Organisatie | Ede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2010 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | belastingen, retributies en heffingen |
Deze regeling vervangt de "Gewijzigde Verordening parkeerbelastingen 2009" van 11 december 2008, welke is ingetrokken per 1 januari 2010. De "Gewijzigde Verordening parkeerbelastingen 2009" blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
De verordening stelt regels voor het betaald parkeren, zowel voor "los" parkeren als voor parkeervergunningen. De betrokken tijden, gebieden en tarieven staan genoemd in de bijbehorende tarieventabel.
Gemeentewet, art. 225
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2011 | stijging conform planning parkeerbeleidsplan 2007 | 12-11-2009 Ede Stad 23-12-2009 | 597102 en 597225 | |
01-01-2009 | 01-01-2010 | i.v.m. aanpassing inflatiepercentage | 11-12-2008 Ede Stad 24-12-2008 | BB 2008 26166 | |
01-01-2009 | nieuwe regeling | 13-11-2008 Ede Stad 24-12-2008 | BB 2008 20391 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig gebruik heeft gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften.
Artikel 8 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 51,--.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelastingen.
Artikel 12 Inwerkingtreding van citeertitel
De "Gewijzigde Verordening Parkeerbelastingen 2009" van 11 december 2008, bekendgemaakt op 24 december 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
de griffier
w.g.HAGELSTEIN
de voorzitter
w.g.VAN DER KNAAP
Tarieventabel, behorende bij de "Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2010".
Het basistarief voor 2010 waar achteraf betaald moet worden, bedraagt € 1,50 per uur, met een maximum van € 12,00 per dag. Het basistarief dient als grondslag voor de berekening van de tarieven in publiek toegankelijke parkeervoorzieningen.
Het tarief voor het parkeren op het Kuiperplein, Van Dijkeplein en Bunschoterplein bedraagt € 0,80 voor een periode van 30 minuten. De volgende 30 minuten bedraagt € 0,70. Deze tariefstructuur geldt tevens voor de daarop volgende uren. Het minimumtarief per parkeerhandeling bedraagt € 0,80.
Het tarief voor een parkeervergunning bedraagt: