Organisatie | Heerlen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor de verlening van vergunningen als bedoeld in artikel 3 van de Verordening speelautomaten 2000 per 1 januari 2008 |
Citeertitel | Beleidsregels voor de verlening van vergunningen als bedoeld in artikel 3 van de Verordening speelautomaten 2000 per 1 januari 2008 |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 3 Speelautomatenverordening
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-07-2007 | 06-02-2020 | Nieuwe regeling | 03-07-2007 Onbekend | 2008/22203 |
Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
In Heerlen zijn op grond van de Verordening speelautomaten 2000 (hierna: de verordening) vier speelautomatenhallen toegestaan. De verordening schrijft voor dat twee hallen in Heerlen-Centrum zijn toegestaan, een in Hoensbroek en een in Heerlerbaan. Deze vier hallen zijn momenteel in exploitatie. De vergunningen van de exploitanten lopen op 1 januari 2008 af. De burgemeester van Heerlen heeft op grond van artikel 3 van de verordening de volgende beleidsregels vastgesteld voor de verlening van de speelautomatenhalvergunningen.
Aanvragen kunnen worden ingediend de dag na bekendmaking van deze beleidsregels in Weekblad Parkstad. Voor dat tijdstip ingediende aanvragen worden pas vanaf dat tijdstip in behandeling genomen. Aanvragen dienen uiterlijk 1 oktober 2007 compleet (inclusief formulieren op grond van de Wet Bibob) te zijn ingeleverd en eventueel te zijn aangevuld. Gelet op de mogelijke aanvulling dienen aanvragen uiterlijk 10 september 2007 ingediend te worden. Aanvragen worden schriftelijk ingediend. Indiening langs elektronische weg is niet mogelijk.
Op grond van artikel 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht dient de aanvrager de aanvraag te ondertekenen en bevat deze ten minste a) de naam en het adres van de aanvrager, b) de dagtekening en c) een aanduiding van de beschikking die wordt gevraagd. Op grond van artikel 4 van de verordening verstrekt de ondernemer bij zijn aanvraag verder de volgende bescheiden:
Verder dient de ondernemer bij zijn aanvraag schriftelijk duidelijk te maken op welke wijze de openbare orde en het woon- en leefklimaat beschermd worden, hoe gokverslaving tegengegaan wordt en hoe minderjarigen beschermd worden.
Aanvragers dienen de op grond van de Wet Bibob 2 verstrekte formulieren volledig en juist in te vullen en tijdig in te leveren, bij gebreke waarvan de aanvraag op grond van artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht niet-ontvankelijk verklaard zal worden.
Op grond van artikel 5 van de verordening beslist de burgemeester binnen twaalf weken na de datum waarop hij de aanvraag met alle bijbehorende bescheiden heeft ontvangen. De beslissing kan éénmaal voor ten hoogste twaalf weken worden verdaagd. Gelet op het feit dat op alle aanvragen in samenhang beslist moet worden, en dat aanvragen tot 1 oktober 2007 compleet gemaakt kunnen worden, beslist de burgemeester op alle aanvragen in afwijking van artikel 5 uiterlijk 24 weken na 1 oktober 2007, zijnde 17 maart 2008. Mocht dit zich voordoen zullen de bestaande vergunningen voor maximaal drie maanden worden verlengd.
Gelijktijdig met de aanvraag voor de halvergunning dient de aanvraag voor de aanwezigheidsvergunning voor de speelautomaten op grond van artikel 30b Wet op de kansspelen ingediend te worden.
Uitgangspunten bij de beoordeling van aanvragen
Beperkte voorrang voor zittende ondernemers
Doel van de verordening is het beheersen van de openbare orde, bescherming van het woon- en leefklimaat, het tegengaan van gokverslaving en de bescherming van minderjarigen. De zittende ondernemers, die nu ieder over twee vergunningen beschikken, en die de afgelopen jaren op een voor de omgeving en het publiek verantwoorde manier hebben geëxploiteerd zullen, bij meer dan vier aanvragen, voor ieder één vergunning voorrang krijgen op nieuwe ondernemers (mits geen weigeringsgrond van toepassing is, zie hierna). Hierbij wordt uitgegaan van de vergunningen voor de locaties met de meeste kansspelautomaten. Bij de keuze uit meerdere alternatieven wordt vooral gekeken naar de kwaliteit van de aanvraag. Daarbij gaat het onder andere om de locatie, de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving en het karakter van de straat en buurt (vergelijk art. 7, aanhef en onder e van de verordening), de kwaliteit, uitstraling en meerwaarde van de inrichting in combinatie met eventuele andere voorzieningen, en de maatregelen gericht op het woon- en leefklimaat en het voorkomen van gokverslaving. Verder is KEMA-certificering van de ondernemer een pluspunt.
Op grond van artikel 2, derde lid, van de verordening zijn in speelautomatenhallen in totaal 325 speelautomaten toegestaan. Op grond van artikel 6, derde lid, aanhef en onder c van de verordening wordt de huidige verdeling van het aantal kansspelautomaten over de locaties in de stadsdelen tot uitgangspunt genomen. Dat houdt in dat per stadsdeel maximaal het volgende aantal kansspelautomaten vergund zal worden:
Heerlen-Centrum: 210 automaten (maximaal twee vergunningen)
Hoensbroek: 65 automaten (maximaal een vergunning)
Heerlerbaan: 50 automaten (maximaal een vergunning)
Op grond van artikel 7 van de verordening wordt de vergunning geweigerd indien:
door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed, dan wel anderszins de openbare orde of de verkeersveiligheid op ontoelaatbare wijze wordt aangetast;
College en burgemeester hebben in 2004 besloten dat bij alle aanvragen voor een speelautomatenhal een toetsing op grond van de Wet Bibob wordt toegepast. Dat betekent dat alle aanvragers van een halvergunning een diepgaande antecedentenscreening zullen ondergaan, waarbij ook hun zakelijke omgeving, zoals financiers, betrokken kan worden. Indien er op basis van deze screening sprake is van ernstig gevaar dat de beschikking mede gebruikt zal worden voor het benutten van voordelen uit strafbare feiten of het plegen van strafbare feiten, kan de vergunning op grond van de Wet Bibob geweigerd worden.
De vergunningen worden voor een periode van 10 jaar verleend. De vergunningen worden uitsluitend gesteld op naam van de ondernemer, zijn locatiegebonden en zijn niet overdraagbaar.
De burgemeester trekt op grond van artikel 8 van de verordening de vergunning in:
Tegen de vaststelling van beleidsregels is geen bezwaar en beroep mogelijk. Tegen besluiten op vergunningaanvragen kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht door belanghebbenden binnen zes weken na bekendmaking bezwaar worden gemaakt volgens de daarvoor geldende regels.