Organisatie | Deventer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Deventer 2005/2006 |
Citeertitel | Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Deventer 2005/2006 |
Vastgesteld door | geattribueerde functionaris |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | 4.10.1 |
Terugwerkende kracht tot 1 januari 2005
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-01-2006 | 01-01-2005 | 20-02-2015 | Onbekend | 01-12-2005 Gemeenteblad, 2006-01-30 | Onbekend |
Beleidsregels voor het toekennen van ambtshalve vermindering van de vastgestelde waarde ingevolge de Wet waardering onroerende zaken in Deventer voor de jaren 2005 en 2006
(Beleidsregels ambtshalve vermindering Wet WOZ Deventer 2005/2006)
Artikel 2 Gevallen waarin ambtshalve vermindering wordt verleend
Ingeval de waarde van een onroerende zaak had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste 20% met een minimum van € 4.538,-- lager is dan de te hoog vastgestelde waarde van die onroerende zaak, verleent de heffingsambtenaar ambtshalve vermindering voor het verschil tussen beide waarden, indien:
Ingeval de waarde van de onroerende zaak in 2005 had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste de voor die onroerende zaak in artikel 26a van de Wet WOZ van toepassing zijnde marge, maar niet de in artikel 29a, tweede lid, van de Wet WOZ genoemde drempel overschrijdt, verleent de heffingsambtenaar slechts ambtshalve vermindering voor de in 2006 voor die onroerende zaak bij beschikking vast te stellen waarde voorzover artikel 29a, eerste lid, van de Wet WOZ toepassing vindt. De ambtshalve vermindering vindt plaats door vaststelling van een nieuwe waarde voor de onroerende zaak bij beschikking bedoeld in artikel 29a, eerste lid, van de Wet WOZ.
Ingeval de heffingsambtenaar toepassing heeft gegeven aan het bepaalde in het derde lid, verleent de heffingsambtenaar, naast de gevallen bedoeld in het tweede lid, ook ambtshalve vermindering van de bij de in het derde lid bedoelde beschikking vastgestelde waarde en van de bij de oorspronkelijke, in 2005 bij beschikking vastgestelde waarde indien hem blijkt dat de waarde van de onroerende zaak bij de in het derde lid bedoelde beschikking had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat tenminste 20% met een minimum van € 4.538,--, lager is dan de oorspronkelijke, in 2005 bij beschikking vastgestelde waarde van die onroerende zaak. Het bedrag van de vermindering is voor de onderscheiden beschikkingen het verschil tussen de ambtshalve opnieuw vast te stellen waarde en de eerder bij deze beschikkingen vastgestelde waarde.
Een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, waarin een toepassing van de Wet WOZ besloten ligt die voor de belanghebbende gunstiger is dan de bij de vaststelling van de beschikking gevolgde toepassing, leidt niet tot het ambtshalve verlenen van vermindering van de waarde indien de beschikking onherroepelijk is komen vast te staan voor de dag, waarop de uitspraak door de Hoge Raad, het hof of de rechtbank is gewezen, tenzij het college op dit punt een afwijkende regeling heeft getroffen.
Hetgeen in het eerste lid is bepaald met betrekking tot een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, is in daartoe leidende gevallen van overeenkomstige toepassing op prejudiciële beslissingen van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen alsmede op rechterlijke uitspraken van het Hof en andere supranationale colleges.