Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Erfgoedverordening Weesp 2011 |
Citeertitel | Erfgoedverordening Weesp 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
geen
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-02-2011 | Nieuwe regeling | 27-01-2011 WeesperNieuws, 09-02-2011 | Z.9953/D.7611 |
Deze verordening verstaat onder:a. gemeentelijk monument: een overeenkomstig deze verordening als beschermd gemeentelijk monument aangewezen:1. zaak, die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;2. terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak bedoeld onder 1;b. gemeentelijke monumentenlijst: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als gemeentelijk monument aangewezen zaken of terreinen bedoeld in onderdeel a;c. beschermd monument: beschermd monument als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;d. welstands- en monumentencommissie: de op basis van art.15 Monumentenwet 1988 ingestelde commissie met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de verordening en het monumentenbeleid;e. gemeentelijke archeologische waardenkaart: topografische kaart van het gemeentelijke grondgebied of delen van het grondgebied, waarop archeologische monumenten en archeologische verwachtingsgebieden zijn aangegeven;f. landelijke Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden: landelijke kaart met een schaal van 1:50.000, die op basis van geomorfologische gegevens, de kans weergeeft op de aanwezigheid van archeologische vindplaatsen, waarbij onderscheid wordt gemaakt in hoge, middelhoge, lage en zeer lage trefkans;g. provinciale Archeologische Monumentenkaart: topografische kaart van (delen van) het provinciale grondgebied, waarop archeologische monumenten en archeologische gebieden zijn aangegeven;h. archeologisch verwachtingsgebied: gebied, aangegeven op de archeologische waardenkaart, waarvan is aangegeven dat in bepaalde mate archeologische vondsten of sporen te verwachten zijn;i. hoge verwachtingswaarde: grote kans op archeologische vondsten of informatie;j. middelhoge verwachtingswaarde: gemiddelde kans op archeologische vondsten of informatie;k. lage verwachtingswaarde: kleine kans op archeologische vondsten of informatie;l. plan van aanpak: plan dat weergeeft hoe een archeologische uitvoerder de vragen zoals omschreven in het programma van eisen denkt te gaan beantwoorden;m. programma van eisen: programma dat door het college wordt vastgesteld en waarmee kaders worden gesteld voor het ontwerp en de uitvoering van archeologisch onderzoek.n. gemeentelijke beleidsadvieskaart: kaart behorende bij de archeologische paragraaf van het bestemmingsplan.o. bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. p. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weesp.q. vergunning: een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. r. Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. s. Verordening: Erfgoedverordening Weesp 2011.
Hoofdstuk 2 Aanwijzing gemeentelijke monumenten
Artikel 2 Het gebruik van het monument
Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.
Met ingang van de datum waarop de eigenaar van een monument de kennisgeving van het voornemen tot aanwijzing als gemeentelijk monument ontvangt tot het moment dat de aanwijzing en registratie als bedoeld in artikel 7 plaatsvindt, dan wel vaststaat dat het monument niet wordt geregistreerd, zijn de artikelen 10 tot en met 14 van overeenkomstige toepassing.
Artikel 6 Mededeling aanwijzingsbesluit
De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan.
Hoofdstuk 3 De aanwijzing tot gemeentelijk monument
Artikel 10 Instandhoudingbepaling
Het bevoegd gezag verleent, met betrekking tot een monument met een religieuze bestemming, geen vergunning als bedoeld in het tweede lid, dan in overeenstemming met de eigenaar indien en voor zover het een vergunning betreft, waarbij wezenlijke belangen van de godsdienstuitoefening in het monument in het geding zijn.
Artikel 11 De schriftelijke aanvraag
Een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2. Besluit omgevingsrecht voor een vergunning als bedoeld in artikel 10 en de daarbij te overleggen gegevens en bescheiden worden in 3-voud ingediend.
De vergunning kan slechts worden verleend indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing houdt het bevoegd gezag rekening met het gebruik van het monument.
Burgermeester en wethouders kunnen aan de vergunning voorschriften verbinden in het belang van de monumentenzorg.
Hoofdstuk 5 Termijnen advies en aanwijzingsbesluit
Artikel 17 Instandhoudingbepaling
Het verbod in lid 1 is niet van toepassing indien;
het college nadere regels stelt met betrekking tot de uitvoering van werkzaamheden die leiden tot een verstoring van een archeologisch monument of archeologisch verwachtingsgebied als aangegeven op gemeentelijke archeologische waardenkaart of de gemeentelijke beleidsadvieskaart, dan wel bij het ontbreken daarvan, de provinciale Archeologische Monumentenkaart of de landelijke Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden;
• het behoud van de archeologische waarden in voldoende mate kan worden geborgd; of• de archeologische waarden door de verstoring niet onevenredig worden geschaad; of• in het geheel geen archeologische waarden aanwezig zijn.
Artikel 18 Opgravingen en begeleiding
Indien binnen het grondgebied van de gemeente Weesp. onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van het doen van opgravingen in de zin van artikel 1 sub h Monumentenwet 1988, dient, onverminderd de overige bepalingen van deze wet:a. het college een programma van eisen vast te stellen als bedoeld in artikel 1 onder m, waarbij nadere regels worden gesteld ten aanzien van het onderzoek.b. de verstoorder, voorafgaande aan het onderzoek, een plan van aanpak als bedoeld in artikel 1 onder l van deze verordening ter goedkeuring aan het bevoegd gezag te overleggen.
Hoofdstuk 6 Overige bepalingen
Artikel 20 Tegemoetkoming in schade
Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kent het bevoegd gezag hem op zijn aanvraag een naar billijkheid te bepalen tegemoetkoming toe, indien de schade in relatie staat tot:a. de weigering van het bevoegd gezag een vergunning als bedoeld in artikel 10 te verlenen;b. de voorschriften door het bevoegd gezag verbonden aan een vergunning als bedoeld in artikel 10;c. de door het college nader te stellen regels als bedoeld in artikel 10, derde lid;d. de door het college nader te stellen regels als bedoeld in artikel 17, tweede lid, onder d;e. een aanwijzing als bedoeld in artikel 18, tweede lid, tweede volzin.
Degene, die handelt in strijd met het derde lid van artikel 10 en artikel 17 met uitzondering van het bepaalde in het tweede lid van artikel 17, onder e, van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden.