Overheidsorganisatie | Gemeente Enschede |
---|---|
Officiële naam regeling | Subsidieverordening Brede Scholen |
Citeertitel | Subsidieverordening Brede Scholen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
art. 149 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-05-2010 | 31-03-2015 | Onbekend | 26-04-2010 Huis aan huis, d.d. 6 mei 2010 | Gemeentebladnummer 336 |
Nr. 336
Gemeenteblad van Enschede
De raad van de gemeente Enschede;
gelezen het voorstel van het college van 30 maart 2010; 1000021922;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening;
besluit:
vast te stellen de navolgende:
Subsidieverordening brede scholen
In deze verordening wordt verstaan onder:
brede school primair onderwijs: een samenwerkingsverband van minimaal een basisschool, een kinderopvangorganisatie en een peuterspeelzaal.
brede school voortgezet onderwijs: een samenwerkingsverband van schoolbesturen zoals vertegenwoordigd in de stuurgroep samenwerkingverband brede school VO.
samenwerkingsovereenkomst: een gezamenlijke visie en de daaruit voortvloeiende afspraken van een brede school zoals verwoord in het visiedocument “De brede school Enschede”.
visiedocument “De brede school Enschede”: document dat in samenspraak met de brede schoolpartners is opgesteld en dat kaders biedt voor de verdere brede schoolontwikkeling.
basisfinanciering: bedrag dat aan een samenwerkingsverband primair onderwijs wordt toegekend op basis van de meest recente leerlingentelling van dat samenwerkingsverband op 1 oktober indien is voldaan aan de toetscriteria.
bonusfinanciering: een extra budget dat wordt toegekend aan de samenwerkingsverbanden primair onderwijs of het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs indien is voldaan aan de aanvullende toetscriteria.
Het college besluit met inachtneming van deze verordening op subsidieaanvragen.
Deze verordening is een bijzondere subsidieverordening als bedoeld in artikel 3 van de Asv 2009.
Het verstrekken van subsidies krachtens deze verordening heeft betrekking op het beleidsterrein
Jeugd en Onderwijs en in het bijzonder op de Lokaal Educatieve Agenda (LEA).
Subsidieverstrekking krachtens deze verordening heeft als doel:
De brede school levert een aantoonbare bijdrage aan de ontwikkelingskansen van kinderen met activiteiten op het gebied van sport, cultuur, welzijnswerk, dagarrangementen, opvoedondersteuning, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling.
De brede school versterkt de relatie tussen school en buurt. Hierbij gaat het niet alleen om ouders maar ook overige wijkbewoners te betrekken bij activiteiten en te zorgen voor verbindingen tussen de brede schoolactiviteiten en overige wijkactiviteiten.
De brede school vergroot de arbeidsparticipatiemogelijkheden van burgers met activiteiten die voor ouders de combinatie werk en zorg vergemakkelijken dan wel activiteiten die (in)direct gericht zijn op arbeidstoeleiding.
Aanvragen kunnen worden ingediend door:
rechtspersonen voor primair en voortgezet onderwijs in Enschede.
samenwerkingsverbanden van brede scholen.
de gezamenlijke leden van de stuurgroep voortgezet onderwijs.
Het subsidieplafond wordt jaarlijks door het college vastgesteld.
Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten:
De ontwikkeling of aanpassing van de samenwerkingsovereenkomst. Dit betreft eenmalig een bedrag van € 1.000 per samenwerkingsverband.
Activiteiten op het gebied van sport, cultuur, welzijnswerk, dagarrangementen, opvoedondersteuning, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling.
De volgende criteria worden gehanteerd:
Om in aanmerking te komen voor de basisfinanciering moeten de aanvragen van de samenwerkingsverbanden primair onderwijs voldoen aan minimaal een van de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 3, lid 3.
De aanvraag van het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs moet voldoen aan minimaal een van de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 3, lid 3. Tevens dient in de aanvraag van het voortgezet onderwijs aangegeven te worden hoe de doorgaande leerlijn primair onderwijs-voortgezet onderwijs wordt vormgegeven.
Met betrekking tot de bonusfinanciering worden de aanvragen van de samenwerkingsverbanden primair onderwijs en de aanvraag van het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs beoordeeld op:
De mate waarin sprake is van een vernieuwende aanpak. Wat is het vernieuwende en wat wordt er ten opzichte van de oude situatie of andere samenwerkingsverbanden anders gedaan om de doelstellingen te bereiken?
De mate waarin voldaan wordt aan de doelstellingen zoals opgenomen in artikel 3, lid 3. Wordt aan alledrie de doelstellingen voldaan of slechts aan één?
De mate waarin het project inspeelt op de specifieke problemen en kansen van de wijk.
Met betrekking tot activiteiten op het gebied van opvoedondersteuning moet de aanvraag
aansluiten bij de Triple-P methode, een oudercomponent bevatten en afgestemd
zijn met de Loes-medewerkers en het schoolmaatschappelijk werk.
e.Met betrekking tot activiteiten op het gebied van dagarrangementen moet de aanvraag
aansluiten bij initiatieven die voor ouders de combinatie arbeid – zorg vergemakkelijkt.
Voor aanvragen vanaf het schooljaar 2011-2012 is een samenwerkingsovereenkomst verplicht die voldoet aan de in het visiedocument “De brede school Enschede’ gestelde vereisten.
Verdeling subsidie brede school primair onderwijs en brede school voortgezet onderwijs:
De basisfinanciering voor de scholen voor primair onderwijs is gebaseerd is op het leerlingenaantal in het samenwerkingsverband op de meest recente leerlingentelling van 1 oktober.
Voor het voortgezet onderwijs geldt het jaarlijks in de programmabegroting opgenomen budget voor de brede school voortgezet onderwijs.
Zowel het primair onderwijs als het voortgezet onderwijs komen in aanmerking voor de bonusfinanciering.
1. Het college kan een aanvraagformulier vaststellen.
2. De aanvraag wordt uiterlijk 1 mei voorafgaand aan het betreffende schooljaar ingediend.
Artikel 8 Beslistermijn; subsidieverlening of subsidievaststelling; voorschotten of subsidiebedrag
Het college beslist na ontvangst van de aanvraag of verzochte aanvulling van de aanvraag.
Het college kan voornoemde termijn, met redenen omkleed, eenmalig met 4 weken verlengen.
Hiervan wordt schriftelijk mededeling gedaan aan aanvrager.
Het college beslist in geval van toekenning of tot subsidieverlening of tot subsidievaststelling.
De subsidieverleningbeschikking vermeldt de eventuele voorschotverlening en de wijze van
betaling ervan.
5.De subsidievaststellingsbeschikking vermeldt de wijze van betaling van het subsidiebedrag.
Artikel 9 Aanvraag subsidievaststelling na subsidieverlening
De subsidieontvanger dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 1 november in het jaar na afloop van de activiteiten een aanvraag tot subsidievaststelling in.
Artikel 10 Subsidievaststelling na subsidieverlening
1.Binnen 6 weken na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling genoemd in het
voorgaande artikel stelt het college de subsidie vast.
2.Het college kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmalig met 4 weken verlengen. Een
dergelijke verlenging wordt schriftelijk meegedeeld aan de subsidieontvanger.
3.De subsidiebeschikking vermeldt de wijze van betaling van het subsidiebedrag en een
verrekening van eventuele voorschotten.
Het college kan in bijzondere gevallen van de bepalingen in deze verordening afwijken, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
1.De Subsidieverordening BASIS 2009-2010, vastgesteld door de raad op 17 november 2008, wordt
ingetrokken.
2.De Subsidieverordening BASIS 2009-2010 blijft van kracht voor zover nodig voor de afwikkeling
van de verleende subsidies.
Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.
Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening brede scholen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 26 april 2010.
De Griffier, De Voorzitter,
R.M. Jongedijk P.E.J. den Oudsten