Organisatie | Apeldoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening doelmatigheid en doeltreffendheid 2010 |
Citeertitel | Verordening doelmatigheid en doeltreffendheid 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 213a Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | Onbekend | 27-01-2011 Apeldoorns Stadsblad, 23 februari 2011 | 2011-6a |
De raad van de gemeente Apeldoorn;
gelezen het voorstel van het college d.d. 07-01-2011, nr. 2011-000972
gelet op artikel 213a van de Gemeentewet;
vast te stellen de navolgende Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur.
Artikel 5 Onderzoeksfrequentie
1.Het college voert per jaar één tot maximaal twee onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de organisatie. Hiervoor wordt een tweejarige cyclus gehanteerd. In het ene jaar worden twee onderzoeken en één follow-uponderzoek uitgevoerd en in het tweede jaar één onderzoek en twee follow-uponderzoeken. Deze onderzoeken richten zich vooral op de meest risicovolle processen. Dat zijn die processen waar aspecten als betrouwbaarheid, beheersbaarheid, continuïteit, afbreukrisico, imago, integriteit en beveiliging een belangrijke rol spelen.
Artikel 9 Rapportage en gevolgtrekking
Op basis van de aanbevelingen uit het onderzoeksrapport wordt door de betrokken dienst/afdeling een verbeterplan opgesteld. De besluitvormingsfase ziet er als volgt uit:
In deze fase zorgt de concernauditor ervoor dat alle stukken op tijd worden aangeleverd. Voor deze besluitvormingsfase hanteren we een termijn van maximaal acht weken.
Bij overschrijding van deze termijn is het noodzakelijk dat het college van het onderzoeksrapport, maar dan zonder verbetervoorstel, kennis neemt.
Het college neemt op basis van het verbeterplan organisatorische maatregelen en informeert de raad over de voortgang van de maatregelen. Dit gebeurt op basis van een follow-up uitgevoerd door de concernauditor. Afhankelijk van de doorlooptijd van de uitvoering van de verbeteringen gebeurt dit na één of twee jaar. Bij de besluitvorming van het onderzoeksrapport plus verbeterplan wordt dat vastgelegd.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering d.d. 27 januari 2011
Gepubliceerd in het Apeldoorns Stadsblad d.d. 23 februari 2011
Inwerking getreden d.d. 1 januari 2011.
“DOELMATIGHEID EN DOELTREFFENDHEID 2010”
Het is zinvol om regelmatig beleid te evalueren en aan te passen aan de hedendaagse praktijk. Dit geldt ook voor het beleid ten aanzien van de collegeonderzoeken. Het collegeonderzoek richt zich vooral op de verbeter- en leerfunctie van de organisatie. Bij elk onderzoek worden de beschikbare benchmark en best practices gegevens betrokken. Het doel van deze onderzoeken is het college de zekerheid te bieden dat de kwaliteit van inrichting en functioneren van onze organisatie in principe aan de daaraan te stellen eisen voldoet. Dit maakt het mogelijk dat de organisatiedoelstellingen en de daarvan afgeleide beleidsdoelstelling ook gehaald worden.
In 2008 heeft de Rekenkamer een onderzoek ingesteld naar de uitvoering van artikel 213a van de Gemeentewet. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat de verordening niet meer up-to-date is op basis van de volgende punten:
Naar aanleiding van het Rekenkameronderzoek en de daaruit voortvloeiende aanbevelingen is de Beleidsnotitie collegeonderzoeken 2010-2014 opgesteld. In deze notitie staat het beleid en de uitvoering rondom de collegeonderzoeken beschreven. Vervolgens dienen op basis van de beleidsnotitie de artikelen 3, 4 en 6 van de Verordening doelmatigheid en doeltreffendheid 2003 te worden aangepast.
Ter informatie bevindt zich hieronder in een korte toelichting op de belangrijkste wijzigingen.
Artikel 3 Onderzoeksfrequentie
De onderzoeksfrequentie wordt teruggebracht naar maximaal twee onderzoeken per jaar. Hierdoor wordt de belasting voor de organisatie beperkt en de kwaliteit en doorlooptijd beter geborgd.
Artikel 3 van de aangepaste tekst, in de nieuwe verordening artikel 5:
1.Het college voert per jaar één tot maximaal twee onderzoeken uit naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de organisatie. Hiervoor wordt een tweejarige cyclus gehanteerd. In het ene jaar worden twee onderzoeken en één follow-uponderzoek uitgevoerd en in het tweede jaar één onderzoek en twee follow-uponderzoeken. Deze onderzoeken richten zich vooral op de meest risicovolle processen. Dat zijn die processen waar aspecten als betrouwbaarheid, beheersbaarheid, continuïteit, afbreukrisico, imago, integriteit en beveiliging een belangrijke rol spelen.
Artikel 4 Collegeonderzoeksprogramma
Met het oog op de functie van 213a onderzoeken (primair zelfonderzoek) zullen wij uw raad over de onderzoeken informeren door u na behandeling in ons college het onderzoeksrapport en het verbetervoorstel toe te sturen. Rapportage over de voortgang van de onderzoeken vindt plaats via de gebruikelijke rapportages uit de planning en controlcyclus.
Artikel 4 de aangepaste tekst, in de nieuwe verordening artikel 6:
Artikel 6 Rapportage en gevolgtrekking
In de praktijk blijkt dat de doorlooptijd van de onderzoeksrapportage nogal langs is. Om dezet te beperken wordt daarvoor een extra bepaling opgenomen: als de termijnen met betrekking tot de doorlooptijd worden overschreden wordt dat direct gerapporteerd aan het college met het verzoek daar actief op te anticiperen.
Artikel 6 de aangepaste tekst, in de nieuwe verordening artikel 9:
Op basis van de aanbevelingen uit het onderzoeksrapport wordt door de dienst/afdeling een verbeterplan opgesteld. Daarna volgt de besluitvormingsfase die er als volgt uit ziet:
In deze fase zorgt de concernauditor ervoor dat alle stukken op tijd worden aangeleverd. Voor deze besluitvormingsfase hanteren we een termijn van maximaal acht weken.
Bij overschrijding van deze termijn is het noodzakelijk dat het college van het onderzoeksrapport, maar dan zonder verbetervoorstel, kennis neemt.
Het college neemt op basis van het verbeterplan organisatorische maatregelen en informeert de raad over de voortgang van de maatregelen. Dit gebeurt op basis van een follow-up uitgevoerd door de concernauditor. Afhankelijk van de doorlooptijd van de uitvoering van de verbeteringen gebeurt dit na één of twee jaar. Bij de besluitvorming van het onderzoeksrapport plus verbeterplan wordt dat vastgelegd.