Organisatie | Loppersum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Afvalstoffenverordening van de gemeente Loppersum 2005 |
Citeertitel | Afvalstoffenverordening van de gemeente Loppersum |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Datum inwerkingtreding is bij benadering
Wet milieubeheer; artikel 10.23
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-10-2005 | 13-08-2014 | Onbekend | 17-10-2005 Onbekend | Onbekend |
Artikel 5 Persoonlijk karakter van de vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of krachtens verordening anders is bepaald.
§ 3 TER INZAMELING AANBIEDEN VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN
Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
1 Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars en aan de houders van een inzamelvergunning.
2 Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 13 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen
1 Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de inzameldienst of de andere inzamelaars.
2 Het college kan besluiten dat het aan anderen dan gebruikers van percelen verboden is om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de houder van een inzamelvergunning.
Artikel 15 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel
Het is voor de gebruiker van een perceel ten behoeve van wie krachtens artikel 9, tweede lid, voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen een inzamelmiddel is aangewezen of van gemeentewege is verstrekt, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via het daartoe aangewezen of verstrekte inzamelmiddel.
Indien van gemeentewege een inzamelmiddel aan de gebruiker van een perceel is verstrekt, is de gebruiker van het perceel waarvoor het inzamelmiddel is verstrekt ervoor verantwoordelijk dat, in het belang van de doelmatige verwijdering en ter voorkoming van overlast of welke wijze dan ook, het inzamelmiddel regelmatig wordt gereinigd. De gebruiker van het perceel kan dit eventueel uitbesteden, maar blijft zelf verantwoordelijk voor de naleving van de regels gesteld krachtens de verordening.
Het is verboden om bepaalde categorieën huishoudelijke afvalstoffen bij de weg te plaatsen waarvan bekend is dat deze componenten kunnen bevatten met een verhoogd risico voor de volksgezondheid (bijvoorbeeld klein chemisch afval of asbesthoudend afval). Deze afvalstoffen moeten persoonlijk worden aangeboden aan de inzamelaar.
Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
Het is de gebruiker van een perceel voor wie krachtens artikel 9, tweede lid, mede ten behoeve van zijn perceel een inzamelvoorziening voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen is aangewezen, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via de betreffende inzamelvoorziening.
Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau
Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau
Artikel 21 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald kan het college regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere inzamelaars.
§ 4 INZAMELING VAN BEDRIJFSAFVALSTOFFEN
Artikel 22 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de inzameldienst worden ingezameld.
Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 22 aangewezen categorieën bedrijfsafvalstoffen, voorzover degene die gebruik maakt van de inzameling door de inzameldienst voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten.
Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu.
Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen
Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling gereed staan te doorzoeken en te verspreiden.
Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen of deze omver te werpen
Artikel 28 Afvalbakken in of nabij inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren
De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:
zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op de naleving van dit artikel, in een straal van 30 meter openbare ruimte rondom de inrichting, alle achtergebleven afvalstoffen, voorzover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, worden opgeruimd.
Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden weggeworpen.
Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 3º, Wet op de economische delicten:
Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
Artikel 13 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen
Artikel 14 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
Artikel 15 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel
Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau
Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau
Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel
Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst
Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
Artikel 26 Achterlaten van straatafval
Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande afvalstoffen
Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en drinkwaren
Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden
Artikel 31 Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van afvalstoffen
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet aangewezen ambtenaren.
Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.
Afdeling 4.2 en de artikelen 4.4.1, 4.4.2, 4.4.3, 4.4.4, 4.4.7, 4.7.1 lid 1 e van de Algemene Plaatselijke Verordening, vastgesteld bij raadsbesluit van 25 maart 1996 en laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 2002, worden ingetrokken.
Vergunningen en ontheffingen verleend krachtens de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, blijven - indien en voorzover het gebod of het verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en voorzover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 3 jaren na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.
Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze voorschriften en beperkingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog gedurende 3 jaren na de inwerkingtreding van deze verordening van kracht.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning of ontheffing op grond van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid, is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige verordening toegepast.
Op een aanhangig beroep of bezwaarschrift, betreffende een vergunning of ontheffing bedoeld in het eerste lid, dan wel voorschrift of beperking bedoeld in het tweede lid dat voor of na het tijdstip bedoeld in artikel 35, eerste lid, is ingekomen binnen de voordien geldende beroepstermijn, wordt beslist met toepassing van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid.
In afwijking van het eerste lid, blijft een vergunning of ontheffing van kracht, totdat onherroepelijk is beslist op een aanvraag voor een, krachtens een in deze verordening overeenkomstig opgenomen gebod of verbod vereiste vergunning of ontheffing, indien deze aanvraag ten minste acht weken voor afloop van de in het eerste lid genoemde termijn bij het bevoegde bestuursorgaan is ingediend.
De intrekking van de verordening bedoeld in artikel 35, tweede lid heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels en aanwijzingsbesluiten, indien en voorzover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.
Vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van de gemeente Loppersum
gehouden op 17 oktober 2005, nr. 12.
De raad voornoemd,
A. Rodenboog, burgemeester.
H. Speulman, loco-griffier.
Bijlagen bij de afvalstoffenverordening gemeente Loppersum 2005
Bijlage 1 MOGELIJKE UITVOERINGSBESLUITEN
§ 1 Overzicht uitvoeringsbesluiten
In onderstaand schema is per artikel uit de verordening aangegeven of en zo ja, welk uitvoeringsbesluit op grond van dit artikel door het college kan worden genomen. Ook is aangegeven of er op grond van het artikel een vergunning of ontheffing kan worden verleend.
Benadrukt moet worden dat de genoemde uitvoeringsbesluiten voortaan hun uitdrukkelijke grondslag vinden in de Wet milieubeheer.
§ 2 Verordening of uitvoeringsbesluiten?
In deze model-afvalstoffenverordening is ervoor gekozen om meer gedetailleerde regels, die aan veranderingen onderhevig kunnen zijn, in uitvoeringsbesluiten van het college op te nemen. Er is immers sprake van een model die in vele gemeenten toepasbaar moet kunnen zijn.
Er zijn echter gemeenten die er uitdrukkelijk voor kiezen om dergelijke regels ook uitdrukkelijk bij verordening te regelen. Hierin zijn gemeenten volledig vrij. Beide varianten hebben hun voor- en nadelen. Zo zal een ‘basale” verordening bij wijziging niet iedere keer te hoeven worden vastgesteld door de raad. Aan de andere kant kan het regelen van deze onderwerpen in de verordening zelf duidelijker zijn en de handhaafbaarheid vergroten.
Indien de gemeente kiest voor een basale verordening en met daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten, zou een optie kunnen zijn om de diverse uitvoeringsbesluiten in één verzamelbesluit op te nemen.
Inhoudsopgave afvalstoffenverordening gemeente Loppersum
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Artikel 4 Voorschriften en beperkingen
Artikel 5 Persoonlijk karakter van vergunning of ontheffing
Artikel 6 Intrekking of wijziging van de vergunning of ontheffing
§2 Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 7 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars
Artikel 8 Afzonderlijke inzameling
Artikel 9 Inzamelmiddelen en -voorzieningen
Artikel 10 Frequentie van inzamelen
Artikel 11 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens vergunning
§3 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 12 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
Artikel 13 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen
Artikel 14 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
Artikel 15 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel
Artikel 16 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
Artikel 17 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau
Artikel 18 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau
Artikel 19 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder inzamelmiddel
Artikel 20 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
Artikel 21 Het in bijzondere gevallen aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
§ 4 Inzameling van bedrijfsafvalstoffen
Artikel 22 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen
Artikel 23 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst
Artikel 24 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een
Artikel 25 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
Artikel 26 Achterlaten van straatafval
Artikel 27 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
Artikel 28 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en
Artikel 29 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Artikel 30 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige werkzaamheden
§6 Overige onderwerpen die de verordening aangaan
Artikel 31 Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig
Artikel 32 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden