Organisatie | Heerhugowaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gedragscode voor de gemeenteraad, burgemeester en wethouders van Heerhugowaard |
Citeertitel | Gedragscode voor de gemeenteraad, burgemeester en wethouders van Heerhugowaard |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | verordeningen |
Geen.
Gemeentewet art.15 lid 3, art.41 c lid 2, en art.69 lid 2
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-09-2004 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 07-09-2004 - | RB2004052 |
Gedragscode voor het raadsleden, de burgemeester en de wethouders van Heerhugowaard
de Raad van de gemeente Heerhugowaard;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 juni 2004,
gelet op artikel 15 derde lid, 41 c tweede lid en 69 tweede lid van de Gemeentewet,
vast te stellen de gedragscode voor raadsleden, de burgemeester en de wethouders van Heerhugowaard.
De gedragscode door de raad vastgesteld op 31 oktober 1995 niet langer van toepassing te verklaren op bestuurders.
Het doel van deze gedragscode is om het gemeentebestuur een houvast te bieden bij het bepalen van normen omtrent de integriteit van het bestuur. De code bevat regels zowel voor het bestuursorgaan in zijn geheel als voor bestuurders afzonderlijk. Onder bestuurders worden primair verstaan burgemeester en wethouders. De code wordt naar analogie toegepast op raadsleden. Met de aanvaarding van de wetsvoorstellen tot dualisering van het gemeente- en provinciebestuur is de aanwezigheid van gedragscodes voor gemeenten per 7 maart 2003 verplicht geworden. De gemeenteraad van Heerhugowaard heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid om deze termijn met een jaar te verlengen.
De code geeft niet per definitie regels die rechtskracht hebben, maar heeft vooral bestuurlijke en politieke relevantie. Bestuurders zijn op de naleving van gedragscodes aanspreekbaar en wanneer zij zich er niet aan houden kan dat gevolgen hebben voor hun functioneren en voor hun positie. Naast deze code bestaan er voorschriften die in wet of elders geregeld zijn, bijvoorbeeld over fraude, valsheid in geschrifte. Dergelijke voorschriften zijn niet in deze code opgenomen.
De code bevat zowel normen over hoe in een bepaalde situatie te handelen als regels over procedures die moeten worden gevolgd. Procedureafspraken kunnen een onlosmakelijk onderdeel zijn van een gedragsregel en de transparantie en daarmee de controleerbaarheid vergroten.
De code bestaat uit twee onderdelen.
Deel I beschrijft een aantal kernbegrippenvan integriteit en plaatst daarmee het vraagstuk in een breder kader. Zij vormen als het ware de algemene uitgangspunten voor de gedragscode. De gehanteerde begrippen zijn in dezelfde of soms iets andere bewoordingen in de publicatie terug te vinden.
Deel II bevat de feitelijke gedragsregels, waarbij een aantal thema's wordt onderscheiden:
Het gemeentebestuur stelt bij het handelen de kwaliteit van het openbaar bestuur centraal. Integriteit van het openbaar bestuur is daarvoor een belangrijke voorwaarde. De belangen van de gemeente en in het verlengde daarvan die van de burgers, zijn het primaire richtsnoer.
Bestuurlijke integriteit houdt in dat de verantwoordelijkheid die met de functie samenhangt wordt aanvaard en dat er de bereidheid is om daarover verantwoording af te leggen. Verantwoording wordt intern afgelegd aan collega-bestuurders, de gemeenteraad, maar ook extern aan organisaties en burgers voor wie bestuurders hun functie vervullen.
Een aantal kernbegrippen is daarbij leidend en plaatst bestuurlijke integriteit in een breder perspectief:
Het gemeentebestuur vervult zijn taak zonder voor ingenomenheid. Ingevolge de Gemeentewet hebben raadsleden en wethouders verklaard of beloofd naar eer en geweten hun plichten te zullen vervullen
Deze kernbegrippen zijn de toetssteen voor de gedragscode. Gedragingen moeten aan deze kernbegrippen getoetst kunnen worden.
2 Belangenverstrengeling en aanbesteding
9 Gebruik van gemeentelijke voorzieningen