3 wordt een vergunning als bedoeld in het eerste lid van artikel 51d geweigerd:
als de exploitant of een van de bedrijfsleiders van het bedrijf drie jaar voor de indiening van de vergunningaanvraag een bedrijf heeft geëxploiteerd of daar leiding aan heeft gegeven, dat wegens het aantasten van de openbare orde, aantasting van het woon- en leefklimaat gesloten is geweest of waarvoor de vergunning om die reden is ingetrokken; of
Artikel 51g Intrekking- en wijzigingsgronden
Voor aangewezen gebouwen, straten, gebieden waarbinnen reeds bedrijfsmatige activiteiten worden geëxploiteerd of voor aangewezen bedrijfsmatige activiteiten die op het tijdstip van aanwijzing reeds worden geëxploiteerd stelt de burgemeester een termijn vast waarop de vergunningplicht als bedoeld in artikel 51d in werking treedt.
Hoofdstuk 3 Seksinrichtingen, straatprostitutie e.d.
AFDELING 1 Begripsomschrijvingen en nadere regels
Artikel 52 Begripsomschrijvingen
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden.
Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
AFDELING 2 Seksinrichtingen, straatprostitutie e.d.
Artikel 55 Gedragseisen exploitant en beheerder
Naast de gestelde eisen in het eerste lid, zijn de exploitant en de beheerder niet:
binnen de laatste vijf jaar onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van zes maanden of meer door de rechter in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba, dan wel door een andere rechter wegens een misdrijf waarvoor naar Nederlands recht een bevel tot voorlopige hechtenis ingevolge artikel 67, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering is toegelaten;
binnen de laatste vijf jaar bij tenminste twee rechterlijke uitspraken onherroepelijk veroordeeld tot een onvoorwaardelijke geldboete van € 500,-- of meer of tot een andere hoofdstraf als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a van het Wetboek van Strafrecht, wegens dan wel mede wegens overtreding van:
1e. bepalingen gesteld bij of krachtens de Drank- en Horecawet, de Opiumwet, de Vreemdelingenwet en de Wet arbeid vreemdelingen;
2e. de artikelen 137c tot en met 137g, 140, 240b, 242 tot en met 249, 250a, 252, 300 tot en met 303, 416, 417, 417bis, 426, 429quater en 453 van het Wetboek van Strafrecht;
3e. de artikelen 8 en 162, derde lid, alsmede artikel 6 juncto artikel 8 of juncto artikel 163 van de Wegenverkeerswet 1994;
4e. de artikelen 1, onder a, b en d, 13, 14, 27 en 30b van de Wet op de kansspelen;
De exploitant of de beheerder is binnen de laatste vijf jaar geen exploitant of beheerder geweest van een seksinrichting of escortbedrijf die/dat voor ten minste vier weken door het bevoegde bestuursorgaan is gesloten, of waarvan de vergunning, bedoeld in artikel 54, eerste lid, is ingetrokken, tenzij aannemelijk is dat hem ter zake geen verwijt treft.
Artikel 60 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen e.d.
Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op het tentoonstellen, aanbieden of aanbrengen van goederen, opschriften, aankondigingen, gedrukte of geschreven stukken dan wel afbeeldingen, die dienen tot het openbaren van gedachten en gevoelens als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet.
AFDELING 4 Beëindiging exploitatie; wijziging beheer
Het beheer kan worden uitgeoefend door een nieuwe beheerder, indien het bevoegd bestuursorgaan op aanvraag van de exploitant heeft besloten de verleende vergunning overeenkomstig de wijziging in het beheer te wijzigen. Het bepaalde in artikel 61, eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing.
Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente
AFDELING 1 Geluid- en lichthinder
Artikel 65 Aanwijzing collectieve festiviteiten
In een aanwijzing als bedoeld in het eerste en tweede lid, kan het college bepalen dat de aanwijzing slechts geldt in een of meer van de volgende delen: Overwhere, Overwhere-Noord en Molenkoog, bedrijventerrein De Koog, bedrijventerrein De Baanstee, Wheermolen, Gors-Noord, Gors-Zuid, Purmer-Noord, Purmer-Zuid, Weidevenne en de binnenstad gelegen tussen de Where, Het Noord-Hollandsch Kanaal en ten westen van de spoorlijn.
Artikel 66 Kennisgeving incidentele festiviteiten
Het is een inrichting toegestaan maximaal 12 incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Activiteitenbesluit niet van toepassing zijn mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.
Het is een inrichting toegestaan maximaal 12 incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de lichtnormen als bedoeld in artikel 4.113 van het Activiteitenbesluit niet van toepassing zijn mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.
Artikel 67 Verboden incidentele festiviteiten
Het is verboden een incidentele festiviteit te organiseren, toe te laten, feitelijk te leiden of daaraan deel te nemen indien de burgemeester het organiseren van een incidentele festiviteit verboden heeft wanneer naar zijn oordeel de woon- en leefsituatie in de omgeving van de inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze wordt beïnvloed.
AFDELING 2 Bodem- weg en milieuverontreiniging
Artikel 68 Verontreiniging bij werkzaamheden op de weg
Indien bij het laden of lossen of vervoeren van stoffen of voorwerpen dan wel bij andere werkzaamheden de weg wordt verontreinigd, is degene die genoemde werkzaamheden verricht, alsmede, indien deze in opdracht handelt, zijn opdrachtgever verplicht:
indien de verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of voor beschadiging van het wegdek oplevert, de weg terstond na de beëindiging van de werkzaamheden of, indien deze langer dan een dag duren, elke dag terstond na beëindiging van de werkzaamheden op die dag, te reinigen of te doen reinigen.
Artikel 71 Natuurlijke behoefte doen
Het is verboden op of aan de weg zijn natuurlijke behoefte te doen buiten een daarvoor bestemde inrichting of plaats.
Artikel 72 Toestand van sloten en andere wateren en niet-openbare riolen en putten buiten gebouwen
Sloten en andere wateren en niet-openbare riolen en putten buiten gebouwen mogen zich niet bevinden in een toestand die gevaar oplevert voor de veiligheid, nadeel voor de gezondheid of hinder voor de gebruikers van de gebouwen of voor anderen.
AFDELING 3 Het bewaren van houtopstanden
Het college stelt een bomenlijst op en stelt de criteria vast op basis waarvan houtopstand wordt opgenomen op deze lijst.
Artikel 75 Herplant- en instandhoudingsplicht
Indien in strijd met artikel 74, eerste lid houtopstand zonder vergunning geveld is, kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevond dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen te herbeplanten overeenkomstig de door het college te geven aanwijzingen en binnen een door het college te stellen termijn.
Indien houtopstand die voorkomt op de bomenlijst als bedoeld in artikel 74, eerste lid, ernstig in het voortbestaan wordt bedreigd, kan het college aan de zakelijk gerechtigde van de grond waarop zich de houtopstand bevindt dan wel aan degene die uit andere hoofde tot het treffen van voorzieningen bevoegd is, de verplichting opleggen om overeenkomstig de door het college te geven aanwijzingen en binnen een door het college te stellen termijn, voorzieningen te treffen waardoor die bedreiging wordt weggenomen.
Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende door toepassing van artikel 74 of artikel 75, tweede lid en artikel 77 schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te komen en waarvan de vergoeding niet anderszins is verzekerd, kent het college hem op verzoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe.
Artikel 77 Bestrijding bomenziekte
Indien houtopstand naar het oordeel van het college gevaar oplevert voor verspreiding van een boomziekte of voor vermeerdering van de ziekteverspreiders, zoals insecten, is de zakelijk gerechtigde van de desbetreffende houtopstand of degene die uit andere hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen, indien hij daartoe door het college is aangeschreven, verplicht binnen de bij de aanschrijving aangegeven termijn en op een wijze zoals bepaald in de aanschrijving
AFDELING 4 Maatregelen tegen ontsiering, hinder en gevaar
Artikel 80 Ontsierende, hinderlijke of gevaarlijke reclames e.d.
In afwijking van het bepaalde in artikel 13 is het de rechthebbende op een onroerende zaak alsmede de hoofdgebruiker van die zaak verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag deze zaak of een daarop aanwezige zaak te gebruiken of het gebruik daarvan toe te laten voor het maken van handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf de weg of vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats zichtbaar is.
In afwijking van het bepaalde in artikel 13 is het verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag voor het maken van handelsreclame, aan bomen, palen, hekwerken, verkeerstekens e.d., zichtbaar vanaf de weg of een nadere voor het publiek toegankelijke plaats, opschriften, aankondigingen of afbeeldingen in welke vorm dan ook aan te brengen of te doen aanbrengen.
Het in het eerste, tweede en derde lid gestelde verbod geldt niet voor voorwerpen, opschriften, aankondigingen of afbeeldingen:
- openbare verkoping, aanbiedingen ter verkoop, verhuur of verpachting van een onroerende zaak, voor zolang zij feitelijke betekenis hebben;
- het beroep, de dienst, of het bedrijf dat in of op de onroerende zaak wordt uitgeoefend of waarvoor die zaak is bestemd, zomede op naamborden;
mits deze opschriften, aankondigingen of afbeeldingen gezamenlijk geen grotere oppervlakte hebben dan 0,50 m2 en geen van alle een grotere afmeting in een richting hebben dan 1 meter en mits deze opschriften, aankondigingen of afbeeldingen zijn aangebracht op of aan de onroerende zaak;
betrekking hebbend op de naam en/of aard van in uitvoering zijnde bouwwerken en/of op de namen van degenen die bij het ontwerp en/of de uitvoering van het bouwwerk betrokken zijn, mits deze opschriften, aankondigingen of afbeeldingen zijn aangebracht op borden bij of op de in uitvoering zijnde bouwwerken zelf en niet verlicht zijn, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben;
AFDELING 5 kamperen buiten kampeerterreinen
Artikel 80a begripsomschrijvingen
In deze afdeling wordt onder kampeermiddel verstaan:
Een onderkomen of voertuig waarvoor geen bouwvergunning in de zin van artikel 40 Woningwet is vereist, dat bestemd of opgericht is dan wel gebruikt wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding van de gemeente
Het is verboden een voertuig waarmee als gevolg van andere dan eenvoudig te verhelpen gebreken niet kan of mag worden gereden, langer dan drie opeenvolgende dagen op de weg te parkeren.
Artikel 89 Parkeren van uitzicht belemmerende voertuigen
Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter, op de weg te parkeren bij een voor bewoning of ander dagelijks gebruik bestemd gebouw op zodanige wijze dat daardoor het uitzicht van bewoners of gebruikers vanuit dat gebouw op hinderlijke wijze wordt belemmerd of hun anderszins hinder of overlast wordt aangedaan.
AFDELING 2 Collecteren, standplaatsen en snuffelmarkten
Artikel 91 Inzameling van geld of zaak
Onder een inzameling van geld of zaken, bedoeld in het eerste lid, wordt mede verstaan het bij het aanbieden van zaken, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of zaken, indien daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd.
Venters zijn verplicht gedurende de tijd dat zij zaken te koop aanbieden of verkopen, op een duidelijk zichtbare plaats aan hun verkoopgelegenheid een bord te hebben, dan wel bij het ontbreken van een dergelijke gelegenheid op hun kleding een badge te dragen, waarop duidelijk leesbaar hun voorletters, naam, adres en woonplaats zijn aangegeven.
Artikel 93 Standplaatsen; uitstallingen op de weg
Het is verboden gedrukte of geschreven stukken waarin gedachten of gevoelens worden geopenbaard als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Grondwet uit te stallen of uitgestald te hebben om deze te koop aan te bieden, te verkopen of te verstrekken aan het publiek, indien deze stukken door hun omvang, vormgeving of constructie schade toebrengen aan de weg, gevaar opleveren voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg.
Het college houdt de beslissing op een aanvraag voor een standplaatsvergunning aan, indien de aanvraag tevens een Wet-milieubeheerplichtige activiteit betreft en indien geen toepassing kan worden gegeven aan het vierde lid, tot de dag waarop de beslissing over de Wet milieubeheervergunningaanvraag is genomen.
Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester:
toe te laten, te bevorderen of er gelegenheid toe te geven, dat in of op een - al dan niet met enige beperking - voor publiek toegankelijk gebouw of plaats met een kraam, een tafel of enig ander dergelijk middel standplaats wordt of is ingenomen om zaken aan publiek aan te bieden, te verkopen of te verstrekken.
Het is verboden op enig terrein, geen weg zijnde, met een motorvoertuig of een bromfiets als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990 een wedstrijd dan wel, ter voorbereiding van een wedstrijd, een trainings- of proefrit te houden of te doen houden dan wel daaraan deel te nemen, dan wel een motorvoertuig of een bromfiets met het kennelijke doel daartoe aanwezig te hebben.
AFDELING 7 Naamgeving en nummering
Artikel 109 Gedoogplicht aanduidingen
Indien het college het nodig oordeelt dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straatnamen, daarbij behorende onderschriften daaronder begrepen, huisnummers en verwijsborden aan een bouwwerk, gebouw, muur, paal, schutting of een nader soort terreinafscheiding worden aangebracht, is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden overeenkomstig de aanwijzingen van het college worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
Paragraaf 1 Toezicht op horecabedrijven
Artikel 110b Exploitatievergunning horecabedrijf
De burgemeester kan de vergunning als bedoeld in het eerste lid geheel of gedeeltelijk weigeren indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de woon- en leefsituatie in de omgeving van het horecabedrijf of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de aanwezigheid van het horecabedrijf.
Bij de toepassing van de in het derde lid genoemde weigeringsgrond houdt de burgemeester rekening met het karakter van de straat en de wijk, waarin het horecabedrijf is gelegen of zal zijn gelegen, de aard van het horecabedrijf de spanning, waaraan het woonmilieu ter plaatse reeds blootstaat of bloot zal komen te staan door de exploitatie van het horecabedrijf.
Artikel 110d Afwijking sluitingstijden; tijdelijke sluiting
De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, veiligheid, zedelijkheid of gezondheid, of in geval van bijzondere omstandigheden, te zijner beoordeling, voor een of meer horecabedrijven tijdelijk andere dan krachtens artikel 110c geldende sluitingstijden vaststellen of tijdelijke sluiting bevelen.
Artikel 110e Het college als bevoegd orgaan
Indien een horecabedrijf als bedoeld in artikel 110a geen voor het publiek openstaand gebouw of bijbehorend erf is in de zin van artikel 174 van de Gemeentewet, treedt niet de burgemeester, maar het college op als bevoegd bestuursorgaan ten behoeve van artikelen 110b tot en met 110d.
Paragraaf 2 Paracommerciële inrichtingen
Artikel 110g Schenktijden paracommerciële inrichtingen
Paracommerciële rechtspersonen verstrekken in een paracommerciële inrichting uitsluitend alcoholhoudende drank gedurende de periode beginnende met één uur voor aanvang en eindigende met twee uur na beëindiging van activiteiten die passen binnen de statutaire doelomschrijving van de desbetreffende paracommerciële rechtspersoon.
AFDELING 8 Toezicht op grootschalige evenementen
Artikel 111 Begripsomschrijving
Artikel 112 Vergunning evenementen
Geen vergunning is vereist voor een eendaags evenement met een lokale uitstraling, zoals een straatfeest, buurtbarbecue of een daarmee gelijk te stellen evenement in de openlucht, mits:
met betrekking tot het plaatsen van objecten op de openbare weg/grond;
1. slechts kleine objecten worden geplaatst van minder dan 25m2 en totaal objecten tezamen 50m2;
2. een strook van de weg van tenminste 3,5 meter obstakelvrij wordt gehouden voor hulpdiensten;
3. er geen tent geplaatst wordt waarvoor een gebruiksvergunning is vereist.
Hoofdstuk 6 Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de verordening, waaronder begrepen wordt het vigerende Horecaconvenant Purmerend, zijn belast: de ambtenaren van de regiopolitie, de gemeentelijke brandweer, team Toezicht en Handhaving van de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving.
Artikel 117 Binnentreden woning
Zij die belast zijn met het toezicht op de naleving of de opsporing van een overtreding bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften welke strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden van een woning zonder toestemming van de bewoner.
Vergunningen en ontheffingen -hoe ook genaamd- verleend krachtens verordening bedoeld in artikel 118, tweede lid, blijven -indien en voor zover het gebod of verbod waarop de vergunning betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening- van kracht tot de termijn waarvoor zij werden gegeven, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.
Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens verordening bedoeld in artikel 118, tweede lid, blijven -indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening- van kracht tot de termijn waarvoor zij zijn opgelegd, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing -hoe ook genaamd- op grond van de verordening bedoeld in artikel 118, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van de inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige verordening toegepast.
Op een aanhangig beroep- of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffing, bedoeld in het eerste lid, dan wel een voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat voor of na het tijdstip bedoeld in artikel 118, eerste lid, is ingediend binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld in artikel 118, tweede lid.
Het bepaalde in artikel 115 is, voor zover het betreft handelingen en/of activiteiten, waarvoor eerst krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is vereist, niet van toepassing op degene die binnen veertien weken na de inwerkingtreding van deze verordening de desbetreffende vergunning of ontheffing heeft aangevraagd zulks totdat onherroepelijk op deze aanvraag is beslist.
De intrekking van de verordening als bedoeld in artikel 118, tweede lid, heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels, beleidsregels en aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 4 Voorschriften en beperkingen
Artikel 5 Intrekking, schorsing of wijziging van vergunning of ontheffing
Artikel 7 Tijdsduur vergunning of ontheffing
AFDELING 1 Orde en veiligheid op de weg
Paragraaf 1 Bestrijding van ongeregeldheden
Artikel 8 Samenscholing en ongeregeldheden
Artikel 8a Verblijfsontzegging
Paragraaf 2 Betogingen, samenkomsten en vergaderingen
Artikel 9 Kennisgeving betogingen, samenkomsten en vergaderingen op openbare plaatsen
Artikel 11 Te verstrekken gegevens
Paragraaf 3 Vertoningen e.d. op de weg
Artikel 12 Voorwerpen Feest, muziek, wedstrijden en optochten e.d.
Paragraaf 4 Bruikbaarheid van de weg
Artikel 13 Voorwerpen of stoffen op, in, boven of over de weg
Artikel 14 (Omgevings)vergunning voor het aanleggen, beschadigen en veranderen van een weg
Artikel 15 Maken en veranderen van een uitweg
Paragraaf 5 Veiligheid van de weg
Artikel 16 Bestrijding gladheid
Artikel 18 Hinderlijke beplanting of voorwerp
Artikel 19 Openen straatkolken e.d.
Artikel 20 Gevaarlijk of hinderlijk voorwerp
Artikel 21 Voorzieningen voor verkeer en verlichting e.d.
Artikel 22 Verwijdering e.d. voorzieningen voor verkeer en verlichting e.d.
AFDELING 2 Toezicht op openbare inrichtingen
Paragraaf 1 Toezicht op horecabedrijven
Paragraaf 2 Toezicht op speelgelegenheden
Paragraaf 3 Toezicht op grow-, smart- en headshops
Artikel 28a Begripsomschrijvingen
Artikel 28e Intrekking vergunning
Artikel 28h Aanwezigheid in gesloten inrichting
AFDELING 3 Maatregelen tegen overlast en baldadigheid
Artikel 29 Betreden gesloten woning of lokaal
Artikel 31 Vervoer van plakgereedschap e.d.
Artikel 32 Vervoer inbrekerswerktuigen en geprepareerde tassen
Artikel 33 Verboden drankgebruik
Artikel 34 Hinderlijk gedrag bij of in gebouwen
Artikel 35 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten
Artikel 35a Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen
Artikel 35b Verboden aanwezigheid op openbare plaatsen
Artikel 35c Openlijk drugsgebruik
Artikel 36a Overlast van fiets of bromfiets op markt en kermisterrein e.d.
Artikel 36b Parkeren van fiets of bromfiets
Artikel 38 Verontreiniging door honden
Artikel 38a Verontreiniging door rij-, last-, en trekdieren:
Artikel 40 (Geluid)hinder door dieren
Artikel 41 Het houden van hinderlijke of schadelijke dieren
Artikel 41a (Geluid)hinder door motorboten
Artikel 42 Overige geluidhinder
AFDELING 4 Bepalingen ter bestrijding van heling van zaken
Artikel 43 Begripsomschrijvingen
Artikel 44 Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister
Artikel 45 Voorschriften als bedoeld in artikel 437ter, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
Artikel 46 Vervreemding van door opkoop verkregen zaken
Artikel 47 Begripsomschrijving
Artikel 48 Ter beschikking stellen van consumentenvuurwerk tijdens verkoopdagen
Artikel 49 Bezigen van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling
Artikel 49a Verbod carbid te schieten
Artikel 49b Vervoer van carbid
Artikel 50 Drugshandel op straat
AFDELING 7 Preventief fouilleren
Artikel 51 Veiligheidsrisicogebieden
Artikel 51a Locaties voor cameratoezicht
Hoofdstuk 3 Seksinrichtingen, straatprostitutie e.d.
AFDELING 1 Begripsomschrijvingen en nadere regels
Artikel 52 Begripsomschrijvingen
AFDELING 2 Seksinrichtingen, straatprostitutie e.d.
Artikel 55 Gedragseisen exploitant en beheerder
Artikel 57 Tijdelijke afwijking sluitingsuur; (tijdelijke) sluiting
Artikel 58 Aanwezigheid van en toezicht door exploitant en beheerder
Artikel 60 Tentoonstellen, aanbieden en aanbrengen van erotisch-pornografische goederen, afbeeldingen e.d.
AFDELING 4 Beëindiging exploitatie; wijziging beheer
Artikel 62 Beëindiging exploitatie
Hoofdstuk 4 Bescherming van het milieu en het natuurschoon en zorg voor het uiterlijk aanzien van de gemeente
AFDELING 1 Geluid- en lichthinder
Artikel 64 Begripsomschrijvingen
Artikel 65 Aanwijzing collectieve festiviteiten
Artikel 66 Kennisgeving incidentele festiviteiten
Artikel 67 Verboden incidentele festiviteiten
AFDELING 2 Bodem- weg en milieuverontreiniging
Artikel 68 Verontreiniging bij werkzaamheden op de weg
Artikel 69 Afvalbakken in/bij inrichtingen voor het verbruik van eet- en drinkwaren
Artikel 70 Wegwerpen van reclame- of strooibiljetten
Artikel 71 Natuurlijke behoefte doen
Artikel 72 Toestand van sloten en andere wateren en niet-openbare riolen en putten buiten gebouwen
AFDELING 3 Het bewaren van houtopstanden
Artikel 73 Begripsomschrijvingen
Artikel 74 Omgevingsvergunning voor het vellen van houtopstanden
Artikel 75 Aanvraag vergunning
Artikel 77 Bijzonder vergunningsvoorschrift
Artikel 79 Bestrijding iepziekte
Artikel 79a Bestrijding van de Watermerkziekte
AFDELING 4 Maatregelen tegen ontsiering, hinder en gevaar
Artikel 80 Ontsierende, hinderlijke of gevaarlijke reclames e.d.
AFDELING 5 kamperen buiten kampeerterreinen
Artikel 80a begripsomschrijvingen
Artikel 80b Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen
Artikel 80c Aanwijzing kampeerplaatsen
Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding van de gemeente
Artikel 81 Begripsomschrijvingen
Artikel 82 Parkeren van voertuigen van autobedrijf e.d.
Artikel 83 Te koop aanbieden van voertuigen
Artikel 87 Parkeren van reclamevoertuigen
Artikel 88 Parkeren van grote voertuigen
Artikel 89 Parkeren van uitzicht belemmerende voertuigen
Artikel 90 Parkeren van voertuigen met stankverspreidende stoffen
Artikel 90 a Aantasting groenvoorzieningen door voertuigen en paarden
AFDELING 2 Collecteren, standplaatsen en snuffelmarkten
Artikel 91 Inzameling van geld of zaak
Artikel 93 Standplaatsen; uitstallingen op de weg
Artikel 95 Ligplaats woonschepen
Artikel 96 Ligplaats overige vaartuigen
AFDELING 5 Verbod vuur te stoken
Artikel 99 Verbod vuur te stoken
Artikel 100 Rookverbod in bossen
Artikel 101 Begripsomschrijving
Artikel 102 Openstelling begraafplaatsen
Artikel 103 Tijden van begraven en cremeren
Artikel 104 Vergunning grafbedekking
Artikel 105 Onderhoud door de rechthebbende
Artikel 106 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Artikel 108 Hinder of overlast
AFDELING 7 Naamgeving en nummering
Artikel 109 Gedoogplicht aanduidingen
Artikel 110 Verwijdering e.d. aanduidingen
Paragraaf 1 Toezicht op horecabedrijven
Artikel 110a Begripsomschrijvingen
Artikel 110b Exploitatievergunning horecabedrijf
Artikel 110c Sluitingstijden en leeftijdsgrens
Artikel 110d Afwijking sluitingstijden; tijdelijke sluiting
Artikel 110e Het college als bevoegd orgaan
Paragraaf 2 Paracommerciële inrichtingen
Artikel 110f Begripsbepalingen
Artikel 110g Schenktijden paracommerciële inrichtingen
Artikel 110h Bijeenkomsten in paracommerciële inrichtingen
AFDELING 8 Toezicht op grootschalige evenementen
Artikel 111 Begripsomschrijving
Artikel 112 Vergunning evenementen
Artikel 113 Aanmelding evenementen
Artikel 114 Plaatsen van woonvoertuigen
Hoofdstuk 6 Straf-, overgangs- en slotbepalingen