Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Terschelling

Mandaatbesluit Havenverordening Terschelling 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTerschelling
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaatbesluit Havenverordening Terschelling 2006
CiteertitelMandaatbesluit Havenverordening
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Havenverordening Terschelling 2006, artikel 5.1
  2. Algemene wet bestuursrecht artikel 10:3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-11-200602-12-2015nieuwe regeling

10-10-2006

De Terschellinger

245

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaatbesluit Havenverordening Terschelling 2006

Burgemeester en wethouder van de gemeente Terschelling in de vergadering van 10 oktober 2006;Gezien de "havenverordening Terschelling 2006";Overwegende dat het vaststellen van hierop gebaseerde mandaatbesluiten in het belang van het beheer van de gemeentelijke haven noodzakelijk is;Gelet op de afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht

BESLUIT

Vast te stellen het navolgende:MANDAATBESLUIT HAVENVERORDENING TERSCHELLING 2006 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Havenmeester: de ambtena(a)r(en) of diens plaatsvervanger die als zodanig door het college is benoemd en aan wie het toezicht in de haven en op de kades is gemandateerd;

  • b.

    Ligplaatsvergunning: de vergunning waarbij het college zich verbindt om de ligplaatshouder of de passant een ligplaats in gebruik te geven

  • c.

    Ligplaats:het gedeelte van het openbaar water waarop een schip gemeerd dan wel geankerd ligt;

  • d.

    Passant: hij die met een schip de haven binnenvaart en voornemens is daar een of meerdere nachten te blijven liggen en dit als zodanig kenbaar maakt aan de havenmeester;

  • e.

    Schip: elk vaartuig, gebruikt of geschikt om te worden gebruikt als middel van vervoer te water, met inbegrip van een watervliegtuig, een draagvleugelboot, een luchtkussenvaartuig, een drijvende boorinstallatie, een baggermolen, een drijvende kraan, een elevator, een ponton en elk ander drijvend werktuig, drijvend voorwerp of drijvende inrichting van soortgelijke aard;

Artikel 2  

Het college mandateert de navolgende bevoegdheden uit de verordening aan de havenmeester.

  • 1.

    De algemene bevoegdheid tot het verlenen van ligplaatsvergunningen, zoals bedoeld in artikel 2.2 lid 4.

  • 2.

    De bevoegdheid om ontheffing te verlenen van het verbod om ligplaats in te nemen met een schip dat groter is dan aangegeven in bijlage 13 van het BPR voor de (Rijks)haven van Terschelling, zoals aangegeven in artikel 2.3 lid 1.

  • 3.

    De bevoegdheid om ontheffing te verlenen van lid 1,4,5,7 van artikel 2.5 (overlast artikel)

  • 4.

    De bevoegdheid om ontheffing te verlenen van het verbod zoals genoemd in artikel 2.6 om voorzieningen of voorwerpen in, onder of boven het water te hebben, aan te brengen of te doen aanbrengen.

  • 5.

    De bevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 2.11, lid 2 om aanwijzingen te verstrekken aan schippers met betrekking tot het verhalen en innemen van een ligplaats.

  • 6.

    De bevoegdheid zoals genoemd in artikel 2.11 lid 3 om vaste ligplaatsen uit te geven en aan te wijzen.

  • 7.

    De bevoegdheid, zoals bedoeld in artikel 2.12 om de houder van een ligplaatsvergunning een andere ligplaats in te nemen, indien zulks noodzakelijk is in verband met een doelmatig gebruik van het openbaar water.

  • 8.

    De bevoegdheid tot verlenen van ontheffing, zoals bedoeld in artikel 3.1 lid 6 betreffende recreatievaart en zeilvaart in de haven.

  • 9.

    De bevoegdheid om ontheffing te verlenen van het verbod, zoals genoemd in artikel 4.1 lid 1 betreffende de verontreiniging van lucht, stank of hinder veroorzakende stoffen.

  • 10.

    De bevoegdheid zoals bedoeld in artikel 4.3 om een verbod op te leggen om met een schip een ligplaats in te nemen, of te verblijven, indien dit ernstig gevaar, ernstige schade of ernstige hinder voor de haven of voor de omgeving met zich mee kan brengen.

  • 11.

    De bevoegdheid zoals bedoeld in artikel 5.1 om aanwijzingen te geven in het belang van de orde en veiligheid in de haven, in het bijzonder ter regeling van het scheepvaartverkeer, het innemen van ligplaats en ter voorkoming van gevaar, schade of ernstige hinder

Het college van burgemeester en wethouders van Terschelling dd 10 oktober 2006

 

 

 

J.J. Hoogkamer                                                                                                      mr. J.M. VisserSecretaris                                                                                                                burgemeester