Organisatie | Deventer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en Wet Investeren in Jongeren |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en Wet Investeren in Jongeren |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | 12.11 |
Bij raadsbesluit van 22 december 2010 is besloten de Verordening cliëntparticipatie Wet werk en bijstand 2004 te wijzigen met het oog op de participatie van jongeren op grond van de Wet Investeren in Jongeren. Daarmee is ook de citeertitel veranderd in Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand en Wet Investeren in Jongeren.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | Onbekend | 22-12-2010 Gemeenteblad, 23-12-2010 | Onbekend | ||
01-09-2004 | 01-01-2011 | Onbekend | 28-06-2004 Gemeenteblad, 2004-07-14 | Onbekend |
De raad van de gemeente Deventer,
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 30 november 2010, nummer 457402, eenheid Stadhuis, en gelezen het advies van 13 september 2010 van de clientenraad Deventer]
gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet en artikel 12, eerste lid en onderdeel d van de Wet Investeren In Jongeren.
Overwegende, dat het noodzakelijk is de wijze waarop jongeren betrokken worden bij de uitvoering van de Wet investeren in jongeren, bij verordening te regelen.
Vast te stellen de volgende Verordening tot wijziging van de Verordening cliëntenparticipatie Wet Werk en Bijstand 2004
Artikel 5. Vorm, procedure en gebruik adviesrecht
De adviezen worden schriftelijk uitgebracht en zijn met redenen omkleed. Met betrekking tot in artikel 4 genoemde onderwerpen wordt aan de Cliëntenraad een advies gevraagd over een door het college van burgemeester en wethouders genomen voorlopig besluit. Het college van burgemeester en wethouders kan in de fase van voorbereiding van een dergelijk besluit aan de Cliëntenraad een advies vragen over de probleemstelling en de agendavorming. Voorts kan de Cliëntenraad om informatie worden gevraagd.
Artikel 6. Inroepen externe deskundigheid
De Cliëntenraad is bevoegd deskundigen uit te nodigen en te horen.
De Cliëntenraad beraadslaagt en besluit niet indien minder dan de helft van de leden, de voorzitter daaronder begrepen, aanwezig is. De Cliëntenraad besluit bij gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen beslist de voorzitter. De minderheid kan vorderen, dat uit het advies het afwijkende standpunt blijkt.
Artikel 10. Subsidie Cliëntenraad
Het college van burgemeester en wethouders verstrekt jaarlijks subsidie ten behoeve van de Cliëntenraad.
Tezamen met de reïntegratieverordening, de afstemmingsverordening, de toeslagenverordening en de handhavingsverordening, geeft de cliëntenparticipatieverordening invulling aan de invulling van de lokale beleidsruimte die de wetgever aan de gemeente heeft gegeven met de nieuwe wet Werk en Bijstand.
De wetgever legt in artikel 47 gemeente de taak op cliëntenparticipatie in het kader van de Wet werk en bijstand te regelen en in een verordening vast te leggen. Reeds voorafgaand aan de WWB heeft de gemeente Deventer voldaan aan die verplichting door in de raadsvergadering van 25 februari 2002 de verordening op de klientenadviesraad vast te stellen, die in werking trad op 1 april 2002.
De Wet Werk en Bijstand gaat in essentie over de welvaart en het welzijn van individuele burgers. Vanuit die optiek is het van groot belang de taakinvulling en dienstverlening ingevolge die wet doelgericht en respectvol in te richten op een wijze die recht doet aan de ermee beoogde doelstellingen.
De gemeente is als uitvoerder in medebewind in belangrijke mate verantwoordelijk voor de effecten en belevingen van de WWB. In de inrichting van haar beleid dienaangaande, doet zij er verstandig aan daarbij de meningen, ervaringen en expertise van de doelgroep van deze wet te betrekken.
Deze opvatting is voor de gemeente Deventer niet nieuw. Al meer dan 10 jaar initieert zij het betrekken van cliënten bij haar bijstandsbeleid, onder andere door het mogelijk maken en ondersteunen van de Kliëntenraad Deventer, alsmede (van meer recente datum) door het periodieke klanttevredenheids-onderzoek en de oprichting van het Breed Overleg Armoedebestrijding (BOA). De gemeente Deventer hecht er waarde aan om vanuit een zo breed mogelijk perspectief geïnformeerd en geadviseerd te worden over de vormgeving van haar bijstandsbeleid.
De Kliëntenraad ontvangt een jaarlijkse subsidie van € 12.545,--. Deze subsidie is flink hoger dan de standaard vergoeding voor adviesraden. De oorzaak hiervoor is gelegen in het feit dat de Klientenraad al gedurende meer dan tien jaar een subsidie ontvangt voor de uitvoering van haar taken. Die taken gaan verder dan uitsluitend het leveren van gevraagde en ongevraagde adviezen. De Klientenraad in Deventer heeft een ondersteunende en voorlichtende functie naar cliënten van de sector Sociale Voorzieningen en andere Deventer minima. De Klientenraad moet voor een goede taakuitoefening beschikken over onder andere eigen huisvesting, kantoorvoorzieningen en communicatiemiddelen. De subsidie aan de Klientenraad is per 2002 toegekend per beschikking. Sinds dat jaar wordt de hoogte van de subsidie jaarlijks opnieuw vastgesteld op basis van het algemeen CBS indexcijfer.
Evenals bij de Toeslagenverordening WWB 2004, kan ook voor de WWB-verplichting tot een verordening op de cliëntenparticipatie worden teruggevallen op een begin 2002 door de gemeenteraad vastgestelde verordening. In overleg met de Kliëntenraad Deventer is dan ook voor de ingevolge de WWB voorgeschreven cliëntenparticipatieverordening aangesloten op de reeds bestaande “verordening op de kliëntenadviesraad”.
Omdat inmiddels ook het klanttevredenheidsonderzoek een gewaardeerd en waardevol instrument in de cliëntenparticipatie is gebleken, menen we middels de WWB-verordening ook dit beleidsbeïnvloedende instrument te moeten codificeren. Voor het vastleggen van andere vormen van cliënten-participatie, zoals bijvoorbeeld het Breed Overleg Armoedebestrijding (bestaande uit semi-professionele belangenbehar-tigingsorganisaties), is niet geopteerd. Enerzijds omdat de continuïteit van dergelijke vormen onvoldoende gegarandeerd kan worden, anderzijds omdat dergelijke overlegvormen niet geschikt zijn als overall-adviesraad, maar veelal betrekking hebben op een onderdeel van het bijstandsbeleid.
Voor deze cliëntenparticipatieverordening WWB 2004 is dus voortgeborduurd op de reeds bestaande verordening op de kliëntenadviesraad (welke overigens met de inwerkingtreding van deze verordening zal worden ingetrokken). Door de tekst en inhoud van de verordening op de kliëntenadviesraad zoveel mogelijk over te nemen wordt nagestreefd deze verordening zoveel mogelijk overeen te laten blijven komen met de overige gemeentelijke verordeningen op (andere) adviesraden.
In artikel 12, eerste lid, onderdeel d van de Wet Investeren In Jongeren (WIJ) is vastgelegd dat de gemeenteraad bij verordening regels moet stellen over de wijze waarop jongeren, of hun vertegen-woordigers worden betrokken bij de uitvoering van de wet. In artikel 12, tweede lid Wij is daaraan toegevoegd dat de regels in ieder geval betrekking hebben op de wijze waarop
Artikel 12 Wij is op het punt van de cliëntenparticipatie qua strekking identiek aan artikel 47 WWB. Krachtens dat artikel dient iedere gemeente een verordening vast te stellen m.b.t. cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Veel gemeenten hebben die verordeningsplicht aangegrepen om cliënten-participatie een breder bereik te geven en een lokale cliëntenraad in te stellen die het college naast advisering over de uitvoering van de WWB ook adviseert over aanpalende regelingen. In de doelstelling van de Cliëntenraad is hiervoor nu ook gekozen (zie artikel 1).
Het ligt voor de hand bij de vormgeving van cliëntenparticipatie in het kader van de WIJ aansluiting te zoeken bij de reeds geregelde en bestaande cliëntenparticipatie in het kader van de WWB. Diverse argumenten pleiten daarvoor:
Met betrekking tot de samenstelling van en vertegenwoordiging door de cliëntenraad zijn verschillende opties denkbaar:
in de cliëntenraad worden één of meer ‘zetels’ gereserveerd voor jongeren. Dat zal meestal tot een aanpassing van de verordening cliëntenparticipatie WWB moeten leiden. Het is denkbaar dat de raad met die zetels uitgebreid wordt. Het is ook denkbaar dat het aantal zetels gelijk blijft. Dat gaat dan ten koste van het aantal zetels voor bijstandsgerechtigden.
In overleg met de cliëntenraad is om praktische redenen voor optie 1 gekozen. Wel is geregeld dat een of meerdere leden expliciet worden belast met de vertegenwoordiging van de jongeren (artikel 3, lid 2).
Verder is verzoek van de cliëntenraad in artikel 3 een lid opgenomen waarbij de cliëntenraad aan de gemeente kan vragen behulpzaam te zijn bij het aantrekken van geschikte leden van de cliëntenraad. Tot slot is artikel 9 aangepast aan de terminologie van de huidige gemeentelijke organisatie.