Organisatie | Urk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | De verordening op de uitgangspunten voor financieël beheer en over de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Urk |
Citeertitel | Verordening artikel 212 van de Gemeentewet |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Gemeentewet, art. 212
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-11-2009 | 01-01-2009 | Nieuwe regeling | 26-11-2009 Het Urkerland 19-11-2009 | 2009001706 |
De raad van de gemeente Urk,op voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Urk d.d. 15 september 2009gelet op artikel 212 van de Gemeentewetbesluit:vast te stellen de verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, de regels voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Urk (vanaf heden aan te halen onder de naam “Financiële verordening gemeente Urk 2009”), alsmede het opnieuw vaststellen van de normenkader 2009.
Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:a.afdeling: iedere organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie.b.Administratie: het systeem verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van de gemeente Urk en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.
Hoofdstuk 2 Begroting en verantwoording
Artikel 3 Inrichting en begroting en jaarstukken
Bij de uiteenzetting van de financiële positie van de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven en wordt van de lopende investeringen het geautoriseerde investeringskrediet en de raming van de mutatie op het krediet in het lopende boekjaar weergegeven.
In de jaarrekening worden afwijkingen groter dan € 20.000 op de ramingen van de baten en lasten van de begroting (na wijziging) en de investeringskredieten toegelicht bij het onderdeel resultaat na bestemming. De afwijkingen die voortvloeien uit de doorberekening vanuit de kostenplaatsen (bijvoorbeeld inzake apparaatkosten) worden afzonderlijk toegelicht bij programma 10. Bij een individueel product of programma wordt verwezen naar deze afzonderlijke toelichting.
Artikel 4 Autorisatie begroting, begrotingswijzigingen en investeringskredieten
Bij de begrotingsbehandeling geeft de raad aan van welke nieuwe investeringen hij op een later tijdstip een apart voorstel voor autorisatie van het investeringskrediet wil ontvangen. De overige nieuwe investeringen worden bij de begrotingsbehandeling met het vaststellen van de financiële positie geautoriseerd.
Bij het niet volledig gerealiseerd zijn van een investering in een bepaald dienstjaar, wordt de realisatie voortgezet in volgende dienstjaren. De realisatie en de daarbij behorende financiële perspectieven (o.a. dekking) in de volgend dienstjaren zijn eveneens gebaseerd op het oorspronkelijke raadsbesluit. Van de voortgang en afwikkeling van deze investeringen wordt in de tussenrapportages en de jaarrekening verslag gedaan.
Artikel 5 Tussentijdse rapportage
De tussenrapportage bevat een uiteenzetting over de uitvoering en de bijstelling van het beleid en een overzicht met de bijgestelde raming van:a. de baten en lasten per programma;b. het resultaat voor bestemming volgend uit onderdeel a;c. de (beoogde) toevoegingen en onttrekkingen aan reserves per programma;d. het resultaat na bestemming, volgend uit de onderdelen b en c, alsmede een realisatie en raming van de productenrealisatie en de realisatie en raming van de uitputting van de investeringskredieten.
In de tussenrapportage worden afwijkingen op de ramingen. Na wijziging, van de baten en lasten en investeringskredieten in de begroting groter dan € 20.000 toegelicht bij het onderdeel resultaat na bestemming. De afwijkingen die voortvloeien uit de doorberekening vanuit de kostenplaatsen (bijvoorbeeld inzake apparaatkosten) worden afzonderlijk toegelicht bij programma 10. Bij een individueel product of programma wordt verwezen naar deze centrale toelichting.
Artikel 6 Waardering en afschrijving vaste activa
Onder activa met een meerjarig maatschappelijk nut, als bedoeld in artikel 35 van de BBV worden verstaan investeringen in aanleg en onderhoud van: waterwegen; waterbouwkundige werken; bruggen; viaducten; tunnels; verkeersregelinstallaties; openbare verlichting; straatmeubilair; reconstructie openbare ruimte; parken en overig openbaar groen.
Doorbelasting van rentelasten: uitgaande van de boekwaarde per 1-1 en de mutaties gedurende het jaar van de vaste activa en de grondexploitatie voorraden vindt jaarlijks een doorbelasting plaats aan de exploitatie. Deze doorbelasting is gebaseerd op een jaarlijks bij de begrotingsrichtlijnen vastgesteld percentage (momenteel 5%).
Artikel 7 Reserves en voorzieningen
Op hetgeen in artikel 7.4 is bepaald, worden toevoegingen en onttrekkingen aan de volgende reserves uitgezonderd: Sociale Uitkeringen, Wet Maatschappelijke Ondersteuning, Wet Sociale Werkvoorziening, Afvalstoffenheffing en Rioleringsfonds. Ook zijn uitgezonderd de toevoegingen aan reserves vanuit de grondexploitatie, die voorvloeien uit opslagen op de grondverkopen. Tevens zijn nog uitgezonderd toevoegingen aan de reserve Incidentele afschrijvingen die betrekking hebben op de dekking van lopende investeringen. Deze toevoegingen zijn gebaseerd op een (eerder) vastgesteld raadsbesluit. Verder nog de onttrekkingen aan reserves, inzake de dekking van lopende investeringen, zoals bedoeld in artikel 4.4.
Reserves en voorzieningen mogen geen negatief saldo hebben. Bij het opstellen van de jaarrekening worden negatieve saldi aangevuld vanuit de algemene reserve. Bij de volgende jaarrekening(en) wordt, indien mogelijk, het bedrag van het negatieve saldo uit het voorgaande jaar vanuit de betreffende reserve/voorziening toegevoegd aan de algemene reserve.
Hoofdstuk 4 Financieel beheer en interne controle
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij dienstbaar is voor:a. het sturen en het beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel en in de afdelingen;b. het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa met economisch nut, activa met maatschappelijk nut, voorraden, vorderingen, schulden, contracten, etc;c. het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties;d. het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de gemeentelijke productie van goederen en diensten en de maatschappelijke effecten van het gemeentelijke beleid;e. het verschaffen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving;f. de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.
Het college zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking, en de echtmatigheid van de beheersbehandelingen. Bij afwijkingen neemt het college maatregelen tot herstel.
Hoofdstuk 5 Financiële organisatie
Artikel 15 Financiële organisatie
Het college zorgt voor en legt vast:a. een eenduidige indeling van de gemeentelijke organisatie en een eenduidig toewijzing van de gemeentelijke taken aan de afdelingen;b. een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;c. de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;d. de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie;e. De kostenverdeelsleutels voor het eenduidig toewijzen van de lasten en baten aan de producten van de productraming en de productrealisatie.