Organisatie | Brummen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen. |
Citeertitel | Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werk-zaamheden van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-01-1994 | 23-02-2013 | Onbekend | 25-01-1994 Onbekend | Onbekend |
PARAGRAAF 1. TIJD VAN VERGADEREN; VOORBEREIDINGEN
a. A-stukken zijn die stukken die door de portefeuillehouder worden afgedaan.
b. B-stukken zijn die stukken die op paraaf in de dagmap worden afgedaan. Voor de afdoening is nodig de paraaf van de portefeuillehouder en van ten minste een ander college-lid.
c. C-stukken zijn die stukken die in de vergadering worden behandeld. Zij ontstaan uit B-stukken, waarop door een college-lid of de secretaris wordt aangetekend dat het stuk bespreking behoeft. Indien door de behandelende afdeling wordt aangegeven date en stuk bespreking behoeft, wordt dat stuk automatisch een C-stuk.
Spoedeisende stukken die worden aangeleverd nadat de agenda is opgemaakt, kunnen door de portefeuillehouder onder diens verantwoording ter bespreking worden voorgelegd. Het college beslist of over deze stukken wordt beraadslaagd en besloten, danwel dat de stukken naar de volgende reguliere vergadering worden verwezen.
PARAGRAAF 2. ORDE DER VERGADERING
Indien een lid niet aanwezig kan zijn bij een vergadering, dient hij dit te melden aan de voorzitter dan wel de secretaris.
Artikel 8 Minderheidsstandpunt
Een minderheidsstandpunt wordt in de besluitvorming vermeld indien een of meer leden dit wensen.
N.B.: zaken als waarneming en mandatering binnen het college kunnen te zijner tijd in een college-statuut worden opgenomen.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders d.d. 25 januari 1994.