Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Utrecht (Utr)

Mandaatregeling gemeente Utrecht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Utrecht (Utr)
Officiële naam regelingMandaatregeling gemeente Utrecht
CiteertitelMandaatregeling gemeente Utrecht
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpbestuur

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, art. 10.1 t/m 10.12

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-201009-09-2010wijziging paragraaf 2.1 onder 2.1.40 en 2.1.44 en toevoeging van 2.1.53 t/m 2.1.62; Toevoeging van 3.2.179 aan paragraaf 3.2 en toevoeging van 3.7.21 t/m 3.7.26 aan paragraaf 3.7

26-01-2010

Gemeenteblad van Utrecht 2010, nr. 21

Besluit college van B&W van 26 januari 2010
25-03-201001-04-2010vervanging paragraaf 3.8.

02-03-2010

Gemeenteblad van Utrecht 2010, nr. 19

Besluit college van B&W van 2 maart 2010
15-10-200925-03-2010wijziging paragraaf 2.1. onder 2.1.3.

17-09-2009

Gemeenteblad van Utrecht 2009, nr. 49

Besluit college van B&W van 17 september 2009
01-11-200815-10-2009wijziging paragraaf 3.8.3

07-10-2008

Gemeenteblad van Utrecht 2008, nr. 70

Besluit college van B&W van 7 oktober 2008
16-10-200801-11-2008wijziging paragraaf 3.7

26-08-2008

Gemeenteblad van Utrecht 2008, nr. 67

Besluit college van B&W van 26 augustus 2008
14-08-200816-10-2008nieuwe regeling

15-07-2008

Gemeenteblad van Utrecht 2008, nr. 42

Besluit college van B&W van 15 juli 2008

Tekst van de regeling

Mandaatregeling gemeente Utrecht(inclusief addendum b. en w.-besluiten van 15 juli, 26 augustus, 7 oktober 2008, 17 september 2009, 2 maart en 26 januari 2010)

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Utrecht ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;

overwegende dat het wenselijk is een organisatiebreed mandaatregister vast te stellen;

gelet op de in acht te nemen artikelen 10.1 tot en met 10.12 van de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

I.het krachtens mandaat nemen van de in het mandatenregister genoemde besluiten op te dragen aan de daarbij genoemde functionarissen

en

II.ten aanzien van de uitoefening van mandaten de navolgende regeling vast te stellen:

MANDAATREGELING gemeente Utrecht

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    mandaatgever het bestuursorgaan dat aan een functionaris de bevoegdheid geeft om in naam van het bestuursorgaan besluiten te nemen;

  • b.

    gemandateerde de functionaris, die van de mandaatgever de bevoegdheid heeft gekregen om in naam van de mandaatgever besluiten te nemen en te ondertekenen;

  • c.

    mandatenregister overzicht van door mandaatgever aan gemandateerde opgedragen bevoegdheden.

Artikel 2 Algemeen

  • 1. De in het bij deze regeling behorende mandatenregister genoemde bevoegdheden worden namens en onder verantwoordelijkheid van het ter zake bevoegde bestuursorgaan uitgeoefend door de per bevoegdheid genoemde gemandateerde.

  • 2. Bij afwezigheid van de functionarissen aan wie bij of krachtens dit besluit bevoegdheden zijn gemandateerd, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door hun aangewezen plaatsvervangers.

Artikel 3 Reikwijdte

  • 1. De verlening van het mandaat geschiedt in de ruimste zin van het woord. Naast het nemen van positieve en negatieve besluiten omvat het mandaat tevens:

    • -

      het stellen van nadere voorwaarden;

    • -

      alle werkzaamheden ter voorbereidingen van het besluit;

    • -

      het uitreiken van bewijs van ontvangst van de aanvragen ed.;

    • -

      verdagen en of uitstellen van besluiten;

    • -

      het verzoeken om aanvullende informatie;

    • -

      het voeren van correspondentie, die direct te maken heeft met de opgedragen taak;

    • -

      het interpreteren van de regelgeving;

    • -

      het toekennen van bedragen in termijnen;

    • -

      het toekennen van voorschotten;

    • -

      het uitvoeren van selectie;

    • -

      het uitvoeren van gunning;

    • -

      het bekend maken van besluiten/beschikkingen, daar waar de verplichting daartoe in de wet is opgenomen;

    • -

      het toezenden van besluiten/beschikkingen aan instanties, daar waar de verplichting daartoe in de wet is opgenomen;

    • -

      de bevoegdheid tot bewaking van uitvoering van de rechtshandeling waartoe kan worden gerekend ingebrekestelling, ontbinding, vorderen van nakoming, opzegging van een overeenkomst en alle andere besluiten, die hiermee verband (kunnen) houden;

    • -

      alle andere besluiten die genomen moeten worden en alle andere handelingen die moeten worden verricht binnen het kader van de uitvoeringen van de verleende bevoegdheid;

    • -

      het ondertekenen van besluiten.

  • 2. Het verstrekken van ambtelijke informatie geschiedt niet krachtens mandaat en niet namens college of burgemeester, maar op eigen naam. Onder ambtelijke informatie dient te worden verstaan het verstrekken van inlichtingen over geldende regelingen of over bestaand beleid, door het verstrekken waarvan geen rechtsgevolgen ontstaan.

Artikel 4 Ondermandaat

  • 1. Ondermandaat is toegestaan, indien dit in het mandatenregister is aangegeven.

  • 2. Het verlenen van ondermandaat dient te geschieden bij schriftelijk besluit door de oorspronkelijke mandaathouder/mandataris.

  • 3. Op verleende ondermandaten zijn deze bepalingen overeenkomstig van toepassing.

  • 4. De functionaris aan wie middels ondermandaat bevoegdheden zijn gemandateerd mag deze bevoegdheid niet verder mandateren, tenzij sprake is van een situatie als bedoeld in artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 5 Ondertekening

1.In geval de in dit besluit bedoelde bevoegdheid wordt uitgeoefend onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

“Burgemeester en wethouders van Utrecht,

Namens dezen:”

gevolgd door handtekening en functieaanduiding van de ondertekenaar

2.In geval de in dit besluit bedoelde bevoegdheid wordt uitgeoefend onder verantwoordelijkheid van de burgemeester worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

“De burgemeester van Utrecht,

Namens deze:”

gevolgd door handtekening en functieaanduiding van de ondertekenaar

3.De ondertekening van een ter uitvoering van het mandaat opgemaakt stuk geschiedt schriftelijk en niet door het plaatsen van een handtekeningstempel of elektronische handtekening.

Artikel 6 Datum inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de openbare bekendmaking.

  • 2.

    Met ingang van de in het eerste lid bedoelde datum van inwerkingtreding, vervallen alle eerdere mandaatbesluiten van het college en de burgemeester voor zover dit mandaten aan functionarissen binnen de ambtelijke organisatie betreffen met uitzondering van de mandaten zoals die op grond van de Arbeidsvoorwaardenregeling Utrecht zijn verleend.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht op 15 juli 2008.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. J. Schuilenburg Mr. A. Wolfsen

Bekendmaking is geschied op 6 augustus 2008.

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 14 augustus 2008.

BIJLAGE BEHOREND BIJ GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2008, NR. 42

Inhoudsopgave mandaatregister

Hoofdstuk 1 Portefeuillehoudersmandaten

Hoofdstuk 2.1 Algemene mandaten aan alle directeuren

Hoofdstuk 2.2 Mandaten aan de algemeen directeur

Hoofdstuk 3.1 Mandaten aan directieteam BCD

Hoofdstuk 3.2 Mandaten aan directeur StadsOntwikkeling

Hoofdstuk 3.3 Mandaten aan directeur Dienst Ondersteuning

Hoofdstuk 3.4 Mandaten aan directeur Stadswerken

Hoofdstuk 3.5 Mandaten aan directeur Wijken

Hoofdstuk 3.6 Mandaten aan directeur GG&GD

Hoofdstuk 3.7 Mandaten aan directeur Dienst Maatschappelijke Ondersteuning

Hoofdstuk 3.8 Mandaten aan directeur Brandweer

Hoofdstuk 3.9 Mandaten aan directeur Muziekcentrum Vredenburg

Hoofdstuk 3.10 Mandaten aan directeur Dienst Gemeentelijke Musea

Hoofdstuk 3.11 Mandaten aan directeur Gemeentebibliotheek Utrecht

Hoofdstuk 3.12 Mandaten aan directeur Burgerzaken en Gemeentebelastingen

Hoofdstuk 3.13 Mandaten aan directeur Stadsschouwburg

Hoofdstuk 3.14 Mandaten aan directeur Projectorganisatie Stationsgebied

Hoofdstuk 3.15 Mandaten aan directeur Dienst Projectbureau Leidsche Rijn

Paragraaf 1: Portefeuillehoudermandaat

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W gemandateerde bevoegdheden aan een of meer leden van het college, tenzij de regeling waarop de bevoegdheid steunt zich daartegen verzet ( Art. 168 Gemeentewet). Indien een bevoegdheid aan meerdere wethouders is gemandateerd, wordt hiermee bedoeld dat beide wethouders moeten instemmen met het besluit om rechtskracht te verkrijgen.

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. eventuele voorwaarden)
1.1Het beslissen op verzoeken om ereprijzen    Nee
1.2Vaststelling kwartaal overzichten Personeel    Nee
1.3Besluiten tot het voeren van rechtsgedingen in verzekeringszaken    Nee
1.4Toekenning studiebeurzen en -toelagen    Nee
1.5Ontbinding huurovereenkomsten gemeentelijke woningen    Nee
1.6Administratieve overboekingen terreinen en opstallen  Wethouder Wonen en Wethouder Financiën. Info aan cieNee
1.7Brandschade ten laste van brandschadefonds brengen    Nee
1.8Beslissingen op bezwaarschriften van personeelsleden n.a.v. een door het diensthoofd in mandaat genomen besluit i.h.k.v. rechtspositie    Nee
1.9Het aangaan van persoonlijke regelingenRichtlijn persoonlijke regelingen vastgesteld door het college d.d. 15/5/07Wethouder Personeelszaken met inachtneming van de door het college vastgestelde richtlijnNee
1.10Niet aan directeuren gemandateerde verzoeken met betrekking tot rechtspositieregelingen w.o. toepassing hardheidsclausuleDiverse artikelen uit Rechtspositieregeling Gemeente UtrechtWethouder PersoneelszakenNee
1.11Vaststellen waarderingsniveau diverse functies in de schalen 1 t/m 12Art. 3:2 ARU en artt. 3b en 3c URUWethouder Personeelszaken en functionele portefeuillehouderNee
1.12Verlenen van buitengewoon verlof met behoud van bezoldiging langer dan 3 maandenArt. 6:7, 2e lid ARU jo. art. 2.3.4 URU 6bWethouder PersoneelszakenNee
1.13Vaststellen van wijzigingen in de rechtspositieregeling die het gevolg zijn van voor de gemeente bindende CAO's gemeentepersoneel en het informeren van de Commissie van Overleg hierover  Wethouder PersoneelszakenNee
1.14Het toetsen -aan de hand van een vastgesteld toetsingskader- of in bepaalde gevallen een nieuwe medewerker toch kan worden aangesteld indien een verklaring omtrent het gedrag is geweigerd  Wethouder PersoneelszakenNee
1.15Besluiten tot overdracht van de juridische eigendom van schoolgebouwenArt. 103 Wet op het primair onderwijs, art. 101 Wet op de expertisecentra, art. 76n Wet op het voortgezet onderwijsWethouder OnderwijsNee
1.16Besluiten tot het onttrekken van schoolgebouwen aan de onderwijsbestemmingArt. 110 Wet op het primair onderwijs, art. 108 Wet op de expertisecentra, art. 76u Wet op het voortgezet onderwijsWethouder OnderwijsNee
1.17Het nemen van beslissingen op bezwaar vanwege besluiten als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht. Dit mandaat geldt inclusief het toekennen van vergoedingen als bedoeld in artikel 7:15 van de Algemene wet bestuursrecht. Uitgezonderd zijn belastingzaken en personeels-aangelegenheden. Hiervoor geldt een apart mandaatsregime. Het hoofd van de afdeling Juridische zaken van de Bestuurs- en concerndienst is bevoegd de beslissingen op bezwaar te ondertekenen na besluitvorming door de portefeuillehouder.Algemene wet bestuursrecht  Nee

Paragraaf 2.1 Algemene Mandaten aan alle directeuren van de diensten

Dit hoofdstuk bevat door het college van burgemeester en wethouders gemandateerde bevoegdheden aan de directeuren van alle diensten, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst (art. 10:1 t/m 10:12 AWB). Artikel 1.2, achtste lid van de Organisatieregeling is van overeenkomstige toepassing.

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
2.1.1Besluiten op verzoeken om informatie en het verstrekken van informatie uit eigen beweging krachtens de Wet openbaarheid van bestuurWet openbaarheid van bestuurXX  Ja
2.1.2Besluiten in het kader van de InspraakverordeningAlgemene inspraakverordening UtrechtX    Ja
2.1.3Verplichtingen aangaan binnen de kaders van het door het college vastgestelde jaarplan van de dienst. Dit mandaat omvat tevens de bevoegdheden die ontleend kunnen worden aan artikel 160, aanhef, eerste lid, onder e van de Gemeentewet  X  Over de aangegane verplichtingen wordt jaarlijks verantwoording afgelegd. Het aangaan of verlengen van een contract voor externe inhuur met een looptijd (inclusief verlenging) langer dan zes maand voor 20 uur per week of meer tegen een tarief van EUR 100,00 of meer per uur, is uitgesloten van dit mandaatJa
2.1.4Het treffen van dadingen en het opdragen van geschillen aan de beslissingen van scheidsmannen  X    Nee
2.1.5Het besluiten tot het maken van bezwaar, het instellen van beroep, het verzoek om schorsing of het verzoeken van een voorlopige voorziening, indien aan de gemeente als rechtspersoon daartoe het recht is toegekend. Dit mandaat is niet bedoeld voor die situaties waarin een bestuursorgaan van de gemeente optreedt.Art. 160 GemeentewetX  Geldt alleen voor eigen dienstNee
2.1.6Het besluiten tot het voeren van rechtsgedingen, het instellen van hoger beroep en het voeren van verweer met betrekking tot eigen werknemers  X  Geldt alleen voor eigen P&O dienstNee
2.1.7Het entameren en het voeren van alle rechtsgedingen, het voeren van bezwaar- en beroepsprocedures en het indienen van verzoekschriften, ter nakoming, handhaving en uitvoering van o.a. overeenkomsten, incl. nevenvordeningen en de ten uitvoerlegging van vonnissen/beschikkingen. Dit mandaat is niet bedoeld voor die situaties waarin een bestuursorgaan van de gemeente optreedtArt. 160 onder f GemeentewetX  Mits spoedeisend, daarna voorleggen aan collegeNee
2.1.8Het voeren van verzetprocedures in het kader van dwangbevelen  X    Nee
2.1.9Het voeren van bezwaar- en beroepsprocedures tegen besluiten van UWV- USZO inzake WAO  X    Nee
2.1.10Het voeren van bezwaar- en beroepsprocedures tegen besluiten van UWV-USZO inzake WW  X    Nee
2.1.11Procesmachtiging voor de onder 2.5 t/m 2.10 genoemde rechtzakenArt. 171 Gemeentewet  X  Nee
2.1.12Toepassing geven aan uitzondering op het vereiste van verklaring van goed gedragArt. 13 ASVX    Ja
2.1.13Verlenen van toestemming tot het toestaan van een voorziening of bestemmingsreserveArt. 22, 4e lid ASVX    Ja
2.1.14Toestaan van kortere termijn voor indienen van aanvraag projectsubsidie en gemeentegarantieArt. 7, 8e lid ASVX    Ja
2.1.15Aanwijzingen geven en modellen voorschrijven met betrekking tot de bij de aanvraag van een subsidie in te dienen bescheidenArt. 8, 2e lid ASVX    Ja
2.1.16Bepalen dat andere dan de in artikel 8 ASV bedoelde gegevens en bescheiden, die voor het beoordelen van de aanvraag van belang worden geacht, worden overgelegdArt. 8, 3e lid ASVX    Ja
2.1.17Verdagen beslistermijn op aanvraag + stellen van nieuwe termijnArt. 11, 3e lid jo 4e lid ASVX    Ja
2.1.18Beschikken tot gehele of gedeeltelijke weigering of verlening, alsmede daaraan verbinden van kwalitatieve criteria en voorwaarden. Dit mandaat geldt niet voor het toepassen van artikel 9, tweede lid ASV en het op grond van artikel 3, zevende lid van de Wet Bibob verbinden van voorwaarden aan een besluit tot subsidieverleningArt. 7 en 9 en 12, 1e lid ASV 4: 25 en 4: 35 AwbX    Ja
2.1.19Weigeren voortzetten subsidie na subsidiëring drie jaar of langerArt. 4: 51 AwbX    Ja
2.1.20Sluiten van een uitvoeringsovereenkomstArt 15 ASV en 4: 36 AwbX    Ja
2.1.21Intrekken of wijzigen van subsidieArt. 4: 48 e.v. AwbX    Ja
2.1.22Verstrekken van voorschotten op subsidieArt. 4: 54 Awb; 29 ASVX    Ja
2.1.23Verrekenen vordering(en) op voorschotArt. 29, 2e lid ASVX    Ja
2.1.24Bepalen welke gegevens noodzakelijk zijn voor het houden van toezicht op naleving voorwaarden garantieArt. 34 ASVX    Ja
2.1.25Instellen onderzoekArt. 21, 2e lid ASVX    Ja
2.1.26Verlenen van ontheffing van verplichting accountantsverklaringArt. 25, 3e lid ASVX    Ja
2.1.27Bepalen welke controle in de plaats mag komen van de accountantscontrole (i.g.v. begrote kosten minder dan EUR 50.000,00)Art. 25, 3e lid ASVX    Ja
2.1.28Aanwijzingen geven en modellen voorschrijven met betrekking tot de bij het verzoek tot vaststelling in te dienen bescheidenArt. 24, 6e lid ASVX    Ja
2.1.29Bepalen dat andere dan de in artikel 24 ASV bedoelde gegevens en bescheiden, die voor de vaststelling van belang worden geacht, worden overgelegd.Art. 24, 6e lid ASVX    Ja
2.1.30Stellen van aanvullende voorschriften met betrekking tot tussentijdse verslaglegging of verslaglegging na afloop van activiteitArt. 24, 6e lid ASVX    Ja
2.1.31Verdagen beslistermijn voor vaststelling + stellen van nieuwe termijn.Art. 26 ASVX    Ja
2.1.32Beschikking tot vaststellen al dan niet op een lager niveauArt. 4: 42 e.v. en 4: 73 e.v. Awb en art. 26 ASVX    ja
2.1.33Aanzeggen dat teveel ontvangen voorschot wordt teruggestortArt. 29, 3e lid ASVX    Ja
2.1.34Terugvordering (eventueel in rechte)Art. 4: 57 Awb en art. 29, 3e lid ASVX    Ja
2.1.35Nadere regels stellen met betrekking tot de inrichting van de administratieve organisatieArt. 21 ASVX    Ja
2.1.36Beslissen op verzoek om toestemming voor diverse vermogensrechtelijke handelingenArt. 4: 71 Awb en 16 ASVX    Ja
2.1.37Beslissen op een verzoek om toestemming inzake beschikbaar stellen van gelden aan derden/verbinden van voorwaarden aan toestemmingArt. 18 ASVX    Ja
2.1.38Aanwijzen van gevallen waarin 19, 1e lid ASV niet geldt (verplichting inzake kostendekkende vergoedingen bij leveringen aan derden)Art. 19, 2e lid ASVX    Ja
2.1.39Goedkeuring bestemming eventueel batig liquidatiesaldo bij ontbinding; geven van aanwijzing van gewenste bestemming; opleggen verplichting tot storten in de gemeentekasArt. 20, 5e lid ASVX    Ja
2.1.40Aanvragen tot verlening en vaststelling van subsidiesdiverseX    Ja
2.1.41Aanvragen van vergunningen/ontheffingendiverseXX  Ja
2.1.42Uitvoering van de Wet bescherming persoonsgegevensWet bescherming persoonsgegevensXX  Ja
2.1.43Het aanwijzen van toezichthouders als bedoeld in artikel 5:11 Algemene wet bestuursrechtdiverseXXAan de directeur van de dienst binnen wiens verantwoordelijkheid het toezicht op de betreffende regelgeving valtNee
2.1.44Alle in titel 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde bevoegdheden met betrekking tot of verband houdend met bestuursdwang en dwangsom.Art. 125, 2e lid (college) en 3e lid (burgemeester) Gemeentewet en titel 5.3 Algemene wet bestuursrechtXXAan de directeur van de dienst binnen wiens verantwoordelijkheid het toezicht en de handhaving op de betreffende regelgeving valtJa
2.1.45Niet-ontvankelijk verklaren van aanvraagArt. 4: 5, 1e lid AwbXX  Ja
2.1.46Vragen van zienswijze en horen belanghebbende bij voornemen tot het nemen van een onwelgevallige beschikkingArt. 4: 7 en 4: 9 AwbXX  Ja
2.1.47Het vervangen van archiefbescheiden door reproducties: 1.het vervangen van archiefbescheiden door reproducties, teneinde de aldus vervangen bescheiden te vernietigen, overeenkomstig artikel 7 van de Archiefwet 1995 en artikel 6, eerste en tweede lid, van het Archiefbesluit 1995; 2.2. het opmaken van een verklaring van vervanging van archiefbescheiden door reproducties, overeenkomstig artikel 8 van het Archiefbesluit 1995Archiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2004X    Ja
2.1.48Het vervreemden van archiefbescheiden: 1.het vervreemden van archiefbescheiden overeenkomstig artikel 8, eerste en tweede lid, van de Archiefwet 1995 en artikel 7, eerste en tweede lid, en artikel 8 van het Archiefbesluit 1995; 2.het opmaken van een verklaring van vervreemding van archiefbescheiden, overeenkomstig artikel 8 van het Archiefbesluit 1995.Archiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2005X    Ja
2.1.49Het overbrengen van archiefbescheiden naar de archiefbewaarplaats: 1.het overbrengen van archiefbescheiden naar het Utrechts Archief overeenkomstig artikel 12, eerste lid van de Archiefwet 1995 en artikel 9, eerste, tweede en derde lid van het Archiefbesluit 1995; 2.het vervroegd overbrengen van archiefbescheiden naar het Utrechts Archief overeenkomstig artikel 13, eerste lid van de Archiefwet 1995; 3.het verzoeken om het verlenen van een machtiging door gedeputeerde staten van Utrecht tot opschorting van de overbrenging van archiefbescheiden naar het Utrechts Archief, overeeenkomstig artikel 13, derde en vierde lid, van de Archiefwet 1995; 4.het opmaken van een verklaring van overbrenging van archiefbescheiden naar het Utrechts Archief, overeenkomstig artikel 8 van het Archiefbesluit 1995.Archiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2006X    Ja
2.1.50Het opmaken van een verklaring van vernietiging van archiefbescheiden, overeenkomstig artikel 8 van het Archiefbesluit 1995Archiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2006X    Ja
2.1.51Het stellen van beperkingen aan de openbaarheid van archiefbescheiden, overeenkomstig artikel 15, eerste en tweede lid, en artikel 16, tweede lid, van de Archiefwet 1995 en artikel 10 van het Archiefbesluit 1995Archiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2007X    Ja
2.1.52het goedkeuren van de overdracht van informatie in de zin van artikel 1, sub b, van het Besluit informatiebeheer 2002 van een beheerseenheid aan een andere beheerseenheid, overeenkomstig artikel 22 van het Besluit informatiebeheerArchiefwet 1995, Archiefbesluit 1995 en het Besluit Informatiebeheer gemeente Utrecht 2008X    Ja
2.1.53Vaststellen verschuldigdheid en hoogte dwangsom bij niet tijdig beslissenArt. 4:18 AwbXXConform modelbeschikking vaststellen verschuldigde dwangsomJa
2.1.54Vaststellen verplichtheid tot betaling geldsom.Art. 4:86 AwbX    Ja
2.1.54aToepassen verrekening Art. 4:93 in combinatie met specifieke wettelijke bepalingX    Ja
2.1.55Verlenen van uitstel van betalingArt. 4:94 AwbX    Ja
2.1.56Verlenen voorschot vooruitlopend op vaststelling van een verplichting tot betalingArt. 4:95 AwbX    Ja
2.1.57Intrekken of wijzigen beschikking tot uitstel van betaling of verlening voorschotArt. 4:96 AwbX    Ja
2.1.58Vaststellen bedrag van verschuldigde renteArt. 4.99 AwbX    Ja
2.1.59Schriftelijke aanmaning of schriftelijke mededeling waarin ondubbel-zinnig het recht op betaling wordt voorbehoudenArt. 4.107 AwbX    Ja
2.1.60Aanmaning tot betaling schuldenaar in verzuimArt. 4.112 AwbX    Ja
2.1.61Uitvaardigen dwangbevelArt. 4.117 AwbX    Ja
2.1.62Nemen van besluiten op schade- en nadeelcompensatieverzoeken tot een maximum van EUR 100.000,00 per besluitArt. 3:4 2e lid AwbX    Ja

Paragraaf 2.2 Mandaten aan de algemeen directeur

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W gemandateerde bevoegdheden aan de algemeen directeur.

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
             
             
             
             
             
             
             

Paragraaf 3.1 Bestuurs- en Concerndienst

Dit hoofdstuk bevat door het college van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst op grond van artikel 10:1 t/m 10:12 Awb. De directie van de BCD bestaat uit een directieteam samengesteld uit de sectordirecteuren. De mandaten in onderstaande tabel worden verleend aan de sectordirecteur tot wiens taakveld het mandaat behoort.

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.1.1Het aanstellen van verkeersregelaars met beperkte bevoegdheid (zogenaamde “evenementenregelaars”) - uitsluitend ten behoeve evenementen, zijnde voetbal-wedstrijden als bedoeld in hoofdstuk 2, afdeling 2 of evenementen als bedoeld hoofdstuk 5, afdeling 6 van de Algemene Plaatselijke Verordening Utrecht – alsmede het vervallen verklaren van dergelijke aanstellingsbesluiten uitsluitend voor zover dit vereist is op grond van de betreffende regelgeving (artikel 8 van de Regeling Verkeersregelaars)Art. 56, 1e lid, onder b van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) jo. artikel 82, 1e lid, onder c van het RVV 1990  XHet aanstellen van verkeersregelaars dient per evenement te geschieden waarbij de aanstelling zich in tijdsduur niet verder uitstrekt dan strikt nood-zakelijk voor het betreffende evenement. Het vervallen verklaren van bovengenoemde aanstellings-besluiten dient onverwijld te geschieden indien hiertoe redenen zijn als genoemd in artikel 8, 1e lid onder a of b van de Regeling VerkeersregelaarsJa. Ondermandaat aan de korpschef van de Politie Utrecht is toegestaan. Tevens is het de korpschef toegestaan verder te mandateren
3.1.2Het instellen van een onderzoek als bedoeld in artikel 4 van de Beleidsregel toepassing Wet Bibob en het inwinnen van informatie bij betrokkeneArtikel 9 Wet Bibob en de Beleidsregel toepassing Wet Bibob (Gemeenteblad van Utrecht 2005, nr. 57)XXDit mandaat dient uitsluitend om een besluit als genoemd in de Beleidsregel toepassing Wet Bibob voor te bereiden en strekt zich dan ook niet uit tot de bevoegdheid tot het nemen van het besluit zelfJa
3.1.3Het inwinnen van een advies op grond van artikel 9 van de Wet Bibob bij het Landelijk Bureau Bibob van het Ministerie van JustitieArtikel 9 Wet Bibob en de Beleidsregel toepassing Wet Bibob (Gemeenteblad van Utrecht 2005, nr. 57)XXDit mandaat dient uitsluitend om een besluit als genoemd in de Beleidsregel toepassing Wet Bibob voor te bereiden en strekt zich dan ook niet uit tot de bevoegdheid tot het nemen van het besluit zelfJa
3.1.4Het inwinnen van informatie bij medeoverheden en het nemen van verdagingsbesluiten ter voorbereiding op besluiten inzake de Wet Bibob (besluiten als genoemd in de Beleidsregel toepassing Wet Bibob)Artikel 9 Wet Bibob en de Beleidsregel toepassing Wet Bibob (Gemeenteblad van Utrecht 2005, nr. 57)XXDit mandaat dient uitsluitend om een besluit als genoemd in de Beleidsregel toepassing Wet Bibob voor te bereiden en strekt zich dan ook niet uit tot de bevoegdheid tot het nemen van het besluit zelfJa
3.1.5Opleggen verblijfsontzeggingen als bedoeld in artikel 10a APV Utrecht en uitsluitend voor het bij dit mandaat bijbehorende uitvoeringsbesluit (nr 07.088640)Art. 172, 3e lid Gemeentewet, art. 10a APV Utrecht en bijbehorend uitvoeringsbesluit, art. 10:1 tot en met 10:12 van de Algemene Wet Bestuursrecht  XHet mandaat dient te worden uitgevoerd conform de "instructie behorende bij mandaatbesluit verblijfsontzeggingen Stationsgebied e.o." nr. 07.088642Ja. Ondermandaat aan de korpschef van de Politie Utrecht is toegestaan. Tevens is het de korps- chef toegestaan verder te mandateren
Het mandaat geldt alleen voor verblijfsontzeggingen geredigeerd volgens standaard conceptbesluit.
Het betreft een ondertekeningsmandaat
3.1.6Uitvoering en bestuurlijke handhaving van hoofdstuk 2, afdeling 2 van de APV Utrecht (orde in verband met voetbalwedstrijden) en hoofdstuk 5, afdeling 6, paragraaf 2 van de APV Utrecht ("binnenevenementen") alsmede de hierop gebaseerde voorschriftenHoofdstuk 2, afdeling 2 van de APV Utrecht en hoofdstuk 5 afdeling 6, paragraaf 2 van de APV Utrecht en de hierop gebaseerde voorschriften  X  Ja
3.1.7Bestuurlijke handhaving van art. 43 APV (Liggen of slapen op of aan de openbare weg)Art. 43 APVXX  Ja
3.1.8Uitvoering en bestuurlijke handhaving van de art. 49 van de APV Utrecht en de daarop gebaseerde voorschriftenArt. 47 APV Utrecht en de daarop gebaseerde voorschriftenX    Ja. Ondermandaat aan de korpschef van de Politie Utrecht is toegestaan. Tevens is het de korps- chef toegestaan verder te mandateren
3.1.9Het instellen van hoger beroep. Uitgezonderd zijn belastingzaken en personeelsaangelegenheden. Hiervoor geldt een apart mandaatregimeAlgemene wet bestuursrecht, Wet op de Raad van State en de BeroepswetXXBinnen twee weken na het instellen van hoger beroep wordt dit gemeld aan de betreffende verantwoordelijke portefeuillehouderJa
3.1.10Het verzoeken om voorlopige voorziening. Uitgezonderd zijn belastingzaken en personeelsaangelegenheden. Hiervoor geldt een apart mandaatregimeAlgemene wet bestuursrecht, Wet op de Raad van State en de BeroepswetXXHet indienen van een verzoek om voorlopige voorziening wordt onverwijld gemeld aan de betreffende portefeuillehouderJa
3.1.11Het afsluiten van de aan het assurantiefonds gerelateerde verzekeringen waarvan de premie per jaar ten hoogste EUR 250.000,00 per verzekering bedraagt.Artikel 5.3 van de Organisatieregeling UtrechtX  het mandaat wordt verleend aan de sectordirecteur Financiën en PersoneelJa, aan afdelingshoofd Risicobeheer tot een bedrag van EUR 50.000,00
Het ten laste van het assurantiefonds doen van schade-uitkeringen aan deelnemers en aan derden tegenover wie de gemeente krachtens aansprakelijkheid een verplichting heeft met een limiet van EUR 250.000,00.opdrachten dienen schriftelijk te worden bevestigd
bij een verplichting die groter is dan EUR 12.500,00 is een 2e handtekening vereist van een bevoegde functionaris

Paragraaf 3.2 StadsOntwikkeling

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, algemeen
3.2.1Het doen van een aanbieding tot vervreemding/ verkrijging van een registergoed dan wel het doen van een aanbieding betreffende de vestiging van een zakelijk en/of persoonlijk recht met betrekking tot een registergoed.  X    Ja
3.2.2Het aanbrengen van wijzigingen van ondergeschikte aard in overeenkomsten, waarover het college heeft besloten.  X    Ja
3.2.3Het aangaan van vaststellingsovereenkomsten  X    Nee
3.2.4Het participeren in de besluitvorming bij deelname in rechtspersonen in het kader van een publiek-private samenwerking.  X  Mits deelname in rechtspersoon voortvloeit uit een door SO gesloten (samenwerkings-)overeenkomst, waartoe het college heeft besloten.Ja
3.2.5Besluitvorming over statuten en lidmaatschap van, en privaatrechtelijke overeenkomsten met parkmanagementverenigingen alsmede de bevoegdheid tot besluitvorming bij gemeentelijke deelname in parkmanagementverenigingen.  X  Indien privaatrechtelijke overeenkomsten met parkmanagementverenigingen ook betrekking hebben op onderhoud van openbare ruimte, is instemming van directeur Stadswerken vereist.Nee
3.2.6De afgifte van hypotheekverklaringen.  X    Ja
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, rechtsgedingen
3.2.7I.Het voeren van rechtsgedingen als verwerende partij en het entameren en voeren van rechtsgedingen: a.ter nakoming, handhaving en uitvoering van o.a. overeenkomsten waartoe het college heeft besloten inclusief nevenvordering b.ter zake van de inning van schuldvorderingen, achterstallige huurpenningen en erfpachtcanons inclusief eventuele nevenvorderingen zoals het ontbinden van de overeenkomst en de eis tot schadeloosstelling, de vervallenverklaring van het erfpachtrecht uitgezonderd c.terzake van het invorderen van verschuldigde reserveringsvergoedingen, canonbedragen en andere gebruiksvergoedingen d.terzake van ontruimingen van panden en gronden die bij StadsOntwikkeling in beheer zijn (zie voorwaarde) e.terzake van onverschuldigd betaalde bedragen, nakoming van contractuele afspraken, vorderingen tot voortzetting van onderhandelingen c.q. kosten en schadevergoeding ten gevolge van het f.afbreken van onderhandelingen dan wel op basis van onrechtmatige daad (zie voorwaarde) g.terzake van verweer in het kader van verzetsprocedures tegen dwangbevelen tot betaling van bestuursdwangkosten of verbeurde dwangsommen h.terzake van procedures tot het leggen van conservatoir beslag in het kader van het kostenverhaal bestuursdwang en/of inning van verbeurde dwangsommen. II.Het instellen van alle rechtsmiddelen in alle instanties, zowel eisend als verwerend alsmede de tenuitvoerlegging van vonnissen/beschikkingen in de procedures beschreven onder a tot en met g. III.Het verrichten van alle proceshandelingen. IV.IV. Het doen van aangiftes.  X    Ja
3.2.8Het nemen van conservatoire maatregelen en het doen wat nodig is ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit, alvorens is besloten tot het voeren van een rechtsgeding.  X    Ja
3.2.9Het voeren van (gerechtelijke) procedures inzake het invorderen van aan de gemeente verschuldigde betalingen.  X    Ja
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, verkoop/koop/ruil/erfpacht e.a. zakelijke rechten
3.2.10Het ruilen, vervreemden en in erfpacht uitgeven van gemeentelijke eigendommen of het vestigen van andere beperkte rechten met betrekking tot onroerende zaken en roerende zaken.  X  1.Passend binnen het vastgestelde uitgiftebeleid en de jaarlijks vast te stellen grondprijzenbrief. 2.Passend binnen goedgekeurde grondexploitatie, indien en voorzover deze wordt opgesteld.Ja
3.2.11Het kopen, ruilen van de eigendom of andere rechten met betrekking tot onroerende en roerende zaken en het in dit kader toekennen van een koopsom en/of schadeloosstelling en huur- en pachtontbindingen en het in dit kader toekennen van schadeloosstellingen.  X  1.Voorzover passend binnen een door de raad vastgesteld krediet dan wel passend binnen de daarvoor gestelde budgetten en 2.de koopsom en/of schadeloosstelling niet hoger is dan EUR 5.000.000,00.Ja
3.2.12Het doen van strategische en anticiperende aankopen.  X  1.Voorzover passend binnen het budget dat hiervoor bij de begroting ter beschikking is/ wordt gesteld; 2.er voorafgaand afstemming met portefeuillewethouder heeft plaatsgevonden en 3.de aankoop geschiedt conform de vastgestelde Nota Grondbeleid (Raad).Ja
3.2.13Het doen van aankopen en toekennen van budgetten in het kader van het Holle Kiezenfonds.  X  Voor zover passend binnen het budget Holle Kiezenfonds.Ja
3.2.14Het kopen van eigendom of andere rechten met betrekking tot onroerende zaken op veilingen.  X  Voor zover de koopsom en/of de waarde per transactie niet meer bedraagt dan maximaal de getaxeerde waarde en maximaal EUR 2.000.000,00Ja
3.2.15De bevoegdheid tot het splitsen in appartementsrechten van percelen grond, daar waar nodig ook vooruitlopend op de uitgifte in erfpacht.  x    Ja
3.2.16De bevoegdheid om een splitsing in appartementsrechten op te heffen, zodra alle appartementsrechten in een appartementencomplex aan de gemeente toebehoren.  X    Ja
3.2.17Het beslissen op een aanvraag om toestemming tot het voortijdig voor eigen verantwoordelijkheid, rekening en risico in gebruik nemen van onroerende zaken, vooruitlopend op een juridische eigendomsoverdracht c.q. de vestiging van een zakelijk recht.  X    Ja
3.2.18Het nakomen, handhaven en uitvoeren van alle bijzondere en algemene voorwaarden c.q. bepalingen voor verkoop- en uitgifte in erfpacht van gronden in de gemeente Utrecht, mede in verband met Nota Erfpachtbeleid (Raad 23 april 1998).  X    Ja
3.2.19De bevoegdheid met betrekking tot conversie van erfpachtrechten naar de AV 1989 op basis van de Conversieregeling 1989 (Raad 22 juni 1989) en de Conversieregeling 2003 (Raad 13 februari 2003) en de bevoegdheid met betrekking tot de conversie- en de wijziging van gebruik en/of bestemming van erfpachtrechten op basis van de Nota Erfpachtbeleid (Raad 23 april 1998).  X    Ja
3.2.20De uitvoering van en alle taken in verband met de overeenkomst inzake de erfpachtaangelegenheden met de STUW voor de duur van de overeenkomst alsmede in verband met de Raamovereenkomst DUO, het Mantelcontract tot uitwerking van de DUO-overeenkomst en het Addendum behorend bij de Raamovereenkomst.  X    Ja
3.2.21De goedkeuring tot verkoop en overdracht van het recht van erfpacht.  X    Ja
3.2.22Het uitoefenen van de bevoegdheden voortvloeiende uit het lidmaatschap van een VvE in die gevallen waarin de gemeente gerechtigde is van een appartementsrecht.  X    Ja
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, huur/pacht/bruikleen
3.2.23Het huren van (incl. aanhuren ten behoeve van een andere dienst) of op enige andere wijze in gebruik nemen van eigendommen van derden.  X  Voor zover passend binnen een door de Raad vastgesteld krediet dan wel passend binnen de daarvoor beschikbaar gestelde budgetten.Ja
3.2.24Het verhuren, verpachten of op enige andere wijze in gebruik geven van gemeentelijke eigendommen dan wel door gemeente gehuurde onroerende en roerende zaken.  X  1.Mits passend binnen gemeentelijk verhuurbeleid. 2.Raad wordt achteraf geïnformeerd. Bij de jaarrekening dient een lijst van de in dat jaar afgesloten contracten te worden gevoegd.Ja
3.2.25Het verlenen van goedkeuring aan de overdracht van huur- en pachtrechten op basis van bestaande overeenkomsten.  X    Ja
3.2.26Het beëindigen van overeenkomsten terzake van huur, pacht of op andere wijzen van ingebruikgeving van eigendommen of andere rechten, al dan niet tegen betaling van een schadeloosstelling.  X  1.Indien een schadeloosstelling wordt uitgekeerd, dient deze te passen binnen een door de Raad vastgesteld krediet dan wel te passen binnen de daarvoor beschikbaar gestelde budgetten. 2.Indien de koopsom en/of schadeloosstelling niet hoger is dan EUR 5.000.000,00.Ja
3.2.27De bevoegdheid tot het kwijtschelden van pacht-vergoedingen, huurpenningen, gebruiksvergoedingen en het aangaan van een betalingsregeling of het toepassen van schuldvergelijking terzake.  X  Kwijtschelden van huur-, pacht- en gebruiks-vergoedingen tot een bedrag van maximaal driemaal de maandvergoeding.Ja
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, Wet voorkeursrecht gemeenten/Onteigeningswet/ Wet op de ruimtelijke ordening
3.2.28Het entameren en voeren van rechtsgedingen zowel eisend als verwerend in het kader van de Onteigeningswet/Wet voorkeursrecht gemeenten.  X    Ja
Het instellen van alle rechtsmiddelen in alle instanties, zowel eisend als verwerend alsmede de tenuitvoerlegging van vonnissen /beschikkingen in de procedure zoals hiervoor beschreven.
Het verrichten van alle proceshandelingen.
3.2.29Uitvoeringshandelingen Wvg: a.de bevoegdheden ex artikel 10 tot en met 17 Wvg (het berichten van de eigenaar, het voeren van onderhandelingen, het sluiten van overeenkomsten en de overige daaraan gerelateerde handelingen); b.het vervallen verklaren van de aanwijzing Wvg ex artikel 5, 7, 8 en 8a; c.het inroepen van de nietigheid van rechtshandelingen ex artikel 26 Wvg; d.het instemmen met de verkoop en overdracht van een met een voorkeursrecht als bedoeld in de Wvg belast registergoed aan één of meer derden.  X    Ja
3.2.30Uitvoeringshandelingen Onteigeningswet. Als uitvoeringshandelingen zijn aan te merken: a.berichtgeving aan eigenaar/gerechtigde omtrent het voornemen tot onteigening; b.berichtgeving aan de eigenaar/gerechtigde dat er een onteigeningsbesluit is genomen; c.het voeren van onderhandelingen om te komen tot "minnelijke aankoop" als bedoeld in de Onteigeningswet en het sluiten van overeenkomsten in dat kader.  X    Ja
3.2.31Het aangaan van overeenkomsten ingevolge de exploitatieverordening ex artikel 42 Wet op de Ruimtelijke Ordening.  X  Passend binnen de vigerende Exploitatieverordening.Ja
3.2.32Het aangaan van planschadeovereenkomsten ex artikel 49 en 49a Wet op de Ruimtelijke Ordening.  X    Ja
3.2.33Uitvoeringshandelingen Wvg: a.de terinzagelegging van een aanwijzingsbesluit ex artikel 2 en 6 Wvg alsmede het bekend maken (publicatie) en kennis geven aan eigenaren en beperkt gerechtigden; b.het intrekken van een aanwijzingsbesluit ex artikel 8 Wvg; c.het beginselbesluit tot aankoop/niet aankoop (binnen 8 weken) alsmede het instemmen met verkoop en overdracht van een met voorkeursrecht belast registergoed aan één of meer derden.  X    Ja
3.2.34Uitvoeringshandelingen Onteigeningswet: a.de terinzagelegging van een ontwerpbesluit respectievelijk het besluit tot onteigening alsmede het bekend maken (publicatie) en het kennis geven aan eigenaren, beperktgerechtigden en belanghebbenden.  X    Ja
3.2.35Het verzoek aan de rechtbank tot het benoemen van deskundigen ex artikel 16 Wvg.  X    Ja
3.2.36Het verzoek aan de rechtbank om een oordeel over de prijs, het instemmen met het advies over de prijs en het alsnog afzien van aankoop ex artikel 17 Wvg.  X    Ja
3.2.37Het inroepen van de nietigheid van rechtshandelingen ex artikel 26 Wvg.  X    Ja
3.2.38Het inschrijven van een (herzien) exploitatieplan in het gemeentelijke register van publiekrechtelijke beperkingen Wro/Wkpb.  X    Ja
3.2.39Het aangaan van exploitatieovereenkomsten.Wro artikel 6.24, 1e lidX    Ja
3.2.40Het aangaan van planschadeovereenkomsten.Wro artikel 6.4a jo 6.24, 1e lid GrondexploitatieX    Ja
3.2.41Het kennis geven van gesloten exploitaite-overeenkomsten.Wro artikel 6.24, 3e lidX    Ja
3.2.42Het verlenen van ontheffing van het verbod tot uitvoering van werken of werkzaamheden.Wro artikel 6.12 GrondexploitatieX    Ja
3.2.43Het ter inzage leggen van een (herzien) exploitatieplan alsmede bekendmaking/publicatie en kennisgeving aan eigenaren en beperkt-gerechtigden.Wro artikel 6.14 GrondexploitatieX    Ja
3.2.44Het afrekenen en herberekenen van een exploitatieplan respectievelijk de exploitatiebijdragen en het terugbetalen van teveel betaalde exploitatiebijdragen.Wro artikel 6.20 GrondexploitatieX    Ja
3.2.45Het voorbereiden, uitvoeren en nemen van alle besluiten terzake van een exploitatieplan en grondexploitatieplan met inbegrip van het aangaan van overeenkomsten.Wro afdeling 6.4 GrondexploitatieX  Mandaat geldt voor de bevoegdheid van het college die uit de bepalingen van de afdeling 6.4 Grondexploitatie volgt dan wel aan het college door de gemeenteraad is gedelegeerd; dit laatste met inachtneming van de daarbij (eventueel) gestelde regels.Ja
Privaatrechtelijke rechtshandelingen, overig
3.2.46Het aangaan van optieovereenkomsten.  X    Ja
3.2.47Het aangaan van grondreserveringsovereenkomsten.  X    Ja
3.2.48Aangaan van bestuursovereenkomsten.  X  Bestuursovereenkomsten worden exclusief door het bestuur aangegaan. In bepaalde gevallen zijn ambtshalve aanvullingen nodig op gesloten bestuursovereenkomsten.Nee
3.2.49Het aangaan van samenwerkingsovereenkomsten.  X    Ja
3.2.50Het aangaan van intentieovereenkomsten.  X    Ja
3.2.51De bevoegdheid om deel te nemen in besluitvorming van een Algemene vergadering van Aandeelhouders.  X    Nee
3.2.52Bevoegdheid tot het nemen van besluiten ter uitvoering van het bepaalde in de artikelen 12 en 13 (m.u.v. artikel 13.3) van SOK Vleuterweide.  X    Nee
Aanbesteding/opdracht en aanneming van werk
3.2.53Het aanbesteden van werken, diensten en leveringen.  X  1.Voor zover passend binnen de vigerende Nota aanbestedingsbeleid en 2.voor zover passend binnen een door de directeur SO vast te stellen regeling en -functionaris zoals vermeld in een door directeur SO vast te stellen regeling en 3.voor zover passend binnen begroting, grondexploitatie, vastgesteld budget.Ja
3.2.54Het uitbrengen van offertes, het verstrekken van opdrachten, het aangaan van overeenkomsten en het aannemen van opdrachten ten behoeve van werken, diensten en leveringen al dan niet voorafgegaan door een aanbesteding alsmede de beëindiging daarvan.  X  a.Voor zover passend binnen de vigerende Nota aanbestedingsbeleid en b.Voor zover passend binnen een door de directeur SO vast te stellen regeling en -functionaris zoals vermeld in een door directeur SO vast te stellen regeling c.Voor zover passend binnen begroting, grondexploitatie, vastgesteld budget.Ja
Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke beperkingen
3.2.55Het toetsen van de brondocumenten aan vereisten voor inschrijving.Wet kenbaarheid publiek-rechtelijke beperkingen (Wkpb)X    Ja
3.2.56Het uitgeven van inschrijfnummers en identificatienummers.WkpbX    Ja
3.2.57Het inschrijven van documenten in het register en het opnemen van gegevens daarover in de registratie.WkpbX    Ja
3.2.58Het plaatsen van aantekeningen op het brondocument.WkpbX    Ja
3.2.59Het verwerken van kadastrale mutaties in de administratie.WkpbX    Ja
3.2.60Het verstrekken van een bewijs van inschrijving.WkpbX    Ja
3.2.61Het waarmerken van afschriften van brondocumenten, waarbij publiekrechtelijke beperkingen zijn opgelegd.WkpbX    Ja
3.2.62Het op verzoek verstrekken van afschriften of uittreksels uit het register en registratie.WkpbX    Ja
3.2.63Het verstrekken van verklaringen, dat uit het register blijkt, dat op het betreffende aangevraagde perceel geen publiekrechtelijke beperkingen van toepassing zijn.WkpbX    Ja
3.2.64Het herstellen van fouten en doorvoeren van correcties.WkpbX    Ja
3.2.65Het (doen) verstrekken van berichten aan de landelijke voorziening.WkpbX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, algemeen
3.2.66Het doen van aanvragen om vergunning of subsidie, verzoeken om ontheffing, goedkeuring, vrijstelling en overige besluiten ten behoeve van vervanging, uitbreiding, aanpassing, vernieuwing en nieuw te realiseren openbare infrastructuur en bouwwerken.GemeentewetX    Ja
3.2.67Het onttrekken van een weg aan het openbaar verkeer binnen de gemeente welke niet door het Rijk, Provincie of Waterschap wordt onderhouden.Wegenwet (art. 9 )X  De Raad heeft zijn bevoegdheid d.d. 6 september 2007 gedelegeerd aan het college van B&W. Het primaire basismandaat berust bij de directeur Stadswerken. Gebruikmaking na afstemming met de directeur Stadswerken.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO)
3.2.68Het starten van de vrijstellingsprocedure.Wro art. 15, 18, 19a, 2e lidX    Ja
3.2.69Het starten van de vrijstellingsprocedure voor fietstrommels en buurtstallingen.Wro art.18, 19a, 2e lidX    Ja
3.2.70Het uitvoeren van de vrijstellingsprocedure.Wro art. 15 18, 19a, 2e lidX  Dit met inachtneming van de procedurele afspraken met de desbetreffende raadscommissie voor wat betreft artikel 19, 1e lid Wro vrijstellingen.Ja
3.2.71Het uitvoeren van de vrijstellingsprocedure voor fietstrommels en buurtstallingen.Wro art. 18, 19a, 2e lidX    Ja
3.2.72Het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.Wro art. 15, 17, 19, 2e + 3e lidX    Ja
3.2.73Het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging van plannen voor fietstrommels en buurtstallingen.Wro 19, 3e lidX    Ja
3.2.74Het uitvoeren van besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.Wro art. 15, 17, 19, 2e + 3e lidX    Ja
3.2.75Het uitvoeren van besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging van plannen voor fietstrommels en buurtstallingen.Wro 19, 3e lidX    Ja
3.2.76Het besluiten tot het aanvragen van een verklaring van geen bezwaar.Wro art. 15, 2e lid, 19a, 5e lidX    Ja
3.2.77Het besluiten tot het verlenen van vrijstelling binnen twee weken na inwerkingtreding van het besluit van gedeputeerde staten c.q. de verklaring van geen bezwaar.Wro art. 19a, 11e lidX    Ja
3.2.78Het weigeren van vrijstelling en de betreffende bouwvergunning.Wro art. 15,17, 18X    Ja
3.2.79Het weigeren van vrijstelling en de betreffende bouwvergunning.Wro art. 19, 1e, 2e + 3e lidX    Ja
3.2.80Het weigeren van vrijstelling en de betreffende bouwvergunning voor fietstrommels en buurtstallingen.Wro 19, 3e lidX    Ja
3.2.81Het uitvoeren en ondertekenen van vrijstellingsbesluiten.Wro; Voorschriften voor de bebouwde kom 1958X    Ja
3.2.82Het uitvoeren en ondertekenen van vrijstellings- en weigeringsbesluiten voor fietstrommels en buurtstallingen.WroX    Ja
3.2.83Het waarmerken van bestemmings-, uitwerkings-, en wijzigingsplannen i.v.m. de vereiste goedkeuring door gedeputeerde staten en Raad van State.Wro en BroX    Ja
3.2.84Het verrichten van alle procedurele handelingen alsmede het afdoen en ondertekenen van de beschikkingen op verzoeken om toepassing van 49 WRO (planschade).Wro art. 49 Planschaderegeling en PlanschadeverordeningX    Ja
3.2.85Het organiseren van het voeren van overleg ex artikel 10 Bro.Wro en Bro art. 10X    Ja
3.2.86Het voorontwerpbestemmingsplan voor advies toezenden aan de PPC.Wro en BroX    Ja
3.2.87Het ontwerpbestemmingsplan of ontwerpuitwerkings-/ wijzigingsplan ter inzage leggen, inclusief het verzorgen van de wettelijk voorgeschreven publicaties.Wro en BroX    Ja
3.2.88Het vastgestelde of goedgekeurde bestemmingsplan en uitwerkings- of wijzigingsplan ter inzage leggen inclusief het verzorgen van de wettelijk voorgeschreven publicaties; het vastgestelde plan ter goedkeuring toezenden aan gedeputeerde staten.Wro en BroX    Ja
3.2.89Het voeren van verweer in goedkeuringprocedures en/of beroeps-/schorsingszaken bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.Wro en BroX    Ja
3.2.90Het voorbereiden van de procedure inzake voor-bereidingsbesluiten en de uitvoering hiervan (publicatie/ ter inzagelegging).Wro en BroX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wet ruimtelijke ordening (Wro, nieuwe wet per 1 juli 2008)
3.2.91Het verrichten van alle handelingen ter voorbereiding van de totstandkoming van een Structuurvisie.Wro/StructuurvisieX    Ja
3.2.92Het uitvoeren van alle handelingen in het kader van de bekendmaking en beschikbaarstelling van een vastgestelde Structuurvisie. Wro/StructuurvisieX    Ja
3.2.93Het verrichten van alle handelingen, waaronder het vooroverleg en voorbereidingsprocedure, gericht op de totstandkoming van bestemmingsplannen, uitwerkings-/ wijzigingsplannen hieronder mede inbegrepen.Wro/Bro/bestemmingsplannenX    Ja
3.2.94Het voeren van verweer in beroeps-/schorsingszaken bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State t.a.v. bestemmingsplannen.Wro/Bro/bestemmingsplannenX    Ja
3.2.95Het voorbereiden en uitvoeren, bekendmaking van voorbereidingsbesluiten met inbegrip van een daarin eventueel opgenomen aanleg/sloopvergunningenstel.Wro/BroX    Ja
3.2.96De voorbereiding (w.o. het organiseren en uitvoeren van vooroverleg), behandeling en beslissing tot het nemen of het weigeren van een projectbesluit al dan niet in samenloop met een aanvraag om bouwvergunning. Wro/Bro/ProjectbesluitX  Mandaat geldt voor de bevoegdheid van het college die rechtstreeks uit de bepalingen van de afdeling 3.3 Wro volgt dan wel aan het college is gedelegeerd door de gemeenteraad; dit laatste met inachtneming van de daarbij (eventueel) gestelde regels.Ja
3.2.97Het ontwerpprojectbesluit -en bij samenloop met een bouwplan- de ontwerpbouwvergunning en -voorzover van toepassing- het exploitatieplan ter inzage te leggen, inclusief het verzorgen van de wettelijk voorgeschreven publicaties en bekendmakingen.Wro/Bro/ProjectbesluitX    Ja
3.2.98Het uitvoeren van besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.Wro/ProjectbesluitX    Ja
3.2.99Het voorbereiden en opstellen van een ontwerp voor een bestemmingsplan volgend op een projectbesluit.Wro/ProjectbesluitX    Ja
3.2.100Het voorbereiden, toepassen en besluiten tot het verlenen van de binnenplanse vrijstelling/ontheffing, buitenplanse kruimelontheffing, tijdelijke ontheffing, het stellen van nadere eisen en -voorzover van toepassing- tevens van de bouwvergunning.Wro/Bro/Vrijstellingen/ Ontheffingen art. 3.22, 3.23 en 3.6 WroX    Ja
3.2.101Het tervisie leggen van het vrijstellings-/ ontheffingsverzoek -en bij samenloop met een bouwplan- van de ontwerpbouwvergunning voor het inwinnen van zienswijzen.Wro/Bro Binnenplanse vrijstellingen OntheffingenX    Ja
3.2.102Het besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de ingediende zienswijzen in het kader van de procedure t.b.v. de binnenplanse vrijstelling/ontheffing, buitenplanse kruimelontheffing, tijdelijke ontheffing en -voorzover van toepassing- tevens de bouwvergunning. Wro/Bro Binnenplanse vrijstellingen Ontheffingen Buitenplanse/tijdelijke ontheffingenX    Ja
3.2.103Het voorbereiden, toepassen en besluiten tot het verlenen of weigeren van vrijstellingsbesluiten.Voorschriften voor de bebouwde kom 1958X    Ja
3.2.104Het weigeren van de binnenplanse vrijstelling/ ontheffing, buitenplanse kruimelontheffing, tijdelijke ontheffing en -voorzover van toepassing- tevens van de bouwvergunning.Wro/Bro Binnenplanse vrijstellingen Ontheffingen art. 3.22, 3.23 en 3.6 WroX    Ja
3.2.105Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van besluiten op aanvraag om aanlegvergunning (aanlegvergunningstelsel opgenomen in bestemmingsplannen).WroX    Ja
3.2.106Het verrichten van alle handelingen ter voorbereiding van een beheersverordening met inbegrip van de mogelijkheid van buitentoepassingverklaring t.b.v. een project.Wro, Beheersverordening en afwijking hiervan t.b.v. een projectX    Ja
3.2.107Het voorbereiden uitvoeren en besluiten tot ontheffing en vergunningen (aanleg/sloopvergunning) –al dan niet onder voorwaarden- op grond van de Beheersverordening.Wro/Bro; BeheersverordeningX    Ja
3.2.108Het voorbereiden, reageren en uitvoeren van gemeentelijke besluitvorming t.a.v. (voorgenomen) inpassingsplannen, algemene regels en aanwijzingen van provincie of het rijk. Wro/Bro; Algemene regels en specifieke aanwijzingenX    Ja
3.2.109Het verbinden van voorschriften aan een bouw-vergunning terzake van een exploitatieplan.Wro artikel 6.17X    Ja
3.2.110Het voorbereiden, toepassen en beslissen tot een bouwverbod bij niet voldoen aan de betalingsverplichtingen en tot invordering van de verschuldigde exploitatiebijdrage.Wro artikel 6.21X    Ja
3.2.111Het voorbereiden en uitvoeren van beslissingen op verzoeken om tegemoetkoming in de schade.Wro Afdeling 6.1 Tegemoetkoming in de schadeX    Ja
3.2.112Het verbinden van voorschriften, stellen van een termijn en het opnemen van een betalingsregeling in een bouwvergunning alsmede het stellen van eisen van aanvullende zekerheden terzake van een exploitatie-bijdrage.Wro artikel 6.17, 1e + 2e lidX    Ja
3.2.113Het verlenen van ontheffing van het verbod in een exploitatieplan om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren.Wro artikel 6.12, 6e lidX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Woningwet (WW)
3.2.114Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van alle artikelen en het anderszins toepassen ervan. Dit mandaat geldt niet voor het toepassing geven aan artikel 44a en artikel 59, eerste lid onder f van de Woningwet en het op grond van artikel 3, zevende lid, Wet Bibob verbinden van voorschriften aan een besluit op grond van de Woningwet.WW hoofdstukken I, II, III en IV (art. 2 t/m 61 + art. 88), VIX    Ja
3.2.115Het ondertekenen van verklaringen van eensluidendheid en het verrichten van overige handelen welke noodzakelijk zijn om handhavingbesluiten en vervallenverklaringen bij het kadaster dan wel het gemeentelijke beperkingenregister in te schrijven resp. door te halen.WW artikel 100 eX    Ja
3.2.116Het weigeren van een reguliere en lichte bouw-vergunning en de bouwvergunning eerste fase wegens strijd met redelijke eisen van welstand.WW art. 44, 1e lid, sub d.X    Ja
3.2.117Het ondertekenen en uitvoeren van een besluit tot weigering van een bouwvergunning.WW art. 44 e.v.X    Ja
3.2.118Het aanhouden van de beslissing op aanvragen om bouwvergunning in alle daartoe in de wet genoemde gevallen.WW art. 50 e.v. inclusief 50aX    Ja
3.2.119Woonsubsidies: -het uitvoeren van de Verordening Woning-gebonden subsidies 1992; -het toepassen/uitvoeren van het Verdeelbesluit 1992 i.h.k.v. Woninggebonden subsidies 1992.  X    Ja
3.2.120Het uitvoeren van besluiten aangaande verzoeken van Toegelaten instellingen tot statuswijziging i.v.m. uitbreiding van het werkgebied binnen de regio BRU.  X    Ja
3.2.121Het verstrekken van garanties inzake het her-financieren van reeds gegarandeerde leningen aan woningbouwverenigingen in de gemeente Utrecht  X    Ja
3.2.122Het uitvoering van de regeling voor het verstrekken van geldelijke steun uit het Utrechts Revolverend Fonds Woningrenovatie (leningen) met inachtneming van de vastgestelde beleidsregels.  X  Mandaat geldt niet voor het aanwijzen van de gemeentelijke renovatieprojecten. Bevoegdheid hiervoor ligt bij de portefeuillehouder Wonen.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Monumentenwet
3.2.123Het verlenen of weigeren van monumenten-vergunningen op basis van de Monumenten-verordening.Gemeentelijke MonumentenverordeningX  Behoudens situaties waar bij verlening of weigering van een monumentenvergunning sprake is van fundamentele afwijking van het advies van de Cie Welstand & Monumenten.Ja
3.2.124Het nemen van besluiten over wijziging, afbraak of verwijdering van rijksmonumenten op basis van de Monumentenwet en Monumentenverordening.Monumentenwet en Gem. MonumentenverordeningX  Behoudens situaties waar bij verlening of weigering van een monumentenvergunning sprake is van fundamentele afwijking van het advies van de Cie Welstand & Monumenten of de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten.Ja
3.2.125Het adviseren ingevolge de artikelen 14 en 15 van de Monumentenwet.MonumentenwetX    Ja
3.2.126Het adviseren over restauratiesubsidies op basis van het Besluit Rijkssubsidiëring Restauratie Monumenten (BRRM).BRRMX    Ja
3.2.127Uitvoering van de ‘Samenwerkingsovereenkomst gemeente Utrecht – Nationaal Restauratiefonds’.  X    Ja
3.2.128Het besluiten op basis van uitvoeringsregeling onderhoud monumentale kerkgebouwen.  X    Ja
3.2.129Het afgeven van financieringsbeschikkingen die betrekking hebben op het verstrekken van leningen uit het Utrechts Restauratiefonds voor Monumenten (URF).Awb (Titel 4:2 en art. 10:1 t/m 10:12) en Beleidsregel financiering restauratie monumenten URFX  Bevoegdheid strekt tot het in de Beleidsregel financiering restauratie monumenten URF vermelde maximum. Bij een negatief advies van het Bemiddelend Orgaan kan uitsluitend een lening worden verstrekt na een exclusief besluit van het college zelve; het mandaat is in die gevallen niet van toepassing e.e.a. conform het gestelde in de gememoreerde beleidsregel.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Huisvestingswet & Huisvestingsverordening
3.2.130Het voorbereiden, verlenen, weigeren alsmede het intrekken van vergunningen op basis van hoofdstuk 3 van de Huisvestingsverordening "Wijziging samenstelling van de woonruimtevoorraad" (Onttrekking, samenvoeging, omzetting en splitsing).Huisvestingswet & HuisvestingsverordeningX    Ja
3.2.131Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de regeling omtrent de huisvestingsvergunning.Huisvestingswet & HuisvestingsverordeningX  Voor zover en voor zolang het een binding heeft met de aanpak van onrechtmatige bewoningsituaties.Ja
3.2.132Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van het bepaalde ten aanzien van het vorderen en toewijzen van woonruimte, het wijzigen van de vorderingsvergoeding, alsmede het beëindigen van de vordering van woonruimte.Huisvestingswet & HuisvestingsverordeningX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing (WSDV)Deze wet komt bij inwerkingtreding van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) te vervallen. In dit verband is ook de Invoeringswet Wro van belang en het daarin geregelde overgangsrecht. In verband met dit overgangsrecht blijft mandaatverlening nodig.
3.2.133Het weigeren van een sloopvergunning alsmede het uitvoeren van dit besluit. Het aanhouden van beslissingen op aanvraag om bouwvergunning, alsmede doorbreking ervan en uitvoering van dit besluit. Bevoegdheid tot het stellen van voorwaarden aan bouwvergunning, bankgarantie en intrekking.WDSV art. 18 20 22 27, 28 & 36X    Ja
3.2.134Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de leefmilieuverordening.  X    Ja
3.2.135Zie voor inspraak en overleg inzake stads-vernieuwingsplannen en leefmilieuverordeningen bij onderdeel Wro.  X    Ja
Algemene wet bestuursrecht (Awb)
3.2.136Het voorbereiden, toepassen en uitvoeren van bestuursdwang en/of het opleggen van een dwangsom.Awb, Gemeentewet, WRO, Wro (nieuw), Woningwet, Monumentenwet, Huisvestingswet & Huisvestingsverordening, Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing, APV, Reclameverordening, Huisnummerverordening, Drank- en Horecawet, Horecaexploitatie- verordening, Wet op de Kansspelen, Verordening op de Speelautomatenhallen, Wet milieubeheer, Wet bodembescherming, Winkeltijdenwet en Winkeltijdenverordening 1996X  Mandaat geldt ten behoeve van: Algemene wet bestuursrecht/Gemeentewet: Toepassing en uitvoering van bestuursrechtelijke handhaving op grond van artikel 125 van de Gemeentewet en/of afdeling 5.3 en 5.4 van de Awb met inbegrip van het uitvaardigen en ondertekenen van een dwangbevel tot betaling ter invordering van bestuursdwangkosten en/of verbeurde dwangsommen. Wet op de Ruimtelijke Ordening: a.Handhaving aanlegvergunningstelsel. b.Handhaving regelgeving gegeven in bestemmingsplannen. Wet ruimtelijke ordening (nieuw): -Toepassen en uitvoeren van bestuursrechtelijke handhaving op grond van artikel 6.21 Wro (bouwverbod/staken/inning exploitatiebijdrage per dwangbevel/intrekken bouwvergunning) -Toepassing en uitvoering van bestuurs-rechtelijke handhaving op grond van artikel 7.1 en artikel 7.10 Wro. -Handhaving aanleg- en sloopvergunningstelsel -Handhaving bestemmingsplannen, beheersverordening, projectbesluiten. Woningwet: a.handhaving Woningwet Hoofdstuk 1 , artikel 1 a e.v., handhavingsbesluiten zorgplicht; b.handhaving Bouwbesluit en Bouwverordening betreffende "Voorschriften betreffende het bouwen, de staat van bestaande bouwwerken, en standplaatsen, het gebruik, het slopen en de welstand". c.handhaving bijzondere verplichtingen betreffende "Toezicht op bouwwerken, open erven en terreinen; d.handhavingsbesluiten, opleggen van verplichtingen, in gebruik en beheer geven, vaststellen beheersvergoeding e.besluiten tot toepassen van bestuursdwang of opleggen van dwangsom, aanschrijven tot het aanbrengen van verbeteringen/ bouwkundige of woontechnische ingrepen. f.handhaving van vergunningen betreffende "Bouwvergunning, woonvergunning, g.het bepaalde in artikel 100 en 100d. Woningwet: Handhaving Bouwbesluit met inbegrip van Bouwbesluit en de Bouwverordening betreffende. Monumentenwet: a.Handhaving van beschermde monumenten betreffende "vergunningen tot wijziging, afbraak of verwijdering". b.Handhaving betreffende "slopen in beschermde stadsgezichten". Huisvestingswet & Huisvestingsverordening: Handhaving van wijzigingen in de woonruimtevoorraad of bedoeld als onder "Onttrekking samenvoeging en omzetting, splitsing en vergunningverlening" alsmede de handhaving van alle overige gemandateerde onderdelen van de huisvestingswet en -verordening. Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing: (Deze wet komt te vervallen bij inwerkingtreding van de nieuwe Wro; i.v.m. overgangsrecht blijft mandaat nog nodig) Handhaven van de wet alsmede de gemeentelijke stadsvernieuwingen zoals de Algemene Leefmilieuverordening en stadsvernieuwingsplan. Wet milieubeheer en Wet Bodembescherming: Bestuurlijke handhaving bij of krachtens de Wet milieubeheer en de Wet bodembescherming. Monumentenverordening: a.Handhaving van beschermde monumenten betreffende 'vergunningen tot wijziging, afbraak of verwijdering'; b.Handhaving betreffende 'slopen in gemeentelijke beschermde stadsgezichten'. Algemene Plaatselijke Verordening (APV): a.Handhaving van gebruik van de openbare weg voor wat betreft bouwterreinen, steigers, uithangborden, containers ed. alsmede het plakverbod en voorwerpen of stoffen aan, op, in, of boven de weg die in strijd met de verordening zijn geplaatst, aangebracht, gestort of worden gehouden. b.Bestuurlijke handhaving van Hoofdstuk 2 (openbare orde), afdeling 6: Vuurwerk. c.Bestuurlijke Handhaving Hoofdstuk 3 van de APV (seksinrichtingen) en de daarop gebaseerde voorschriften voorzover dit tot de bevoegdheid van het college behoort met uitzondering van artikel 73 (straatprostitutie). d.Handhaving Wet op Kansspelen en de daarop gebaseerde voorschriften (AMVB's) alsmede Afdeling 3 van Hoofdstuk 2 (Openbare orde): Toezicht op openbare inrichtingen voorzover dit tot de bevoegdheid van het college behoort. e.Handhaving artikel 74 (bepaling geluidhinder) Reclameverordening: Bestuurlijke handhaving m.b.t. het bepaalde t.a.v. handelsreclame aan (on)roerend goed en particuliere terreinen. Huisnummerverordening: Bestuurlijke handhaving van deze verordening. Winkeltijdenwet en Winkeltijdenverordening 1996: Betreft het handhaven van de winkeltijden.Ja
3.2.137Het voorbereiden, toepassen en uitvoeren van bestuursdwang en/of het opleggen van een dwangsom.Gemeentewet/APV Drank- en Horecawet en de hierop gebaseerde voorschriften (AMVB’s), Horecaverordening Utrecht 2004, Terassenreglement, Wet op de Kansspelen, Verordening op de speelautomatenhallen, Vrijstellingsverordening Horeca  XAlgemene wet bestuursrecht/Gemeentewet: Toepassing en uitvoering van bestuursrechtelijke handhaving op grond van artikel 125 Gemeentewet en/of afdeling 5.3 en 5.4 van de Awb met inbegrip van het uitvaardigen en ondertekenen van een dwangbevel tot betaling ter invordering van bestuursdwangkosten en/of verbeurde dwangsommen. APV -Bestuurlijke handhaving van hoofdstuk 3 van de APV Utrecht (Seksinrichtingen) en de hierop gebaseerde voorschriften voor zover dit tot de bevoegdheid van de burgemeester behoort met uitzondering van artikel 73 APV. -Bestuurlijke handhaving van Hoofdstuk 2 (openbare orde), afdeling 3: Toezicht op openbare inrichtingen (speelgelegenheden). Horecaverordening Utrecht 2004: Bestuurlijke handhaving van de Horecaverordening Utrecht 2004 en het Terrassenreglement. Drank- en Horecawet: Bestuurlijke handhaving van de Drank- en Horecawet en de daarop gebaseerde nadere regelgeving voor zover dit tot de bevoegdheid van de burgemeester behoort. Wet op de Kansspelen en APV: Bestuurlijke handhaving van de Wet op de Kansspelen en de daarop gebaseerde nadere regelgeving voor zover dit tot de bevoegdheid van de burgemeester behoort. In relatie hiermee: zie hierboven het mandaat Hoofdstuk 2, afdeling 3 APV Utrecht. Verordening op de speelautomatenhallen: Bestuurlijke handhaving van deze verordening. Vrijstellingsverordening Horeca: Bestuurlijke handhaving van deze verordening en de hierop gebaseerde besluitvorming.Ja
3.2.138Het uitvaardigen van een dwangbevel tot betaling in verband met de verbeuring van dwangsommen en/of bestuursdwangkosten uit hoofde van aanschrijvingen met betrekking tot het werkterrein van de Sector Publieke Diensten.AwbX    Ja
3.2.139Het voeren van verweer in procedures waarin verzet is aangetekend bij de rechtbank dan wel beroep is ingesteld bij het gerechtshof tegen dwangbevelen ter invordering van kosten verbeurde dwangsommen en/of bestuursdwangkosten uit hoofde van aan-schrijvingen met betrekking tot het werkterrein van de Sector Publieke Diensten.Awb + wetboek Burgerlijke RechtsvorderingX    Ja
3.2.140Het afhandelen van klachten.Awb, Hfd. 9, afdelingen 9.1 t/m 9.3X  Zowel interne klachten als externe klachten bij de Ombudsman.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wet milieubeheer, Wet Bodembescherming en de Wet Geluidhinder
3.2.141Het afhandelen van alle administratiefrechtelijke beroepszaken ingesteld tegen beschikkingen.Wet milieubeheer en AwbX    Ja
3.2.142Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van alle besluiten bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet geluidhinder en de Wet bodembescherming, m.u.v. het toepassing geven aan: a.artikel 8.10, derde lid Wet milieubeheer; b.artikel 8.25, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wet milieubeheer en c.het verbinden van voorschriften aan een besluit bij of krachtens de Wet milieubeheer op grond van artikel 3, zevende lid, Wet Bibob.Wet milieubeheer en Wet geluidhinder, Wet bodembeschermingX    Ja
3.2.143Het besluiten tot toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht volgens art 3:10 van die wet.Wet Milieubeheer en AwbX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wegenverkeerswet 1994, Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, Besluit Administratieve Bepalingen
3.2.144Alle bevoegdheden die aan de gemeente toekomen in en krachtens de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en het Besluit Administratieve Bepalingen met inbegrip van de bestuursrechtelijke handhaving daarvan.Wegenverkeerswet 1994, Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, Besluit Administratieve BepalingenX  Portefeuillehouder Verkeer informeren over zienswijzen.Ja
3.2.145De bevoegdheid tot het nemen van verkeersbesluiten betreffende aanvragen om individuele gehandicapten parkeerplaatsen.Idem + Nota Gehandicapten-parkeerbeleid 1999X  Portefeuillehouder Verkeer informeren over zienswijzen.Ja
3.2.146Het nemen van verkeersbesluiten voor algemene gehandicapten parkeerplaatsen. Toelichting: Het betreft standaardbesluiten waar geen of nauwelijks verkeersbelangen in het geding zijn.Idem + Nota Gehandicapten-parkeerbeleid 1999X  Portefeuillehouder Verkeer informeren over zienswijzen.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Bouwbesluit
3.2.147Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van alle bepalingen en het anderszins toepassen daarvan.BouwbesluitX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Bouwverordening
3.2.148Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van alle bepalingen alsmede het interpreteren van deze bepalingen (voor zover in deze regeling ten aanzien van het onderwerp "Bouwverordening" niet anders is bepaald).Bouwverordening & art. 352X  Met uitzondering van: -De beoordeling aan welstandscriteria. -Hoofdstuk 6 (gebruiksvergunning).Ja
3.2.149Het uitvoeren van besluiten tot het verlenen of weigeren van een sloopvergunning.Bouwverordening, hoofdstuk 8X    Ja
3.2.150Het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.Bouwverordening artt. 2.5.29 , 352X    Ja
3.2.151Het uitvoeren van besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de inspraakreacties en/of het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.Bouwverordening artt. 2.5.29 , 352X    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Algemene Plaatselijke Verordening (APV)
3.2.152Het voorbereiden, nemen (beslissen), uitvoeren en bestuursrechtelijke handhaving van besluiten met betrekking tot de vergunning voor voorwerpen of stoffen aan, op, in, of boven de weg te plaatsen, aan te brengen, te hebben of te storten alsmede het gebruik van de openbare weg voor bouwterreinen, steigers, uithangborden, containers ed. en het plakken.APV artikel 17X    Ja
3.2.153Het uitoefenen van bevoegdheden die nodig zijn ter handhaving van het gestelde in artikel 44 en 45a APV (gevaarlijk en hinderlijk neerzetten van fietsen), daaronder begrepen de bevoegdheid tot het toepassen van bestuursdwang.APV artt 44 en 45 aX    Ja
3.2.154Het uitoefenen van de bevoegdheid tot het plaatsen en/of verwijderen van fietsklemmen (straatmeubilair) ter regulering van het fietsparkeren in de openbare ruimte.APV artikel 17X  Stadswerken heeft algeheel basismandaat, derhalve ook voor straatmeubilair als fietsklemmen.Ja
3.2.155Het uitoefenen van onderstaande bevoegdheden en bestuursrechtelijke handhaving van onderstaande bepalingen uit de APV: -verbod vallen voorwerpen van een bouwwerk (artikel 26) -objecten onder hoogspanningslijn (artikel 29); -vergunning benzinepomp (artikel 31); -vergunning alarminstallatie (artikel 50); -ontheffing geluidhinder (artikel 74); -kennisgeving gedoogplicht aanduidingen (artikel 119).  X    Ja
3.2.156Het voorbereiden, beslissen, uitvoeren en bestuursrechtelijke handhaving van de regelgeving met betrekking tot het afleveren van vuurwerk voorzover dit tot de bevoegdheid van het college behoort.APV artikel 65X    Ja
3.2.157Het voorbereiden, beslissen, uitvoeren en bestuursrechtelijke handhaving van de regelgeving met betrekking tot seksinrichtingen voorzover dit tot de bevoegdheid van het college behoort. Dit mandaat geldt niet voor het toepassing geven aan artikel 3, eerste en zevende lid van de Wet BIBOB.APV artikel 70X    Ja
3.2.158Voorbereiden, nemen en uitvoeren van beslissingen voorzover dit tot de bevoegdheid van de burgemeester behoort. Dit mandaat geldt niet voor het toepassing geven aan artikel 3, eerste en zevende lid van de Wet BIBOB.Artikel 65 en 70 APV  X  Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Reclameverordening Utrecht
3.2.159Het voorbereiden, nemen (beslissen), uitvoeren en handhaven van besluiten met betrekking tot de vergunning voor reclame op of aan bouwwerken en buitenreclame niet aan bouwwerken.ReclameverordeningX  Voorzover bouwgebonden en op particulier grondgebied.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Algemene Leefmilieuverordening (ALMV) Op grond van het overgangsrecht zoals geregeld in de Invoeringswet ruimtelijke ordening - waarbij de WSDV wordt ingetrokken - blijft de leefmilieuverordening van kracht voor de duur waarvoor zij is vastgesteld.
3.2.160Het voorbereiden, beslissen op een aanvraag, uitvoeren en handhaven van alle vergunningen.  X    Ja
3.2.161Het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.ALMV art. 10X    Ja
3.2.162Het uitvoeren van besluiten tot het (on)gegrond verklaren van de inspraakreacties en/of het (on)gegrond verklaren van de zienswijzen in het kader van de tervisielegging.ALMV art. 10X    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Huisnummerverordening
3.2.163Het toekennen van een (huis)nummering aan objecten of gedeelten daarvan alsmede het wijzigen of vernummeren en het voeren van alle hieruit voortvloeiende correspondentie.HuisnummerverordeningX  -Het uitvoeren van de Huisnummer-verordening dient conform de UAU plaats te vinden -Met betrekking tot Leidsche Rijn en Vleuten-De Meern kan, bij wijze van uitzondering -in verband met afstemming op de huisnummering van Vleuten-De Meern- van de UAU worden afgeweken.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Verordening op de Woning- en Kamerverhuurbureaus
3.2.164Het voorbereiden van en besluiten op aanvragen om vergunningen, het geven van waarschuwingen en het intrekken van vergunningen.Verordening op de woning- en kamerverhuurbureausX    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Parkeerplaatsenverordening
3.2.165De bevoegdheid om: -parkeervergunningen te verlenen en aan deze vergunningen voorschriften te verbinden (artikel 3 en 5 Parkeerplaatsenverordening); -regels te geven voor het aanvragen en verlenen van vergunningen; -parkeervergunningen in te trekken of te wijzigen (artikel 7, 1e lid); -ontheffing te verlenen van het verbod om een voorwerp, niet zijnde voertuig, te plaatsen of te laten staan op een parkeerapparatuurplaats of belanghebbendenplaats (artikel 5, 8e lid).Parkeerplaatsenverordening 2005X    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wegsleepverordening
3.2.166Het feitelijk uitvoeren van de Wegsleepverordening gemeente Utrecht, waaronder het coördineren en afstemmen van de feitelijke uitvoering met Justitie, Politie en het takelbedrijf met inbegrip van de financiële afhandeling van de wegsleepkosten alsmede het verstrekken van aanwijzingen aan de Politie Regio Utrecht en het gemandateerde takelbedrijf.Wegsleepverordening 2002 + Wegenverkeerswet 1994X  In het kader van de Wegsleepverordening Gem. Utrecht zijn tevens mandaten verleend met bijbehorende instructie (conform art. 6 ABW) aan de Korpschef van Politie Regio Utrecht en takelbedrijf Collewijn.Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Winkeltijdenwet en Winkeltijdenverordening 1996
3.2.167Het verlenen van vrijstellingen van de verboden in artikel 2 van de Winkeltijdenwet ingevolge het bepaalde in artikel 3 Winkeltijdenverordening 1996(zon- en feestdagen).Winkeltijdenverordening artikel 3X    Ja
3.2.168Het verlenen of weigeren van ontheffingen van de verboden in artikel 2 van de Winkeltijdenwet ingevolge het bepaalde in artikel 6 Winkeltijdenverordening 1996 (avondzondags-winkels).Winkeltijdenverordening artikel 6 leden 1 t/m 6X    Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Wet op de Kansspelen & Verordening op de speelautomatenhallen
3.2.169Het voorbereiden, beslissen en uitvoeren van alle besluiten van de Wet op de Kansspelen en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten en nadere regelgeving voorzover het college van burgemeester en wethouders bevoegd is. Op grond van de Wet op de Kansspelen gebaseerde voorschriften zijn bijvoorbeeld AMVB's zoals het Speelautomatenbesluit.Wet op de Kansspelen + Verordening op de Speel-automatenhallenX    Ja
3.2.170Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Wet op de Kansspelen en de hierop gebaseerde uitvoeringsbesluiten/nadere regelgeving voorzover de burgemeester daartoe bevoegd is.Wet op de Kansspelen en de hierop gebaseerde voorschriften, zoals AMVB’s  X  Ja
3.2.171Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Verordening op de speelautomatenhallen. Dit mandaat geldt niet voor het toepassing geven aan artikel 3, eerste en zevende lid van de Wet BIBOB.Verordening op de Speel- automatenhallen  X  Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Drank en Horecawet, Horecaverordening Utrecht 2004 en Vrijstellingsverordening Horeca
3.2.172Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Drank- en Horecawet -en de hierop gebaseerde uitvoeringsbesluiten /nadere regelgeving- voorzover het college van burgemeester en wethouders bevoegd is, met uitzondering van: -het toepassing geven aan artikel 27, derde lid van de Drank- en Horecawet -het toepassing geven aan artikel 31, tweede lid onder d van de Drank- en Horecawet -en het op grond van artikel 3, zevende lid van de Wet Bibob verbinden van voorschriften aan een besluit op grond van de Drank- en Horecawet.Drank- en Horecawet en de hierop gebaseerde regelgevingX    Ja
3.2.173Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Horecaverordening Utrecht 2004 voorzover het college van burgemeester en wethouders bevoegd is.Horecaverordening Utrecht 2004X    Ja
3.2.174Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Drank- en Horecawet -en de hierop gebaseerde uitvoeringsbesluiten /nadere regelgeving- voorzover de burgemeester daartoe bevoegd is met uitzondering van artikel 35 van deze wet.Drank- en Horecawet en de hierop gebaseerde regelgeving  X  Ja
3.2.175Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Horecaverordening Utrecht 2004 voorzover de burgemeester daartoe bevoegd is. Dit mandaat geldt niet voor het toepassing geven aan artikel 3, eerste en zevende lid van de Wet BIBOB.Horecaverordening Utrecht 2004  X  Ja
3.2.176Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van het Terrassenreglement.Terrassenreglement  X  Ja
3.2.177Het voorbereiden, nemen en uitvoeren van alle besluiten op grond van de Vrijstellings-verordening Horeca.Vrijstellingsverordening Horeca  X  Ja
Publiekrechtelijke bevoegdheden, Straatnaambesluiten
3.2.178Autorisatie tot het tekenen van bestuursadviezen in het kader van straatnaamgeving; het betreft adviezen tot het geven van straatnamen en/of het laten vervallen van straatnamen.GemeentewetX  Mits de commissie voor straatnamen een positief standpunt terzake heeft ingenomen.  
3.2.179Het langs elektronische weg beschikbaar stellen van ruimtelijke visies, plannen, besluiten en verordeningen zoals bedoeld in artikel 1.2.1, 1e lid Bro en van het manifest als bedoeld in artikel 1.2.2 2e lid Bro alsmede het waarmerken en publiceren van alle genoemde stukkenartikel 1.2.1., 1e lid Bro, artikel 1.2.2., 2e  lid Bro en de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008X    Ja

Paragraaf 3.3 Dienst Ondersteuning

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.3.1Het besluiten tot het aanbesteden en aangaan, verlengen of vernieuwen van gemeentebrede facilitaire mantelovereenkomsten, welke voor alle of meerdere diensten worden aangegaan ten behoeve van de bedrijfsvoering van de gemeentelijke organisatie.art. 160, 1e lid, sub e GemeentewetX    Ja
3.3.2Het vertegenwoordigen van de gemeente bij het aangaan, verlengen of vernieuwen van gemeentebrede facilitaire mantelovereenkomsten, welke voor alle of meerdere diensten worden aangegaan ten behoeve van de bedrijfsvoering van de gemeentelijke organisatie.art. 171 Gemeentewet  X  Ja

Paragraaf 3.4 Stadswerken

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.4.1Uitoefening van de bevoegdheden als omschreven in de inspraakverordening.InspraakverordeningX    Ja
3.4.2Besluiten bezwaar te maken, dan wel zienswijzen in te brengen, besluiten tot het voeren van rechtsgedingen in alle instanties zowel eisend als verwerend en het verlenen van medewerking aan het uitvoeren van vonnissen (procesbesluiten), het aangaan van schikkingen resp. vaststellingsovereenkomst.  X    Nee
3.4.3Het aangaan van schikkingen in civiele procedures inclusief schikkingen in het kader van surseance van betaling en faillissementen, besluit tot kwijtschelding.  X    Ja, mits het hoofd FEZ over de ondermandaat- verlening wordt gehoord.
3.4.4Het aanwijzen van ambtenaren die de gemeente vertegenwoordigen in bezwaar, of beroeps- en civiele procedures en het treffen van voorlopige voorziening.  X    Nee
3.4.5Aanwijzen van ambtenaren die zijn belast met het leiden van zittingen, waarin gelegenheid wordt gegeven om van gedachte te wisselen over het ontwerp van besluiten en waarin gelegenheid bestaat om daartegen mondeling zienswijzen in te brengen.AwbX    Ja
3.4.6Beslissen of een openbare voorbereidingsprocedure wordt toegepast.AwbX    Ja
3.4.7Het verstrekken van legitimatiebewijzen aan de medewerkers van zijn dienst ten behoeve van de uitvoering van de aan zijn dienst opgedragen wet- en regelgeving.AwbX    Nee
3.4.8Uitoefenen van bestuursdwang spoedeisend daaronder begrepen, of het opleggen van een dwangsom inclusief bijbehorende maatregelen en verhaal van kosten als bedoeld t.a.v. de in deze paragraaf van de mandaatregeling genoemde wetten en verordeningen.Art. 125 Gemeentewet, afdelingen 5.3 en 5.4 AwbX    Ja
3.4.9Het treffen van tijdelijke maatregelen en verkeersmaatregelen.Hoofdstuk 2 paragraaf 8 van het besluit administratieve bepaling inzake het wegverkeerX    Ja
3.4.10Doen van aangifte bij de politie wegens vernieling of vermissing van gemeente-eigendom in de openbare ruimte en voegen in strafzaken.Art. 51 WvSVX    Ja
3.4.11Toekennen van schadevergoedingen uit hoofde van toerekenbare tekortkoming of onrechtmatige daad tot een bedrag van ten hoogste EUR 50.000,00 per geval, voor zover geen vergoeding door de verzekering plaatsvindt.  X    Ja
3.4.12Het overboeken, terugboeken of in beheer geven van een onroerende zaak van en naar gemeentelijke diensten.  X    Ja
3.4.13Het aanvragen van vergunningen, ontheffingen e.d. en het doen van meldingen binnen het taakveld van de dienst stadswerken, als beheerder van de openbare ruimte bij het bevoegd gezag.  X    Ja
3.4.14Het verrichten van diensten aan derden.  X    Ja
3.4.15Vaststellen van bestekken, het aanbesteden en gunnen van werken, leveringen en diensten.  X    Ja, mits de dienst-controller het ondermandaat heeft goedgekeurd.
3.4.16Verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen:  X    Ja
Voor zover deze tot de bevoegdheid van het college behoren en behoren tot het taakveld van de dienst Stadswerken.
Voor zover de raad bij begroting(swijziging) de aanwending van de middelen specifiek heeft aangewezen (met uitzondering van het gunnen van werken).
3.4.17Aanwijzen van bijzondere opsporingsambtenaren.Diverse verordeningenX    Ja
3.4.18Aanwijzen van toezichthouders.Art. 5:11 AwbX    Ja
3.4.19Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van alsmede het interpreteren van de volgende artikelen uit de APV:  X    Ja
aStraatartiesten e.d.Art.16 APVX    Ja
bVoorwerpen of stoffen, aan, op, in of boven de openbaren weg( voor zover niet bouw gerelateerd)Art. 17 APVX    Ja
cAanleggen, beschadigen en veranderen van een wegArt. 19 APVX    Ja
dMaken en veranderen van een uitwegArt. 20 APVX    Ja
eUitzicht belemmerende beplanting of voorwerpArt. 21 APVX    Ja
fOpenen Straatkolken, e.d.Ar. 22 APVX    Ja
gKelderingangen, koekoekenArt. 23 APVX    Ja
hGevaarlijk of hinderlijk voorwerpArt. 25 APVX    Ja
iVoorzieningen voor verkeer en verlichtingArt. 27 APVX    Ja
jVerwijderen e.d. van voorzieningenArt. 28 APVX    Ja
kBetreden van plantsoenen e.d.Art. 38 APVX    Ja
lLoslopende honden, verboden plaatsen, identificatieplichtArt. 51 APVX    Ja
mVerontreiniging door hondenArt. 52 APVX    Ja
nGevaarlijke hondenArt. 53 APVX    Ja
oGevaarlijk ras of type hondArt. 54 APVX    Ja
pVerbod voeren van dierenArt. 55a APVX    Ja
qVellen of doen vellen van houtopstanden, inclusief vaststelling van de boomwaardeArtt. 85,88,89 APVX    Ja
rHerbeplantingArt. 91APVX    Ja
sBeslissen op een verzoek om schadevergoeding op grond van artikel 17 APV jo. artikel 13, 4e lid BoswetArt. 92 APVX    Ja
tBescherming groenvoorzieningArt. 94 APVX    Ja
uVerbod om gevelde iepen of delen daarvan voorhanden of in voorraad te hebben of te vervoerenArt. 93, 3e lid, sub c APVX    Ja
vVerlichtingselementen aanbrengen in bomen op de openbare wegArt. 95a APVX    Ja
wBeschermde plantenArt. 95 APVX    Ja
xParkeren van voertuigen van autobedrijf en gebruik weg als werkplaatsArt. 101 APVX    Ja
yTe koop aanbieden van voertuigenArt. 102 APVX    Ja
zDefecte voertuigenArt. 103 APVX    Ja
aaVoertuigwrakkenArt. 104 APVX    Ja
abCaravans e.d.Art. 105 APVX    Ja
acParkeren van grote voertuigenArt. 107 APVX    Ja
adParkeren van uitzicht belemmerende voertuigenArt. 108 APVX    Ja
aeAantasting groenvoorzieningen door voertuigenArt. 110 APVX    Ja
afHet inzamelen van geld of goederenArt. 111 APVX    Ja
agIn de uitoefening van straathandel, te koop aanbieden verkopen of af te leveren van goederen op of aan weg of op of aan een openbaar water, venten en standplaatsen voor de verkoop van zelfgemaakte producten.Art. 112 APVX    Ja
ahInnemen van een standplaats op of aan de weg of aan openbaar water, voor een ander doel dan straathandelArt. 113 APVX    Ja
aiVerkoopbijeenkomsten e.d.Art. 114 APVX    Ja
ajBuitenevenementArt. 121 k t/m u APV  X  Ja
akPlakkenArt. 122 APVX    Ja
3.4.20Ontheffing Drank- en HorecawetArt. 35 DHW  X  Ja
3.4.21Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Reclameverordening alsmede het interpreteren van deze verordening, voor zover voor de reclamedrager geen bouwvergunning nodig is.Reclameverordening Utrecht 2004X    Ja
3.4.22Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Uitstalverordening alsmede het interpreteren van deze verordening.Uitstalverordening 2001X    Ja
3.4.23Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Standplaatsverordening, alsmede het interpreteren van deze verordening.Standplaatsverordening 2001X    Ja
3.4.24Verklaring van geen bezwaar voor het gebruik van een terrein voor het opstijgen en landen van hefschroefvliegtuigen.Art. 5, 6e lid Besluit inrichting en gebruik van niet aangewezen luchtvaartterreinen  X  Ja
3.4.25Verklaring van geen bezwaar voor het opstijgen en landen van kabelballonnen.Art. 9, 2e lid Besluit inrichting en gebruik van niet aangewezen luchtvaartterreinen  X  Ja
3.4.26Verklaring van geen bezwaar voor het opstijgen en landen van vrije ballonnen.Art. 10, 2e lid Besluit inrichting en gebruik van niet aangewezen luchtvaartterreinen  X  Ja
3.4.27Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Marktverordening alsmede het interpreteren van deze verordening.Marktverordening Utrecht 1997X    Ja
3.4.28Aangaan van de in de voorwaarden bedoelde overeenkomsten.Art. 7, 2e lid Voorwaarden gebruik automarkt 1998X    Ja
3.4.29Het wijzigen van tarievenArt. 3 Tarievenbesluit automarkt 1998X    Ja, met mededeling aan het college t.b.v. het informeren van de raadscommissie en de Adviescommissie voor de Automarkt Utrecht
3.4.30Het wijzigen van tarievenArt. 3 Tarievenbesluit veemarktX    Ja, met mededeling aan het college t.b.v. het informeren van de raadscommissie en de Adviescommissie voor de veemarkt Utrecht
3.4.31Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen, alsmede het interpreteren van deze verordeningBeheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Utrecht 1997X    Ja
3.4.32Verlenen van toestemming voor opgraving van een stoffelijk overschotArt. 29 Wet op de lijkbezorging  X  Ja
3.4.33Verstrooien van as buiten de gemeentelijke begraafplaatsenWet op de lijkbezorgingX    Ja
3.4.34Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de telecommunicatieverordening alsmede het interpreteren van deze verordeningTelecommunicatieverordening Utrecht 2000X    Ja
3.4.35Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de aansluitverordening riolering alsmede het interpreteren van deze verordeningAansluitverordening Riolering Utrecht 2001X    Ja
3.4.36Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de provinciale distelverordening alsmede het interpreteren van deze verordening. Beide voor zover het de bevoegdheden van het college betreft.Provinciale Distelverordening  X  Ja
3.4.37Verlenen van ontheffingenArt. 87 Rvv 1990X    Ja
3.4.38Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de Havenverordening alsmede het interpreteren van deze verordeningHavenverordening Utrecht 2006X    Ja
3.4.39Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de afvalstoffenverordening alsmede het interpreteren van deze verordeningAfvalstoffenverordening 2004X    Ja
3.4.40Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de verordening tot stimulering oud papierinzameling door vrijwilligersorganisaties alsmede het interpreteren van deze verordeningVerordening tot stimulering oud papierinzameling door vrijwilligers organisaties 2007X    Ja
3.4.41Het beslissen en uitvoeren van besluiten op grond van de wegsleepverordening alsmede het interpreteren van deze verordeningWegsleepverordening gemeente UtrechtX    Ja
3.4.42Het onttrekken aan het openbaar verkeer van een weg binnen de gemeente welke niet door het Rijk, Provincie of Waterschap wordt onderhoudenWegenwet artikel 9X  De Raad heeft zijn bevoegdheid d.d. 6 september 2007 gedelegeerd aan het college van B&W.Ja

Paragraaf 3.5 Dienst Wijken

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdheden Regeling waarop mandaat is gebaseerd MandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester

Paragraaf 3.6 GG&GD

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.6.1Taken verband houdend met het inrichten en het in stand houden van een register voor melding en registratie.artt. 45/46 Wet kinderopvangX    Ja
3.6.2Het geven van een schriftelijke aanwijzing.art. 65, 1e lid Wet kinderopvangX    Ja
3.6.3Het verlengen van de geldigheidsduur van het door de toezichthouder gegeven schriftelijk bevel.art. 65, 3e lid Wet kinderopvangX    Ja
3.6.4De houder verbieden de exploitatie van een kindercentrum of gastouderbureau voort te zetten.art. 66, 1e lid Wet kinderopvangX    Ja
3.6.5De houder verbieden het kindercentrum in exploitatie te nemen.art. 66, 2e lid Wet kinderopvangX    Ja
3.6.6Het opleggen van bestuurlijke boete.art. 72 e.v. Wet kinderopvangX    Ja
3.6.7De beslissing de verschuldigde bestuurlijke boete bij dwangbevel in te vorderen.art. 83 Wet kinderopvangX    Ja
3.6.8Aanvraag röntgenvergunning.Kernenergiewet dossierX    Ja
3.6.9Het nemen van besluiten tot het verlenen, weigeren of intrekken van vergunningen als bedoeld in artikel 73, tweede lid, APV.APV  X  Ja
3.6.10Het nemen van besluiten tot toepassing van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom ter handhaving van het bepaalde in artikel 73 APV.APV  X  Ja
3.6.11Het nemen van besluiten tot het in behandeling nemen van of buiten behandeling laten van aanvragen om vergunningen als bedoeld in artikel 73, tweede lid APV.APV  X  Ja
3.6.12Het voeren van correspondentie en gesprekken en verstrekken van informatie betreffende de uitvoering van artikel 73 APV.APV  X  Ja
3.6.13Het persoonlijk in ontvangst nemen van een aanvraag conform artikel 73, derde lid onder b APV.APV  X  Ja
3.6.14Benoemen gemeentelijk lijkschouwer.art. 4 Wet op de LijkbezorgingX    Nee
3.6.15Het beslissen op een verzoek tot het stellen van een andere termijn voor begraving of verbranding.art. 17, 1e lid Wet op de lijkbezorging  XDeze bevoegdheid dient uitgevoerd te worden onder de voorwaarde dat:Ja
a.hij, alvorens de toestemming te verlenen, zich ervan heeft verzekerd dat het onderzoek naar de mogelijke aanwezigheid en bereikbaarheid van de in art. 72 bedoelde personen met uiterste zorgvuldigheid is verricht;
b.is vastgesteld dat de in artikel 72 van de wet genoemde personen afwezig zijn dan wel binnen de voor deze beslissing beschikbare tijd niet kunnen worden bereikt;
c.de overledene geen enkel blijk van bezwaar heeft gegeven tegen sectie en/of verwijderen van zijn organen ten behoeve van transplantatie.
             

Paragraaf 3.7 Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
     college burgemeester    
3.7.1.Procesmachtiging (het verschijnen voor de rechtbank) openbaarheid van bestuurArt. 171 Gemeentewet  X   Nee
3.7.2.Uitvoering van de wetWet educatie en beroepsonderwijsX    Ja
3.7.3.Al datgene te doen en na te laten, dat noodzakelijk is voor een goede uitvoering van de wet of regelingIOAZX    Ja
Besluiten nemen en ondertekenen ter uitvoering van de wet of regelingX
Namens het college aanvragen van subsidies t.b.v. de uitvoering van de wet of regelingX
3.7.4.Al datgene te doen en na te laten, dat noodzakelijk is voor een goede uitvoering van de wet of regelingIOAWX    Ja
Besluiten nemen en ondertekenen ter uitvoering van de wet of regelingX
Namens het college aanvragen van subsidies t.b.v. de uitvoering van de wet of regelingX
3.7.5.Uitvoering van de wet.Wet op de expertisecentraX    Ja
3.7.6.Zorgdragen voor de lijkbezorging en besluiten nemen tot verhaal van de kosten op de nalatenschap, bloed- en aanverwanten.Artt. 21 en 22 Wet op de lijkbezorging  X  Ja
3.7.7.Uitvoering van de wet.Wet op het primair onderwijsX    Ja
3.7.8.Uitvoering van de wet.Wet op het voortgezet onderwijsX    Ja
3.7.9.Het nemen van besluiten op basis van en uitvoeren van de wet.Wet sociale werkvoorzieningX    Ja
3.7.10.Al datgene te doen en na te laten, dat noodzakelijk is voor een goede uitvoering van de wet of regeling.WWBX    Ja
Besluiten nemen en ondertekenen ter uitvoering van de wet of regelingX
Namens het college aanvragen van subsidies t.b.v. de uitvoering van de wet of regelingX
Besluiten nemen en ondertekenen ter uitvoering van de wet of regelingX
Namens het college aanvragen van subsidies t.b.v. de uitvoering van de wet of regelingX
3.7.11.Uitvoeren van de wet voor zover het de bevoegdheden van het college betreft.LeerplichtwetX    Ja
3.7.12.Uitvoeren van de verordening.Verordening LeerlingenvervoerX    Ja
3.7.13Advies bevoegdheid voor het totale beleidsprocesVerordening op de advies-commissie voor het ouderenbeleidX  Betreft het advies toekennen van een subsidie dan is de ASV van toepassing en moet het subsidie proces gevolgd wordenJa
Volgen/controleren van uitvoering beleidX  
3.7.14.Uitvoeren van de verordening.Verordening Voorzieningen Huisvesting Onderwijs gemeente UtrechtX    Ja
3.7.15.Uitvoeren van de verordening en de daarop gebaseerde regelgevingWet maatschappelijke ondersteuning, Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Utrecht 2007X    Ja
3.7.16.Het nemen van besluiten betreffende het voeren van rechtsgedingen over vorderingen van de gemeente op huurders van sportlocaties, die betrekking hebben op de betaling van huurpenningen en waarmee maximaal een bedrag van EUR 25.000,00 gemoeid is.  X    Nee
3.7.17.Oproepen ter vaststelling inburgeringsplicht, vaststelling van de inburgeringsplicht, ontheffing van de inburgeringsplicht, vaststelling inhoud inburgeringsprogramma, aanbieden van een inburgeringsprogramma, inning van de eigen bijdrage, vaststellen en opleggen van de bestuurlijke boete.Wet inburgering en Verordening wet inburgeringX    Ja
3.7.18.Trajectplannen, beschikkingen, certificaten en overeenkomsten (in het kader van de Regeling vrijwillige inburgering)Wet inburgering en Verordening wet inburgering en Regeling vrijwillige inburgeringX    Ja
3.7.19.Uitvoeren van de Verordening Kinderopvang en aanverwante wetgevingWet Kinderopvang en Verordening KinderopvangX    Ja
3.7.20.Uitvoeren van de Verordening U-pasVerordening U-pasX    Ja
3.7.21Het nemen van besluiten op basis van en uitvoeren van de wetWet Werk en Inkomen Kunstenaar (Wwik)X    Ja
3.7.22Uitvoeren van de noodfondsregelingNoodfonds ter voorkoming huisuitzettingX    Ja
3.7.23Uitvoering van het BesluitBesluit bijstandverlening zelfstandigen 2004X    Ja
3.7.24Aanvragen respectievelijk ontvangen van specifieke rapportages van het BKWI inzake het gebruik van Suwinet-InkijkWet SUWI en bijbehorende regelgevingX    Ja
3.7.25Het nemen van besluiten op basis van en uitvoeren van de wetWet WIJX    Ja
3.7.26Uitvoering van het reglementReglement voor de Kredietbank UtrechtX    Ja
 

Paragraaf 3.8 Brandweer

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan(incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.8.1Het aanwijzen van toezichthouder als bedoeld in artikel 5:11 Awb en 100 A van de Woningwet belast met het toezicht op de naleving van de volgende voorschriften:de Woningwet (Bouwverordening, Bouwbesluit, Besluit brandveilig gebruik bouwwerken en ministeriële regelingen voor zover betrekking hebbend op de brandveiligheid) de Brandbeveiligingsverordening.100a WoningwetX    Ja, aan afdelingshoofd preventie
3.8.2Het aanschrijven ter naleving van de brandveiligheidseisen genoemd in hoofdstuk 2 van het BouwbesluitArt. 1a, 1b, 7b, 8, 13, 15 en 100d-4 WoningwetX    Ja, aan afdelingshoofd preventie
3.8.3Het verrichten van alle handelingen en het nemen van besluiten ter uitvoering van en in het kader van het toezicht op de naleving van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken en de Brandbeveiligingsverordening Besluit brandveilig gebruik bouwwerkenX    Ja, aan afdelingshoofd preventie
3.8.4Alle in titel 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde bevoegd-heden met betrekking tot of verband houdend met bestuursdwang en dwangsom, ter handhaving van het bepaalde in het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, de  Brand-beveiligingsverordening en Hoofdstuk 2 van het Bouwbesluit 2003.Afdelingen 5.3 en 5.4 Awb, artikel 125 Gemeentewet, Besluit brandveilig gebruik bouwwerkenBrandbeveiligingsverordening en artikelen 1a, 1b 7b,8,13,15 en 100d-e WoningwetX    Ja, aan afdelingshoofd preventie
3.8.5Het verplichten tot het treffen van een voorziening ten dienste van het brandveilig gebruik van bouwwerken en ter handhaving hiervan de uitoefening van alle in titel 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde bevoegdheden met betrekking tot of verband houdend met bestuursdwang en dwangsom.Afdeling 5.3 Awb, artikel 125 Gemeentewet, Besluit brandveilig gebruik bouwwerken Brandbeveiligingsverordening en artikelen 13 en 15 WoningwetX    Ja, aan afdelingshoofd preventie
3.8.6Het sluiten van een gebouw, open erf of terrein ex artikel 97 van de Woningwet en de uitoefening van alle in titel 5.3 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde bevoegd-heden met betrekking tot of verband houdend met bestuursdwang en dwangsom, ter handhaving van die sluiting.Artikel 97 Woningwet; afdeling 5.3 Awb, artikel 125 Gemeentewet.X  Afstemming vooraf met portefeuillehouderJa, aan afdelingshoofd preventie
3.8.7Het afhandelen van klachten over het gebruik van de bevoegdheden in §3.8 zowel interne klachten als externe klachten bij de Ombudsman."Afdelingen 9.1.2 t/m 9.2.3. AwbX  Jaarlijks rapporteren over behandelde klachtenJa
3.8.8Vaststellen verschuldigdheid en hoogte dwangsom bij niet tijdig beslissenArt. 4:18 AwbX    Ja
3.8.9Vaststellen verschuldigdheid tot betaling geldsomArt. 4:86X    Ja
3.8.10Toepassen verrekeningArt. 4:93 in combinatie met specifieke wettelijke bepalingX    Ja
3.8.11Verlenen van uitstel van betalingArt. 4:94 AwbX    Ja
3.8.12Verlenen voorschot vooruitlopend op vaststelling van een verplichting tot betalingArt. 4:95 AwbX    Ja
3.8.13Intrekken of wijzigen beschikking tot uitstel van betaling of verlening voorschotArt. 4:96 AwbX    Ja
3.8.14Vaststellen bedrag van verschuldigde wettelijke renteArt. 4:99 AwbX    Ja
3.8.15Schriftelijke aanmaning of schriftelijke mededeling waarin ondubbelzinnig het recht op betaling wordt voorbehoudenArt. 4.107 AwbX    Ja
3.8.16Aanmaning tot betaling schuldenaar in verzuimArt. 4.112 AwbX    Ja
3.8.17Uitvaardigen dwangbevelArt. 4.117 AwbX    Ja

Paragraaf 3.9 Muziekcentrum Vredenburg

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester

Paragraaf 3.10 Dienst Gemeentelijke Musea

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan(incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.10.1Het doen bewaren, uitbreiden, rangschikken, aan het publiek tonen, in goede staat houden, inventariseren, controleren en beschrijven van de verzameling, die door eigendom of door verkrijging in bruikleen tot het bezit van de Dienst Gemeentelijke Musea behoren.      Het is de directeur niet geoorloofd handel te drijven of geldelijke betrekkingen te onderhouden met handelaren in kunstvoorwerpen, die een relatie onderhouden met de Dienst Gemeentelijke Musea, tenzij het museum hierdoor niet wordt geschaad.Nee
3.10.2Het zorgen voor opmaken en het geregeld bijhouden van een overzichtelijke registratie zowel van alle in het museum in eigendom behorende als van in bruikleen ontvangen voorwerpen. Tijdelijke afwezigheid van enig voorwerp moet blijken uit een bewijs, waarop is aangegeven waar het voorwerp zich bevindt.      Het is de directeur niet geoorloofd handel te drijven of geldelijke betrekkingen te onderhouden met handelaren in kunstvoorwerpen, die een relatie onderhouden met de Dienst Gemeentelijke Musea, tenzij het museum hierdoor niet wordt geschaad.Nee
3.10.3Het tijdelijk in gebruik geven van voorwerpen uit de gemeentelijke verzameling van het museum, mits hij voldoende waarborg aanwezig acht voor de veiligheid van de voorwerpen.      Het is de directeur niet geoorloofd handel te drijven of geldelijke betrekkingen te onderhouden met handelaren in kunstvoorwerpen, die een relatie onderhouden met de Dienst Gemeentelijke Musea, tenzij het museum hierdoor niet wordt geschaad.Nee
3.10.4Het inwinnen van advies daaromtrent van de museumcommissie om aankopen voor de collectie te doen tot een bedrag van max. EUR 15.000,00 per aankoop. Voor aankopen die volledig worden gesubsidieerd door derden gelden deze beperkingen niet. Voor alle overige aankopen behoeft de directeur machtiging van b. en w.      Het is de directeur niet geoorloofd handel te drijven of geldelijke betrekkingen te onderhouden met handelaren in kunstvoorwerpen, die een relatie onderhouden met de Dienst Gemeentelijke Musea, tenzij het museum hierdoor niet wordt geschaad.Nee
3.10.5Het aanvaarden van geschenken aan de gemeente en het ondertekenen van akten daaromtrent        Nee
3.10.6Het afstoten van voorwerpen uit de verzamelingen in overeenstemming met de uitgangspunten en procedures daaromtrent in het Collectieplan dat is goedgekeurd door b. en w. Overeenkomstig deze procedure is de directeur bevoegd voorwerpen van gering belang c.q. voorwerpen met een financiële waarde van EUR 15.000,00 of minder af te stoten zonder overleg met het college.      Het is de directeur niet geoorloofd handel te drijven of geldelijke betrekkingen te onderhouden met handelaren in kunstvoorwerpen, die een relatie onderhouden met de Dienst Gemeentelijke Musea, tenzij het museum hierdoor niet wordt geschaad.Nee

Paragraaf 3.11 Gemeentebibliotheek Utrecht

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)

Paragraaf 3.12 Dienst Burgerzaken en Gemeentebelastingen

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)
collegeburgemeester
3.12.1Toepassen van de hardheidsclausule.Art. 63 Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR)      Ja
3.12.2Verlenen van kwijtschelding bij beschikking opgelegde boete.Art. 66 AWR      Ja
3.12.3Instellen van cassatie en voeren van verweer bij de Hoge Raad inzake de gemeentelijke belastingen en de Wet waardering onroerende zaken (WOZ).Art. 28 AWR, art. 30 WOZ      Ja
3.12.4Oninbaar verklaren van gemeentelijke belastingen.Art. 255, 5e lid Gemeentewet      Ja
3.12.5Aanspreekpunt voor de waarderingkamer.Artt. 10,15,21 WOZ      Ja
3.12.6Voorleggen van geschillen aan waarderingskamer.Art. 11, 1e lid WOZ      Ja
3.12.7Verdagen termijn tot het doen van uitspraak op bezwaar tegen beschikking inzake gemeentelijke belasting.Art. 25, 2e lid AWR      Nee
3.12.8Verdagen termijn tot het doen van uitspraak op bezwaar tegen WOZ-beschikkingen.Art. 30 WOZ, art. 25, 2e lid AWR      Nee
3.12.9Het aanwijzen van ambtenaren als bedoeld in artikel 36, 2e lid onder e, van de Wet-GBA.Art. 36, 2e lid onder e, van de Wet-GBAX    Ja
3.12.10Het verstrekken van gegevens aan andere gemeentebesturen.  X    Ja
3.12.11Het vragen van inlichtingen en/of geschriften aan burgers.  X    Ja
3.12.12Het oproepen van burgers tot het verstrekken van gegevens.  X    Ja
3.12.13Het aanwijzen van instellingen als bedoeld in artikel 67, 4e lid van de Wet GBA.Art. 67, 4e lid Wet GBAX    Ja
3.12.14De uitvoering van artikel 75 van de Wet GBA.Art. 75 Wet GBAX    Ja
3.12.15Het vragen van inlichtingen die nodig zijn voor het bijhouden van de basisadministratie persoonsgegevens aan binnenlandse en buitenlandse instanties.  X    Ja
3.12.16De uitvoering van afdeling 4 van hoofdstuk 2 en afdeling 3 van hoofdstuk 3 van de Wet GBA inzake de rechten van de burger.Afd. 4 van hfdst. 2 en afd. 3 van hfdst. 3 Wet GBAX    Ja
3.12.17Het in- en uitschrijven van personen uit de basisregistratie persoonsgegevens.  X    Ja
3.12.18Het geven van beschikkingen (ambtshalve of op verzoek) m.b.t. het aanbrengen van wijzigingen in de basisadministratie persoonsgegevens.  X    Ja
3.12.19Het voeren van correspondentie m.b.t. de naleving van de Wet GBA.  X    Ja
3.12.20Het ondertekenen van gewaarmerkte afschriften en verklaringen o.g.v. de Wet GBA.  X    Ja
3.12.21Het geven van beschikkingen m.b.t. verzoeken tot selecties uit de basisadministratie persoonsgegevens.  X    Ja
3.12.22Het geven van beschikkingen tot het verstrekken respectievelijk het weigeren van inlichtingen uit de basisadministratie persoonsgegevens.  X    Ja
3.12.23De uitvoering van de Verordening voor de gemeentelijke bevolkingsadministratie.  X    Ja
3.12.24De vertegenwoordiging in rechte betreffende zaken die uit de Wet GBA voortvloeien.  X    Ja
3.12.25De benoeming van stembureauleden.  X    Ja
3.12.26Het aanwijzen van stemlokaliteiten.  X    Ja
3.12.27Het verstrekken van inlichtingen omtrent registratie als kiezer en het beslissen op verzoek herziening registratie van kiezer.  X    Ja
3.12.28De uitvoering van de Wet bescherming persoonsgegevens, voor zover de directeur van de Dienst Burgerzaken en Gemeentebelastingen is aangewezen als beheerder van de persoonsregistraties.  X    Ja
3.12.29De benoeming, de schorsing of het ontslag van buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand ten behoeve van het voltrekken van een enkel huwelijk of het registreren van een enkel partnerschap een en ander met inachtneming van besluiten die een politieke gevoeligheid met zich brengen.  X    Ja
3.12.30Het op verzoek van de burger onder de voorwaarden zoals genoemd in de wet- en regelgeving aanwijzen van een locatie als huis der gemeente ten behoeve van het sluiten van één huwelijk of het registreren van één partnerschap.  X    Ja
3.12.31Beslissingen te nemen, stukken af te doen, uitgaande brieven te ondertekenen en overige handelingen te verrichten ten aanzien van aangelegenheden die verband houden met de aan de burgemeester bij of krachtens de Rijkswet op het Nederlanderschap en de daarbij behorende Ministeriele besluiten verleende bevoegdheden en opgedragen taken.    X  Ja
3.12.32Aanvragen om afgifte van en Verklaring omtrent het Gedrag van een natuurlijke persoon in ontvangst te nemen en verder te behandelen conform de daartoe vastgestelde regels.    X  Ja
3.12.33Uittreksels uit strafregisters en politieregisters aan te vragen ten behoeve van onderzoeken voor de beoordeling van aanvragen voor Koninklijke onderscheidingen.    X  Ja
3.12.34Een verlof tot lijkbezorging af te geven ingevolge een verzoek tot lijkbezorging na de vijfde dag na overlijden.Art. 16 Wet op de lijkbezorging      Ja
3.12.35De uitvoering van de paspoortwetgeving voor zover het betreft de aan de burgemeester opgelegde taken en bevoegdheden, inclusief het nemen van beschikkingen m.b.t. weigering tot afgifte en intrekking van reisdocumenten    X  Ja
3.12.36Het in rechte vertegenwoordigen van zaken betreffende verklaringen omtrent het gedrag.    X  Ja
3.12.37Het legaliseren van handtekeningen.    X  Ja
3.12.38Afgifte van een verlof tot begraving of verbranding van een lijk na vijfde dag van overlijden.    X  Ja
3.12.39Afgifte van een laisez-passer voor het vervoer van een overledene naar het buitenland.    X  Ja
3.12.40Afgifte van een verlof tot ontleding van een stoffelijk overschot.    X  Ja
3.12.41Beschikkingen m.b.t. uitbetaling van kostwinners- en inkomstenvergoedingen.    X  Ja
3.12.42Het indienen van declaraties bij het rijk aangaande inkomsten en kostwinnersdeclaraties.    X  Ja
3.12.43Afgifte van getuigschriften omtrent inkomsten en vermogen.    X  Ja
3.12.44De uitvoering van de rijbewijswetgeving voor zover het betreft de aan de burgemeester opgelegde taken en bevoegdheden, inclusief het nemen van beschikkingen m.b.t. opgelegde taken en bevoegdheden, inclusief het nemen van beschikkingen m.b.t. weigering van de afgifte en ongeldheidsverklaring van rijbewijzen.    X  Ja
3.12.45Het legaliseren van kopieën van rijbewijzen.    X  Ja
3.12.46Afgifte of de weigering van afgifte van kiezerspassen en volmachtbewijzen om aan verkiezingen deel te kunnen nemen.    X  Ja
3.12.47Het machtigen van ambtenaren tot het in ontvangst nemen van kandidatenlijsten op de dag van kandidaat-stelling in het kader van verkiezingen c.a.    X  Ja
3.12.48Het machtigen van ambtenaren tot het in ontvangst nemen van processen verbaal van Utrechtse stembureaus en van gemeenten behorende tot de kieskring Utrecht.    X  Ja
3.12.49Het ingevolge artikel H 4 van de Kieswet aanwezig zijn bij het afleggen van de ondersteuningsverklaringen en hierop een aantekening plaatsen als de ondertekenaar in Utrecht als kiezer is geregistreerd.    X  Ja
3.12.50Om namens de burgemeester in rechte op te treden in zaken die voortvloeien uit het gestelde in dit mandaatbesluit, tenzij bij wet anders is bepaald.    X  Ja

Paragraaf 3.13 Dienst Stadsschouwburg

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan(incl. event. voorwaarden)

Paragraaf 3.14 Projectorganisatie Stationsgebied

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)

Paragraaf 3.15 Dienst Projectbureau Leidsche Rijn

Dit hoofdstuk bevat door het College van B&W of de burgemeester gemandateerde bevoegdheden aan de directeur van de betreffende dienst, mits passend binnen de dagelijkse bedrijfsvoering van de dienst. (Art. 10:1 t/m 10:12 AWB).

 Omschrijving bevoegdhedenRegeling waarop mandaat is gebaseerdMandaatgeverVoorwaarde voor gebruik mandaatOndermandaat toegestaan (incl. event. voorwaarden)