De Raad van de gemeente Etten-Leur;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 08-04-2008;
Gelet op artikel 2, derde lid, van de Wet sociale werkvoorziening;
Overwegende dat de raad bij verordening regels dient te stellen over de
wijze waarop Wsw-geïndiceerden of hun vertegenwoordigers worden betrokken
bij de uitvoering van deze wet.
Besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening cliëntenparticipatie sociale werkvoorziening
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder
- a.
De wet: de Wet sociale werkvoorziening;
- b.
De gemeenten: de gemeenten Bergen op Zoom, Etten-Leur, Halderberge,
Moerdijk, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Woensdrecht en
Zundert;
- c.
De colleges: de colleges van burgemeester en wethouders van de
gemeenten;
- d.
Cliënten: personen die een dienstbetrekking bij WVS-groep vervullen
als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet alsmede personen met
een indicatiestelling als bedoeld in artikel 11, eerste lid Wsw,
alsmede hun wettelijk vertegenwoordiger;
- e.
Cliëntenraad: de Cliëntenraad sociale werkvoorziening;
- f.
belangenorganisaties: organisaties die de belangen van cliënten of
mede de belangen van cliënten behartigen;
- g.
Klachtenrapportage: samenvatting van het aantal en de inhoud van
klachten en de resultaten van de klachtenbehandeling;
- h.
Resultaten bezwarenprocedures: Samenvatting van het aantal en de
inhoud van bezwaren en de uitkomsten van de procedures;
- i.
Selectiecommissie: commissie bestaande uit maximaal vijf personen
die een voordracht opstellen van personen die zich na een openbare
oproep kandidaat hebben gesteld als lid van de Cliëntenraad. Deze
commissie bestaat de eerste keer uit ambtenaren van de betrokken
gemeenten en zal daarna bestaan uit leden van de Cliëntenraad;
- j.
Ambtelijk secretaris: door de gemeenten aangewezen
functionaris.
Artikel 2 Cliëntenraad sociale werkvoorziening
- 1.
De gemeenten stellen een gezamenlijke Cliëntenraad sociale
werkvoorzieningWVS-groep in.
- 2.
Het portefeuillehouderoverleg Wsw fungeert als vast aanspreekpunt voor
de cliëntenraad.
Artikel 3 Doelstelling Cliëntenraad sociale werkvoorziening
De Cliëntenraad heeft tot taak om desgevraagd of uit eigen beweging de
colleges te adviseren over alle aangelegenheden van beleidsvoorbereiding en
beleidsuitvoering die betrekking hebben op het terrein van de wet en van
invloed zijn op de positie van de cliënten.
Artikel 4 Samenstelling Cliëntenraad sociale werkvoorziening
- 1.
De Cliëntenraad bestaat uit een oneven aantal leden met een minimum van
negen en een maximum van vijftien leden. Indien mogelijk is er vanuit
iedere gemeente een lid in de Cliëntenraad benoemd.
- 2.
De Cliëntenraad sociale werkvoorziening is samengesteld uit cliënten en
vertegenwoordigers van de belangenorganisaties. De samenstelling van de
Cliëntenraad vormt zoveel mogelijk een afspiegeling van het
cliëntenbestand.
- 3.
De cliëntenraad kiest uit zijn midden een voorzitter en een
plaatsvervangend voorzitter. De voorzitter vertegenwoordigt de
cliëntenraad en dient over een bovengemiddelde kennis te beschikken.
- 4.
Tenminste de helft + 1 van het aantal leden van de Cliëntenraad sociale
werkvoorziening bestaat uit cliënten.
- 5.
De leden verrichten hun werkzaamheden zonder last, maar voeren voor
zover van toepassing wel ruggespraak met hun achterban.
Artikel 5 Voordracht en benoeming leden
- 1.
Kandidaten worden aan de Cliëntenraad voorgedragen door de
selectiecommissie, vanuit de personen die zich, na een openbare oproep
of aangedragen vanuit de belangenorganisaties, daarvoor hebben
aangemeld.
- 2.
De Cliëntenraad doet een voordracht aan de colleges.
- 3.
De colleges benoemen de leden van de Cliëntenraad, behoudens tussentijds
aftreden, voor vier jaar. Deze termijn kan eenmaal met vier jaar worden
verlengd. De ambtelijk secretaris treedt in dergelijke gevallen in de
plaats van de colleges. Bij reglement van orde dient een rooster van
aftreden te worden opgesteld.
Artikel 6 Gemeentelijke vertegenwoordiging
- 1.
Voor overleg met de Cliëntenraad en de colleges leveren de gemeenten een
ambtelijk secretaris. Deze maakt geen deel uit van de Cliëntenraad.
- 2.
Tot de taken van de ambtelijk secretaris behoren:
- a.
het peilen van de meningen;
- b.
het bewaken van de voortgang en de afhandeling van de adviezen
van de cliëntenraad aan de colleges;
- c.
in zijn algemeenheid het zorg dragen voor een goede
ondersteuning van de cliëntenraad, opdat deze zijn taak op een
goede wijze kan vervullen.
Artikel 7 Taken van de Cliëntenraad sociale werkvoorziening
- 1.
De Cliëntenraad adviseert gevraagd en ongevraagd het college en
behartigt op deze wijze de belangen van de cliënten.
- 2.
De cliëntenraad adviseert niet over:
- a.
de uitvoering van wettelijke voorschriften als er voor die
uitvoering geen ruimte voor gemeentelijk beleid is gelaten;
- b.
onderwerpen met betrekking tot de salariëring van de via de Wsw
geplaatste werknemer;
- c.
onderwerpen van interne organisatie, voor zover deze geen
aanwijsbare gevolgen hebben voor de dienstverlening aan de
cliënten;
- d.
klachten, bezwaar- en beroepschriften en andere zaken die op
individuele cliënten betrekking hebben; en
- e.
de bedrijfsvoering van WVS-groep noch over zaken die de
Ondernemingsraad aangaan.
- 3.
Initiatiefrecht
- a.
De cliëntenraad heeft de bevoegdheid alle aangelegenheden die
het beleid en de uitvoering van de Wsw van de gemeenten raken in
de overleggen met het college aan de orde te stellen;
- b.
De cliëntenraad heeft het recht over alle aangelegenheden als
genoemd onder a verbetervoorstellen te doen;
- c.
De cliëntenraad stelt jaarlijks een werkplan en een jaarverslag
op. In het jaarverslag zijn ten minste de in het afgelopen jaar
door de cliëntenraad gegeven (gevraagde en ongevraagde) adviezen
opgenomen.
- 4.
Adviesrecht
- a.
De cliëntenraad wordt tijdig betrokken bij de voorbereiding van
beleid en uitvoeringsbeleid;
- b.
Als het college afwijkt van het advies van de cliëntenraad,
wordt de cliëntenraad daarvan schriftelijk en gemotiveerd in
kennis gesteld;
- c.
In het geval het college in een voorstel aan de raad afwijkt van
het advies van de cliëntenraad, wordt dit bij het voorstel
vermeld, waarbij tevens is aangegeven op welke gronden van het
advies van de cliëntenraad is afgeweken.
Artikel 8 Werkwijze Cliëntenraad
- 1.
De Cliëntenraad stelt een reglement van orde op.
- 2.
De vergaderingen van de Cliëntenraad zijn openbaar. De Cliëntenraad kan
besluiten tot het houden van een besloten vergadering.
- 3.
De Cliëntenraad heeft het recht zijn advisering af te stemmen met
adviesorganen van de gemeenten.
Artikel 9 Informatievoorziening
- 1.
De colleges dragen door toedoen van de ambtelijk secretaris, zorg voor
een goede en tijdige informatievoorziening aan de Cliëntenraad met
betrekking tot zaken die tot het taakgebied van de Cliëntenraad
behoren.
- 2.
De Cliëntenraad krijgt jaarlijks de getotaliseerde resultaten van
bezwarenprocedures, klachtenrapportages en onderzoeken naar
klanttevredenheid van de WVS-groep.
- 3.
De colleges zijn verplicht gehoor te geven aan een verzoek van de
Cliëntenraad om toelichting te geven op de stukken waarover advies is
gevraagd of die de Cliëntenraad ter informatie heeft ontvangen. De
ambtelijk secretaris treedt in dergelijke gevallen in de plaats van de
colleges.
Artikel 10 Facilitering van de Cliëntenraad
- 1.
Ten behoeve van de Cliëntenraad wordt jaarlijks uit de rijksbijdrage
voor de wsw een bedrag van € 2,00 per WSW-geïndiceerde gereserveerd, ten
behoeve van onder meer kosten die verband houden met de ambtelijke
ondersteuning, deskundigheidsbevordering en organisatiekosten. Vanaf 1
januari 2009 vindt jaarlijks indexering plaats op grond van het
consumentenprijsindexcijfer alle huishoudens van het Centraal Bureau
voor de Statistiek.
- 2.
Reserveringen en positieve saldi in enig jaar maken onderdeel uit van
het budget van het daaropvolgende jaar. De gemeenten vullen dit aan tot
het in het eerste lid genoemde budget.
- 3.
De colleges dragen er kosteloos zorg voor dat noodzakelijke faciliteiten
aan de Cliëntenraad beschikbaar worden gesteld om te bewerkstelligen dat
de Cliëntenraad naar behoren invulling kan geven aan zijn functie.
Artikel 11
Wijziging en intrekking verordening
Wijziging of intrekking van deze verordening kan alleen plaatsvinden nadat
de Cliëntenraad daarover is gehoord.
Artikel 12 Onvoorziene situaties
In alle andere gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen de
colleges.
Artikel 13 Citeertitel, inwerkingtreding en evaluatie
- 1.
Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening
cliëntenparticipatie Wsw 2008”
- 2.
Zij treedt in werking op 1 juli 2008.
- 3.
Deze verordening wordt uiterlijk binnen 2 jaar na inwerkingtreding
geëvalueerd.
Algemene toelichting
Op 1 januari 2008 is de herziene Wet sociale werkvoorziening (Wsw) in werking
getreden. Deze wet bevordert dat Wsw-geïndiceerden meer in een reguliere
werkomgeving gaan werken. Om deze doelstelling te verwezenlijken voert de wet
enkele belangrijke wijzigingen door. Zo worden regie en sturing op de Wsw
nadrukkelijker in handen gelegd van gemeenten. Gemeenten worden hiermee
gestimuleerd een visie te ontwikkelen om het doel van de wet, het realiseren van
aangepaste arbeid die aansluit bij de capaciteiten en mogelijkheden van de
Wsw-geïndiceerde, het beste te kunnen verwezenlijken.
Een tweede verandering heeft betrekking op het geven van meer rechten en
keuzemogelijkheden aan Wsw-geïndiceerden, waaronder het recht op een
cliëntenraad en op een persoonsgebonden budget (PGB) om begeleid
werken te realiseren.
De wet verplicht gemeenteraden om bij verordening nadere regels vast te stellen
over de wijze waarop het college vormgeeft aan de cliëntenraad (artikel 2 lid 3
WSW). Gemeenteraden moeten binnen zes maanden na inwerkingtreding van de wet
deze verordening hebben vastgesteld.
In deze verordening moet geregeld worden:
- a.
periodiek overleg met de cliënten of hun vertegenwoordigers;
- b.
dat de cliënten of vertegenwoordigers onderwerpen voor dit overleg
kunnen aanmelden; c. en dat de deelnemers aan de cliëntenraad van
voldoende informatie worden voorzien om deel te kunnen nemen aan dit
overleg. De kosten van een cliëntenraad dienen op grond van de Wsw
voldaan te worden uit de rijksmiddelen die de gemeente jaarlijks
ontvangt voor de financiering van de Wsw.
In deze verordening zijn die kosten begroot op € 2,00 per sw-geïndiceerde. Dit
bedrag is gerelateerd aan het bedrag zoals dit ook is vastgesteld in de
verordening cliëntenraad voor de Wet werk en bijstand.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 1
In dit artikel worden enkele begrippen omschreven die in de verordening
worden genoemd.
Artikel 2
Op grond van artikel 2, derde lid van de Wsw, is de gemeente verplicht om
bij verordening de cliëntenparticipatie te regelen. Het
portefeuillehouderoverleg van de negen deelnemende gemeenten, heeft
nadrukkelijk aangegeven te willen fungeren als aanspreekpunt voor de
cliëntenraad.
Artikel 3
Geeft de doelstelling aan van de cliëntenraad.
De cliëntenraad fungeert als een soort instrument ten behoeve van de
communicatie tussen cliënten, gemeenten, WVS-Groep en portefeuillehouders.
Ook wordt de cliëntenraad ingezet om cliënten desgewenst meer inzicht te
geven in het beleid en de beleidsuitvoering van de gemeenten en WVS-Groep.
De cliëntenraad kan bovendien een functie vervullen bij de beoordeling van
de kwaliteit van de dienstverlening en heeft in deze gevallen een
signalerende functie.
Artikel 4
De cliëntenraad moet een afspiegeling vormen van de cliënten van WVS-Groep.
Het is daarom noodzakelijk om in de verordening de samenstelling goed te
regelen. Een cliënt kan zich laten vertegenwoordigen door een persoon uit
een belangenorganisatie, zolang tenminste de helft plus een van het aantal
leden maar bestaat uit cliënten.
Artikel 5
Dit artikel regelt de voordracht en benoeming van de leden en de beëindiging
van het lidmaatschap. Zittende leden kunnen eenmaal voor een termijn van
vier jaar herbenoemd worden.
De cliëntenraad zal zelf een reglement van orde op moeten stellen, waarin
onder andere een rooster van aftreden wordt geregeld.
Artikel 6
Dit artikel regelt in feite de ambtelijke ondersteuning van de cliëntenraad.
Artikel 7
De cliëntenraad heeft een aantal taken in het kader van de betrokkenheid bij
de uitvoering van de Wsw benoemt in het initiatiefrecht en advies recht in
deze verordening.
Het is echter niet de bedoeling om te adviseren over personele
aangelegenheden, of individuele belangen te behartigen.
Artikel 8
Dit artikel regelt de werkwijze van de cliëntenraad. Hierbij wordt opgemerkt
dat de concrete invulling door de cliëntenraad is vrijgelaten. De
cliëntenraad moet wel een reglement van orde opstellen waarin zij haar
werkwijze opneemt.
Artikel 9
In dit artikel wordt geregeld dat de cliëntenraad tijdig en van voldoende
volledige informatie wordt voorzien.
Artikel 10
Dit artikel regelt de facilitering en financiering van de cliëntenraad.
Artikel 11
Dit artikel spreekt voor zich.
Artikel 12
Dit artikel spreekt voor zich.
Artikel 13
Dit artikel spreekt voor zich.