Organisatie | Culemborg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Premieverordening Wet werk en bijstand 2004 |
Citeertitel | Premieverordening Wet werk en bijstand 2004 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Artikel 8 WWB, artikel 35 IOAW en artikel 35 LOAZ
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2005 | nieuwe regeling | 08-11-2004 Geen. | Geen. |
De raad van de gemeente Culemborg,
gelet op Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (Ioaz)
overwegende dat op grond van artikel 8, eerste lid onder a WWB, artikel 35 Ioaw de raad bij verordening regels stelt met betrekking tot het ex artikel 7 WWB, artikel 34 Ioaw en artikel 34 Loaz bieden van ondersteuning bij arbeidsinschakeling en het aanbieden van voorzieningen gericht op arbeidsinschakeling.
Vast te stellen de Premieverordening 2004 Gemeente Culemborg
Hoofdstuk 2. De verstrekking van activeringspremies
De uitkeringsgerechtigde die arbeid in dienstbetrekking aanvaardt, als zelfstandige inkomsten verwerft of andere vormen van algemeen geaccepteerde arbeid verricht ten gevolge waarvan hij volledig in de kosten van bestaan kan voorzien en die onmiddellijk voorafgaand aan zijn indiensttreding ten minste een jaar ononderbroken uitkering voor levensonderhoud heeft ontvangen op grond van de wet, de Abw, het Bbz 2004, de Ioaw of de Ioaz, ontvangt een éénmalige premie van hetgeen is vastgesteld in artikel 31 lid 2 sub j (per 01-07-2009 ( € 2219,00).
Degene die arbeid in dienstbetrekking, anders dan gesubsidieerde arbeid, aanvaardt ten gevolge waarvan hij volledig in de kosten van bestaan kan voorzien, en die in de periode onmiddellijk voorafgaand aan zijn indiensttreding gesubsidieerde arbeid heeft verricht, ontvangt een éénmalige premie van € 1.500,-. Uitzondering hierop vormen de personen die ten tijde van het aanvaarden van de gesubsidieerde arbeidsplaats niet in Culemborg woonachtig waren.
Artikel 3. Premie deeltijdarbeid
De uitkeringsgerechtigde die arbeid in dienstbetrekking verricht waarmee niet volledig in de kosten van het bestaan kan worden voorzien en die niet in aanmerking komt voor een vrijlating van inkomsten als bedoeld in artikel 31, tweede lid sub o. van de wet en onmiddellijk voorafgaand aan zijn indiensttreding ten minste zes maanden ononderbroken een uitkering voor levensonderhoud heeft ontvangen op grond van de wet, de Abw, de Ioaw en de Ioaz, ontvangt jaarlijks een eenmalige premie ter hoogte van 25% van de in het betreffende kalenderjaar met die arbeid verkregen inkomsten.
Artikel 4. Werken met behoud van uitkering
Burgemeester en wethouders kunnen aan de uitkeringsgerechtigde die in het kader van een traject onbetaalde arbeid verricht een premie toekennen conform artikel 31 lid 2 sub k van de Wwb. De premie bedraagt € 125,00 per periode van drie maanden waarin de arbeid wordt verricht. De premie kan maximaal op een periode van zes maanden betrekking hebben. De premie wordt éénmaal per jaar op aanvraag verstrekt.
Artikel 5. Kostenvergoeding vrijwilligerswerk
Burgemeester en wethouders kunnen aan de uitkeringsgerechtigde een kostenvergoeding voor het verrichten van onbetaalde maatschappelijk nuttige activiteiten verstrekken. De vergoeding wordt slechts toegekend indien burgemeester en wethouders voor het verrichten van de activiteiten vooraf toestemming hebben verleend en voor zolang de activiteiten het verkrijgen van betaalde arbeid niet verhinderen of bemoeilijken en voor zover er geen kostenvergoeding zoals bedoeld in artikel 31, lid 2 sub k. van de wet van de organisatie of organisaties waarbij het vrijwilligerswerk wordt verricht, is of wordt ontvangen. Voorwaarden voor het verkrijgen van de vergoeding zijn:
Artikel 6. Schending inlichtingenplicht
Er bestaat geen recht op een premie of vrijlating van inkomsten als bedoeld in artikel 2 tot en met 5 indien niet is voldaan aan de inlichtingenverplichting als bedoeld in artikel 17 van de wet of als bedoeld in artikel 13 van de Ioaw of de Ioaz.
Artikel 7. Cumulatie van inkomstenvrijlating en premies
De uitkeringsgerechtigde, die recht heeft op vrijlating van arbeidsinkomsten op grond van artikel 3 of artikel 9 van de invoeringswet heeft in hetzelfde kalenderjaar geen recht op een premie deeltijdarbeid als bedoeld in artikel 4 van deze verordening. Het totaal dat in een kalenderjaar op grond van deze verordening aan inkomensvrijlatingen, premies en/of onkostenvergoeding wordt verstrekt bedraagt maximaal het bedrag zoals genoemd in artikel 31, lid 2 sub j van de wet.
Het in artikel 31, lid 2 sub j van de wet genoemde maximum wordt voor alleenstaande ouders van wie het jongste kind jonger dan vijf jaar is, verlaagd met de door hen ontvangen aanvullende alleenstaande ouderkorting en de combinatiekorting zoals bedoeld in hoofdstuk 8 van de Wet inkomstenbelasting 2001.
Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Burgemeester en wethouders kunnen ten aanzien van de uitvoering van deze verordening nadere beleidsregels vaststellen.
Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks de hoogte van de premies en onkostenvergoedingen opnieuw vaststellen.
Artikel 13. Onvoorziene situaties
In gevallen, de uitvoering van deze verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.
Burgemeester en wethouders zullen potentiële aanvragers jaarlijks op de hoogte brengen van aanvraagmogelijkheden en van de uiterste datum van een aanvraag.