Organisatie | Moerdijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de vertrouwenscommissie burgemeestersbenoeming gemeente Moerdijk 2011 |
Citeertitel | Verordening op de vertrouwenscommissie burgemeestersbenoeming gemeente Moerdijk 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 61 en volgende van de Gemeentewet en het gestelde in de circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 4 november 2005 nr. 2005-0000278431
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-02-2011 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 15-02-2011 Moerdijkse Bode 22-02-2011 | 274931 |
Artikel 3 Taak van de commissie
Indien de commissie, naast de in lid 3 aangereikte kandidaten, ook andere, dan door de Commissaris van de Koningin geselecteerde kandidaten, bij haar beoordeling wenst te betrekken, doet zij daarvan onverwijld mededeling aan de Commissaris van de Koningin. Deze brengt zijn oordeel over deze kandidaten ter kennis van de vertrouwenscommissie.
De commissie treft een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de privacybelangen van de kandidaat verder worden beschermd, bijvoorbeeld bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken en bij het voeren van de correspondentie.Er vindt geen correspondentie plaats over kandidaten, over met kandidaten gevoerde gesprekken of andere informatie via e-mail.
De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor dat, op het tijdstip bedoeld in het eerste lid, alle archiefbescheiden die de commissie zelf heeft opgemaakt onverwijld in een verzegelde enveloppe en gerubriceerd als “geheim” worden overgebracht naar de krachtens de wet aangewezen archiefbewaarplaats. Zij dragen er eveneens zorg voor dat uitvoering wordt gegeven aan het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.
Van de in het tweede lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, eerste lid, sub a en c, van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.