Organisatie | Zoetermeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2009 | 01-01-2014 | art. | 01-01-2009 Onbekend | ||
01-01-2009 | 01-01-2009 | art. | 01-01-2009 Onbekend | ||
01-01-2009 | 01-01-2009 | Onbekend | 01-01-2009 Onbekend |
Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging
Het recht op salaris vangt aan met de dag waarop de aanstelling van de medewerker ingaat. Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op salaris aan met de dag waarop de medewerker feitelijk in dienst is getreden.
Het recht op salaris eindigt, in geval van ontslag, met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat.
Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal sociale verzekeringsdagen van die maand.
Het salaris van de medewerker met een deeltijd aanstelling wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een voltijd aanstelling als bedoeld in artikel 1:1 lid 1 sub k van de CAR/UWO.
Het salaris van de medewerker wordt vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage II van de CAR/UWO.
De toepassing van deze bijlagen vindt plaats conform hetgeen bepaald is in art. 3:1 leden 3 tot en met 5 van de CAR/UWO.
De medewerker wordt bij indiensttreding in de aanloopschaal aangesteld.
Het bevoegd gezag bepaalt bij indiensttreding de voor de medewerker geldende salarisschaal, met inachtneming van de door de medewerker te vervullen functie, tenzij ervaring en deskundigheid indeling in een andere schaal rechtvaardigen.
Anders dan bij wijze van disciplinaire straf, kan zonder voorafgaand ontslag, geen lagere salarisschaal gaan gelden dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.
Lid 5 is niet van toepassing indien bij de benoeming in zijn functie, de medewerker schriftelijk is medegedeeld dat zijn functie een tijdelijk karakter heeft en de salarisschaal in verband daarmee slechts tijdelijk zal gelden.
Artikel 5 Beloning: periodieke verhoging van het salaris
Het salaris van de medewerker wordt, met inachtneming van hetgeen gesteld is in de Procedureregeling Beoordelen en hetgeen in de Bijlage bij deze regeling is opgenomen, al dan niet periodiek verhoogd tot het opvolgende bedrag, indien de medewerker het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt.
De periodieke verhoging wordt voor de eerste maal toegekend met ingang van de eerste dag van de maand waarin zijn aanstelling een jaar is verstreken en nadien telkens na één jaar.
Het tijdstip waarop ingevolge het vorige lid voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd indien daartoe naar het oordeel van het college aanleiding bestaat.
Artikel 6 Geen periodieke verhoging
Indien er, met inachtneming van het gestelde in de Procedureregeling Beoordelen en hetgeen in de Bijlage bij deze regeling is opgenomen, geen periodieke verhoging wordt toegekend, wordt de medewerker hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte gesteld, onder vermelding van de redenen die tot de beslissing hebben geleid.
Artikel 7 Bevordering naar een hoger gelegen schaal
De medewerker kan - met inachtneming van de voorwaarden gesteld in de Bijlage - worden bevorderd naar de functionele schaal dan wel uitloopschaal.
Wanneer de medewerker wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt:
Voorzover nodig zal - in afwijking van lid 2 onder a - de vooruitgang in salaris ten gevolge van de indeling in de schaal met een hoger maximumsalaris nooit minder bedragen dan bij verhoging ingevolge artikel 5 in de schaal waarin de medewerker wordt ingedeeld.
Artikel 8 Instrumenten van flexibele beloning
Beloning in naturaAan de medewerker die eenmalig een bijzondere prestatie heeft geleverd, kan -afzonderlijk of in een groep - als blijk van waardering een netto beloning in natura worden toegekend.
GratificatieEen medewerker kan een gratificatie worden toegekend als beloning behorend bij een beoordeling zoals opgenomen in de Bijlage óf indien een medewerker een uitstekende individuele prestatie, als bedoeld in art. 15:1:28 van de CAR/UWO heeft geleverd.
Extra verlofEen medewerker kan extra verlof worden toegekend als beloning behorend bij een beoordeling zoals opgenomen in de Bijlage óf indien een medewerker een uitstekende individuele prestatie, als bedoeld in art. 15:1:28 van de CAR/UWO heeft geleverd.
Extra periodieke salarisverhogingAan de medewerker die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan ingevolge hetgeen in de Bijlage bij deze regeling is opgenomen, een extra periodieke salarisverhoging, tot een in de salarisschaal genoemd bedrag dat niet uitgaat boven het maximumsalaris, worden toegekend.
Persoonlijke toelageAan een medewerker die het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt, kan, met inachtneming van hetgeen in de Bijlage is opgenomen, tijdelijk een persoonlijke toelage als bedoeld in art. 3:7:8 van de CAR/UWO worden toegekend. Indien voor een medewerker een uitloopschaal van toepassing is, wordt de persoonlijke toelage op grond van eerder genoemd artikel pas toegekend, indien het maximum van de voor hem geldende uitloopschaal is bereikt. Bij het beëindigen van de persoonlijke toelage wordt geen afbouwregeling in acht genomen.
Extra regelnummerAan de medewerker kan een extra regelnummer worden toegekend. Dit kan indien de medewerker gedurende minimaal 3 jaren achtereenvolgend beoordeeld is met een eindscore van minimaal 3,5. De toekenning kan na minimaal twee jaar uitloopschaal (vanaf schaal 11, twee jaar op maximum functionele schaal) geschieden. Een extra regelnummer mag twee keer toegekend worden.
Aan de medewerker kan om redenen van werving of behoud gedurende een van te voren vastgestelde periode van maximaal drie jaren, een toelage worden toegekend. De toelage eindigt op de vastgestelde vervaldatum. Indien de arbeidsmarktsituatie waarop de toelage gebaseerd is nog steeds bestaat, kan de toelage opnieuw voor een periode van maximaal drie jaren worden toegekend.
Indien de medewerker aan wie een arbeidsmarkttoelage is toegekend een andere functie gaat bekleden vervalt de arbeidsmarkttoelage.
Bij het beëindigen van de in lid 1 bedoelde toelage wordt geen afbouwregeling in acht genomen.
Artikel 10 Vergoeding voor overwerk
De vergoeding voor overwerk wordt toegekend conform het gestelde in de artikelen 3:2 en 3:2:1 van de CAR/UWO.
Aan de medewerker voor wie salarisschaal 11 of hoger geldt, wordt enkel de in artikel 3:2:1 lid 1 van de CAR/UWO genoemde verlofcompensatie toegekend, wanneer:
Artikel 11 Toelage bij waarneming
Indien de medewerker bij wijze van waarneming tijdelijk een andere functie uitoefent, blijft de voordien voor hem geldende salarisschaal van toepassing.
Op grond en met inachtneming van het gestelde in art. 3:1:2 van de CAR/UWO wordt een medewerker, een waarnemingstoelage toegekend.
Het college is bevoegd indien de toepassing van deze regeling niet tot een redelijke uitkomst zou leiden, afwijkend te beslissen.
Deze regeling kan worden aangehaald als de ‘Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging’ en treedt in werking op 1 januari 2009.
Met de invoering van deze regeling vervalt de ‘Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging’ van 1 januari 2007 alsmede de hierbij behorende bijlage.
Bijlage bij Uitvoeringsregeling en Beloning en Bezoldiging
In deze Bijlage wordt verstaan onder ‘regeling’: Uitvoeringsregeling Beloning en Bezoldiging.
De begripsbepalingen in artikel 1 van de regeling zijn voor de toepassing van deze Bijlage van overeenkomstige toepassing.
Met inachtneming van hetgeen is gesteld in deze regeling en in de Procedureregeling Beoordelen, wordt onderstaande beloningssystematiek gehanteerd:
Indien de medewerker gedurende het beoordelingstijdvak langer dan 9 maanden ziek is geweest, vindt geen beoordeling plaats. De jaarlijkse periodiek wordt in dit geval zonder beoordeling toegekend.
Indien de periodiekdatum verstrijkt zonder dat er een beoordeling heeft plaatsgevonden, wordt – indien van toepassing – per die datum automatisch de jaarlijkse periodiek toegekend.
Een voorstel tot beloning wordt, met inachtneming van het gestelde in de Procedureregeling Beoordelen, gehonoreerd op grond van een beoordelingsstaat of op basis van art. 15:1:28 van de CAR/UWO.
Met inachtneming van en onder verwijzing naar het gestelde in de Procedureregeling Beoordelen, wordt een beloning toegekend wanneer de medewerker een eindscore van 3 of hoger heeft op de zgn. beoordelingsstaat.
Indien een medewerker wegens gewijzigde dan wel onvoorziene omstandigheden niet aan een vastgestelde afspraak kan voldoen, dient hij dit zo spoedig mogelijk aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.
Een voorstel tot bevordering wordt -met inachtneming van hetgeen gesteld is in de Procedureregeling Beoordelen- enkel op grond van een beoordelingsstaat gehonoreerd.
Teneinde naar de functionele schaal te kunnen worden bevorderd, dient de medewerker goed en volledig te functioneren. Dit betekent dat hij minimaal aan de volgende voorwaarden moet voldoen:
Teneinde naar de uitloopschaal te kunnen worden bevorderd, dient de medewerker bezoldigd volgens functionele schaal 10a of lager, behalve aan de voorwaarden genoemd in lid 2 van dit artikel, gedurende een periode van minimaal één jaar het aan de functionele schaal verbonden maximumsalaris te genieten. De termijn van een jaar is een minimale termijn en geenszins een automatisme. Hierbij wordt in acht genomen dat bevordering naar de uitloopschaal -bij gelijkblijvende omstandigheden- de laatst mogelijke bevordering is.
De gratificatie die op grond van deze regeling aan de medewerker wordt toegekend, kent de volgende onderverdeling € 200,-, € 400,-, €600,- € 800,- € 1000,- of € 1200,-. Voornoemde bedragen worden netto aan een medewerker toegekend.