Organisatie | Westervoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Westervoort houdende belastingregels voor reinigingsrechten Verordening Reinigingsrechten 2007, vijfde wijziging |
Citeertitel | Verordening Reinigingsrechten 2007, vijfde wijziging |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2017.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | bijlage 1 | 12-12-2016 | Z-10857 | |
01-01-2016 | 01-01-2017 | bijlage 1 | 14-12-2015 Elektronisch Gemeenteblad, 30-12-2015 | Z-08686 | |
01-01-2015 | 01-01-2016 | bijlage | 15-12-2014 | Z-05949 | |
22-12-2011 | 01-01-2015 | art. 7 | 12-12-2011 Westervoort Post, 21-12-2011 | 13B | |
11-12-2008 | 03-01-2012 | wijziging | 01-12-2008 Westervoort Post, 10-12-2008 | 25B | |
28-12-2006 | 20-12-2007 | Nieuwe regeling | 11-12-2006 Westervoort Post 20-12-2006 | 16F |
Onderwerp : 5e wijziging verordening Reinigingsrechten 2007
De raad van de gemeente Westervoort;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 november 2011;
gelet op de Gemeentewet artikel 229,eerste lid aanhef en onderdeel b en artikel 15.33 Wet Milieubeheer
Verordening op de heffing en invordering van Reinigingsrechten 2007, vijfde wijziging
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 8 Termijnen van betaling
De algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen. Alternatief bij heffing per incidentele gebeurtenis
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de op grond van artikel 7, eerste lid, bedoelde belasting worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede drie maanden later.
In afwijking van het eerste gelid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan meer is dan € 100,00 doch minder is dan € 1.500,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Hoofdstuk III Reinigingsrechten
Onder de naam ‘reinigingsrechten’ worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichten die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 14 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven,
tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 15,00.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 17 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffen 2002 en op de heffing en invordering van reinigingsrechten 2002 van 10 januari 2001, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 19 december 2005, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van
de raad voornoemd d.d. 12 december 2011,
de griffier, de voorzitter,
ing. J.A.M.G. van Bodegom mr. J.J.G.M. Geukers
Bijlage 1: TARIEVEN AFVALSTOFFENHEFFING 2017
Onverminderd het bepaalde in lid 1 van dit artikel, bedraagt de belasting per lediging van: | |||||||||||||||
een container van 240 liter, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen: | |||||||||||||||
een container van 140 liter, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen: | |||||||||||||||
in afwijking van het bepaalde in lid 1 en lid 2 van dit artikel, bedraagt het belastingtarief voor belastingplichtigen, aan wie een verzamelcontainer beschikbaar is gesteld: | |||||||||||||||
in afwijking van het bepaalde in lid 3.1 van dit artikel, bedraagt het belastingtarief voor alleenwonenden en aan wie een verzamelcontainer beschikbaar is gesteld: | |||||||||||||||
indien zij op 1 januari van enig belastingjaar alleenwonend zijn, 75% van het belastingtarief genoemd in lid 3.1 van dit artikel, naar boven afgerond op hele euro’s. Het belastingtarief bedraagt dan: | |||||||||||||||
Bij gebruik van een ondergrondse container gelden de volgende tarieven | |||||||||||||||
De kosten voor de vervanging van een afvalpas/pasje voor een ondergrondse container bedraagt | |||||||||||||||
Onverminderd het bepaalde in lid van dit artikel, bedraagt de belasting per lediging van: | |||||||||||||||
een container van 240 liter, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen: | |||||||||||||||
een container van 140 liter, bestemd voor de overige huishoudelijke afvalstoffen: | |||||||||||||||
Wisseling van een mini-container per container[1] |
[1] Afspraak met Sita