Organisatie | Leiden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels 3 oktoberviering |
Citeertitel | Beleidsregels 3 oktoberviering |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Overzicht calamiteitenroutes per 20-9-2011 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-09-2011 | 14-07-2012 | Bijlage 2 | 20-09-2011 Stadsblad, 23 september 2011 | BBnr. 11.057 | |
08-03-2011 | 18-03-2011 | Onbekend | 08-03-2011 Onbekend | B&W 11.0221 BBnr. 11.012 |
Artikel 1. Voorrangsrecht 3 October Vereeniging
De hier bedoelde openbare weg ten behoeve van de standaardviering bestaat uit de straten, wegen, pleinen en grachten die zijn opgenomen in het convenant met 3 October Vereeniging, alsmede voor extra locaties van de openbare weg ten behoeve van de viering niet behorend tot het gebied van de standaardviering.
Muziekpodia en/of geluidbronnen mogen niet op een zodanige afstand van elkaar geplaatst worden dat metingen van de toegestane geluidsnormen van een podium niet meer betrouwbaar zijn. Daartoe wordt gemeten op korte afstand voor de boxen, waarbij de geluidnorm op de gevel wordt omgerekend naar de meetplaats voor de boxen. Dat betekent dat muziekpodia of geluidsbronnen op minimaal 35 meter van elkaar geplaatst dienen te zijn.
De Burgemeester kan nadere voorschriften stellen met betrekking tot de richting van geluidinstallaties, de situering van podia, de locatie van meetpunten en dergelijke zodat een correcte meting van de geluidsnorm is gewaarborgd.
Een tweede argument voor deze afstandnorm naast het mogelijk maken van betrouwbare metingen is dat daardoor het gecumuleerde geluidniveau minder hoog wordt.. In de te verlenen vergunning wordt aangegeven waar en hoe de geluidsbelasting zal worden gemeten.
Artikel 7. Procedure bij meerdere aanvragen voor zelfde aanvullende evenement/podiumlocatie
Indien voor een locatie meerdere aanvragen zijn ingediend en voor die locatie op grond van artikel 6 maar één vergunning kan worden verleend, vindt de vergunningverlening plaats, na inachtingneming van artikel 1, na een loting onder de aanvragers voor die locatie.
Bijlage 1: Overzicht evenementen openbare weg ten behoeve van de standaardviering georganiseerd door de 3 October Vereeniging
Het kermisterrein:Terrein Molen De Valk, Molenwerf, terrein Lammermarkt (gelegen tussen de Valkbrug, de Nieuwe Mare en de Nieuwe Beestenmarkt), Schuttersveld (gelegen tussen het Stationsplein en de Valkbrug), het terrein gelegen tussen het Schuttersveld, de Anthony Fokkerweg en de Marislaan, Beestenmarkt en Nieuwe Beestenmarkt, Rijnsburgersingel (gelegen tussen de Stationsweg en het Schuttersveld) en de stadszijde van het gedeelte Stationsplein tussen Schuttersveld en Stationsweg; driehoek Stationsplein/begin Stationsweg.
De feestelijke warenmarkt:Blauwpoortsbrug, Turfmarkt, Oude Singel, Lange Mare, Nieuwe Mare, Tweede Binnenvestgracht, Rijnsburgerbrug, Stationsweg en Steenstraat. Op 3 oktober tevens de Prinsessekade.
Hutspotmaaltijd: Hooglandse Kerkgracht.
Reveille:Stadhuisplein met omgeving.
Haring- & wittebrooduitreiking: Waaggebouw met delen Aalmarkt/Vismarkt.
Taptoe:Kaasmarktterrein en route: Pelikaanstraat, Haarlemmerstraat, Prinsessekade, Bostelbrug, Kort Rapenburg, Breestraat, Hogewoerdsbrug, Steenschuur (oostzijde), Van der Werfpark, Doezastraat, Jan van Houtkade, Geregracht (Jan van Houtmonument). Ontbinding van de Taptoe in de Sint Jorissteeg.
Grote optocht: Afzettingen en afsluitingen. Burggravenlaan is opstelplaats die verder niet tot de route behoort. Route: Hoge Rijndijk, Utrechtsebrug, Plantagelaan, Levendaal, Korevaarstraat, Hogewoerdsbrug, Breestraat, Noordeinde, Noordeindeplein, Witte Singel, Zoeterwoudsesingel, De Fruinlaan. Ontbinding van de optocht in de Burggravenlaan. De wijken Groenhoven en Vreewijk zullen tijdens het passeren van de grote optocht langs de Witte Singel niet voor het verkeer bereikbaar zijn. Brandweer en ambulancediensten hebben altijd vrije doorgang naar de wijken.
Polsstokverspringen: Van der Werfpark-Steenschuur
Diverse activiteiten: Stadhuisplein, Garenmarkt, Pieterskerkplein.
Bijlage 2 – Kaart Calamiteiten- of ontsluitingsroutes en loop- en vluchtroutes
Overzicht calamiteitenroutes per 20-9-2011
Bijlage 3: Besluit eindtijden 3 oktober (vastgesteld op 01-07-2005)
er geldt een bijzondere algemene ontheffing van het sluitingsuur voor de nacht van zaterdag op zondag tot 04.00 uur en in de nacht van zondag op maandag tot 03.00 uur, waarbij aan deze ontheffing het voorschrift is verboden dat bij overtreding van genoemde tijdstippen de horeca-onderneming gedurende een nader te bepalen periode van maximaal twee weken om 24.00 uur gesloten dient te zijn;
d. voor de zondag gelden voor iedereen de volgende begin- en eindtijden:
er geldt een bijzondere algemene ontheffing van het sluitingsuur voor de nacht van 2 op 3 oktober tot 04.00 uur en in de nacht van 3 op 4 oktober tot 03.00 uur, waarbij aan deze ontheffing het voorschrift wordt verboden dat bij overtreding van genoemde tijdstippen de horeca-onderneming gedurende een nader te bepalen periode van maximaal twee weken om 24.00 uur gesloten dient te zijn;
Overzicht eindtijden 3 oktoberviering
eindtijden van zaterdag op zondag
eindtijden van maandag op dinsdag
Indien tussen de viering van 2 en 3 oktober geen zondag valt gelden de volgende eindtijden:
Bijlage 4: Uittreksel uit Algemeen Plaatselijke Verordening
1. In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:
b. markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5:22 van deze verordening;
c. kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;
d. het in een inrichting in de zin van de Drank en Horecawet gelegenheid geven tot dansen;
e. betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;
f. activiteiten als bedoeld in artikel 2:9 en 2:39 van deze verordening.
2. Onder evenement wordt mede verstaan:
a. een herdenkingsplechtigheid;
c. een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3, op de weg;
d. een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg;
e. een straatfeest of buurtbarbecue op een dag.
3. evenemententerrein: de ruimte die in de evenementenvergunning is aangegeven om de activiteiten te laten plaatsvinden en het publiek in staat te stellen daarnaar te kijken of eraan deel te nemen.\
4. Evenementenkalender: het jaarlijks door het college vastgestelde overzicht van te houden evenementen.
5. Deze afdeling kent de navolgende categorieën evenementen:
a. evenementen in categorie I: evenementen met de geluidsproductie van maximaal 70 dB(A) en een eindtijd van maximaal 20.00 uur;
b. evenementen in categorie II: evenementen met een geluidsproductie van maximaal 85 dB(A) en 100 dB(C);
c. c. evenementen in categorie III: evenementen met een geluidsproductie van maximaal 90 dB(A) en 100 dB(C).
1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een evenement te houden of te doen houden.
2. De burgemeester kan bij de beoordeling van een aanvraag om vergunning de volgende belangen in aanmerking nemen:
a. de mate waarin door het evenement beslag wordt gelegd op de ruimte, de tijd en de hulpdiensten;
b. het aantal bezoekers dat wordt verwacht;
c. of de aard van het evenement zich verdraagt met het karakter of de bestemming van de gevraagde locatie;
d. of er gevaar bestaat voor de openbare orde, gezondheid of veiligheid, waaronder de brandveiligheid en het belang van het voorkomen van wanordelijkheden;
e. of er gevaar bestaat voor belemmeringen van het verkeer;
f. of er gevaar bestaat voor een onevenredige belasting van het woon- of leefklimaat in de omgeving van het evenement;
g. of er gevaar bestaat voor verontreiniging, aantasting van het uiterlijk aanzien van de stad, beschadiging van de groenvoorzieningen of van voorzieningen voor het openbaar nut;
h. of de organisator voldoende waarborgen biedt of kan bieden voor een goed verloop van het evenement,
i. of de organisator voldoende waarborgen biedt om de schade aan het milieu te voorkomen dan wel zoveel mogelijk te beperken.
3. De burgemeester kan de vergunning weigeren ter bescherming van de in het tweede lid genoemde belangen, dan wel aan de vergunning voorschriften en beperkingen verbinden met het oog op de in het tweede lid bedoelde belangen en ter verzekering van de nakoming van deze voorschriften in de vergunning bepalen dat een borgsom moet worden verstrekt voordat het evenement wordt gehouden.
4. Een aanvraag om een vergunning als bedoeld in het eerste lid moet worden ingediend:
a. uiterlijk 3 weken voor de datum van het evenement indien het een evenement in categorie 1 betreft;
b. uiterlijk twaalf weken voor de datum van het evenement, indien het een evenement in categorie 2 betreft en het evenement niet staat vermeld in de evenementenkalender. De burgemeester kan van de hiervoor vermelde termijn afwijken of voor bijzondere, periodiek terugkerende evenementen gelet op de benodigde voorbereidingstijd, de uiterlijke datum van de aanvraag afzonderlijk bepalen.
5. Voor het op het evenemententerrein verrichten van activiteiten die op grond van deze of een andere gemeentelijke verordening vergunningplichtig zijn, heeft de houder van de vergunning voor het evenement, tijdens de duur van het evenement, geen afzonderlijke vergunning nodig, mits die activiteiten zijn vermeld in de vergunning als bedoeld in het eerste lid.
6. Het is aan anderen dan de vergunninghouder verboden, op het evenemententerrein activiteiten te verrichten, waarvoor krachtens enige gemeentelijke verordening vergunning is vereist en welke activiteiten zijn vermeld in de vergunning als bedoeld in het tweede lid, tenzij die anderen met de houder van de vergunning een overeenkomst hebben gesloten en zij zich jegens de vergunninghouder hebben verbonden de voorschriften en beperkingen, welke aan de vergunning zijn verbonden, in acht te nemen.
7. Indien derden met de vergunninghouder een overeenkomst hebben gesloten als in het zesde lid bedoeld, is het bepaalde in het vijfde lid op hen van overeenkomstige toepassing
8. Het verbod als bedoeld in het zesde lid geldt niet voor activiteiten die reeds krachtens een voor onbepaalde tijd dan wel voor een periode langer dan drie maanden verleende vergunning voor aan een specifieke plaats gebonden handelingen op het evenemententerrein plaatsvinden, tenzij in die vergunning anders is bepaald.
9. De vergunninghouder die een evenement organiseert of degene die er de feitelijke leiding bij heeft, is, indien de burgemeester een bevel geeft met het oog op het waarborgen van de in het derde lid bedoelde belangen, verplicht daaraan gevolg te geven en, indien nodig, het evenement onmiddellijk te beëindigen, waarbij hij dan ook verplicht is ervoor te zorgen dat er geen publiek meer wordt toegelaten.