Organisatie | Voerendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid |
Citeertitel | Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Voerendaal |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp | Welzijn en Onderwijs |
Regeling vervangt verordening lokaal onderwijsbeleid 1998
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-01-2007 | Nieuwe regeling | 18-12-2006 Weekblad Parkstad, 03-01-2007 | 2006 / 11 / 13 |
De raad van de gemeente Voerendaal;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 oktober 2006;
gelet op de bepalingen over het op overeenstemming gericht overleg in de Wet op het Primair Onderwijs;
gezien het advies van de commissie Algemene bestuurlijke aangelegenheden;
gezien het gevoerde overleg met de vertegenwoordigers van de schoolbesturen;
overwegende dat het noodzakelijk is een regeling vast te stellen voor het overleg tussen de gemeente en de schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid;
Artikel 6 Advies Onderwijsraad
Indien één of meer schoolbesturen of het college een advies wensen over een onderwerp waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken ze dit uiterlijk kenbaar in het overleg waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is. Dit gebeurt schriftelijk en gemotiveerd. Hierbij wordt tevens het verband aangegeven tussen het onderwerp en de vrijheid van richting en vrijheid van inrichting van het onderwijs.
De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de onderwijsraad het college uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van een advies aan te vullen met de gegevens die hij nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak, tot de dag waarop het verzoek is aangevuld.
Een afschrift van het uitgebrachte advies wordt zo spoedig mogelijk door het college toegezonden aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over een onderwerp waarover advies is gevraagd, worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor nader overleg.
In alle andere gevallen beoordeelt het college of nader overleg over het advies wenselijk is. Het college geeft dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.
Artikel 7 Verslaglegging - informeren gemeenteraad
Het overlegorgaan stelt het verslag vast. In afwijking hiervan kan het college spoedheidshalve het verslag ter commentaar toezenden aan de schoolbesturen. Binnen 10 dagen na de dag waarop het conceptverslag is toegezonden, maken de schoolbesturen die deel hebben genomen aan het overleg schriftelijk hun opmerkingen over het concept van het verslag kenbaar. Het college stelt het verslag vast met inachtneming van de opmerkingen.
Het college brengt het verslag gelijktijdig met het voorstel over het onderwerp ter kennis van de raad. Voor zover het college afwijkt van de tijdens het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, wordt dit gemeld in het voorstel aan de raad. Daarbij worden de redenen voor het niet of niet geheel overnemen van deze zienswijzen vermeld.
Indien uit het oordeel van de betrokken raadscommissie over het voorgenomen voorstel aan de raad over een onderwerp blijkt dat de meerderheid van de raadscommissie of een deel van de raadscommissie dat volgens het college geacht wordt een meerderheid in de gemeenteraad te vertegenwoordigen, van oordeel is dat het voorstel inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaats vinden. Het college beslist daarover. Zij heropenen het overleg in ieder geval indien de inhoudelijke bijstelling betrekking heeft op een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid onder a, waarover in het overlegorgaan overeenstemming was bereikt.
Indien het college het overleg heropent, dan roept het college het overlegorgaan zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk vóór het moment waarop de gemeenteraad een definitief besluit neemt over het onderwerp. In dit overleg hebben de vertegenwoordigers de gelegenheid om hun zienswijze te geven op het oordeel van de raadscommissie. Het college informeert de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 7. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij haar definitieve besluitvorming over het onderwerp.