Organisatie | Drenthe |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening vergoeding statenfracties |
Citeertitel | Verordening vergoeding statenfracties 2011 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-06-2011 | 01-01-2005 | 01-07-2015 | nieuwe regeling | 27-04-2005 | 2011004133 |
18-05-2005 | 01-01-2005 | 10-06-2011 | nieuwe regeling | 27-04-2005 Provinciaal blad, 2005, 37 | 2005002061 |
De statenfracties ontvangen een tegemoetkoming in de kosten die worden gemaakt om de fractie goed te laten functioneren, alsmede in de kosten die fracties maken in verband met administratieve en/of beleidsondersteuning door een derde, niet zijnde een fractielid.
1. Aan een statenfractie wordt per jaar een tegemoetkoming verleend, bestaande uit:
2. De tegemoetkoming bedoeld in het eerste lid wordt bij wijze van voorschot per kwartaal betaald.
3. Over een gedeelte van het kalenderjaar wordt de in het eerste lid bedoelde tegemoetkoming naar rato berekend. Een gedeelte van een maand wordt daarbij voor een volle maand gerekend.
Voor de toepassing van deze verordening wordt onder een statenfractie verstaan een fractie als bedoeld in artikel 7 van het Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van provinciale staten (PS).
1. Bij splitsing van een fractie wordt voor de duur van de resterende zittingsperiode de op grond van artikel 3 toegekende tegemoetkoming voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.
2. Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijk fractie verstrekte voorschot op grond van artikel 3, tweede lid, verrekend dan wel teruggevorderd overeenkomstig de verdeling die volgt uit het eerste lid.
3. Bij samenvoeging van fracties wordt de tegemoetkoming voor de nieuwe fractie herberekend volgens de regels gesteld in artikel 3.
4. De verdeling en herberekening als in voorgaande leden bedoeld, vinden plaats per de eerste van de maand volgend op de datum waarop de voorzitter van PS een kennisgeving ontvangt als bedoeld in artikel 7, vierde lid, van het Reglement van orde van PS.
5. Teneinde voldoening aan verplichtingen, die bij splitsing van een fractie tegenover fractiemedewerkers van de oorspronkelijke fractie bestaan, mogelijk te maken kunnen PS in afwijking van het eerste en vierde lid een tijdelijke regeling treffen.
1. De penningmeester van de statenfractie, dan wel diens vervanger, legt jaarlijks voor 1 april aan PS verantwoording af over de ten laste van de tegemoetkoming gedane uitgaven, onder overlegging van een verslag, voorzien van een balans en een staat van baten en lasten.
2. De accountant brengt hierover verslag uit aan PS in een rapport van bevindingen, voorzien van een verklaring over de rechtmatigheid van de uitgaven. PS beslissen naar aanleiding van het uitgebrachte verslag over de definitieve hoogte van de tegemoetkoming.
1. Het in enig jaar niet bestede gedeelte van de tegemoetkoming toekomend aan een fractie wordt gereserveerd ter besteding door die fractie in volgende jaren.
2. De reserve bedoeld in het eerste lid is op 1 januari niet groter dan 50% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam ingevolge artikel 3, eerste lid, met dien verstande dat de reserve aan het einde van het laatste volle kalenderjaar van een zittingsperiode niet groter is dan 30% van genoemde bijdrage.
3. Het beroep in enig jaar op de opgebouwde reserve komt tot uitdrukking in het verslag over dat jaar, als bedoeld in artikel 6, eerste lid.
4. De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van PS als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.
5. Het bedrag waarmee de maximale reserve wordt overschreden vervalt aan de provincie en wordt teruggevorderd dan wel in mindering gebracht op het eerstvolgende uit te betalen voorschot.
6. Bij splitsing van een fractie wordt de reserve aan de betrokken fracties toegerekend naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden. De fracties maken een dienovereenkomstige verdeling.
Indien een fractie na verkiezingen niet meer terugkeert in PS wordt het batig saldo van de uitbetaalde voorschotten zo spoedig mogelijk teruggestort in de provinciale kas.
Deze gewijzigde verordening, die kan worden aangehaald als Verordening vergoeding statenfracties 2011, treedt in werking op de dag na de bekendmaking, onder gelijktijdige intrekking van het besluit van 27 april 2005 met betrekking tot de Verordening vergoeding Statenfracties.
TOELICHTING OP VERORDENING VERGOEDING STATENFRACTIES
Op grond van het artikel 33 van de Provinciewet is voorgeschreven dat "de in provinciale staten vertegenwoordigde groeperingen recht hebben op ondersteuning" (tweede lid) en dat "provinciale staten met betrekking tot deze ondersteuning een verordening vaststellen" (derde lid). Deze bepalingen vormen de grondslag van de Verordening vergoeding Statenfracties 2011.
De vergoeding is bedoeld voor ondersteuning van de staten- en fractiewerkzaamheden in de breedste zin, dus:
bureaukosten voor fractiemedewerkers en kosten voor aanschaf en onderhoud van computers en printers en toebehoren voor maximaal 1 computer en printer per zittingsduur, per gelijktijdig in dienst zijnde fractiemedewerker, voorzover zij niet vanwege de provincie zijn voorzien van een bruikleencomputer. De computer en printer blijven eigendom van de fractie;
Dit onderdeel sluit onder andere de mogelijkheid uit dat de bijdrage voor fractieondersteuning wordt ingezet voor bekostiging van verkiezingscampagnes.
De laatste zinsnede van dit artikelonderdeel regelt dat de vergoeding voor fractieondersteuning uitsluitend kan worden besteed als er sprake is van een concrete opdracht en facturering, dan wel van een overeenkomst tot arbeid of tot levering van regulier terugkerende diensten.
Uitgaven die bij de provincie kunnen worden gedeclareerd of door de provincie worden betaald, en dus niet uit de fractievergoeding dienen te worden bestreden, zijn:
reis- en verblijfkosten voor het bijwonen van staten- en commissievergaderingen, hoorzittingen, vergaderingen van het Presidium, excursies en werkbezoeken van staten en commissies, bijeenkomsten van het Interprovinciaal Overleg of het Samenwerkingsverband Noord-Nederland en het bijwonen van bijeenkomsten en evenementen op uitnodiging van GS of PS;
Uitgaven die uit de onkostenvergoeding voor statenleden dienen te worden bestreden, en dus niet uit de fractievergoeding, zijn:
Hiermee wordt beoogd te voorkomen dat via de fractievergoedingen een aanvulling op de wettelijke vergoeding of op presentiegelden wordt verstrekt. Artikel 96, eerste lid, van de Provinciewet sluit een dergelijke aanvulling expliciet uit.
De bijdrage bestaat uit een vast en een variabel deel per fractie. Het variabele deel is aan een maximum gebonden van 15 zetels, om exponentieel hogere bijdragen aan nog grotere fracties enigszins te dempen. Uit de bijdrage dienen conform artikel 1 zowel de reguliere fractiekosten als de kosten van fractieassistentie en beleidsondersteuning te worden bekostigd. Als richtlijn geldt voor fractieassistentie een niveau van 87% van het maximum van de provinciale schaal 5. Voor beleidsondersteuning geldt als richtlijn 85% van het maximum van provinciale schaal 10.
De bijdrage zoals bedoeld in de onderdelen a en b van her eerste lid wordt als voorschot verstrekt in 4 termijnen. Indien blijkt dat het geld onrechtmatig is besteed, kunnen PS besluiten dit terug te vorderen dan wel te verrekenen met volgende voorschotten (zie ook artikel 6).
Dit artikel regelt wat er met de tegemoetkomingen aan een fractie moet gebeuren, indien er sprake is van splitsing dan wel samenvoeging van fracties. Dit zal voor de provincie geen extra kosten met zich mee mogen brengen. Het bedrag dat voor splitsing naar de "oude" fractie ging, zal naar evenredigheid moeten worden verdeeld over de 2 nieuw ontstane fracties. Het vijfde lid laat de mogelijkheid open om een overgangsregeling te treffen, indien de "oude" fractie verplichtingen heeft lopen jegens een fractieondersteuner, die de draagkracht van de nieuwe fractie te boven gaan. De betrokken "oude" fractie dient er zo spoedig mogelijk zorg voor te dragen, dat deze verplichtingen worden beëindigd, dan wel worden herzien.
De penningmeester van de fractie zendt het verslag over de besteding van de fractievergoeding, voorzien van een balans en staat van baten en lasten en onder overlegging van bewijsstukken, aan PS, conform het format dat in de bijlage bij deze verordening is gevoegd. De accountant van de provincie zal vervolgens in een verklaring een oordeel geven over de rechtmatigheid en getrouwheid van de verslaglegging en de daarin aangeduide uitgaven. De accountant rapporteert over zijn bevindingen aan PS, die daarna al of niet instemmen met de bevindingen van de accountant. In het uiterste geval, bij constatering van onrechtmatige besteding, kunnen PS besluiten (een deel van) de fractievergoeding terug te vorderen, dan wel te verrekenen met nog te betalen voorschotten.
De reserve bestaat uit het overschot van voorgaande jaren. Dit bedrag zal niet ongelimiteerd mogen groeien (oppotten van gemeenschapsgeld). De reserve is dan ook aan een maximum gebonden. Dit maximum wordt gerelateerd aan de onderdelen a en b van artikel 3, eerste lid. Met de woorden "het in enig jaar niet gebruikte gedeelte", wordt gedoeld op het gedeelte van de bijdrage dat niet reeds is besteed, aangegane verplichtingen daaronder niet begrepen.
Ook met betrekking tot de reserve is het van belang dat goed wordt omgegaan met de splitsing van een fractie. Uit de verordening vloeit voort dat de reserve naar evenredigheid verdeeld wordt over de nieuw ontstane fracties. Indien een splitsing kort na de verkiezingen plaatsvindt, zou een conflict kunnen ontstaan over de verdeling van de reserve. De verordening laat er echter geen twijfel over bestaan dat ook in dat geval de reserve evenredig verdeeld moet worden.