Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Brabant

Beleidsregel verontreinigde waterbodems de Kempen Noord-Brabant

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Brabant
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingBeleidsregel verontreinigde waterbodems de Kempen Noord-Brabant
CiteertitelBeleidsregel verontreinigde waterbodems de Kempen Noord-Brabant
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerpbodem

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet bodembescherming, art. 28
  2. Wet bodembescherming, art. 37
  3. Wet bodembescherming, art. 38
  4. Wet bodembescherming, art. 39
  5. Wet bodembescherming, art. 63d
  6. Wet bodembescherming, art. 63e
  7. Wet bodembescherming, art. 63f
  8. Wet bodembescherming, art. 63g
  9. Wet bodembescherming, art. 63h
  10. Wet bodembescherming, art. 63i
  11. Wet bodembescherming, art. 63j

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-05-200709-04-2020nieuwe regeling

01-05-2007

Provinciaal Blad, 2007, 76

1291716

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel verontreinigde waterbodems de Kempen Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

Gelet op artikel 28,37, 38, 39 en 63d t/m j van de Wet bodembescherming;

Overwegende dat in het Meerjarenprogramma Actief Bodembeheer de Kempen 2005-2009 van 5 juli 2005, alsmede de besluiten van gedeputeerde staten van 10 februari 2004, nr. 972886 en 25 november 2003, nr. 972886, diverse uitgangspunten voor een gebiedsgerichte benadering zijn vastgesteld.

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    projectgebied Actief Bodembeheer de Kempen (ABdK): Brabants deel van het projectgebied de Kempen, omvattend de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Boxtel, Cranendonck, Deurne, Eindhoven, Eersel, Hilvarenbeek, Heeze-Leende, Someren, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek, Geldrop-Mierlo, Nuenen c.a., Waalre, Valkenswaard, Veldhoven, Reusel- De Mierden, Oirschot, Oisterwijk, Son en Breugel,Veghel, Sint-Oedenrode, Sint-Michielsgestel en Vught;

  • c.

    herverontreinigingsniveau: niveau dat behoort bij het slib dat na de uitvoering van de werkzaamheden opnieuw bezinkt;

  • d.

    watersysteem: kader gevormd door het waterhuishoudkundige systeem met zijn relevante omgeving, waarvan de begrenzing mede afhankelijk is van de functionele samenhangen waarop men de aandacht richt;

  • e.

    waterbodem: bodem die zich binnen het watersysteem bevindt;

  • f.

    interprovinciaal waterbodembeleid de Kempen: beleid zoals vastgelegd in de beleidsnotitie “Interprovinciaal waterbodembeleid in de Kempen”, zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 25 november 2003;

  • g.

    waterbodembeheerplan: plan waarin voor ( een begrensd deel van) een stroomgebied de visie over de aanpak van de aldaar aanwezige waterbodemverontreiniging is verwoord.

Artikel 2 Gevalsafbakening

De verontreiniging van de waterbodems in het projectgebied de Kempen geldt niet als één geval van (bodem)verontreiniging.

Artikel 3 Begrenzingen

Het interprovinciaal waterbodembeleid de Kempen geldt

  • a.

    voor het aanpakken van de verontreinigde waterbodems binnen het projectgebied de Kempen;

  • b.

    alleen voor verontreinigingen die toe te schrijven zijn aan de zinkertsverwerkende industrie in de Kempen. Het gaat hierbij om de stoffen cadmium, zink, lood en arseen;

  • c.

    ook indien de waterbodem, naast een verontreiniging met de aan de zinkertsverwerkende industrie gerelateerde stoffen, verontreinigd is met stoffen die niet zijn toe te schrijven aan de historische zinkertsverwerkende industrie in de Kempen;

  • d.

    ook voor locaties die in de huidige situatie (nog) niet behoren tot het watersysteem, maar die na een herinrichtingsproject wél tot het watersysteem gaan behoren;

  • e.

    voor alle projecten die binnen het watersysteem in het projectgebied de Kempen worden uitgevoerd;

  • f.

    voor onderhoudsbaggerwerken in de Kempen;

  • g.

    voor de aanleg en het onderhoud van zandvangen/retentiebekkens.

Artikel 4 Waterbodembeheerplan

Een waterbodembeheerplan

  • a.

    is nodig om het interprovinciaal waterbodembeleid de Kempen te operationaliseren voor een watersysteem;

  • b.

    onderbouwt het herverontreinigingsniveau, dat binnen het interprovinciaal waterbodembeleid de Kempen als basisdoelstelling geldt voor de waterbodem;

  • c.

    legt het herverontreinigingsniveau vast;

  • d.

    wordt opgesteld door de waterkwaliteitsbeheerder, zijnde het waterschap;

  • e.

    geldt voor Gedeputeerde Staten als toetsingskader voor het beoordelen van waterbodemsaneringsplannen.

Artikel 5 Herverontreinigingsniveau

Bij het bepalen van het herverontreinigingsniveau moet gebruik gemaakt worden van de best beschikbare middelen zonder hierbij de aspecten tijd, geld en kwaliteit uit het oog te verliezen.

Artikel 6 Stand-still beginsel

Binnen het interprovinciaal waterbodembeleid de Kempen wordt het stand-still beginsel op gebiedsniveau gehanteerd.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 8 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel verontreinigde waterbodems de Kempen Noord-Brabant.

's-Hertogenbosch, 1 mei 2007

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter J.R.H. Maij-Weggen

de secretaris drs. W.G.H.M. Rutten

 

Nummer: 1291739

Uitgegeven, 30 mei 2007

De secretaris van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

drs. W.G.H.M. Rutten