Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bonaire

EILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 25e maart 1992, nr. 7 ter uitvoering van artikel 5 van de Drank- en horecaverordening (A.B. 1991, no. 27) (Horecabesluit Bonaire)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBonaire
OrganisatietypeCaribisch openbaar lichaam
Officiële naam regelingEILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 25e maart 1992, nr. 7 ter uitvoering van artikel 5 van de Drank- en horecaverordening (A.B. 1991, no. 27) (Horecabesluit Bonaire)
CiteertitelHoreca-besluit Bonaire
Vastgesteld doorBestuurscollege
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpvolksgezondheid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en het Eilandsbesluit vaststellen positieve lijst regelgeving Bestuurscollege Bonaire (AB 2010, nr. 19) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Bonaire en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Bonaire van toepassing.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen van 08 OKT. 2010 no. 12 tot vaststelling van de eilandsbesluiten, houdende algemene maatregelen voor het openbaar lichaam Bonaire
  2. Drank- en horecaverordening, art. 5

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-10-2010Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam

08-10-2010

A.B. 2010, no. 19

Onbekend
22-07-200810-10-2010art. 20, derde lid

21-07-2008

A.B. 2008, no. 17

n.v.t.
28-04-199301-04-1992art. 20, eerste lid

14-04-1993

A.B. 1993, no. 7

n.v.t.
24-11-1992art. 3, tweede en derde lid

20-11-1992

A.B. 1992, no. 29

n.v.t.
01-04-1992Nieuwe regeling

25-03-1992

A.B. 1992, 6

n.v.t.

Tekst van de regeling

Intitulé

EILANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 25e maart 1992, nr. 7 ter uitvoering van artikel 5 van de Drank- en horecaverordening (A.B. 1991, no. 27) (Horecabesluit Bonaire)

 

 

Hoofdstuk I algemene bepalingen

Artikel 1
  • 1.

    De gemiddelde hoogte van de lokaliteit mag niet minder zijn dan 2,70 meter, gerekend van de vloer tot de onderkant van het plafond of van de bekapping, zo deze als zoldering dient.

  • 2.

    De binnen-oppervlakte van een lokaliteit waarvoor een bar- en/of restaurantvergunning geldt, moet tenminste dertig vierkante meter zijn.

  • 3.

    De binnen-oppervlakte van een lokaliteit waarvoor een bier-, snack- en/of ijshuisvergunning geldt, moet tenminste twintig vierkante meter zijn.

Artikel 2

Tenminste één wand van de lokaliteit moet buitenwand zijn over de volle afmeting, die de lokaliteit aan de zijde van die wand heeft.

Artikel 3
  • 1.

    De lokaliteit dient over voldoende en goed werkende uitgangen te beschikken om het pand in geval van brand veilig te kunnen verlaten.

  • 2.

    In de lokaliteit dient toereikende brandblusapparatuur aanwezig te zijn.

  • 3.

    Indien de lokaliteit uit meerdere verdiepingen bestaat dienen de in het tweede lid bedoelde voorzieningen op elke verdieping aanwezig te zijn.

  • 4.

    Alle brandblusvoorzieningen dienen voor direkt gebruik gereed te zijn.

  • 5.

    Gasflessen dienen buiten de keuken te staan, in een goed geventileerde ruimte of in de buitenlucht. De aansluitingen moeten deugdelijk zijn.

Artikel 4

De lokaliteit moet uitsluitend voor de uitoefening van het bedrijf krachtens die vergunning of vergunningen zijn ingericht en worden gebruikt.

Artikel 5

De lokaliteit moet voldoen aan de volgende eisen:

  • a.

    voldoende toetreding van het licht en verse lucht moet kunnen plaatsvinden; de gezamenlijke openingen daartoe moeten tenminste een tiende van de vloeroppervlakte bedragen.

  • b.

    de vloer moet betegeld zijn;

  • c.

    de wanden moeten van zodanige constructie zijn gemaakt dat ze gemakkelijk afwasbaar zijn;

  • d.

    een plafond moet aanwezig zijn;

  • e.

    zowel vloer, wanden als plafond moeten in behoorlijke staat verkeren;

  • f.

    de lokaliteit, de keuken en de sanitaire inrichtingen moeten aangesloten zijn op het waterleiding- en electriciteitsnet;

  • g.

    een toonbank van hard, afwasbaar materiaal moet aanwezig zijn;

  • h.

    een gootsteen met droogrek en afvoer met stankbocht naar een beerput of riool moet aanwezig zijn.

Hoofdstuk II Lokaliteiten voor gebruik ter plaatse

Artikel 6
  • 1.

    De lokaliteit waar verkoop van eet- en of drinkwaren voor gebruik ter plaatse geschiedt, moet beschikken over een deugdelijke toiletgelegenheid.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan het bestuurscollege toestaan dat de toiletgelegenheid zich buiten de lokaliteit bevindt;

  • 3.

    Toiletgelegenheden dienen te voldoen aan de volgende eisen:

    • a.

      er moeten ten behoeve van de bezoekers voor mannen en voor vrouwen afzonderlijk, volledig gescheiden toiletgelegenheden zijn. Deze toiletgelegenheden mogen niet rechtstreeks met de keuken of met een voor het publiek toegankelijke lokaliteit in verbinding staan, doch moeten niettemin van daaruit op gemakkelijke wijze te bereiken zijn. De toiletten moeten steeds in zindelijke staat worden gehouden;

    • b.

      bij de toiletgelegenheden moet een behoorlijke gelegenheid bestaan om de handen te wassen, voorzien van stromend water, zeep, handdoek of papieren handdoeken en een papiermand. Deze gelegenheid moet voorzien zijn van een afvoer met stankbocht naar een beerput of riool;

    • c.

      in elk toilet moet een raam op een hoogte van tenminste 1,50 meter, gerekend van de vloer tot de onderkant van het raam, aanwezig zijn van tenminste 0,25 m2 grootte, dat in onmiddellijke verbinding staat met de buitenlucht;

    • d.

      alle toiletten, urinoirs en andere sanitaire inrichtingen moeten, waar mogelijk, voorzien zijn van afvoer met stankbocht naar beerput of riool en afdoende van de vergunningslokaliteit afgesloten zijn;

    • e.

      de vloeren van alle toiletten, urinoirs en andere sanitaire inrichtingen moeten betegeld zijn, alsook de wanden, tot op een hoogte van tenminste 1,60 meter;

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in het derde lid onder a, kan een lokaliteit met een bier- of ijshuisvergunning volstaan met één toilet. Ditzelfde geldt voor een lokaliteit die beschikt over een snackvergunning indien de lokaliteit geen zitgelegenheid heeft voor bezoekers.

Artikel 7
  • 1.

    De lokaliteit waar verkoop van eetwaren voor gebruik ter plaatse geschiedt, moet beschikken over een keuken.

  • 2.

    De keuken moet afscheiden zijn van de overige lokalen.

  • 3.

    De keuken voor het bereiden van spijzen moet voldoen aan de volgende eisen:

    • a.

      er moet aanwezig zijn een gootsteen met aanrecht, voorzien van stromend water en afvoer met stankbocht naar een beerput of riool;

    • b.

      het bovenblad van het aanrecht moet zijn vervaardigd van graniet, glas, plastic, marmer of enig ander hard en afwasbaar materiaal;

    • c.

      eetwaren, al dan niet toebereid, moeten bewaard kunnen worden op zodanige wijze, dat zoveel mogelijk wordt voorkomen dat insecten of ongedierte bij deze eetwaren kunnen komen;

    • d.

      de toegangsdeuren tot de keuken moeten automatisch sluiten;

    • e.

      de ramen en overige openingen moeten zijn afgesloten met vliegengaas;

    • f.

      het plafond van de keuken moet van degelijk materiaal zijn vervaardigd en moet in behoorlijke staat worden gehouden;

    • g.

      de keuken moet een oppervlakte hebben van tenminste 9 m2, terwijl een snackbar kan volstaan met een oppervlakte van 6 m2;

    • h.

      de gemiddelde hoogte van de keuken, gerekend van de vloer tot het plafond mag niet minder zijn dan 2,70 meter;

    • i.

      voldoende toetreding van licht en verse lucht moet kunnen plaatsvinden; gezamenlijke openingen daartoe moeten minstens een tiende van de vloeroppervlakte bedragen;

    • j.

      de vloer, alsmede de wanden tot een hoogte van 1,60 meter, moeten betegeld of van een ander, door het bestuurscollege goed te keuren, daartoe geschikt materiaal zijn.

Hoofdstuk III Nachtverblijf

Artikel 8

Om voor een logement-, hotel- of appartementvergunning in aanmerking te komen moet de lokaliteit naast de voorschriften in de hoofdstukken I en II voldoen aan de eisen genoemd in dit hoofdstuk.

Artikel 9
  • 1.

    Een logement moet tenminste bevatten vier uitsluitend voor logeergasten bestemde slaapkamers.

  • 2.

    Een hotel moet tenminste bevatten tien uitsluitend voor logeergasten bestemde slaapkamers.

  • 3.

    Slaapkamers, alleen door een andere slaapkamer bereikt kunnen worden, blijven ten aanzien van de toepassing van het bepaalde bij het eerste en tweede lid, buiten beschouwing.

  • 4.

    Eveneens blijven buiten beschouwing slaapkamers op zolders, waarvan het dak niet behoorlijk is beschoten of niet op andere wijze voldoende beschutting biedt tegen hitte of vochtigheid, of ruimten die kennelijk voor andere doeleinden bestemd zijn of gebruikt worden.

Artikel 10

In een hotel of logement moet bovendien, kennelijk uitsluitend of in hoofdzaak ten behoeve van de logeergasten, aanwezig zijn een lokaliteit, waarin desverlangd de maaltijden kunnen worden gebruikt.

Artikel 11
  • 1.

    De in artikel 9, eerste en tweede lid, bedoelde slaapkamers, moeten door een metsel- of ander onbrandbaar werk van elkaar gescheiden zijn en een volledig afsluitend plafond van pleister-, hout- of ander werk hebben; zij moeten aan de binnenzijde op voldoende wijze kunnen worden afgesloten.

  • 2.

    Indien twee slaapkamers met elkaar in rechtstreekse verbinding staan, moet de verbindingsdeur in beide kamers door middel van een schuif-, grendel- of binnensluiting op voldoende wijze kunnen worden afgesloten.

Artikel 12

De in artikel 9, eerste en tweede lid bedoelde slaapkamers moeten door ventilatie-openingen of beweegbare ramen, deuren of bovenlichten, rechtstreeks in verbinding staan met de buitenlucht, met dien verstande dat de gezamenlijke doorlaatruimte niet minder mag bedragen dan een tiende deel van de vloeroppervlakte van die kamers.

Deuren worden niet meegerekend, met uitzondering van de daarin eventueel aanwezige ventilatieopeningen.

Artikel 13
  • 1.

    In elke slaapkamer, als bedoeld in artikel 9, eerste en tweede lid, moeten tenminste aanwezig zijn een voor onmiddellijk gebruik gereed zijnde bed met toebehoren, een vaste wasgelegenheid aangesloten op het waterleidingnet, benevens de in een slaapkamer onmisbaar te achten meubelen en voorwerpen.

  • 2.

    De slaapplaatsen in eenzelfde kamer mogen niet boven elkaar zijn aangebracht.

Artikel 14

In elke slaapkamer moet tenminste 9 m2 vloeroppervlakte zijn.

Indien een slaapkamer voor meer dan één persoon bestemd en ingericht is, moet daarin per persoon tenminste 5 m2 vloeroppervlakte zijn.

Artikel 15
  • 1.

    In de inrichtingen moeten, volledig van elkaar gescheiden, toiletaangelgenheden zijn, welke niet rechtstreeks met een voor het publiek toegankelijke lokaliteit in verbinding mogen staan en steeds in zindelijke toestand moeten worden gehouden.

  • 2.

    Voor elke sexe afzonderlijk moet in een logement, dat vier tot en met negen bedden heeft, tenminste één toiletgelegenheid aanwezig zijn; in een hotel dat tien tot en met negentien bedden heeft, tenminste twee toiletgelegenheden; in een hotel dat twintig tot en met negenentwintig bedden heeft, tenminste drie toiletgelegenheden enzovoorts.

  • 3.

    De vloeren van de sanitaire inrichtingen dienen betegeld te zijn, alsook de wanden tot op een hoogte van tenminste 1,60 meter.

  • 4.

    Bij de toiletgelegenheden moet een behoorlijke gelegenheid zijn om de handen te wassen, voorzien van stromend water, zeep, handdoek of papieren handdoeken en een papiermand.

  • 5.

    In de inrichtingen moeten volledig van elkaar gescheiden badkamers voor mannen en vrouwen afzonderlijk aanwezig te zijn, welke niet rechtstreeks met een voor het publiek toegankelijke lokaliteit in verbinding mogen staan en steeds in zindelijke staat moeten worden gehouden.

  • 6.

    Voor elke sexe afzonderlijk moet voor elke negen bedden tenminste één badkamer aanwezig zijn.

Artikel 16

Om voor een appartementvergunning in aanmerking te komen moet de lokaliteit voldoen aan de in dit artikel genoemde eisen:

  • a.

    ledere afzonderlijke eenheid moet tenminste de beschikking hebben over een keuken, een was- en douchegelegenheid, twee bedden, zitgelegenheid en een tafel. Indien er meerdere slaapkamers zijn moeten zij door een metsel- of ander onbrandbaar werk van elkaar gescheiden zijn en een volledig afsluitend plafond van pleister-, hout- of ander werk hebben.

  • b.

    De slaapkamers c.q. het slaapgedeelte moeten door ventilatie-openingen of beweegbare ramen, deuren of bovenlichten, rechtstreeks in verbinding staan met de buitenlucht. De gezamenlijke doorlaat-ruimte mag niet minder bedragen dan een tiende deel van de vloeroppervlakte van die kamers.

    Deuren worden niet meegerekend, met uitzondering van de daarin eventueel aanwezige ventilatieopeningen.

  • c.

    In elke slaapkamer moet tenminste 6 m2 vloeroppervlakte zijn. Indien een slaapkamer voor meer dan één persoon bestemd en ingericht is, moet daarin per persoon tenminste 5 m2 vloeroppervlakte zijn.

  • d.

    De vloeren van de sanitaire inrichtingen dienen betegeld te zijn, alsook de wanden tot op een hoogte van tenminste 1,60 meter.

  • e.

    De keuken moet voldoen aan de eisen gesteld in artikel 7, derde lid onder a tot en met c, f, i en j.

Hoofdstuk IV Lokaliteiten voor verkoop van drank en of spijzen voor gebruik elders dan ter plaatse

Artikel 17

Om voor een slijtvergunning in aanmerking te komen, moet de lokaliteit voldoen aan de eisen gesteld in hoofdstuk I, met uitzondering van het bepaalde in artikel 5 onder h.

Artikel 18

Om voor een meeneemvergunning in aanmerking te komen moet de lokaliteit in afwijking van het bepaalde in hoofdstuk I voldoen aan de volgende eisen:

  • a.

    het pand waarin de keuken zich bevindt dient in zindelijke staat te verkeren;

  • b.

    de keuken dient te voldoen aan de voorschriften gesteld in artikel 6;

  • c.

    voor het plaatsen van de bestellingen en het wachten dient een ruimte buiten de keuken beschikbaar te zijn.

Hoofdstuk V Ontheffingen

Artikel 19
  • 1.

    Indien de voorgeschreven ventilatieopeningen ontbreken, moet in de lokaliteit aanwezig zijn een electrische ventilator met een middellijn van tenminste 0,50 meter, die in verbinding staat met de buitenlucht, of een andere doeltreffende inrichting voor toetreding van buitenlucht.

  • 2.

    Het bestuurscollege kan, in overleg met de eilandelijke gezondheidsdienst, ten aanzien van de eisen betreffende ventilatie en ventilatieopeningen, gesteld in dit eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen ontheffing verlenen voor luchtgekoelde (zogenaamde "Airconditioned") lokaliteiten.

  • 3.

    Indien aansluiting op het waterleidingnet of electriciteitsnet redelijkerwijs van de betrokkene niet kan worden gevergd, moet een andere door de eilandelijke gezondheidsdienst goed te keuren, voorziening worden toegepast.

Artikel 20
  • 1.

    Van ieder der bepalingen in de artikelen 1, eerste en derde lid, 2, 4, 5, 6, eerste lid, 7, tweede lid, 7, derde lid, onder a tot en met h, 9, derde en vierde lid, 10, 12, 13, eerste lid en 14, kan het bestuurscollege op schriftelijk verzoek, na ingewonnen advies van de eilandelijke gezondheidsdienst en de brandweer, al dan niet voor een bepaalde tijd en al dan niet onder voorwaarden ontheffing verlenen.

  • 2.

    Het bestuurscollege beschikt op het verzoek binnen zes weken na ontvangst.

  • 3.

    [vervallen]

Artikel 21
  • 1.

    Dit eilandsbesluit, houdende algemene maatregelen, dat kan worden aangehaald als "Horeca-besluit Bonaire", treedt in werking op l april 1992.

  • 2.

    Tegelijk met de inwerkingtreding van dit Horeca-besluit Bonaire treedt in werking de Drank- en horecaverordening.