Organisatie | Landerd |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Langdurigheidstoeslag |
Citeertitel | Verordening langdurigheidstoeslag |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Welzijn |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-04-2009 | 01-01-2009 | 01-10-2009 | Nieuwe regeling | 12-03-2009 Koerier, 1 april 2009 | -1.844.5/GL |
09-04-2009 | 01-01-2009 | 01-10-2009 | Nieuwe regeling | 12-03-2009 Koerier, 1 april 2009 | -1.844.5/GL |
De raad van de gemeente Landerd;
Overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van langdurigheidstoeslag aan personen van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar bij verordening te regelen;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 januari 2009;
Gelet op de artikelen 8, eerste lid, onderdeel d en 36 van de Wet werk en bijstand,
Tot het vaststellen van de: Verordening Langdurigheidstoeslag
In deze verordening wordt verstaan onder:
Inkomen: het inkomen als bedoeld in artikel 32 van de wet, met dien verstande dat voor de zinsnede ‘een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan’ moet worden gelezen ‘de referteperiode’. Een bijstandsuitkering wordt, in afwijking van artikel 32 van de wet voor de beoordeling van het recht op langdurigheidstoeslag als inkomen gezien.
II. Recht op langdurigheidstoeslag
Artikel 3 – Langdurig, laag inkomen
Aan de in artikel 36, eerste lid, van de Wet Werk en Bijstand gestelde voorwaarde van het hebben van een langdurig, laag inkomen is voldaan als gedurende een ononderbroken periode van 36 maanden het inkomen niet uitkomt boven voor belanghebbende geldende bijstandsnorm.
Artikel 4 – Hoogte van de langdurigheidstoeslag
De langdurigheidstoeslag bedraagt *per jaar:
Indien één van de gehuwden op de peildatum is uitgesloten van het recht oplangdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13 lid 1 van de wet komt de rechthebbendeechtgenoot in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.