Overheidsorganisatie | Gemeente Amstelveen |
---|---|
Officiële naam regeling | 31b Regeling plaatsingsvolgorde bij voortgezette functies |
Citeertitel | 31b Regeling plaatsingsvolgorde bij voortgezette functies |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | personeel en organisatie |
Eigen onderwerp | Regeling plaatsingsvolgorde bij voortgezette functies |
Geen
Gemeentewet
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-11-2010 | 16-11-2010 | nieuwe regeling | 16-11-2010 Geen bron | Geen | |
16-11-2010 | 16-11-2010 | Onbekend | 16-11-2010 Geen bron | Geen | |
16-11-2010 | 16-11-2010 | Onbekend | 16-11-2010 Geen bron | Geen | |
16-11-2010 | 16-11-2010 | Onbekend | 16-11-2010 Geen bron | Geen |
Het bepalen van boventalligheid op basis van de Amstelveense afspiegelingsmethode geldt alleen bij het verminderen van de formatie bij voortgezette functies.
Een functie geldt als voortgezet wanneer de functie-inhoud voor meer dan 50% ongewijzigd blijft.
De functiehouders worden gerangschikt op leeftijd. Afhankelijk van het aantal boventalligen worden groepen gevormd naar leeftijd.
De groepsomvang is even groot tenzij het aantal functiehouders oneven is, dan wordt de jongste groep het grootst. Per groep wordt vervolgens degene met de minste ABP-jaren aangewezen als boventalig.
Er kan met maximaal vijf groepen worden gewerkt.
Wanneer meer dan vijf functiehouders boventallig moeten worden dan wordt gewerkt met meerdere keuzes per leeftijdsgroep ingeval het aantal functiehouders deelbaar is door het aantal aan te wijzen boventalligen.
Uitgangspunt is een zo groot mogelijk aantal groepen om de spreiding zo evenwichtig mogelijk te laten zijn.Dus wanneer b.v. er van een groep van 16 medewerkers er acht moeten worden geselecteerd als boventallig dan worden er gewerkt met vier groepen waarbij uit elke groep er twee worden aangewezen en dus niet met twee groepen waarbij er vier per groep worden aangewezen.
Wanneer de deling van de groepsomvang door het aantal boventalligen oneven is en er meer dan vijf boventalligen moeten worden geselecteerd (b.v. zeven), wordt de selectie in twee rondes gedaan. Eerst wordt gewerkt met een indeling in vijf groepen waarbij er één per groep wordt aangewezen en vervolgens wordt de overgebleven groep in tweeën gedeeld en wordt uit elk van die groepen er één aangewezen.
Het bijgevoegde voorbeeld is een uitwerking van de afspiegelingsmethode en hoort bij deze regeling.
Bij elke toepassing van deze afspiegelingsmethode vindt een toetsing plaats door een in te stellen a toetsingscommissie.
De commissie bestaat uit drie leden waarvan er één is aangewezen door de werkgever, één is aangewezen door de werknemersorganisaties en één onafhankelijke voorzitter, aangewezen door de twee eerder genoemden.
Hieronder tabel 1, staat een denkbeeldige groep van medewerkers die dezelfde functie uitoefenen. In de tabel 2, staat vervolgens aangegeven hoe de Amstelveense afspiegelingsmethodiek in diverse situaties uitpakt.
groep van medewerkers | |||
ABP-jaren | leeftijd | ||
medewerker 1 | 10 | 35 | |
medewerker 2 | 40 | 61 | |
medewerker 3 | 5 | 23 | |
medewerker 4 | 30 | 57 | |
medewerker 5 | 40 | 58 | |
medewerker 6 | 2 | 28 | |
medewerker 7 | 6 | 35 | |
medewerker 8 | 11 | 45 | |
medewerker 9 | 18 | 45 | |
medewerker 10 | 21 | 53 | |
medewerker 11 | 35 | 57 | |
medewerker 12 | 38 | 62 | |
medewerker 13 | 1 | 39 | |
medewerker 14 | 28 | 51 | |
medewerker 15 | 19 | 49 |