Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Kampen

Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Kampen
Officiële naam regelingVerordening Brandveiligheid en Hulpverlening
CiteertitelVerordening Brandveiligheid en Hulpverlening
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpOpenbare orde en veiligheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Brandweerwet 1985, art. 1, lid 2
  2. Brandweerwet 1985, art. 12
  3. Gemeentewet, art. 149
  4. Wet Milieubeheer, art. 8.11, lid 3
  5. Wet Milieubeheer, art. 8.40
  6. Woningwet, art. 8, lid 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-09-200817-09-2008intrekking

21-08-2008

2008, nr. 72 Gemeenteblad

b&w 15-7-2008
03-02-200617-09-2008nieuwe regeling

02-02-2006

2006, nr. 72 Gemeenteblad

b&w 20-12-2005

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Brandveiligheid en Hulpverlening

De raad der gemeente Kampen; Gelet op artikel 1, tweede lid, en artikel 12 van de Brandweerwet 1985, artikel 8, tweede lid, van de Woningwet, artikel 8.11, derde lid, en artikel 8.40 van de Wet Milieubeheer en artikel 149 van de Gemeentewet; Gezien het advies van de commandant brandweer; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 december 2005; Overwegende dat; Burgemeester en wethouders de zorg hebben voor: a. het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt; b. het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand; de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken en bestrijden van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen tot de taak van de brandweer behoort; burgemeester en wethouders andere werkzaamheden, dan hierboven bedoeld, kunnen aanwijzen die de brandweer verricht; de brandbeveiligingsverordening voorschriften bevat omtrent het gebruik van inrichtingen voor zover dit geen bouwwerken zijn als bedoeld in de Woningwet en de Bouwverordening; de bouwverordening voorschriften bevat omtrent het gebruik van woningen, woonketen, woonwagens, andere gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, en standplaatsen, waaronder in elk geval zijn begrepen voorschriften met betrekking tot onder meer brandveiligheid; de Wet milieubeheer beoogt het milieu te beschermen, onder meer door de brandveiligheid te bevorderen; het wenselijk is de voorzieningen voor brandveiligheid en hulpverlening in samenhang te treffen, b e s l u i t vast te stellen de: Verordening brandveiligheid en hulpverlening Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. repressieve taken 1e het beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt; 2e het beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen anders dan bij brand; 3e de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken en bestrijden van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen; b. preventieve taken 1e het voorkomen en beperken van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt; 2e de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken van rampen, als bedoeld in artikel 1 van de Wet rampen en zware ongevallen; 3e de uitvoering van de voorschriften met betrekking tot brandveilig gebruik van woningen, woonketen, woonwagens, andere gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde, en standplaatsen; 4e de uitvoering van de brandbeveiligingsverordening. Artikel 2 Gemeentelijke brandweer Burgemeester en wethouders beschikken over een gemeentelijke brandweer. De gemeentelijke brandweer beschikt over twee uitrukposten: - post Kampen - post IJsselmuiden Artikel 3 Taken brandweer De taken van de gemeentelijke brandweer bestaan, behoudens de, in artikel 5 van de Brandweerwet 1985, aan de regionale brandweer opgedragen taken, uit: 1. de feitelijke uitvoering van de preventieve en repressieve taken; 2. andere dan de onder 1 genoemde werkzaamheden, voor zover deze niet te maken hebben met het wegnemen van onmiddellijk gevaar voor mens en dier. Artikel 4 Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening Burgemeester en wethouders leggen de gemeenteraad eenmaal per 4 jaar een plan voor op welke wijze aan de inhoud van artikel 3 omschreven taken uitvoering zal worden gegeven (beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening). Dit plan omvat in elk geval een omschrijving van de financiële en personele middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van de preventieve en repressieve taken. Artikel 5 Regionale taken Naast de in artikel 3, tweede lid, van de Brandweerwet 1985 opgedragen taken, zijn de volgende taken van de gemeentelijke brandweer aan de regionale brandweer overgedragen: 1. Regionale Regeling Operationele Leiding (RROL) 2. Gaspakkenteam Artikel 6 Personeel Het personeel van de gemeentelijke brandweer met preventieve en/of repressieve taken bestaat uit full-time medewerkers en parttime medewerkers. De gemeentelijke brandweer bestaat uit tenminste A. full-time medewerkers a. 1 commandant / afdelingshoofd b. 3 officieren / beleidsmedewerkers c. 3 medewerkers preventie d. 3 medewerkers preparatie e. 1 medewerker administratieve ondersteuning B. parttime medewerkers post Kampen a. 6 onderofficieren b. 36 (hoofd)brandwachten C. parttime medewerkers post IJsselmuiden a. 3 onderofficeren b. 18 (hoofd)brandwachten Artikel 7 Opleiding en instructie Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van het brandweerpersoneel, die voor de taakuitoefening noodzakelijk zijn. Artikel 8 Instructie commandant De commandant heeft de algemene leiding en het bevel over de brandweer, overeenkomstig de voor hem door burgemeester en wethouders vastgestelde instructies. Artikel 9 Materieel het materieel van de gemeentelijke brandweer bestaat tenminste uit: o 3 tankautospuiten (TS) o 1 hulpverleningsvoertuig (HV1) o 1 tankwagen (TW) o 1 hoogwerker (HW) o 1 waterongevallenvoertuig (WO) o 1 boot o 1 slangenwagen (SL) o 1 dienstbus (DB) o 2 vierwiel-aangedreven dienstauto (DA) o 1 dienstauto (DA) t.b.v. Preventie o 1 dienstauto (DA) t.b.v. Officier van Dienst o 10 bromscooters t.b.v. piket vrijwilligers o 1 motorspuitaanhanger (MSA) o 1 noodstroomaggregaataanhanger (NSA) o 1 oefenmaterieelaanhanger (OMA) o 1 schuimblusaanhanger (SBA) o 1 poederblusaanhanger 250 kg (PBA) o 1 veetakelaanhanger (VTA) 2 Burgemeester en wethouders bepalen de plaats en de wijze waarop het materieel en de overige goederen van de brandweer worden onder gebracht. Artikel 10 Bluswatervoorziening Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorziening en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is. Artikel 11 Citeertitel en in werking treden 1. Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening brandveiligheid en hulpverlening. 2.Deze verordening treedt in werking met ingang van 2 februari 2006. 3.Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen de Organisatieverordeningen van de opgeheven gemeenten Kampen en IJsselmuiden. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 februari 2006. Toelichting op Verordening Brandveiligheid & Hulpverlening gemeente Kampen Artikel 1 Begripsomschrijvingen De begripsomschrijvingen zijn opgenomen ten behoeve van het bepaalde in de artikelen 3 en 5. Het beperken van brand, brandgevaar en ongevallen bij brand kan met preventieve voorzieningen en/of repressieve middelen worden bereikt. Vandaar dat het beperken van brand, brandgevaar en ongevallen bij brand onder preventieve en repressieve taken is vermeld. Artikel 2 Gemeentelijke brandweer Artikel 1 van de Brandweerwet 1985 stelt dat er in elke gemeente een gemeentelijke brandweer is. Dit is ook het geval in de gemeente Kampen. Na de fusie tussen de voormalige gemeenten Kampen en IJsselmuiden zijn de beide brandweerkorpsen gefuseerd tot één gemeentelijk korps. Zoals uit het regionale Dekkingsplan blijkt moet zowel in Kampen als in IJsselmuiden een uitrukpost aanwezig zijn. Artikel 3 Taken brandweer Het takenpakket van de brandweer wordt in vijf hoofdtaken onderscheiden ( de z.g. ’veiligheidsketen’): - pro-actie - preventie - preparatie - repressie - nazorg Uit artikel 1, vierde lid, en artikel 12 van de Brandweerwet 1985 juncto het zesde lid van artikel 1 volgt dat de taken van de brandweer in elk geval bestaan uit de feitelijke uitvoering ter zake van werkzaamheden van het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar, het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt. Dat repressie tot de taak van de brandweer behoort staat buiten twijfel. Artikel 100, eerste lid, van de Woningwet stelt dat het gemeentebestuur voorziet in het bouw- en woningtoezicht, dat in elk geval onder meer tot taak heeft het binnen de gemeente uitoefenen van toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften, zoals de Bouwverordening en het Bouwbesluit. Het tweede lid van artikel 100 geeft aan dat burgemeester en wethouders ambtenaren kunnen aanwijzen die belast zijn met (onderdelen van) dit toezicht. Het ligt in de rede om hiervoor de brandweer aan te wijzen. In Kampen functioneert dit al op deze wijze. Binnen afzienbare tijd komt hiervoor een formele regeling tussen de verschillen belanghebbende gemeentelijke afdelingen op deze deelgebieden. Uitvoering van hoofdstuk 6 van de Bouwverordening (de z.g. vergunning brandveiligheid c.q. gebruiksvergunning) is gemandateerd aan de commandant brandweer. Dit is vastgelegd in het mandateringsstatuut. Onder 2 zijn opgenomen de taken die de brandweer verricht anders dan de wettelijke taken. In de gemeente Kampen is besloten om geen andere dan wettelijke taken te verrichten. Artikel 4 Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening In het Beleidsplan Brandweer Kampen 2005–2008 is aangegeven op welke wijze de gemeente Kampen uitvoering geeft aan de zorgplicht voor de brandveiligheid, de hulpverlening anders dan bij brand en het gemeentelijke aandeel in de rampenbestrijding. Het beleidsplan wordt jaarlijks geëvalueerd en éénmaal per jaar geactualiseerd. Artikel 5 Regionale taken Het niveau van veiligheid in een regio op het gebied van de brandweerzorg en hulpverlening, alsmede dat van de rampenbestrijding is de uitkomst van de optelsom van de verschillende niveau’s van de gemeenten in de regio. De gemeente Kampen vormt een onderdeel van de brandweer regio IJssel-Vecht. In regionaal verband zijn afspraken gemaakt over de verschillende niveau’s. Op 13 mei 1996 zijn door de landelijke Stuurgroep Versterking Brandweer de referentiekaders gewenst zorgniveau (Project Versterking Brandweer) vastgesteld. In regionaal verband zijn deze referentiekaders nader uitgewerkt in een Normenboek 2000. Deze zijn ook bestuurlijk vastgesteld. Deze afspraken zijn bindend voor alle betrokkenen. Het zijn de normen waaraan iedereen moet voldoen. Taken die door de brandweer regio IJssel-Vecht (beheersmatig) worden uitgevoerd zijn: a. Regionale Regeling Operationele Leiding RROL b. Gaspakkenteam Ad.a Brandweer Kampen stelt voor de uitvoering van deze regeling beschikbaar: - 1 Hoofd Sectie van Dienst (HSvD) c.q. Commandant van Dienst (CvD) - 4 Officieren van Dienst (OvD) Deze functies worden bezet door: - de commandant (HSvD/CvD) - 3 officieren gemeente Kampen - 1 (extern) officier (deze wordt voor de inzet als OvD ingehuurd bij de regionale brandweer) Ad b. Deze taak wordt uitgevoerd door de post IJsselmuiden. Artikel 6 Personeel Brandweer kampen bestaat uit parttimers (vrijwilligers) die door fulltimers worden ondersteund, een zogenaamd ‘gemengd korps’. In de Verordening brandveiligheid en hulpverlening legt de gemeenteraad het aantal personeelsleden vast dat ter behartiging van de veiligheid ten minste belast is met preventieve en/of repressieve taken. Het is mogelijk dat personeelsleden met meerdere taken zijn belast. In principe heeft ieder korpslid boven de normale basistaken één specialisme (bevelvoerder, chauffeur, duiker, gaspakdrager) De personeelsformatie voor preventieve taken volgt uit de keuze voor het te handhaven brandveiligheidniveau in de gemeente. De gemaakt keuze ligt vast in het in artikel 4 genoemde beleidsplan brandveiligheid. De personeelsformatie voor de repressieve taken is afhankelijk van het materieel dat volgt uit het dekkingsplan voor brandrisico en het dekkingsplan voor hulpverlening anders dan bij brand. Het personeel bestaat uit fulltime en parttime medewerkers. De taak repressie wordt uitgevoerd door parttimers. De taken pro-actie, preventie, preparatie, nazorg, bedrijfsvoering, onderhoud en voorbereiding op de rampenbestrijding worden uitgevoerd door fulltimers. Volgens de beleidsnota 2005-2008 bestaat het personeelsbestand uit tenminste 11.0 fte dagdienstpersoneel en 75 vrijwilligers waarvan 9 bevelvoerders (BV) De gemeente Kampen is een z.g. ‘duik-gemeente’. In de handleiding Brandweerzorg en Technische hulpverlening van het ministerie van BZK is als aanbevolen opkomsttijd voor een duikploeg vijftien minuten aangeven. Gegeven het grote risico op waterongevallen binnen de gemeente is voor het bestrijden hiervan een speciaal opgeleide duikploeg beschikbaar. De duikploeg kan voor de volgende taken worden ingezet: - het redden van te water geraakte personen; - het redden van personen uit te water geraakte voertuigen; - het redden van dieren in nood, in en op het water; - het opsporen en bergen van verdrinkingsslachtoffers; - het opsporen van te water geraakte voertuigen en assistentie bij de berging, indien deze een gevaar vormen voor de scheepvaart of een onmiddellijke bedreiging vormen voor het milieu. Regionale besluitvorming over dit onderwerp, als gevolg van de nieuwe Leidraad Brandweerduiken, (wel of niet gemeentelijke / intergemeentelijk of regionaal, maximale opkomsttijd) heeft nog niet plaatsgevonden. Naar verwachting zal dit uiterlijk voorjaar 2007 zijn afgerond. Tot dat moment blijft Kampen de taak duiken in gemeentelijk beheer uitvoeren. Artikel 7 Opleiding en oefening Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van het brandweerpersoneel door onder meer het vaststellen van een meerjaren opleidings- en oefenplan. Dit opleiding- en oefenplan wordt jaarlijks geëvalueerd en éénmaal per vier jaar geactualiseerd. Artikel 8 Instructie commandant Dit artikel legt de grondslag voor de eenhoofdige leiding en de gezagsverhouding, die voor een goed functioneren van de brandweer onmisbaar zijn. De instructie voor de commandant zal naast de aan een juiste taakvervulling verbonden verplichtingen en bevoegdheden de regeling voor de vervanging van de commandant bevatten. In dit verband valt bovendien te denken aan het in goede staat doen verkeren van het materieel, de gebouwen, de installaties, de materialen en de overige goederen van de brandweer, alsmede de kleding en uitrusting van het personeel. Daartoe zullen periodieke inspecties, controles en beproevingen noodzakelijk zijn, waarvan de uitvoering bij instructie aan de commandant wordt opgedragen. Ten slotte ware als gemachtigde van de burgemeester tot het aanvragen en verlenen van bijstand bij instructie in ieder geval de commandant aan te wijzen. Volledigheidshalve zij hier nog vermeld dat de verdere gang van zaken bij intra- en interregionale bijstandverlening is geregeld in of op grond van de desbetreffende gemeenschappelijke regeling inzake de regionale brandweer. Vervanging van de commandant geschiedt door de beleidsmedewerkers brandweer. De instructie voor de commandant is in voorbereiding en wordt vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Artikel 173 van de Gemeentewet bepaalt dat de burgemeester het opperbevel heeft bij brand, alsmede bij ongevallen anders dan brand voor zover de brandweer daarbij een taak heeft. Om te voorkomen dat daarbij getreden wordt op het terrein van anderen, is de beperking aangebracht dat de brandweer bij bedoelde ongevallen een taak moet hebben. Het hier bedoelde opperbevel houdt in de bevoegdheid van de burgemeester – als politie autoriteit en hoogste burgerlijke overheid ter plaatse – tot het (bij brand e.d.) nemen van maatregelen ter handhaving van de openbare orde en van buitengewone, in het eigendomsrecht ingrijpende, maatregelen (onverwijlde inbezitneming in verband met de openbare veiligheid). Daarnaast brengt de term opperbevel tot uitdrukking dat de uiteindelijke verantwoordelijkheid en de bestuurlijke coördinatie bij de brandbestrijding e.d. in handen van de burgemeester liggen. Artikel 9 Materieel Op basis van brandrisico en het dekkingsplan is een minimaal benodigde hoeveelheid materieel (voertuigen) benodigd. Deze zijn, op basis van risico en verzorgingsgebied, als volgt ondergebracht: Post Kampen: - 2 tankautospuiten (TS) - 1 hulpverleningsvoertuig (HV1) - 1 tankwagen (TW) - 1 hoogwerker (HW) - 1 dienstbus (DB) - 1 vierwiel-aangedreven dienstauto (DA) - 1 dienstauto (DA) t.b.v. afdeling Preventie - 1 dienstauto (DA) t.b.v. OvD - 1 waterongevallenvoertuig (WO) - 1 boot - 1 schuimblusaanhanger (SBA) - 1 oefenmateriaalaanhanger (OMA) - 1 noodstroomaggregaataanhanger (NSA) - 1 poederblusaanhanger 250 kg (PBA) Post IJsselmuiden - 1 tankautospuit (TS) - 1 slangenwagen (SL) - 1 vierwiel-aangedreven dienstauto (DA) - 1 motorspuitaanhanger (MSA) - 1 veetakelaanhanger (VTA) Artikel 10 Bluswatervoorziening Het blussen van branden is een belangrijke taak van de brandweer. Het blusmiddel water wordt naast andere blusmiddelen het meest gebruikt. De zorg voor brandveiligheid – zoals bedoeld in artikel 1, vierde lid, van de Brandweerwet 1985 – geeft aan dat burgemeester en wethouders tevens verantwoordelijk zijn voor een adequate bluswatervoorziening. Bluswater kan worden verkregen uit voertuigen (tankautospuiten, tankwagens), drinkwaternet, een apart bluswaterleidingnet, open water, speciale blusvijvers en geboorde putten. Het onttrekken van drinkwater uit het drinkwaterleidingnet is minder vanzelfsprekend als wordt verondersteld. Landelijk ontstaat de discussie of het relatief dure drinkwater voor dit doeleinde gebruikt moet worden. Daarnaast zijn drinkwaterbedrijven steeds minder bereid om voorzieningen te treffen om bluswater te onttrekken (door het plaatsen van brandkranen) vanwege de daaraan verbonden risico’s in verband met de volksgezondheid. In het, bestuurlijk vastgestelde, rapport ‘Drinkwater en bluswater in evenwicht’ is als conclusie opgenomen dat de distributieleidingen met steeds kleinere leidingen zullen worden gedimensioneerd. Op die plaatsen waar de diameter te klein is voor een brandkraan en uit het oogpunt van de brandbestrijding een brandkraan noodzakelijk is, zal het leidingnet verzwaard moeten worden. Deze meerkosten zijn voor de gemeente. Periodieke controle van bluswatervoorzieningen (bereikbaarheid, opbrengst e.d.) wordt door de brandweer verzorgd. Bij afwezigheid van een toereikende openbare bluswatervoorziening kan de gemeente op grond van de gemeentelijke bouwverordening een niet-openbare bluswatervoorziening eisen als voorwaarde voor het verlenen van een bouwvergunning. Artikel 11 Citeertitel en inwerking treden De Verordening brandveiligheid en hulpverlening moet op grond van artikel 2 van de Brandweerwet 1985 binnen een week na vaststelling aan gedeputeerde staten worden gezonden.