Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Noordenveld

Regeling dienstreizen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Noordenveld
Officiële naam regelingRegeling dienstreizen
CiteertitelRegeling dienstreizen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De publicatiedatum en bron bekendmaking van de regeling zijn niet meer te achterhalen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Car-Nuwo, artikel 15:1:22

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-199822-10-2014nieuwe regeling

01-01-1998

Geen

Geen
01-01-1998nieuwe regeling

01-01-1998

Geen

Geen

Tekst van de regeling

Dienstreizen

Artikel 1 Algemene bepalingen

Lid 1

Naar de regels van deze regeling wordt vergoeding verleend van reis- en verblijfkosten in verband met dienstreizen binnen Nederland.

Lid 2

Voor vergoeding van reis- en verblijfkosten in verband met dienstreizen naar het buitenland neemt het college in voorkomend geval een afzonderlijke beslissing.

Lid 3

Indien van derden een vergoeding wordt ontvangen voor de in het eerste lid bedoelde kosten, wordt deze in mindering gebracht op de vergoeding waarop ingevolge deze vergoeding aanspraak bestaat.

Artikel 2 Begripsomschrijving

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a

    betrokkene: de ambtenaar in de zin van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR);

  • b

    standplaats: de gemeente of het met name bekende afzonderlijke liggend deel van de gemeente, waar de plaats van tewerkstelling van de betrokkene is gelegen;

  • c

    plaats van tewerkstelling: het gebouw, gebouwencomplex, terrein of vaartuig waar of van waaruit de betrokkene naar het oordeel van het college gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht;

  • d

    dienstreis: een naar het oordeel van het college noodzakelijke verplaatsing van een betrokkene tot het verrichten van dienst buiten de plaats van tewerkstelling, alsmede het hiermee verband houdende verblijf buiten deze plaats.

Artikel 3 Begin en einde van de dienstreizen

Lid 1

Voor de vergoeding van reis- en verblijfkosten geldt dat de plaats van tewerkstelling het beginpunt en het eindpunt is van de dienstreis.

Lid 2

In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan de woning van de betrokkene of een andere plaats als beginpunt respectievelijk eindpunt van de dienstreis worden aangemerkt, tenzij op de heenreis of de terugreis de plaats van tewerkstelling wordt bezocht.

Artikel 4 Openbaar vervoer

Lid 1

Wegens reiskosten per openbaar vervoer worden vergoed de kosten van het openbaar vervoer die in verband met de dienstreis, blijkens overgelegde bewijsstukken zijn gemaakt.

Lid 2

Bovenstaande reiskosten openbaar vervoer worden vergoed naar de tweede klasse.

Lid 3

In individuele gevallen kan het college afwijken van het gestelde in lid 2 en besluiten tot vergoeding volgens de eerste klasse.

Artikel 5 Eigen motorvoertuig

Wegens reiskosten met eigen motorvoertuig wordt een vergoeding verleend op basis van het tarief ‘gebruik eigen auto indien openbaar vervoer niet mogelijk/doelmatig is’, volgens de door de minister van binnenlandse zaken gestelde regels ter uitvoering van het Reisbesluit binnenland.

Artikel 6 Eigen bromfiets

Wegens reiskosten met eigen bromfiets wordt een vergoeding wordt verleend op basis van het tarief ‘gebruik eigen bromfiets indien openbaar vervoer niet mogelijk/doelmatig is’, volgens de door de minister van binnenlandse zaken gestelde regels ter uitvoering van het Reisbesluit binnenland.

Artikel 7 Taxi

Indien naar het oordeel van het bevoegde gezag het dienstbelang er mee is gebaat dat tijdens een dienstreis naast openbaar vervoer tevens gebruik wordt gemaakt van een taxi, worden de aan dat taxigebruik verbonden kosten volledig vergoed.

Artikel 8 Meereizen

Indien meerdere personeelsleden ter uitvoering van dezelfde opdracht of hetzelfde doel, dezelfde dienstreis moeten maken, zijn de betrokkenen verplicht gezamenlijk te reizen, waarbij slechts een vergoeding voor de reiskosten wordt verleend aan de betrokkene, van wiens voertuig gebruik wordt gemaakt. Het meereizende personeelslid ontvangt voor de dienstreis geen vergoeding uit hoofde van deze regeling.

Artikel 9 Verblijfkosten

Lid 1

De in verband met een dienstreis noodzakelijk gemaakte kosten voor maaltijden en logies en voor kleine uitgaven overdag en 's avonds worden vergoed volgens de door de minister van Binnenlandse Zaken jaarlijks vastgestelde bedragen.

Lid 2

Geen aanspraak op vergoeding wegens verblijfkosten bestaat voor een dienstreis korter dan vier uur en voor een dienstreis binnen de gemeente.

Lid 3

Aan de betrokkene die tijdens de dienstreis overnachting van overheidswege ontvangt en daarvoor betaling verschuldigd is, wordt een vergoeding verleend volgens de door de minister van Binnenlandse Zaken jaarlijks vastgestelde bedragen.

Lid 4

Geen aanspraak op vergoeding van maaltijden bestaat indien tijdens een dienstreis de gelegenheid bestaat al dan niet tegen betaling maaltijden van overheidswege te ontvangen, tenzij betrokkene aannemelijk maakt dat hij daarvan geen gebruik heeft kunnen maken.

Lid 5

Indien veelvuldig dienstreizen moeten worden gemaakt, kan het college een lagere vergoeding wegens verblijfkosten vaststellen dan de vergoeding die wordt vastgesteld volgens de in het eerste lid te stellen regels.

Lid 6

In dit artikel wordt onder overnachting van overheidswege en maaltijden van overheidswege verstaan: overnachting en maaltijden verstrekt vanwege of voor rekening van het Rijk, een ander Nederlands publiekrechtelijk lichaam of semi-publiekrechtelijk lichaam, een door het Rijk gesubsidieerde instelling, dan wel vanwege of voor rekening van een buitenlandse mogendheid of een internationale organisatie.

Artikel 10 Reisdeclaraties

Het declareren van de reis- en verblijfkosten geschiedt op een door het college voorgeschreven wijze, onder overlegging van de vereiste bewijsstukken.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het college kan, voor zover nodig in individuele gevallen en ten aanzien van een door het college aan te wijzen groep van betrokkenen, in afwijking van de bij of krachtens dit besluit gestelde regelen, besluiten, indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven.

Artikel 12 Slotbepaling

Lid 1

Deze regeling kan worden aangehaald als "Regeling dienstreizen"

Lid 2

De regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1998. Met ingang van deze datum vervallen de "Regelingen dienstreizen" zoals vastgesteld door de colleges van de gemeenten Norg, Peize en Roden.

Ondertekening