Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Heerhugowaard

Verordening inzake de winkeltijden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHeerhugowaard
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening inzake de winkeltijden
CiteertitelVerordening winkeltijden Heerhugowaard
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpverordeningen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Publicatiedatum is een geschatte datum.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Winkeltijdenwet
  2. Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-11-200930-10-2013Art. 6.2

27-10-2009

Heerhugowaards Nieuwsblad 10-11-2009

RB2009086

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening inzake de winkeltijden

Nr.RB.1996-094

 

De raad van de gemeente Heerhugowaard;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dal. 27 september 1996

 

gelet op de Winkeltijdenwet en artikel 149 van de Gemeentewet,

 

besluit vast te stellen de volgende: Verordening inzake de winkeltijden.

Verordening inzake de winkeltijden

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • b.

    feestdagen: nieuwjaarsdag, tweede paasdag, Hemelvaartsdag, tweede pinksterdag, eerste kerstdag en tweede kerstdag.

Artikel 2 Beslistermijn

1 Het college van burgemeester en wethouders beslist op een aanvraag van een ontheffing binnen 8 weken.

2 Het college van burgemeester en wethouders kan de beslissing voor ten hoogste 8 weken verdagen.

Artikel 3 Overdracht van de ontheffing

1 Ontheffingen op grond van deze verordening zijn overdraagbaar na verkregen toestemming van het college van burgemeester en wethouders.

2 In geval van een voorgenomen overdracht van de in het eerste lid bedoelde ontheffingen doet de houder van de ontheffing hiervan onmiddellijk schriftelijk mededeling aan het college van burgemeester en wethouders onder vermelding van de naam en het adres van de voorgestelde rechtverkrijgende.

Artikel 4 Intrekken of wijzigen van de ontheffing

Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

  • f.

    de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling

1 De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar, met dien verstande dat hiervan geen gebruik kan worden gemaakt met betrekking tot eerste kerstdag.

2 De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

3 Het college van burgemeester en wethouders stelt zo spoedig mogelijk na het in werking treden van deze verordening vast welke delen van de gemeente zij voor de toepassing van de in het onderhavige artikel bedoelde bevoegdheden zal beschouwen als 'deel van de gemeente' in de zin van artikel 3 lis 1 van de wet. Zij maakt het besluit tot gebiedsindeling c.q. het besluit tot wijziging daarvan bekend.

Artikel 6 Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen, 4 mei en 24 december

1 Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 0 en 16.00 uur.

2 Het college van burgemeester en wethouders kan per 15.000 inwoners één ontheffing verlenen.

3 Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:

  • a.

    de winkel dient gesloten te zijn tussen 0.00 uur en 16.00 uur;

  • b.

    er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet.

4 De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 7 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties

1 Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de zondag, nieuwjaarsdag, tweede paasdag, Hemelvaartsdag, tweede pinksterdag en tweede kerstdag, ten behoeve van:

  • a.

    bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

  • b.

    het uitstallen van goederen.

2 De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van: feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen en beurzen, alsmede voor kunstateliers en galeries.

Artikel 8 Verbod straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen

Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet geldt voor de gehele gemeente of voor een of meer delen van de gemeente.

Artikel 9 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

1 Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden van artikel 2 van de wet, voor zover deze betrekking hebben op werkdagen.

2 De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 10 In werking treden

1 Deze verordening treedt in werking op de 8e dag na datum van bekendmaking en vervangt de verordening winkelsluiting Heerhugowaard, welke is vastgesteld bij raadsbesluit van 13 december 1994.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening winkeltijden Heerhugowaard".

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 22 oktober 1996

De secretaris, de voorzitter,

Artikelsgewijze toelichting Modelverordening Winkeltijden

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet. Koninginnedag is in de wet niet meer aangemerkt als een feestdag.

Artikel 3 Overdracht van de ontheffing

De bepaling bindt de overdracht van de ontheffing aan de toestemming van burgemeester en wethouders. Deze tussenkomst geeft het college de gelegenheid om inzicht te krijgen in de handel en wandel van de opvolger.

Artikel 5 Zon- en feestdagenregeling

Op maximaal 12 zon- en feestdagen per jaar kan afgeweken worden van het sluitingsverbod. Burgemeester en wethouders hebben deze bevoegdheid gedelegeerd gekregen van de gemeenteraad. Voor de toepassing van het artikel kan de gemeente in afzonderlijke delen gesplitst worden.

Artikel 6 Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen

Het afwijkende openstellingsregime op zon- en feestdagen maakt het noodzakelijk voor winkels die op werkdagen tot 22.00 uur, of met ontheffing tot latere tijdstippen geopend zijn en waar hoofdzakelijk eet- en drinkwaren worden verkocht een afzonderlijk regeling in de verordening op te nemen. Met deze regeling wordt het mogelijk dat deze beperkte groep avondwinkels ook op zondagavond en de avond van een feestdag open kan zijn.

Artikel 7 Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties

Het artikel is gebaseerd op artikel 4 van de wet. Het stellen van voorschriften en beperkingen is mogelijk.

Artikel 8 Verbod straatverkoop van bepaalde goederen op zon- en feestdagen

De vrijstelling betreft het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

Artikel 9 Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur

Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid de openingstijden op werkdagen tussen 22.00 en 6.00 uur te reguleren. Dat kan door gebieden aan te wijzen waarin het verbod niet geldt of door vormen van detailhandel aan te wijzen waarvoor het verbod niet geldt. Ook kan in afzonderlijke gevallen ontheffing verleend worden. De modelverordening gaat ervan uit dat voor de nachtelijke openstelling de ontheffing het belangrijkste instrument is. Per geval is dan een afweging te maken of de gewenste openstelling zich verhoudt met belangen van de woon- en leefomgeving en de openbare orde. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen en voorschriften worden verleend. In het Vrijstellingenbesluit is voor een aantal overige vormen van detailhandel alleen de openstelling op zon- en feestdagen geregeld. De openstelling van deze vormen van detailhandel op de uren tussen 10 uur 's avonds en zes uur in de ochtend op werkdagen wordt door de verordeningsbepaling geregeld.

Artikel 10 In werking treden

De wet kent geen overgangsregeling. Ook in de modelverordening is geen overgangsbepaling opgenomen. Voor de ontheffingen op grond van toerisme of grensovergang is een overgangsregeling aan te bevelen. Aangezien de regeling op grond van de Winkelsluitingswet en de Winkeltijdenwet voor deze onderwerpen niet veranderd is, kan een overgangsbepaling regelen dat de ontheffingen die op grond van de oude verordening zijn verleend geacht worden ontheffingen te zijn op grond van de nieuwe verordening. Betrokkenen hoeven dan geen nieuwe ontheffing aan te vragen en de gemeente kent minder bestuurslasten en ontheffingen. Voor de zon- en feestdagen in de periode juni tot en met december 1996 die op grond van de regeling in de oude verordening of rechtstreeks op grond van de oude Winkelsluitingswet zijn aangewezen door burgemeester en wethouders of de gemeenteraad kan eenzelfde overgangsregeling worden opgenomen. Burgemeester en wethouders of de gemeenteraad kunnen dan naast die, op grond van de overgangsregeling reeds aangewezen, zon- en feestdagen voor de periode juni tot en met december 1996 nog een aantal zon- en feestdagen aanwijzen tot een maximum van 12, verminderd met de voor die periode reeds aangewezen zon- en feestdagen op grond van de oude verordening of de oude wet. Voor 1996 geldt het maximum van de 12 aan te wijzen zon- en feestdagen ongeacht het tijdstip waarop de Winkeltijdenwet in werking is getreden. Indien in de periode januari tot en met mei 1996 op grond van de oude Winkelsluitingswet acht zon- en feestdagen zijn aangewezen, kunnen op grond van de nieuwe Winkeltijdenwet in de periode juni tot en met december 1996 nog eens maximaal 12 zon- en feestdagen worden aangewezen. Het tijdstip van in werking treden van de verordening zal om de bestaande ontheffingen en vrijstellingen te kunnen laten doorlopen moeten worden gekoppeld aan het tijdstip van in werking treden van de wet.