Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ooststellingwerf

Verordening Ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Ooststellingwerf 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOoststellingwerf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Ooststellingwerf 2010
CiteertitelVerordening Ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Ooststellingwerf 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening ambtelijke bijstand 2003.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 33 lid 3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2010nieuwe regeling

15-09-2009

Nieuwe Ooststellingwerver, 30-09-2009

Raad, 15-09-2009, no. C.5
20-08-200301-01-2010nieuwe regeling

19-08-2003

-

Raad, 19-08-2003, no A.2

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Ambtelijke bijstand en fractieondersteuning gemeente Ooststellingwerf 2010

VERORDENING AMBTELIJKE BIJSTAND EN FRACTIEONDERSTEUNINGGEMEENTE OOSTSTELLINGWERF 2010

Paragraaf 1 Ambtelijke Bijstand

Artikel 1 Het vragen van ambtelijke bijstand

  • 1.1

    Een raadslid wendt zich tot de griffier of een ambtenaar met een verzoek om:

    a. feitelijke informatie van geringe omvang;b. inzage in of afschrift van documenten die openbaar zijn.

  • 1.2

    Indien de ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld onder het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de secretaris daarvan in kennis. De secretaris beslist. Deze stelt vervolgens de griffier daarvan op de hoogte.

  • 1.3

    Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 1.4

    De bijstand, bedoeld in het derde lid, wordt verleend door de griffier. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier kan worden verleend, kan de griffier de secretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2 Het verlenen en weigeren van ambtelijke bijstand

  • 2.1

    Een ambtenaar verleent de in artikel 1 bedoelde ambtelijke bijstand tenzij:

    a. het raadslid niet aannemelijk heeft gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;b. dit het belang van de gemeente kan schaden.

  • 2.2

    De secretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd.

  • 2.3

    Indien de ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3 Het beslissen over ambtelijke bijstand in conflictgevallen

  • 3.1

    Indien het verzoek om ambtelijke bijstand door de secretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over het verzoek.

Artikel 4 De kwaliteit van de ambtelijke bijstand

  • 4.1

    Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de secretaris.

  • 4.2

    Indien het overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk over de zaak.

Artikel 5 Registratie verleende ambtelijke bijstand

  • 5.1

    De secretaris laat door middel van tijdschrijven registreren hoeveel uren per jaar ambtelijke bijstand door een ambtenaar wordt verleend

  • 5.2

    De secretaris verstrekt de griffier en desgewenst de desbetreffende portefeuillehouder in het college jaarlijks een overzicht van de verstrekte ambtelijke bijstand.

Artikel 6 Commissieleden

  • 6.1

    De in voorgaande artikelen geregelde ambtelijke bijstand geldt ook voor plaatsvervangende commissieleden die geen raadslid zijn.

Artikel 7 Openbaarheid verstrekte informatie

  • 7.1

    Het doen van een verzoek om ambtelijke bijstand is niet geheim. Het raadslid kan bepalen dat tot behandeling van het onderwerp in de commissie of raad de inhoud van het gegeven advies geheim wordt gehouden.

  • 7.2

    Indien het college of leden van het college informatie wensen over een verzoek om de inhoud van het gegeven advies wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot een betrokken raadslid.

Paragraaf 2 Fractieondersteuning

Artikel 8 Fractievergoeding

  • 8.1

    De fracties, zoals bedoeld in artikel 10 van het reglement van orde, ontvangen jaarlijks een financiële bijdrage als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie.

  • 8.2

    Deze bijdrage bestaat uit een vast deel van €1.000,- voor elke fractie. Daarnaast ontvangt elke fractie een bedrag van €100,- per raadszetel.

Artikel 9 Gebruik van de vergoeding

  • 9.1

    Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 9.2

    De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      Uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      Betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      Giften;

    • d.

      Uitgaven welke dienen bestreden te worden uit de raadsvergoedingen;

    • e.

      Opleidingen voor individuele raads- en commissieleden;

    • f.

      Andere individuele, persoonlijke onkosten van raadsleden, zoals administratiekosten en kosten voor het volgen van cursussen en congressen;

    • g.

      Presentjes / bloemen / kaarten voor relaties;

    • h.

      Lief en leed;

    • i.

      Bestedingen aan raadsleden of bedrijven van raadsleden voor werkzaamheden die zij als (beleids-) medewerker of anderszins in opdracht van een fractie verrichten;

    • j.

      (Her) verkiezing van raadsleden;

    • k.

      Reiskosten.

Artikel 10 Uitbetaling

  • 10.1

    De bijdrage voor fractieondersteuning wordt, voor 31 januari van een kalenderjaar, als voorschot op dat kalenderjaar verstrekt.

  • 10.2

    In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt het voorschot verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt wordt het voorschot verstrekt voor de overigemaanden van dat jaar.

  • 10.3

    Het voorschot wordt verrekend met teveel ontvangen voorschotten in jaren waarvoor de raad de bedragen heeft vastgesteld als bedoeld in artikel 12, derde lid.

Artikel 11 Wijziging fractie gedurende zittingsperiode

  • 11.1

    Indien het zeteltal van een fractie ten gevolge van verkiezingen verandert, wijzigt de bijdrage

    • a.

      bij vermindering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt;

    • b.

      bij vermeerdering van het zeteltal: op de eerste dag van de maand waarin de eerste vergadering van de nieuw gekozen raad plaatsvindt.

  • 11.2

    Bij splitsing van een fractie wordt de op grond van artikel 8, tweede lid, vastgestelde bijdrage voor de oorspronkelijke fractie verdeeld over de betrokken fracties naar evenredigheid van het aantal bij de splitsing betrokken leden.

  • 11.3

    Bij splitsing van een fractie wordt het aan de oorspronkelijke fractie verstrekte voorschot verrekend overeenkomstig de verdeling die volgt uit het tweede lid.

Artikel 12 Verantwoording

  • 12.1

    Elke fractie legt, binnen twee maanden na het einde van een kalenderjaar, aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage voor fractieondersteuning onder overlegging van een verslag.

  • 12.2

    Controle van het verslag vindt plaats door de raadsgriffier. De raadsgriffier brengt uiterlijk binnen drie maanden na afloop van het kalenderjaar advies uit aan het presidium en het presidium aan de raad.

  • 12.3

    De raad stelt de bedragen vast van:

    • a.

      de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage bekostigd zijn;

    • b.

      de verrekening tussen de in onderdeel a. genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen voorschotten.

Paragraaf 3 Slotbepaling

Artikel 13 In werking treding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2010.

Aldus vastgesteld door de gemeenteraad van gemeente Ooststellingwerf op 15 september 2009., griffier.                                   , voorzitter.